Kronieken
Nederlandse poëzie
Verzameld werk van Achterberg
door C. D'haen
In de derde keurige Verzamelbundel van G. ACHTERBERG zijn opgenomen: Eurydice (1944), Limiet (1945), Energie (1946), Existentie (46), Zestien, Hoonte (1949), Doornroosje (47), En Jezus schreef in 't zand (47) (dit laatste gedeeltelijk). Hij bevat een bibliografie van Achterberg's werken. De prijs is gebonden F 14.50 (Uitg. Querido, Amsterdam, 1954).
Een gedicht, dat naar de vorm modern is, probeert het vreemde op te roepen in het gewone, probeert ons te ‘depayseren’, door een aantal stijlmiddelen, die een erfenis zijn van het surréalisme. Een dezer middelen is het vormen van beelden die de ene realiteit voortdurend omzetten in een andere, niet langs de veilige weg van de vergelijking, maar onmiddellijk in een gecondenseerde metaphoor. De moderne dichter steunt, erfenis van de romantiek en het symbolisme, op de intuïtie dat alles in het heelal met elkaar harmonieert, en dat alles dus uitdrukking van iets anders kan zijn. Op deze opvatting berusten ook magie en alchemie.
Achterberg was wel bestemd om de bij uitstek ‘moderne’ dichter te worden door de aard van zijn onderwerp: de geliefde vrouw is dood, zij is dus lichamelijk opgelost in het heelal, alles in het heelal bevat atomen van haar, kan haar uitdrukken. Alles is haar. Noodzakelijkerwijze moet Achterberg het vreemde zoeken in het gewone: alles, wat ons zo vertrouwd is, is vreemd, want het is uit de doden, die onbekenden zijn, opgebouwd, en het moet ons een middel zijn om de doden weer op te roepen; en alles wat ons vreemd schijnt, is vertrouwd, want het bevat atomen van die ons het naaste waren.
Modern is bij Achterberg, zoals bvb. bij Kafka, het vinden van symbolen waarin het vreemde en het gewone verbonden worden. Nemen we als voorbeeld de bundel Stof (1946). Daar de dode tot stof vergaan is, is alle stof vervuld van haar. Ieder gedicht uit de bundel werkt dit aspect van een bepaalde stof uit: linoleum, meel, email, asbest, elpenbeen, albast, brons, crêpe, rook, steen; kleuren: rood, groen, blauw; synthetische stoffen: bakeliet, celluloid, cellophaan, enz...
Iedere wetenschappelijke wet is toepasselijk op haar, de wetten van de energie (zie Energie, 1946); de wetenschappelijke begrippen en termen kun-