| |
| |
| |
Boekbespreking.
Een voorbemerking. We hebben getracht in dit nummer een overzichtelijk beeld te geven der moderne scandinaafsche letterkunde, maar de bespreking van een werk of de vermelding daarvan in het artikel van Lod. Baekelmans geldt nog niet als eene aanbeveling. In moreel opzicht dient tegenover een groot deel der scandinaafsche literatuur beslist voorbehoud gemaakt. Wie dus niet de vereischte ervarenheid en rijpheid heeft, late zich bij de studie dezer letterkunde door een leidsman richten. Het is niet mogelijk dat in dit tijdschrift voor elk boek, uitdrukkelijk, te doen.
| |
Gunnar Gunnarsson: Schiffe am Himmel, Roman, Verlag Albert Langen, Munchen.
Gunnar Gunnarsson: Der Geächtete, Roman. Universitas Deutsche Verlag A.S. Berlin.
Gunnar Gunnarsson: Sieben Tage Finsternis, Roman. Universetas Deutsche Verlag A.S. Berlin.
IJsland krijgt weer een literatuur of althans schrijvers van beteekenis, al zoeken de meesten hun toekomst en hun heil buiten de grenzen van hun land.
Svenssen heeft tienduizenden verblijd, ontroerd en geboeid met de verhalen van zijn kinder- en jeugdervaringen; maar de sterkste, als kunstenaar is van al de schrijvende IJslanders Gunnar Gunnarsson. Of liever: Gunnar zonder meer; want familienamen zijn daar onbekend. Gunnar dus, zoon van Gunnar. Wel leeft en arbeidt de schrijver in Kopenhagen; maar het is IJsland dat al zijn werken voedt en doorademt. Skibe paa Himlen (Schepen aan den hemel) is het tweede deel van den romancyclus waarin het leven en het lot van Uggi Greepasons worden verhaald. Dit boek schildert het wonder ziele- en droomleven van het kind dat aan de werkelijkheid zich stoot en verwondt. Uggi Uggi was gewend de wolken aan den hemel te zien als trotsch-zeilende wikkingschepen over de hemelzee. Maar op een dag trad de dood in zijn leven en haalde moeder weg; toen schoof er een schaduw over de dingen en zijn droom verzwond. De ernst en de smart der werkelijkheid ving aan.
Der Geächtete is een van de sterkste van Gunnar's romans. Sterk van structuur en beelding, krachtig en klaar. Het is het verhaal van den functionaris Ulfur Ljotsson, die van twijfel aan zichzelf verscheurd, niet komen kan tot de scheppende daad en tot innerlijke bevrediging en die ten slotte zijn toekomst, zijne eer en zijn levenskracht door drankmisbruik verwoest, maar ten slotte tot inkeer gekomen, boetend, als matroos in zee gaat en den dood vindt.
Sieben Tage Finsternis, is het drama van den haat; de haat van Pall Einarsson die zijn jeugdvriend Grimur Ellidagreimur ter wille der vrouw tot waanzin drijft. Het is het verhaal van nauwelijks zeven dagen; maar 't is of in deze korte spanne tijds heel een wereld dreigt ten onder te gaan. In zeven dagen wordt door boosheid, wantrouwen en nijd het geluk van twee echtgenoten verwoest, terwijl de dood op de menschen jaagt en de helsche kolom van den brakenden vuurberg het land met ondergang bedreigt.
Dit is een werk van epische kracht en grootheid.
Dr. L.D.S.
| |
Thomas Olesen Lökken: Klaus Bjerg en Bodil. Uit het Deensch vertaald door G.J. Risselda-Garrer, Uitg. Elsevier, Amsterdam. Pr. 3,25 gl.
Thomas Olesen Lökken: De boer Niels Hald. Vert. G. Risselda-Garrer. Uitg. Elsevier. Pr. ing. 2,75 gl.
In de handen van iemand die niet zoo'n rasschrijver is als Thomas Olesen Lökken ware het eerste onderwerp een vervelende predicatie geworden en een hinderlijk propagandaschrift tegen de gevaren en gevolgen van het alkoholisme. Klaus en Bodil zijn propagandisten voor het goede en ze hebben tusschen de vechtende, drinkende buren in het duinland een echt apostelaat
| |
| |
vervuld, enkele malen door hun woord, maar in de eerste plaats door hun voorbeeld. Zij hebben geleden voor de goedezaak: miskenning, ondank, bedreiging en onverdiende straf; maar ze hebben trots alles verwonnen door hun goedheid en hun meedoogen. Het is een schoon en mild boek; het is uit den schrijver gebloeid, zooals een boom die opschiet, groeit, zich vertakt, bloesemt en vrucht draagt. Het is klare eenvoud die ontroert; iedere zin ademt in de atmosfeer van het duinland, waar het rythme van de nabije zee over heen ruischt.
