| |
| |
| |
Boekbespreking.
Jean Lorédan; Madame de Lavalette née Beauharnais. 1781-1855 (Figures d'Histoire tragiques ou mysterieuses). - Librairie académique Perrin et Cie Paris.
Een boeiende geschiedenis, die van de mooie zachte Emilie Louise de Beauharnais, nicht van Keizerin Joséphine, en gehuwd met Lavalette, den trouwen adjudant van Napoléon. Na de gruweljaren der Revolutie, waarin ze trots haren jeugdigen ouderdom, een zwaren smartenlast moest dragen, kende zij enkele jaren van geluk, liefde, schitterend leven. Toen kwam Napoléons val, en na de korte opflakkering der ‘Honderd Dagen’, Waterloo, weldra gevolgd door de wraakzuchtige ‘Terreur Blanche’. Ney, Labédoyère, anderen nog werden gefusilleerd; Lavalette - alhoewel aan alle verraad onschuldig - ter dood veroordeeld. Tevergeefs wierp zijne vrouw zich voor 's konings voeten, tevergeefs smeekte zij om genade. De vorst was onverbiddelijk. Toen om haar echtgenoot te redden vatte zij een gewaagd plan op, dat zij met wonderbare wilskracht uitvoerde. Lavalette geraakte vrij en vluchtte uit het land. Maar zijne vrouw moest hare heldhaftigheid bekoopen. In een vochtigen kerker opgesloten, werd zij gedurende één maand, dag en nacht ondervraagd, verontrust en gekweld. De rechter ‘wilde ze doen spreken, die vrouw, haar doen zeggen waar haar man was, om hem te doen guillotineeren; zij antwoordde altijd dat ze niets wist en dat zij, al had ze iets geweten, niet zou spreken!’ Toen ze eindelijk in vrijheid werd gesteld, was ze bijna krankzinnig. Eene sympathieke, beklagenswaardige figuur, eene heldin der echtelijke liefde. Het boek is waard gelezen te worden.
L.D.
| |
Pio Baroja: L'Arbre de la Science. traduit de l'espagnol par Georges Pillement. - Librairie Gallimard. N.R.F. Paris
Andrès Hurtado studeert op de hoogeschool van Madrid. Stipt en nauwkeurig beschrijft Pio Baroja den handel en wandel van den student, de leden zijner familie, zijne professors, zijne makkers, zijn langzaam slenteren door zijne studies. Wanneer hij eindelijk zijn diploma van geneesheer behaalt, krijgen wij al zijne mislukte pogingen om zijn bestaan op den buiten te verzekeren. Naar Madrid terugkeerend, wordt hij aan den gezondheidsdienst benoemd. Intusschen is hij gehuwd. Maar al meer en meer steken hem zijn ambt en de geneeskunde in 't algemeen, tegen. Hij walgt van al de miseries die hij te zien krijgt, van al die wreedheid die hij niet begrijpt. Tevergeefs zoekt hij naar den zin, de reden van 't leven. Kant of Schopenhauer bij wie hij te rade gaat, kunnen hem geen antwoord geven; al evenmin de Wetenschap; en in den Godsdienst, ziet hij slechts dwaasheid een huichelarij. Wanneer dan zijne vrouw een doodgeboren kind op de wereld brengt, en zelf een paar dagen later sterft, ziet Hurtado geen anderen uitweg dan zelfmoord om aan de lastige vraag over 't waarom van 't leven te ontkomen. Een boek zwaar om lezen, zonder een zweem van poëzie of humor, zonder een zonnestraal: doodernstig van 't begin tot 't laatste.
T.
| |
Roger Chauviré: L'Incantation. - Firmin - Didot. Paris. - Frs 12.
