Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 140(1995)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 81] [p. 81] Anton van Wilderode Rome Retour Rome Vannacht weer in een blauwe koets door Rome gelijk ik dat vijf jaar geleden deed bij lichte mist gevoerd voorlangs het Forum. In al begonnen slaap zie ik het marmer van een gestorven stad, beroofd, ontkleed, bij elke teugelruk word ik weer armer. Wij rijden uit de tijd. Het paard gaat draven en hinnikt even met een hunkerkreet naar de geneugten van een ruif vol haver. Over de muur van een verwilderd ginder ligt een groot plein dat ik niet meer vergeet, mijn voedsel voor de weken van de winter. [pagina 82] [p. 82] Efeben Ik zag in het museum twee efeben, conform de Griekse canon afgebeeld: de armen langs het lichaam naar beneden, de rechtervoet één schree vooruitgetreden, de ogen, zonder iris, als geleegd. Buiten op straat zag ik hun evenbeeld: twee heldere knapen die op huis aan gingen, denkend aan honderd dagelijkse dingen of, zonder één gepeins, gewoon verveeld nog onbereikbaar voor herinneringen. Wie zoeken gaan naar de efeben binnen vinden de plek, waarop zij stonden, leeg. [pagina 83] [p. 83] De papaver Binnen de thermen van Diocletianus ritselen hagedisjes en sprinkhanen, groeien acantussen en wingerdranken in de verweerde reten van haar flanken. De weidse leegte aan zichzelf gelaten is als een bijenkorf met grote raten, enkel door wind en regen op te vullen en door wild zonlicht met een waas van tule. Ik zag een kind dat zich voorover bukte en uit het puinveld een papaver plukte, voor hem niets anders in dit huis van eeuwen en niemand verder op de hele wereld. [pagina 84] [p. 84] En En langs het Atrium der Vestalinnen en op de Via Appia Antica gaan en onder Titus- en Augustusbogen en voor de David van Bernini staan, en uit het Pantheon de mussen horen, en in de buurt de kuil der katten zien, en door de parken van Maecenas lopen, en naar de graven der Horatii, en zitten in de kerk van San Clemente, en bij de echo's van een springfontein, en luisteren naar de blinkende Najaden, en in een kloostertuin gelukkig zijn, en door een Rome zonder tijd bewegen, en als een pelgrim in de warme nacht, en in de kokers van het Colosseum kijken. En leven in een staat van overmacht. Vorige Volgende