| |
| |
| |
Boekbespreking
Somerset Maugham: Plays. 5e deel. 303 bldz. 1935. Tauchnitz, Mk. 1,80.
De drie stukken in dezen bundel verzameld heeten: ‘Caesar's wife’ van 1919, ‘East of Suez’ van 1922 en het latere ‘The Sacred Flame’. Voor dit laatste zij het voldoende erop te wijzen dat de bisschop van Londen destijds dit stuk reeds verboden heeft. ‘East of Suez’ had veel succes in zijn tijd, doch zegt A. Nicoll, ‘it won its popularity for purely meretricious elements infused in it’. ‘Caesar's wife’ is geinspireerd door Madame La Fayette's ‘La Fayette's ‘La princesse de Clèves’. Maugham moge zich nog zoo verdedigen in zijn inleidende beschouwingen tegen het bezwaar dat gemaakt wordt tegen zijn voorstelling van het huwelijk en gelukkig huwelijksleven, onzes erachtens kijkt hij heelemaal niet naar de ‘werkelijkheid rondom hem’ waar hij zoo hoog mee oploopt. In zijn onmiddellijke omgeving had hij immers voorbeelden voor het grijpen die hem allen grond voor discussie op dit punt ontnemen. We wijzen slechts op Wm. en Cath. Booth, Sidney en Beatrice Webb, Bern, en Charlotte Shaw, John en Ada Galsworthy, om niet te spreken van het klassieke voorbeeld in de engelsche letteren: Robert en Elisabeth Browning.
Dr. RAPH. KREEMERS.
| |
Philip Lindsay: Here comes the King. 346 bldz. Tauchnitz, Mk. 1,80.
Naast Mary, Queen of Scots is er wel geen historische persoonlijkheid die meer aanleiding gegeven heeft tot geschiedkundige en letterkundige behandeling als Henry VIII. Na Ford M. Ford, Conal O'Riordan en Cl. Bax komt nu de Australiër Lindsay nogmaals met hetzelfde thema. Dit vijfde huwelijk van den koning was een erg onverkwikkelijke geschiedenis. De schrijver is er wel in geslaagd een scherp beeld op te hangen van Kath. Howard, doch de koning is nog al melk-enwaterachtig uitgevallen. De uitbeelding van al wat er aan het hof gebeurde, al de hartstochtelijkheid, de intriges en de onzedelijkheid van den tijd worden zonder het minste greintje sentimaliteit voorgesteld. Als dusdanig is er in dit boek heel wat te leeren. Doch de gewone lezer weet uit de geschiedenisboeken voldoende over dezen onzaligen tijd. Wie belang stelt in de behandeling in romanvorm van deze periode kunnen we dit boek aanbevelen. Doch het blijve uit de handen van den argeloozen en onervaren lezer.
Dr. RAPH. KREEMERS.
| |
Waugh Evelyn: A handful of dust. 242 bldz. 1935. Albatross Verlag, Hamburg. Rm. Gen. 1,80.
Dit is de 4e roman van den in 1930 bekeerden schrijver die zich een eerste rangs plaats aan het veroveren is in den roman van heden. Na ‘Black Mischief’ (1932) werd ook dit werk door de Londensche Book Society uitverkozen. Het geeft ons de levensgeschiedenis van een zeer eenvoudig man wiens vrouw echter van heel andere dingen droomt dan die waarmee Tony Last zich tevreden stelt. Als de jonge Beaver voor het week-end over komt baant haar ontgoocheling over haar leven zich een weg naar zijn hart en de zaken loopen verkeerd. Ons medelijden gaat echter hoofdzakelijk naar Tony wijl noch zijn vrouw noch haar ‘Liebhaber’ de moeite waard zijn. De reusachtige bereisdheid van den schrijver komt ook weer in dit boek schitterend tot haar recht. De wilden uit Londen hebben dezen man
| |
| |
in hun greep doch andere wilden uit andere streken laten hem ook niet los. Het exotische helpt hier het satirische dat in alle lagen van de samenleving zijn spotzucht bot kan vieren. In tegenstelling met de Amerikanen vermijdt de schrijver alle psychologisch getheoretiseer en het uitwendige van den mensch komt maar alleen zoo ver in aanmerking als een ‘well-bred’ Engelschman dat dulden zal. Er is geen enkele valsche noot in dit boek; zijn satire wordt te pas gedempt door gezonden humor die ons al lachende de getrokken conclusie doet aanvaarden. Een uitzonderlijk mooi boek. Aanbevolen.
