Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 125

[p. 530]

Katrien Desiere / De moeder

Zij staat te drinken in mijn steengewelf
van het brak en halfvergane water
dat eens mijn liefste gangen heeft bevloeid.

Zij weet nog niet hoe diep ik delf,
hoe ik haar beeld vermink voor later,
hoe ik haar daden heb geboeid

met harde woorden, aan de verste wand.
Zij drinkt roofzuchtig van het troebel water
en waant zich in een helder land.

Toch zal zij nooit begrijpen wat mij leidt
al heeft haar beeld in mij gebloeid.
Zij zal nooit weten hoe ik aan haar lijd.