Niels Hald is niet uit den schrijver gebloeid als Klaus Bjerg en Bodil; Niels Hald is een compositie van den schrijver. Maar een sterk stuk werk. Niels is een strever; hij heeft plannen voor drie menschenlevens en hij kent geen geduld. Hij wil geld en macht veroveren om zijn maatschappelijken droom te kunnen verwezenlijken; maar hij heeft niet gemerkt hoe zijn drift hem steeds verder en verder stuwt in het onbekende naar zijn onvermijdelijken ondergang. De tragiek van dit ten ondergaande leven bereikt aan het einde een huiverende hoogte.
D.W.B.
| |
Sigurd Hoel: Zondaars onder de Zomerzon. Uit het Noorsch vertaald door Mary Horix. Uitg. Elsevier, Amsterdam. Pr. ing. 2,75 gl.
De uitgevers heeten dit een ‘geestig en amusant’ boek. Neen, het is in den grond een wrang en pijnlijk boek. Het is een schitterend stuk amoreele literatuur; een literaire virtuositeit van een nog jong auteur, die met een verrassende knapheid en scherp-beeldend woord de vacantieavonturen vertelt van een groepje vrijgevochten jongens en meisjes. Levend materiaal voor Freud. Specimens van de allerjongste generatie die alle traditioneele banden en wetten hebben verbroken om het ‘nieuwe leven’ te leven.
Dat S. Huel dit thema heeft aangevat en aangedurfd verdient nog geen verwijt; wel het feit dat hij 't geschreven heeft zooals hij deed. La question essentielle - zegt Maritain - n'est pas de savoir si un rommancier peut ou non peindre tel ou tel aspect du mal. La question essentielle est de savoir à quelle hauteur il se tient pour faire cette peinture et si son art et son coeur sont assez purs, et assez forts pour le faire sans connivance.’
Dat Heul dit niet gedaan heeft ‘sans connivance’ is het verwijt dat hem treft.
Dr. L.D.S.
| |
Jörgen Falk-Rönne: Das Land des Glucks 3e Auflage. Aus dem Dänischen ubersetzt von Gertrud Bauer. Verlag J.F. Steinkopf, Stuttgart..
Dit boek bewijst dat zelfs een van alle beschaving en confort ver verwijderd Faroëreiland, met de meest primitieve levensverhoudingen, toch een geluksland kan worden voor een jongen deenschen predikant en een levenslustig, maar ingoed Kopenhaagsch jong meisje. Dit had het boek kunnen zijn van den jongen dominé; maar het is het boek geworden van Pip, de frissche, blijmoedige, zonnige Pip. Een gemoedelijk, hartelijk en boeiend verhaal.
D.W.
| |
Selma Lagerlöf: Anna, das Mädchen aus Dalarne, Verlag Albert Langen, Munchen. geb. 7 Mk.
Dit werk van Selma Lagerlöf sluit aan bij haar dubbelen Löwensköld-roman, ‘Der Ring des Generals’ gevolgd door Charlotte Löwensköld. Toen het tusschen den fanatischen predikant Karl Arthur en de innemende Charlotte tot een breuk was gekomen, was de jonge man de straat opgerend, God vragend dat Hij de vrouw op den weg zou zenden die hem als vrouw was bestemd. Het eerste vrouwelijk wezen dat hij aantrof op de baan, was Anna Svãrd, het arme kramersmeisje uit Dalarne. Zoo vangt het aan.
Het is een roman vol levende fantasie en spannende gebeurtenissen; een van de beste werken van Selma Lagerlöf.
G.D.S.
| |
Ingeborg Maria Sick: Minnesang. 282 S. In Leinen 6 m. Verlag J.F. Steinkopf, Stuttgart.
Vergissen we ons niet dan werd deze vooraanstaande Deensche schrijfster jaren geleden in Vlaanderen geintroduceerd door Mej. Belpaire. Zij schreef een reeks boeiende verhalen en een roerende levensgeschiedenis van Mathilde Wrede, de Engel der gevangenen.
Ook Minnesang, zooals in meest al haar werk, is rijk aan vrouwelijke teederheid en dichterlijke schoonheid. Maar hier komt daarbij de romantische toover der middeleeuwsche sfeer. Het is een verhaal van minne en rouw; van liefde, schuld en loutering. Haar kennis
| |
| |
der middeleeuwsche geschiedenis en katholieke toestanden en aangelegenheden is blijkbaar onvoldoende geweest; maar literair gesproken is het een mooi en boeiend boek.
| |
Olav Duun: Die Juvikinger I Per Anders und sein Geschlecht, II Odin. Ubertragen von J. Sandmeier und S. Angermann,. Verlag Rutten & Loening, Frankfurt-am-Main. Pr. geheftet 7,50 RM. geb. 10 RM.