Dr. RAPH. KREEMERS.
| |
Hilton James: Good-bye, Mr. Chips. 119 bldz. 1935. Albatross Verlag, Hamburg. Gen. Mk. 1,80.
De ‘schoolroman’ geniet op het oogenblik in Engeland een nimmer gekenden bloei. En de wetenschappelijke en letterkundige tijdschriften wedijveren met elkaar om ‘kinderpsychologie’ en ‘avonturen uit het schoolleven’. Naast de uitzonderlijk mooie romans van den laatsten tijd, o.a. ‘The Schoolhouses’ van Mary M. Webster, ‘Deep in the forest’ van A.F. Webling, ‘The rats of Norway’ van Keith Winter, e.a. komt nu dit meesterwerkje van Hilton die in '33 den Hawthornden Prize kreeg voor zijn roman ‘Last Horizon’. Het onderhavige behelst het scherp geteekend en liefdevol uitgewerkt portret van een ouden schoolmeester die zijn leven overziet op het einde zijner dagen en al had hij zelf geen kinderen, de jongens die hij met honderden heeft onderwezen als zijn eigen geestelijk kroost blijft beschouwen. Dit is miniatuurkunst van het allerbeste gehalte en we aarzelen niet dit kostbare boekje klassiek te noemen. In al zijn bondigheid laat het zooveel dikker werken van vandaag mijlen achter zich. Tolle et lege.
Dr. RAPH. KREEMERS.
| |
Strong L.A.G.: Corporal Tune. 252 bldz. 1935. Albatross Verlag, Hamburg. Ing. Mk. 1,80.
In het 5e jaar van zijn huwelijk verliest Farrelly, een bekend schrijver, zijn vrouw bij de geboorte van een zoon. Hij zelf wordt, terwijl hij in Schotland zijn verlofdagen doorbrengt, voor een consultatie naar Londen geroepen en bezwijkt daar in een operatie. Zooals men ziet is het gegeven van dezen roman uiterst simpel. Doch de schrijver heeft er zoo'n mooi boek van gemaakt dat we 't zonder aarzelen den besten roman noemen kunnen van de zes die hij al op zijn actief heeft. De sterkte van zijn talent blijkt 't best als we nagaan hoeveel lastige klippen hij in dit sentimenteel verhaal heeft weten te omzeilen en zien hoe wij, moderne menschen, ons nog warm kunnen laten maken voor emotie en heroïsme die hier niet alleen in den held van het boek doch in al de bijpersonen te vinden zijn. Naast Aldous Huxley, Eric Linklater en Louis Golding is Strong zich een eigen plaats aan het veroveren onder de heel goede romanschrijvers van het oogenblik.
Dr. RAPH. KREEMERS.
| |
Maxwell W.B.: The people of a house. 310 bldz. 1935. Tauchnitz. Mk. 1,80.
Een financier die aan zijn verplichtingen niet voldoet, en er met zijn secretaresse van door gaat, laat zijn twee dochters Marian en Hilde in de penarie achter. Doch ze weten evenals haar vader, haar plan te trekken; de eene huwt met een schrijveruitgever dien de andere had laten schieten om een rijken doch vulgairen Croesus aan den haak te slaan.
Maxwell gaat naar de 70 en schrijft nu al meer dan 35 jaar. Hij is dan ook
| |
| |
vooral in dezen roman, hopeloos verouderd. De karakters worden voortdurend moedwillig in haar normale ontwikkeling gestremd. En komt er eens verandering in het schrale verhaal, dan is maar al te duidelijk omwille van de intrige die van het goedkoope soort is. Neen we hebben beter werk van Maxwell gelezen en kunnen dit boek hoogstens aanbevelen aan diegenen die nog heelemaal in den verleden tijd leven en niets afweten of wenschen te weten van modern gebeuren in een modernen vorm.
Dr. RAPH. KREEMERS.
| |
Cather Willa: My Antonia. 269 bldz. 1935. Tauchnitz. Mk. gen. 1,80.
