Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 128(1983)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 9] [p. 9] Lieven de Cauter Aardrijkskunst De aardrijkskunst is voor en door wormen uitgevonden. Naderhand groeven wel de geologen maar de geografen logen toen ze beweerden dat Atlantis verzonken was. Trouwens wat zegt dat? Saeftinge is dat ook. Uitgerekend de aardwormen hebben het beginsel uitgesponnen; uitgevist hoe dat juist zat met dat netwerk van vergane teksten in de ondergrond, die overlevering opgeslagen in niet na te trekken gangen, de wijsheid der misprezen invertebrata, en hun confraters zoals de blinde nog steeds niet zingende mol. Niet de opvoeding maar de omwoeling, niet het onderwijs is voor hen prioritair, maar de ondermijning. Als op het eerste gezicht wat ongegronde, nihilistische oppositiepartij verrichten zij beter werk dan de meeste intellectuelen. Zij verluchten de perkamenten vellen der seizoenen. [pagina 10] [p. 10] Tussen de aldus ontstane compilatie van miniaturen en compost steken schone dingen; steken schone dingen hun kop op in het zonlicht. Het is monnikenwerk, ik weet het: de aarde assisteren bij haar astmatisch ademhalen. Die ruige opperhuid masseren is een heel karwei; iets voor de lagere strata. Liever dan aan handel zich te bevuilen, bedrijven zij het drama van hun hermafrodiete liefde. Zonder dat zij daarom zorgen baren. En traag, met alle tijd van de wereld, een zee van tijd, als de slakken, bedrijven zij de liefde. Daarom zijn het de wormen die de aardrijkskunst hebben uitgevonden. En de verwachting van het duizendjarig, duizendpotig, harig rijk, schrijven zij ook op hun naam; een verwachting, heren, die de eeuwigheid lekker aan zijn aars lapt. Vorige Volgende