De hoofdpersoon in dezen roman is Ierland, voor wie hare zonen lijden en strijden. Francis Hackville is evenwel geen Ier. Van Engelsche afkomst heeft hij echter heel zijne jeugd in Ierland doorgebracht; en hij houdt van dat Iersche volk; hij stelt belang in het herleven der oude taal. De bekoring van Ierland komt over hem. Wanneer de groote oorlog uitbreekt, neemt hij dienst als officier in het Engelsch leger, en kwijt zich moedig van zijn plicht. Zwaar gekwetst komt hij terug, doch geneest na ettelijke maanden. Zal hij terug naar 't front keeren, waar de strijd altijd heviger woedt? Hij haakt er naar, en tracht de dorpelingen, rond hem, insgelijks aan te vuren. Maar zijne stem vindt geen gehoor meer. Engeland heeft alles gedaan om ze afkeerig van den oorlog te maken. Wat zal deze aan Ierland
| |
| |
bijbrengen? Overal in het land broeit de opstand. 't Wordt aldra een strijd van moorden geweld, van afschuwelijke repressie. Er komt een oogenblik waar Francis het niet langer meer kan aanzien, en zijn ontslag uit het leger geeft. Het ideaal dier verdwaalden vindt weerklank in zijn hart; totdat hij eindelijk alles opoffert - liefde, toekomst, vrijheid - en 't voor de Ieren opneemt. Gevangen genomen, wordt hij tot tien jaar dwangarbeid veroordeeld. Waar zal hij, in zijne ontreddering, een toevlucht zoeken? Instinctmatig zoeken zijne vingeren naar den scapularis, dien hem - alhoewel protestant - zijne oude meid gegeven heeft, toen hij naar het front trok. Zij, de Heilige Maagd, zal hem helpen. Geen meesterwerk is dit boek; maar het is met geestdrift en warme sympathie geschreven, en het boeit. In een adem leest men het door, en de oprechte klank erin ontroert soms diep.
L.D.
| |
Charles Silvestre: Le Voyage rustique. - Librairie Plon. Paris 1929. - Frs. 12.
Charles Silvestre heeft reeds verscheidene romans uitgegeven, waarvan ‘Coeurs paysans’ en ‘Aimée Villard, fille de France’, wellicht de mooiste zijn, eenvoudig en zeer fijn van ingeving. Zijn nieuw werk is geen roman, maar een verzameling schetsen over het landelijk leven in Limousin. Schrijver kent die streek door en door: de natuur zoowel als de menschen, zijn hem sympathiek; en zonder grootspraak, in enkele trekken, schetst hij menig onvermoed drama in die nederige huisgezinnen. Veel fijne soberheid doch misschien mist het boek wat kleur, en ontbreekt hier en daar een vastere trek. Men kan er evenwel een paar aangename uren mee doorbrengen
T.
| |
Cécile Gazier: Histoire du Monastére de Port-Royal. - Préface de M. André Hallays. Documents inédits. - Librairie académique Perrin et Co, Paris. - 30 fr.
Schrijfster geeft ons, in een zeer belangrijk boek, heel de wisselvallige geschiedenis der beroemde abdij, van af de vermaarde ‘Journée du Guichet’, toen de zeventienjarige abdis Angélique Arnauld de groote hervorming van haar klooster begon, tot aan de algeheele vernieling van ‘Port-Royal’ op bevel van Lodewijk XIV.
Het boek leest als een roman, en weinige romans zijn zoo boeiend als de geschiedenis van die abdij die zulken luister afwierp en zulken roem kende, zulke sympathies en tevens zulken haat verwekte. Levendig wordt ons dit alles verhaald. Doch het boek heeft een kapitaal gebrek: het cijfert het jansenisme eenvoudig weg. Geen woord rept schrijfster over den theologischen twist, waarin toch de sluitsteen ligt van heel het ‘Port-Royal’ drama. Had Saint-Cyran, gevolgd door Antoine Arnauld en heel zijn aanhang Jansenius' leering niet hooggehouden - al had Paus Urbaan VIII Jansenius' boek in zijn bul ‘In eminenti’ veroordeeld - dan zouden ze niet aangevallen en vervolgd geworden zijn. Eveneens voor de nonnen van Port-Royal, die met zulke halsstarrigheid zich tegen de geestelijke overheid verzetten. Zeker waren ze allen, de nonnen, zoowel als de ‘Messieurs’, de ‘solitaires’, hoogstaande menschen, maar door den hoogmoed verblind. Doch voor schrijfster zijn ze heiligen, slachtoffers van onwetendheid, nijd en afgunst. Over de Jezuieten vooral is ze niet te spreken. Voorzeker viel hunne strijdwijze niet altijd te bewonderen, en zonder twijfel geschiedde de tusschenkomst van Lodewijk XIV op de meest hatelijke en arbitraire wijze. 't Valt echter niet te ontkennen dat de jansenisten den weg leidden naar het protestantisme.