Dit boek is wat de Amerikanen noemen: een ‘emigranten-roman’ en nog wel een van het beste soort. Het is een van de meesterwerken van de Amerikaansche Literatuur. In tegenstelling met sommige van haar landgenooten die het ontleedmes hanteeren op de bestaande maatschappelijke toestanden, schept zij een wereld op zich zelf. Hier gaat het over de pioniers uit Nebraska, vooral de Tsjechen en Scandinaven die zich daar hebben hebben gevestigd. Ze bestudeert deze inwijkelingen met die sympathie welke haar heele werk kenmerkt. Het gaat trouwens over haar eigen streek die ze op haar duimpje kent. Het werk is daarom niet alleen een schitterende roman, vol kleur en leven, doch een brok maatschappelijke geschiedenis tevens van de bovenste plank. We zouden het gevoeglijk de ‘Evangeline’ van de Far West kunnen noemen. Het is bijna uitsluitend autobiographisch en zijn waarde en ongewone aantrekkelijkheid liggen vooral in de meesterlijke weergave van het landelijk leven in Nebraska van 1880 tot in de 20e eeuw. Er worden zooveel Amerikaansche prullen vertaald. Waarom men dit boek nooit een Nederlandsche vertaling heeft waardig gekeurd blijft ons een raadsel. Doch men leze het in het Engelsch want Cather is een van de grootmeesters van het moderne Amerikaansche proza. Van dit deeltje af steken de Tauchnitz uitgaven in een frisch nieuwe kleedje.
Dr. RAPH. KREEMERS.
| |
Galsworthy John: Saint's Progress. 291 bldz. 1935. Tauchnitz. Mk. 1,80.
Evenals Benneth en Wells heeft Galsworthy gemeend zijn tol te moeten betalen aan den oorlog. Doch evenmin als de oorlogsboeken van die twee heeft deze roman een plaats kunnen veroveren onder de ‘war-novels’. Erger dan dat: geen enkele geschiedschrijver der naoorlogsche letteren heeft gemeend anders dan met een loutere titelvergelding dit boek te moeten gedenken. In 1927 verscheen een Ned. Vertaling: ‘Zwaar beproefd’. Doch we betwijfelen hard of die bijval heeft genoten. Hoogstens raden we de lezing aan voor hen die belang stellen in de letterkundige ontwikkeling van den schrijver. Het is een erg alledaagsch gevalletje: De dochter van een engelschen dominee heeft een ‘war-baby’ vóór ze kans gezien heeft zich wettelijk in het huwelijk te verbinden. Rond dit gegeven heeft de schr. zijn maatschappelijke en philantropische gedachten. Zijn pleidooi voor het vrije liefdeleven kunnen we niet goed volgen en ook niet goedkeuren. Oorlogstoestanden worden er scherp bekeken en ontleed doch het verhaal heeft ons maar matig kunnen boeien. Het blijft een tamelijk treurig document uit een nog treurigeren tijd. Beide doen we goed maar zoo gauw mogelijk te vergeten.
Dr. RALH. KREEMERS.
| |
Noële Maurice Denis èt Robert Boulet: Romée ou le Pèlerin moderne à Rome. Epilogue de Georges Goyau de l'Académie Française. Avec 23 plans schématiques, dont 2 hors--texte et 25 illustrations. 1 vol. in-12 de
| |
| |
XXII et 952 pages. - Desclée de Brouwer et Cie. Paris. - Relié toile 40 fr.
Een uitstekend boekje, onmisbaar voor dezen die belang stellen in Rome's rijken schat van kristelijke overleveringen, herinneringen, monumenten, kunstwerken enz. Het is de vrucht van ernstige studie van alle bronnen, gewetensvolle onderzoekingen en navorschingen, gedurende een verblijf van zeven jaren in de eeuwige stad. Aldus is het een volledige leidsnoer van het kristelijke Rome geworden. Wijk na wijk bestudeert het een voor een de zoo talrijke kerken, zoo rijk aan kunstschatten of kostbare relikwiën, en laat ons den heelen historischen loop der Kerk meeleven, van af de apostolische tijden, tot aan de laatste der groote moderne heiligen, die ginder gebeden, geleden, gewerkt hebben en gestorven zijn. Wel gaat menig legende te loor, maar de schat blijft nog rijk genoeg.
Het is een werk van hooge waarde, steunend op de laatste navorschingen van het ‘Institut Pontifical d'Archéologie chrétienne’. Voor het leven der moderne heiligen insgelijks werden slechts authentieke, streng gecontrôleerde documenten gebruikt. Daarbij levendig en keurig geschreven. Het is een boeiende lectuur. We kunnen dat boekje niet genoeg aanbevelen.
