Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 117(1972)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 81] [p. 81] Dietsche Warande & Belfort 117e jaargang nummer 2 februari 1972 Christine D'haen / Mijn dieren in de winter Uit dik-gestremde wolken-wrongel breekt de koude zuivel voor mijn beesten, oneetbaar brood gekruimeld en doorweekt. December, Januari, Februari, Maart sneeuwden en oversneeuwden 't land, bevochtten blank den ronden waaierstaart der schitterend witte doffers en duivinnen; het zachtste paarse tortelpaar verpoozend in besneeuwden boom beminnen. Zijn groen en grauw bestrooid met sneeuw, betast de pauw de sneeuw; vanuit hun ren de hoenders, koperzwart of ros geharnast ook, den vleeschomranden oogbal fel, den helmkam schuddend, onder 't oor en rond den bek de bloedsche lel. [pagina 82] [p. 82] In vossenvachten bevend vlucht naar 't hooi het koppel schuchtere knagers hoedend hun snoeten voor de sneeuw. Kornoelje tooit vuurrood den mannelijken merel, sneeuwmeel verft zijn zwartmetalen wapenrok. Onder den mesthoop diepgedolven sterft de schildpad. Al het goud der zon in één guldenen halm van stroo ontvlamt. Verbaasde beesten, die des avonds heen- des morgens wederkeert uit nest en nacht, onwederroepelijk ingesperd in onontkoombare overmacht: vreet sneeuw, als u geen gras geschonken wordt; kort zijn de dagen, lang de tijd; de dagen duren, maar de tijd is kort. Vorige Volgende