Mr. Jan Valvekens
De rechtvaardige rechter
Van Eyck heeft de rechtvaardige Rechters in extase gezien, gezeten op feestelijke paarden, die komen aangestapt uit een droomschoon landschap vol zonneschijn.
Daumier betrapte de moderne rechters op heeterdaad: met zijn vlijmscherpe stift heeft hij de magistratuur van zijn tijd uitgebeeld in springlevende figuren, die op hetzelfde moment doen huiveren en glimlachen.
Wat een lange omweg, langs Van Eyck en Daumier, om te komen tot voor den zetel van August Van Cauwelaert, den rechtvaardigen Rechter, die steeds rechte paden bewandelde. Zijn hooge aristocratische gestalte zou wellicht Jan Van Eyck in bekoring hebben gebracht; maar Daumier, die nochtans niet licht verlegen zat, kon in zijn galerij van menschen in rechtersgewaad geen plaats vinden voor de innemende figuur van dezen man, die te rechtvaardig was als mensch en te grootmenschelijk als rechter, om tot eenig sarcasme aanleiding te geven.
In het wereldje van het Gerecht, waar zoovele stormen van menschelijke driften hoogtij vieren, waar zoovele meeningen van rechters en advokaten, aanleggers en verweerders tegen elkaar aanbotsen, in dit eenigszins eigenwijze midden, waar iedereen gelijk wil halen, daar werd de innemende verschijning van August Van Cauwelaert steeds met eerbied begroet.
Ongetwijfeld had hij als advokaat een schitterende carrière kunnen veroveren. De sierlijke welsprekendheid van zijn jeugd, zijn scherpe menschen-kennis op rijperen leeftijd, zijn trouw en eerlijk gemoed, zijn naam die klonk als een klok, hadden van hem op tijd en stond een der leidende figuren van de Antwerpsche Balie kunnen maken.. Hij was begonnen in de bekende studie van Mr. Hector Lebon, waar een tiental jaren te voren een andere hoogbegaafde jong-gestorven dichter, Omaar K. De Laey, ook zijn eerste stappen in de Gerechtelijke wereld had gezet.
Maar de oud-strijder kwam uit den oorlog met stuk-geschoten long en wist meteen dat het zware strijdvaardige leven van den advokaat voor hem uit was. Na een kort verblijf in het Vredegerecht te Kontich werd hij Rechter bij de Rechtbank van Eersten Aanleg te Antwerpen. En in die hoedanigheid werd hij soms aangesteld als bijzitter op het Assisenhof, waar de diepste menschelijke drama's zich onder zijn oogen afspeelden. Daar