Voor schrijfster zijn ze echter de echte voorstaanders van 't katholicisme. Daarvoor is haar boek - hoe merkwaardig ook, toch gevaarlijk voor dezen die in de kwestie van 't jansenisme niet ingewijd zijn; want het geeft een verkeerd begrip van de gewichtige punten waarover heel het drama zich afspeelde, en die toch het leven zelf der Kerk golden.
D.
| |
Raymond Recouly: Le Mémorial de Foch. - Mes entretiens avec le Maréchal. Les Editions de France. - 15 fr.
In dit uiterst belangrijk boek, geeft spreker slechts de gesprekken terug, welke hij van 1919 tot 1928 met den grooten veldheer voerde. Met hem sprak Foch zijne meening uit over alle militaire en politieke zaken waaraan hij, gedurende den oorlog en de vredesonderhandelingen, deel nam, zoowel als over de politiekers die de politiek voerden. Over deze laatsten viel zijn oordeel niet malsch. Want Foch was stellig overtuigd dat de oorlog een jaar vroeger had
| |
| |
kunnen gewonnen worden. In 1916, na Verdun, na Broussilof's offensief en 't intreden van Rumenië, was het Duitsche leger uitgeput.... ‘Malheureusement, il y eut à ce moment, chez les gouvernements alliés, surtout le nôtre, une défaillance, un inexplicable retard, dû uniquement à des raisons politiques; on perdit plusieurs mois et ce retard, outre qu'il nous empêcha de gagner la guerre un an plus tôt,... risqua tout simplement de nous la faire perdre car il se produisit entre temps l'effondrement du front russe qui, s'il n'avait été largement compensé par l'entrée en guerre de l'Amérique, assurait la victoire aux Allemands......’ Herhaaldelijk beweert hij dat het slechts aan de politiekers te wijten is, indien de zegepraal niet alle vruchten afgeworpen heeft welke men er, met recht, van verwachten kon. Keer op keer heeft hij Clémenceau de oogen willen openen, maar wat kreeg hij tot antwoord?... ‘Votre affaire à vous, c'est la guerre; mais tout ce qui touche à la paix... nous regarde et ne regarde que nous...’ En terwijl, van het eerste oogenblik af, Engeland klaar en duidelijk hare eischen te kennen gaf - de Duitsche oorlogsvloot, de Duitsche colonies, de vrijheid op zee naar Engelsche opvatting - bekwam Frankrijk geen enkele soliede waarborg, waar het de zoo ernstige kwestie harer veiligheid tegen een nieuwen Duitschen aanval gold. Foch meende dat - om Frankrijk en België voortaan te beschermen - Duitschland over den Rhijn moest teruggedreven, en daarom het Rhijnland aan Pruisen onttrokken worden...’ Le Rhin, à mes yeux, n'est pas la frontière de la France, mais celle de tous les peuples qui ont combattu avec elle pour la défense du droit...’ zegde Foch. Maar zijne woorden vlogen in de lucht, en ‘le drame du traité de paix’ werd afgespeeld tegen
al zijne dringende vermaningen in.
Foch had natuurlijk eerst en vooral Frankrijks belangen in 't oog. Maar hij was een hoogstaand man, eene edele figuur, en in dit merkwaardig boek komt hij prachtig uit.
L.D.
| |
Prince Lichnowsky, ambassadeur d'Allemagne a Londres (1912-1914). - Vers l'Abime. Rapports de Londres, souvenirs et autres écrits. Traduit de l'Allemand par P. Teillac, capitaine de corvette de réserve, ancien agent consulaire de France en Allemagne. - Payot. Paris. - (Coll. de mémoires, études et documents pour servir a l'histoire de la guerre mondiale). - 25 fr.
