Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 127(1982)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 270] [p. 270] Mark Kinet / Ludwina het is augustus en viktor, zijn geliefde fluitspeler, heeft al een fijne draad door de middag gesponnen als de koning van de spelen terugkeert. vanmorgen werden de eerste druiven geperst. (het geluid van honderd vrouwenvoeten in een houten bak, naast het paleis) en nu veegt hij geïrriteerd de vliegen voor zijn ogen weg. wijl dienaars knielen en lachen: schichtig. er is zopas bericht gekomen uit het oosten dat zijn volk uit de bergen is gevlucht, tot zelfs de burgers (zijn toeverlaat). er zou een draak zijn opgedoken waar de erein en de kolzu kruisen, hoog boven het geruis van hun blinkende waters: een ontering. [pagina 271] [p. 271] de bode trilde merkbaar toen hij het vertelde, mijn hoofd, dacht, hij, mijn vorst en klom de trappen op. maar ook zag hij van gans beneden al de witte steen op des konings borst. (als een gesp voor zijn hart, als een warme schelp voor zijn enige dochter): een ivoren olifant. ja, de koning: zon en wind bespelen zijn brokaat en uit de tuin weerklinkt een fijn gezang: zijn vrouwen. Vorige Volgende