L.D.
| |
Abbé Jacques Leclercq: Albert, roi des Belges. - Editions de la Cité Chrétienne. Bruxelles.
Het beste boek, misschien, over Koning Albert in de eerste maanden verschenen. Slechts drie maanden na 's Konings dood geschreven, kan het natuurlijk nog geen volledig, definitief beeld van dat groot figuur geven. In enkele hoofdstukken biedt het ons een sober overzicht van ons vorstenhuis en van ons volk, van Albert's voorbereiding tot zijn koninklijk ambt en van zijn verdere loopbaan, van zijn opvatting zijner taak en de wijze waarop hij er zich van kweet. Veel nieuws staat er niet in. Maar het is geschreven door iemand die het karakter van den vorst heeft begrepen, de heiligheid van die ziel, de grootheid van dien schuchteren, nederigen man, het hoogstaande van die personaliteit, den invloed van dien koning, de diepte van zijn gemoed heeft aangevoeld.
Later, wanneer Koning Albert's stille actie beter gekend zal zijn, zullen andere vollediger gedocumenteerde boeken over hem geschreven worden; weinige echter zullen de stemmige, oprechte ontroering van dit boek overtreffen.
L.L.
| |
Gustave Vanzijpe: Le Prologue du Drame Reportages. (Coll. Essais et Mémoires). - Nouvelle Société d'Editions. Bruxelles. - 18 fr.
Schrijver die reeds een aantal tooneelstukken en boeken over kunst gaf, bundelde hier een reeks artikels, uit den tijd toen hij nog aan reportage deed. Tusschen 1901 en 1914 woonde hij de meest belangrijke gebeurtenissen bij, 't zij hier, 't zij in het buitenland. Interessant is het die artikels, waarin schrijver spontaan zijn eerste indrukken geeft, aan onze latere ervaringen te toetsen; en te bestatigen hoe, terwijl volkeren - en journalisten - vast aan den vrede geloofden, en de mogelijkheid van een algemeen conflict niet eens vermoedden, toch sedert lang reeds alle voorteekens van den wereldoorlog reeds overal te bespeuren waren. Wel eens wekken schrijvers illusies een glimlach, terwijl het vergelijken van Europa's vooroologsche toestanden met de huidige, wel eens een vluchtige huivering wekken.
Dit boek, vloeiend en in een keurige, levendige taal geschreven, is aangenaam om lezen. Ontspanningslectuur.
L.D.
| |
Marie Gevers: Guldentop. Collection Durendal. 1935. Bruxelles-Paris.
Verleden jaar ontving schrijfster den grooten prijs van den ‘roman populiste’
| |
| |
te Parijs. Dat toont genoeg hoe hoog ze in Frankrijk geschat wordt. En met recht, want al mist ze misschien de macht, de rijke verbeelding van een eerste-rangschrijfster, toch heeft ze een heel persoonlijk talent, de gave van poëzie, echt fijngevoeligheid en gemoedelijkheid. Vooral wanneer zij het, gelijk in boven vermeld boek, over herinneringen uit haar kinderjaren heeft, vertelt ze boeiend en wordt men bekoord. De natuur, de velden, de boomen, de bloemen, in al hun heerlijkheid door de wisselende jaargetijden kent ze door en door. En dat is een der grootste bekoorlijkheden van haar werk, dat echt is en gezond.
T.
| |
Jules Mayor: Nous n'irons plus au Bois. Histoires de ma Jeunesse. - Editions Jean Crès. Paris. - 12 fr.
Herinneringen uit kinder- en collegejaren, niet bijzonder belangrijk, maar eenvoudig en levendig verteld, met stillen humor. Een reeks kleine tafereelen die van fijnen opmerkingsgeest getuigen. Soms, vooral wat de eerste bladzijden betreft, vindt men dat alles wel wat àl te kinderachtig, maar toch leest men voort.
Jongeren zullen er wel genoegen in vinden, en er hun eigen ondervindingen uit het collegeleven aantoetsen.
T.
| |
Abrégé du catalogue Alcan: Grandes collections: ouvrages principaux. Philosophie. Métapsychique, sciences, occultes et sexuelles. Médicine.
