avontuurlijken, dapperen, harden tocht van dezen hollandschen zeevaarder is voor Fabricius Jr aanleiding geweest tot het schrijven van dit verhaal van moed en opoffering voor de hollandsche jongens. Hij illustreerde 't boek met krabbels van eigen pen.
De twee jongens waar R. Valkhoff en P. Marée van vertellen hebben eerst een tocht over Nederland gemaakt met de K.L.M. Daarna zijn ze op een logger de Noordzee gaan doorkruisen, bij weer en onweer. Selma Lagerlöf het Niels Holgersson op den rug van een ganzerik over de bergen en dalen, langs de scheren en over de akkers van Zweden zweven; Ben en Bob gaan op verkenning boven Holland op modernere wijze. Maar de afstand tusschen de literaire schepping van S. Lagerlöf en de verhalen van Valkhoff en Marée zonder literaire bedoelingen, is natuurlijk zeer groot. Beide laatste boeken zijn met vele mooie foto's geïllustreerd.
Ook de Wereldbibliotheek is met de uitgave begonnen van een reeks kinderboeken en zij laat zich daarbij voorlichten door een commissie van advies.
‘De Wigwam in de Stad’ door Mw Cramer-Schaap laat een gevoeligen twaalfjarigen jongen zien in zijn omgang met vriendjes en in de aanpassingsmoeilijkheden die hij heeft, als de omstandigheden thuis veranderen. De stijl is verzorgd en vlot. Mw Cramer-Schaap, die redactrice is van het kindertijdschrift ‘Zonneschijn’, kent het gemoedsleven onzer kinderen. Wellicht zal ‘Si Ardjoe en zijn Buffel’ van S. Franke onze jongens nog meer boeien. Het is het verhaal van een jongetje uit de dessah, een Indisch dorp waaar ook Saidjah heeft geleefd en Adinda en de kleine Orpheus uit het zeer mooie boek van Augusta De Wit; en van de trouwe aanhankelijkheid van dit jongetje voor zijn buffel... die verkocht wordt en weggeleid... S. Franke kent land en volk van Indië, en hij vertelt keurig en los.
De uitgevers hebben er voor de kleuters een zeer mooie verhaaltje van Hansje Stoffels, in 6 kleuren-druk bijgevoegd. De tien prenten met tekst, zijn saamgebonden door middel van een ringspiraal.
Er is dus keuze voor groote en kleinere kinderen.
G.D.S.
Toemaat:
Wij ontvingen nog twee kinderboeken die we gaarne aanbevelen: ‘De reis van goudvleugeltje en nachtegaaltje’, door Wies Persyn, met 7 ill. van Jeanne Hebbelynck en ‘Klopstok’ van Clemens Brentano, naar het Duitsch door W. Doevenspeck, met ill. van Frans Van Immerseel.
‘Klopstok’ heeft niets te maken met den epischen dichter van Der Messias; wel met het handwapen waarmee de schoolmeesters in vroeger tijd de kinderen rapper leerden lezen. Deze Klopstok is inderdaad een arm onderwijzertje met vijf zonen, Grijpgrap, Plitsplats, Pifpaf, Pinkepank en Tiereliere. En de rest kunnen de kinderen verder lezen.
Wies Persyn is van goede huize. We hebben trouwens vroeger reeds gevoelige verzen van haar gelezen in De Pelgrim en elders. Dit is het verhaaltje van twee engeltjes die van O.L. Heer de opdracht ontvingen weer de liefde onder de menschen te brengen.
Dit mooie verhaaltje is gedrukt op groot formaat, met allerliefste gekleurde teekeningen. ‘Goudvleugeltje’ verscheen bij Desclée de Brouwer; ‘Klopstok’ bij Het Rad, te Antwerpen.
G.D.S.