Eene lange reeks boeken verscheen reeds in deze uitstekende verzameling; ook vele vertalingen van Duitsche, Engelsche, Russische werken. Vers l'Abîme is voorzeker een der merkwaardigsten, want Prins Lichnowsky heeft gedurende twee jaren, en tot het uitbreken van den oorlog, zoowel de Duitsche als de Engelsche politiek, met schranderen blik gevolgd. Enkele deelen van dit boek, buiten zijn weten tijdens den oorlog verschenen, brachten een groote opschudding te weeg. En niet zonder reden; want zijne meening uit hij met de grootste onafhankelijkheid. Onmeedoogend beoordeelt hij de politiek van het ‘Reich’ in de laatste halve eeuw, en leidt de ramp van 1914-1918 terug tot Bismarck, en vooral tot zijn opvolger Holstein terug. Bitter onderlijnt hij de fouten der Duitsche staatslieden, die stap voor stap het machtige Duitschland naar den afgrond stuurden. Wel wacht hij zich te beweren, dat zij den oorlog willens en wetens hebben uitgelokt, maar hij tracht te bewijzen dat hij de onvermijdelijke uitkomst was eener verkeerde politiek.
Uiterst interessant is zijn boek, want in de officieële stukken die het ons voor oogen legt, zien we hoe Prins Lichnowsky dag aan dag, den kanselier op het hart drukt dat Engeland geen oorlog verlangde, daar een oorlog met zijne handelsbelangen niet strookte, dat het bereid was alles te doen om de vrede te doen zegevieren, maar evenwel besloten was noch België noch Frankrijk te laten verpletteren, omdat Engeland van geen overmachtig Duitschland wilde weten. Dag aan dag wijst hij in zijne verslagen, en geheime nota's op de verantwoordelijkheid die - in geval van oorlog - op Duitschland zou komen te wegen.
Maar zijne dringende waarschuwingen vonden gehoor noch bij den kanselier, noch bij den keizer.
T.
| |
Général Weygand: Le Maréchal Foch. - Firmin-Didot & Co. Paris.
Général Weygand was, verscheidene jaren lang, de voornaamste medewerker van Maarschalk Foch. Zijn boekje is eene hulde van vereering en dankbaarheid voor den pas ontslapen chef. Levendig toovert het den held voor onze oogen op in zijne vier korte hoofdstukken: ‘le chef, le héros humain, le caractère, la simplicité’. Bij 't lezen ervan weet men niet
| |
| |
wien men het meest moet bewonderen: den leider die zulken volgeling vormde, of de volgeling die zijn leider zoo grondig begreep, dat hij zoo goed als zijn levend evenbeeld geworden is. Boeiend is dit klaar en bondig geschreven boekje, om zijne verheerlijking van 't plichtgevoel dat, menschelijk gesproken, zulken diepen zin aan 't leven geeft.
E.v.C.
| |
Capitaine Karl Spindler, commandant du Croiseur auxiliaire allemand ‘Libau’: Le Vaisseau fantôme. Episode du complot de Sir Roger Casement et de la Révolte Irlandaise de Paques 1916. Traduit de l'Allemand par R. Jouan, lieutenant de vaisseau. - Payot, Paris. - (Coll. de mémoires, études et documents pour servir a l'histoire de la guerre mondiale). - 18 fr.
Kapitein Spindler werd in 1916 gelast wapens en munities aan de Iersche opstandelingen te brengen; daartoe werd de ‘Libau’ tot zijne beschikking gesteld, doch heel de expeditie was ‘G.G.’ (ganz Geheim). 't Ging er ook om leven of dood. Zorgvuldig werd de bemanning uitgekozen, en het schip zelf van onder tot boven gecamoufleerd; het kreeg het uitzicht van een Noorsche cargo, ‘Aud’ genoemd. Van hunnen kant verwisselden kapitein en matrozen hun uniforme - en hunne tucht - voor de plunje en ongedwongenheid van Noorsche zeelieden. En vooruit door de Deensche zeeëngten, naar de Noordzee en den Oceaan, om eindelijk Tralee, den kleinen Ierschen haven te bereiken. Heel het verhaal van dien tocht, is even boeiend als de boeiendste roman van Jules Verne of Karl May. Doch de ‘Libau’ liep in de val, en zijn bemanning werd naar een Engelsch concentratiekamp gezonden.
Maar het boek is ook nog belangrijk omdat het toont hoe Duitschland zoowat overal kwaad vuur stookte, de ontevredenen in de hand werkte, en tot opstand of afscheuring aanvuurde...