Sciences économiques et sociales. Histoire. Littérature. Musique. Livres pour la jeunesse.
| |
Nouveautés publiées par la Librairie Félix Alcan du 1er janvier 1933 au 31 décembre 1934: Philosophie. Sociologie. Pédagogie.
Gedenkboek Dr. Margriet Baers. - Vlaamsche Boekcentrale. Antwerpen.
Een uitstekende gedachte, dit Gedenkboek ter herinnering aan het edel meisje, dat zoo vroeg aan de Hoogeschool voor Vrouwen werd ontrukt, en toch zooveel reeds gedaan had. Het zou in handen van alle Vlaamsche meisjes moeten komen, en ook van al dezen die in de zoo gewichtige vraag van opvoeding en onderwijs belang stellen. Het geeft ons een korte levensschets waaruit het beeld oprijst van een wezen, wars van alles wat niet heelemaal echt en eerlijk was, met een ziel vol ideaal en een hart vol toewijding, maar tevens met een realistischen kijk op het leven, een open verstand, een ijzeren wilskracht; een wezen, door de Voorzienigheid speciaal uitverkoren om het grootste werk van hooger onderwijs voor onze meisjes op te vatten en in te richten. Hierop volgt, als Inleiding, de zeer schoone lezing door E.Z.P. Dr. Van Gestel O.P. op den tienden verjaardag van Mej. Baers' afsterven in de Hoogeschool voor Vrouwen te Antwerpen gehouden, en waarin hij het proefschrift waarmee Dr. Margriet Baers te Freiburg promoveerde, zeer fijn en juist ontleedt.
Maar de hoofdschotel is natuurlijk het proefschrift zelf, door Mej. Baers in 't Fransch opgesteld, vermits zij haar examen te Freiburg aflegde, maar dat prachtig in 't Vlaamsch werd vertaald. ‘Algemeene Kultuur en Specialisatie’, aldus het onderwerp, dat een der delicaatste vraagstukken in zake onderwijs en opvoeding te berde brengt. Wat moet er vóórgaan, vraagt Mej Baers zich in het eerste hoofdstuk af, het nut der gemeenschap of de volkomenheid van den enkeling; terwijl zij in het tweede hoofdstuk de twee begrippen vergelijkt en grondig ontleedt, het voor- en nadeel van ieder thesis zorgvuldig wikt en weegt. In het derde deel onderzoekt
| |
| |
zij de oorzaken die de specialisatie bepalen, en vraagt zich af of alleen de drang naar welstand en geluk den enkeling tot specialisatie aanzet, ofwel of deze laatste het gevolg der ontwikkeling van de gemeenschap niet is, en een onmisbare voorwaarde tot vooruitgang. Zoo komt ze tot de conclusie: ‘1) Dat er tusschen beide wijzen van vervolmaking noch tegenstrijdigheid, noch onverzoenbaarheid bestaat; 2) Dat, in feite, de sociale oorzaken der specialisatie ook de integrale ontwikkeling van den enkeling bevorderen’ met zekere voorwaarden na te gaan.
Het is een degelijke, diepgaande studie, die van een uitzonderlijke rijpheid van geest getuigt, en die door velen met vrucht zal gelezen worden.
L.D.
