van de christelijke wijsheid: ‘Zoek eerst het Koninkrijk Gods, en alle dingen zullen u toegeworpen worden.’ Met zijn hulp vindt Bartje ten slotte den weg naar het geluk, dit is: te leven in liefde en volkomen waarachtigheid, los van begoochelende toekomstdroomen, levend bij elken dag.
Meer dan in ‘Bartje’ het geval was, voelen we in dit jongste boek van Anne de Vries de bekommernis om de levensles die in deze ontknooping besloten ligt, stichtend te beklemtoonen. Ook in ‘Bartje’ was de zedelijke strekking aanwezig; men herinnere zich slechts de verheerlijking van het gezin als hoog moreele factor in den strijd om het bestaan. Hoe aangrijpend werd daar de grootschheid van het gezinsleven uitgebeeld, ook in armoe en ellende, in die innige bladzijden waar de heele groote familie zich door een diep gevoel van samenhoorigheid innemen weet; waar al deze menschen die vaak afgestompt schenen en van elkaar vervreemd, als bij genade beseffen hoe ze op elkaar aangewezen zijn en daar niet buiten kunnen, zonder dat hun leven elken zin verliest. Doch deze moreele schoonheid groeide a.h.w. meer uit wat Filip de Pillecijn de ‘moederlijke menschelijkheid’ van den kunstenaar tegenover zijn onderwerp heeft genoemd.
In ‘Bartje zoekt het Geluk’ is er een tikje meer opzettelijkheid, voelt men achter de scheppende verbeelding duidelijker de vooropgezette bedoeling van een vooraf uitgedacht schema, dat door geen spontane opwellingen zal worden overwoekerd. Doch Anne de Vries' schrijversschap is zoo natuurecht, dat het zoowel een preek als een kwajongensstreek met even groote innerlijke waarachtigheid vermag te bezielen. Om dit ten volle te beseffen, vergelijke men slechts met het moeizaam volgeschreven achtste deel van A.M. de Jong's ‘Merijntje Gijsen’-cyclus, ‘Een Knaap wordt Man’, dat walgelijk is van ziellooze overbodigheid.
Dat dit vervolg, in zijn anecdotischer en minder ‘einmalig’ karakter, niet dezelfde volheid van leven en ontroering biedt als ‘Bartje’, heeft ongetwijfeld een zijner hoofdoorzaken in het onderwerp zelf. Het levensverhaal van een gevoelig kind temidden van het vaak ruwe onbegrip der volwassenen zal steeds een dankbaar gehoor vinden, terwijl de