T.
| |
Marika Stiernstedt: Les Meules du Seigneur. - Albin Michel, Paris. - 12 fr.
Deze roman, uit het Zweedsch vertaald, handelt over katholieke toestanden in Zweden. Doch schrijfster verwittigt ons, dat hare heldin, Paula Schneckenström eerder naar het jansenisme neigt; haar katholicisme is somber, en van alle mildheid beroofd; al de smarten die haar treffen, ten gevolge van een onbezonnen huwelijk, neemt zij aan, als zoovele straffen, waaraan zij zich niet mag onttrekken. Haar twee kinderen groeien op in die strenge atmosfeer: weldra verliest Hans, haar zoon, zijn geloof, en laat zich uit loutere zwakheid op allerlei dwaalwegen leiden, totdat hij eindelijk meent tot het priesterschap geroepen te zijn. Zelfs dan is hij niet sterk genoeg om aan de bekoringen der wereld te weerstaan. Slechts in een trappisten cel, vergeten en onbekend, zal hij de kalmte vinden. En zijne zuster, Vanna, het lieve meisje, hoe diep geloovig ook, toch verbreekt zij het woord dat zij aan haar verloofde heeft gegeven, en huwt met een gedivorceerd man, want hare liefde voor hem is sterker dan alles. Wanneer haar gemaal in een auto-ongeval verongelukt, keert zij terug met haar kind naar het oud vaderlijk kasteel, zoo fantastisch tusschen bosschen en zee gebouwd. Ook hare moeder is dood, en ze blijft alleen: ze weet nu dat het aardsche leven geen blijvend geluk, maar niets is dan ‘failure’, bittere ‘failure’.
L.D.
| |
Dr. J.F.M. Sterck: Van Rederijkerskamer tot Muiderkring. Uitg. De Spiegel, Amsterdam.
‘De 16de eeuwsche rederijkerij, het meest van voorname cultuur-historische beteekenis in die dagen van woeling, beroering en verandering, is voor ons ook het belangrijkst. De overgang van die ruwe, maar geestige en kerngezonde literatuur op de verfijnde en beschaafde letteren van de 17de eeuw langs den nog onzekeren weg van Coornhert, Roemer Visscher, Spieghel en Bredero naar het Muiderslot, geeft zulk een helder beeld van onze volksontwikkeling, in een harer belangrijkste tijdperken, dat die tijden te schetsen, tevens is het volk in zijn geschiedenis voor te stellen; want in zijn literatuur geeft het uiting aan zijn wel en wee, aan zijn innigste hartsgevoelens.’
Aldus licht Dr. Sterck in de inleiding zijn opzet toe. We bevelen gaarne deze studie van den onvermoeibaren Vondelaar Dr. Sterck gaarne met nadruk aan.
D.W.
| |
| |
| |
Rufin Schockaert: Juvenilia. Poesies de mes dix-sept ans. Gedichten mijner jeugd. Niet in den handel.
Laat ik een oogenblik veronderstellen dat Rufin Schockaert nog op de banken van het College te Eekloo zit, en dat ik, als inspecteur van het middelbaar onderwijs, de latijnsche, vlaamsche en fransche dichtproeven van dezen knappen leerling in handen heb gekregen. Ik zou hem naar voren roepen en voor de stralende oogen van zijn leeraar E.H. Felix Verhaeghen en de opgetogen bewondering van zijn medeleerlingen zou ik hem ongeveer in dezer voege toespreken: Jonge heer Schockaert, ik houd eraan u, publiek en met nadruk geluk te wenschen voor uwe buitengewoon geslaagde dichtoefeningen, niet enkel in het Vlaamsch en het Fransch maar zelfs in de taal van Cicero, Ovidius en Horatius. Wel is hiermede niet bewezen dat er uit u een groot dichter zal groeien, - want mijne ervaring en de letterkundige geschiedenis hebben me geleerd dat primussen soms maar povere krukken blijven in het leven, terwijl soms schijnbaar-weinigbegaafde jongens uitgroeien tot geleerden of kun stenaars - maar uwe proeven bewijzen stellig dat er in u een dichterlijke snaar trilt en, vooral, dat ge de lessen van uwe leeraars met bijzonderen vlijt hebt benuttigd. Daarom heb ik er aan gehouden u, en tezelfdertijd uw beminden leeraar, openlijk geluk te wenschen. (Spontane en luide toejuichingen).
