Varia
- In Gezelliana (11de jrg., nr. 2-3, 1982) schrijft Chr. D'Haen over een Engels gelegenheidsgedicht van Guido Gezelle. J. Boets confronteert de twee versies van ‘Rijmsnoer’ en releveert een onbekend gedicht op de ‘Caffékan’. J. Geens belicht een aspect van het journalistieke werk en J. de Mûelenaere geeft informatie ‘Rond Gezelles reizen naar Engeland’.
- In Lezerskrant (9de jrg., nr. 3, sept. 1982) heeft Jef van Gool een gesprek met Mensje van Keulen. Lily van der Velde stelt de jeugdschrijfster Miek Dorrestijn voor en Coert Poort vertelt over wat en hoe van het luisterspel.
- Vlaanderen (31ste jrg., nrs. 188 en 189, mei-juni en juli-aug. 1982) brengt thema-afleveringen over Anthonis de Roovere en een in-memoriam Jozef Storme.
- Quousque tandem (nr. 1, sept. 1982) is een eenmanstijdschrift/pamflet, waarin Frans Depeuter nog eens zijn oude Heibelharen rechtzet. Hij reageert hier fel tegen Alstein en de manier waarop die in Lezers-Krant de recente Vlaamse prozaliteratuur voorstelde. Zijn verwijt betreft vooral het feit dat Alstein daarbij zichzelf nogal op de voorgrond schoof. Quousque tandem ‘beoogt te fungeren als een controleapparaat op het paraliteraire gebeuren’ en ‘De verschijningsfrequentie zal afhankelijk zijn van de feiten die zich voordoen.’
- In Kultuurleven (49ste jrg., nr. 8, okt. 1982) staat een dossier ‘Mysterie en materie’, met teksten van dichters uit Israël, Frankrijk en Spanje, geschreven n.a.v. het 4de Europees Poëziefestival te Leuven. J.J. Wesselo bespreekt ‘Mijn huis is nergens meer’ van P. de Wispelaere.
In het nr. 9 (nov. 1982) schrijft J.J. Wesselo over Claude van de Berge, een lang stuk over zin en evolutie van zijn werk. Jan Flamend schrijft bedenkingen rond het verschijnsel polemisch proza.
- In 't Kofschip (10de jrg., nr. 4, aug. 1982) staan twee korte interviews, met resp. Claude van de Berge en M. van Loggem. Mark de Smet schrijft over ‘De poëzieopvatting van Leo Vroman’.
- Voor Yang stelde Rudy Smet een aflevering (18de jrg., nr. 197, sept. 1982) samen over ‘Poëzie en schilderkunst in China’.
- Hexa (nr. 10) brengt een nummer over ‘Mythen, sagen en adult fantasy’. Meer bepaald wordt o.m. aandacht besteed aan Robert Graves, de Robin Hood-sage, de graal, de auteur James Branch Cabell en de strip/filmfiguur Conan.
- In Streven (50ste jrg., nr. 1, okt. 1982) schrijft Rika Heymans op een erg boeiende manier over Documenta te Kassel. Sven-Claude Bettinger schrijft over recente Franstalige literatuur in België en Carlos Tindemans over ‘Blaubart’ van Max Frisch.
- In Streven (50ste jrg., nr. 2, nov. 1982) vervolgt Sven-Claude Bettinger zijn overzicht van recente Franstalige literatuur in België. J. Kuin belicht de invloed van de ‘Geestelijke Oefeningen’ van Ignatus van Loyola op het werk van J. Joyce.
10.12.1982
Hugo Brems