| |
S. Kierkegaard: Crainte et Tremblement. - Traduit du danois par Tisseau. - Aubier. Paris.
De bijval der vertalingen van Kierkegaard's werken is vooral aan de letterkundige waarde van die werken te danken. Hij is een meester van die scandinaafsche letterkunde zoo hoog geschat in het Westen: fantazie in de levendig geschetste tooneelen, onverwachte vergelijkingen, of bijeenbrengen van gedachten waarvan de nieuwigheid de dwaling helpt voorbijzien. Boven vermeld boek laat het romantisme en het protestantsch vrij-onderzoek waarvan Kierkegaard diep doordrongen is, scherp uitkomen, en weerlegt ze door zijne gevolgtrekkingen. Romantisch de bewering dat alleen het heldhaftig beoefenen van een deugd telt voor God; romantisch het axioom dat juist het uitzonderlijke, de overdrijving van een gedachte, de waarde ervan uitmaken. Het is een gebrek van vrij onderzoek het geloof te bestudeeren in een moeilijk te begrijpen hoofdstuk der Genesis, dat schrijver zelf op vier verschillende wijzen uitlegt, en er zijn er nog anderen. Hebben Christus en de H. Paulus dan niets over het geloof gezegd? Wanneer men deze willekeurige interpretaties leest, begrijpt men den wijzen regel der Katholieke Kerk: De H. Schriftuur moet volgens de Kerkvaders verklaard worden. Deze leggen uit dat Jehovah aan Abraham nooit beval zijn zoon te dooden, maar wel het offer ervan te brengen: omdat de aartsvader verkeerd begrepen had, liet de Voorzienigheid hem de smart ondergaan, maar belette den kindermoord; deze beproeving, door Gods zwijgen gewild, was de gelegenheid om een heldhaftige daad van geloof te stellen. Eens te meer wees het Vatikaansch Concilie de gedachte af, waarop Kierkegaard altijd opnieuw drukt: ‘het voorwerp van de acte van geloof is het ongerijmde’. Neen, de acte van geloof heeft het bovennatuurlijke tot voorwerp, hetgeen zeer verschillend is. Men leze en bewondere Kierkegaard, doch zonder ooit te vergeten dat 't zij welke katholieke katechismus klaarder en eenvoudiger antwoordt op al de vragen welke schrijver zoo zeer verontrusten, dat ze hem
met vrees vullen.
B.
| |
Dr. N. Tinbergen: Eskimoland. - Uitgegeven door D. v. Syn & Zonen, Rotterdam. Prijs: ingen. gld. 2.90; geb. gld. 3.90.
Schrijver maakte gedurende de jaren 1933-34 deel uit van een wetenschappelijke zending, waarbij hij tot taak had het bestudeeren van de vogelwereld op Groenland. Hij kwam daardoor natuurlijk in nauwe aanraking met de Eskimos, wier huishoudelijk en maatschappelijk leven hij in dit boek beschrijft, waardoor iedereen, die gaarne zijn kennis betreffende de levenswijze van vreemde volken en stammen vergroot, dikwijls naar dit boek terug zal grijpen.
K.
| |
Peter De Jonge: Een hommel uit den bijenkorf. - Uitgegeven door W.L. & J. Brusse's Uitgeversmaatschappij, N.V., te Rotterdam.
| |
| |
Geert Van Marle, een uit Indië naar Holland wegens opheffing van werkkring teruggekeerd ingenieur, de hoofdpersoon uit deze roman, is, evenals zoovelen van zijn tijdgenooten, die, op zoek naar een levensbestaan, heen en weer worden geslingerd, te Parijs, waar hij heen gaat om zich uit den kring van kennissen en bekenden los te rukken, in aanraking gekomen met menschen, die van zijn toestand gebruik willen maken om voor rekening van Fransche belangen in Rusland te gaan werken. Hierom spint zich een heen en weer worden geslingerd tusschen zijn plicht als echtgenoot en vader en zijn gevoelens voor een andere vrouw, wat er hem ten slotte toe brengt aan de hem aangeboden werkkring te verzaken.
Het is een zielkundige ontleding van karakters, zooals men die in de tegenwoordig ontriggelde wereld zooveel ontmoet.
V.K.
| |
J. Treffers: Slagschaduwen. - Uitgevers G. Kolff & Co., Batavia. 2e druk.
In dit boek heeft schrijver op meesterlijke wijze het leven geschilderd van een met de handschoen getrouwde vrouw (X), die dus onvoorbereid voor het Indische leven staat en, in Indië aangekomen, dit leven, met zijn voor een Europeesche onomvatbare begrippen, niet kan aanvaarden.
Wel zullen de hier omschreven levensopvattingen niet kunnen doorgaan als de ginds algemeen geldende, maar dit boek geeft toch een innerlijken kijk in het leven dat ginds door menigeen wordt geleid en doet den lezer begrijpen, dat het leven in de tropen op een gansch anderen voet is geschoeid als dat van onze koudere luchtstreken.
De prachtig geschreven lijdensweg van dit ‘handschoentje’ vanaf den dag harer aankomst in Indië tot haren kort daarop volgenden dood grijpt den lezer ten zeerste aan.
(X) De met de ‘handschoen’ getrouwde vrouw is zij, waarvan het huwelijk in Nederland wordt voltrokken, terwijl de echtgenoot in het buitenland, in dit geval in Nederlandsch-Indië verblijft.
V.K.
|
|