Maar R. Schockaert is geen collegejongen meer; hij is nu al vijf en twintig jaar professor aan de leuvensche Alma Mater waar hij, met een gewettigde faam, de gynoecologie onderwijst en het snijmes hanteert. En ikzelf ben geen inspecteur van het middelbaar onderwijs...
Dr. L.D.S.
| |
Dr. Wilfried Broeckaert: Dokters humor. - Uitg. ‘Regenboog’ Antwerpen, 1929.
Heb ik het niet gezegd? Daar hebt ge de proef op de som! Te Dendermonde, in 't college, - schrijft Dr. Broeckaert in zijn voorwoord, - kaapte ik, in de klas van Poësis, de eerste plaats weg ‘in de edele conste van te rijmen’. En lees nu die z.g. Doktershumor...
Dr. L.D.S.
| |
| |
| |
Ter bespreking ontvangen:
R.R. Post. Eigenkerken en Bisschoppelijk gezag in het Diocees Utrecht tot de 18de Eeuw Bijdragen van het instituut voor middeleeuwscge geschiedenis der rijksuniversiteit te Utrecht, uitgegeven door Prof. Dr. O. Ooperman. Verlag von Duncker und Humblot, Leipzich und Munchen. |
Bernardus Lijdshan. C.s.s.R. Introductio in Jus Canonicum cum uberiore fontium studio vol. 1 De notionibus, de fontibus existendi, di fontibus cognoscendi juris canonici. Brand Hilversum in Hollandia. |
| |
Schooluitgaven van de firma J.B. Wolters, Groningen.
Prosateurs Modernes. Anthologie des prosateurs français du XXo siècle, par J. Fransen e M J. Premsela. Broché gl. 2,90; relié gl. 3,25. |
De Nederlandsche Dichtkunst sinds 1880, door W.L.M. Van Leeuwen. Ing. 3,50 fl. geb. 3,90 fl. |
Korte schets van de ontwikkeling der Nederlandsche Letterkunde, door W.L.M. Van Leeuwen Ing. 2,50 fl. geb. 2,90 fl. |
Lyceumherdrukken: Gedichten van Genestet, Staring en Potgieter, verzameld door Dr. Ph. Landsberg, 3e druk, geb. 2,50 fl. |
Lyceumherdrukken: Pieter Corneliszoon Hooft als lyrisch en dramatisch dichter en geschiedschrijver; bloemlezing uit zijn werken door Dr. W.L.D. Van den Brink. Geb. 2 fl. |
M.J. Koenen's Verklarend Handwoordenboek der Nederlandsche Taal, zestiende druk uitgegeven door Dr. J. Endepols, met medewerking van Dr. R. Verdeyen. |
Oefeningen bij de beknopte nederlandsche spraakkunst door Dr. C. De Baere, 2o deeltje, 3o druk. 10 frank. |
Opstellen ter vertaling in het Engelsch, met woordenlijst en hulpboek, door Dr. H.G. De Maar, deel II, geb. 1,40 fl. |
Beknopte engelsche spraakkunst voor Roomsch-Katholieke scholen, door L. Bot en J. Houtepen, 1o en 2o deel. Ing., elk 1,60 en gegb. 1,80 fl. |
Oefenboek bij de beknopte engelsche spraakkunst voor R. Kath. scholen door L. Bot en J. Houtepen, 2o deel. Pr. ing. 1,60; geb. 1,80 fl. inbegrepen de Woordenlijst. |
Dertig eenvoudige vertalingen (Nederlandsch-Duitsch) door C. Brouwer en Dr. G. Gras. Pr. 0,90 fl. |
English passages for translations, for the use of higher forms in schools and of students, selected by Dr. G. De Maar. Pr. 0,80 fl. |
Joseph Conrad: Typhoon, bewerkt door Dr. C.E. De Haas. Pr. ing. 1,40 fl. geb. 1,60 fl. |
G.K. Chesterton: The Innocence of Father Brown, bewerkt door Dr. N.H.M. Zwager. Ing. 1,20 geb. 1,40 fl. |
|
|