Onze medewerker, de bekende criticus Jörgen Bukdal beweerde in een zijner studies dat Olav Duun, met zijn roman der Juvikingen, ‘het beste, het diepstgaande beeld van Noorsch boerenleven sinds de dagen van de saga's’ heeft gegeven. En hij kan het weten. Olav Duun werd geboren in het Namdal boven Drontheim en daar, in zijn geboorteland, waarvan hij het dialekt is blijven schrijven, ontwikkelen zich haast al de gebeurtenissen waarvan hij verhaalt; hier gaat het van de stichting der hoeve door den stamvader Per Anders, door verschillende generaties naar den ondergang van het geslacht door den dood van Odin, in wien al de sterke eigenschappen van den stam vereenigd waren; en niet alleen de groei, het lot en de ondergang van een geslacht, maar dit geslacht in zijn vertakkingen en zijn verhouding tot de wereld en de natuur waarin het leefde. Hier helpt geen resumeeren aan; wie een boek van epische pracht en sobere grootheid lezen wil, kan het vinden bij Olav Duun.
Dr. L.D.S.
| |
Edvard Welle-Strand: Waar het Noorderlicht schijnt. Vert. door M.J. Molanus-Stamperius. Uitg. Koloniale Boekcentrale., Amsterdam.
De verdienste van dezen roman ligt in de milieuschildering; niet in den bouw van het verhaal of de psychologische uitbeelding, die vaak wat romantisch schijnt. Ik geef echter gaarne toe dat we het leven van deze primitieve Noorsche zeerobben, Lappen en bastaard-Lappen met een anderen maatstaf moeten beoordeelen dan de maatschappij waarin we leven. Ze handelen als oer-menschen die geen dwang of gebod kennen die hun natuurdrift kunnen remmen of richten. Maar het ontzettende leven der visschers aan de Lofodden en in de noordelijke IJszee wordt beschreven met een rauwe, huiverende realiteit.
Dr. L.D.S.
| |
Edvard Welle-Strand: Meeuwenjong, uit het Noorsch vertaald door M, J. Molanus-Stamperius. Uitg. Koloniale Boekhandel, Amsterdam.
Ook dit boek speelt zich af tusschen ruwe, zwalpende, drinkende en driftiglevende visschers en jagers en scheepslui, van het hooge Noorden. Geloof en moraal hebben niets of weinig te beduiden in het leven en de verhouding dezer lieden., die gedreven worden door de jacht van hun bloed. Literair lijkt me Meeuwengang veel sterker en gaver dan het vorige boek; daar is een vlotter en natuurlijker gang in en minder opzettelijkheid, maar met dezelfde kommerlooze miskenning der hoogere dingen en wetten. Er zit iets in dat verhaal van den onrustigen geest die haast al het werk van Hamsun karakteriseert; zijn stijl en zijn taal zijn sober en beeldend.
Dr. L.D.S.
| |
Marie Hamsun: Die Langerûdkinder im Winter. Eräzhlung, Verlag Albert Langen, Munchen. Geb. 7 M.
Marie Hamsun is de tweede, nog betrekkelijk jonge echtgenoote van den grooten, stoeren Noor Knut Hamsun, wiens haard ze heeft verblijd met den zegen van vier kinderen. Maar ze is meer dan een zorgende huisvrouw en een liefdevolle moeder, ze is tevens een van de gemoedelijkste vrouwelijke schrijfsters van het Noorden. Daar is in al wat ze schrijft, een fijne, hartelijke toon, een zuivere humor en een milde, eerlijke eenvoud; en zij is ondanks de dwingende toover van haars mans werk, geheel zich zelf gebleven. Eerst heeft ze 't verhaal geschreven van het zomerleven met de kinderen op de ‘Alm’, nu is 't verhaal gevolgd van het leven in den Winter: van de huiselijke vreugden en zorgen, van het leven in de stallen en op het land, van kennissen en vriendschappen. Het is een schattig boekje, waaraan ook onze Vlaamsche lezers hunne vreugde zouden hebben.
A.V.C.
| |
Alexander Kielland: Fortuna. Vertaling van H.M.S. Uitg. N.V. Ontwikkeling, Amsterdam.
Kielland was een elegante aristocraat met een warm democratisch hart. Een man met een eerlijk gemoed dat in opstand kwam tegen de mistoestanden der maatschappij waarin hij leefde. De verontwaardiging over deze toestanden is de bron geweest van zijn scheppenden
| |
| |
arbeid. Zoo is Fortuna een aanval tegen de gewetenlooze moraal die heerscht in de zakenwereld; zooals ‘Gift’ een aanval was op de school, en ‘Arbeidsfolk’ een scherpe satyre op het lamme kantoorleven.
Al. Kielland behoort tot het geslacht der Noorsche naturalisten, maar de voornaamheid van zijn taal en stijl blijven zeer te waardeeren en ondanks de uitgesproken tendenz weet hij ons nog te boeien en te ontroeren.
Dr. L.D.S.
| |
Knut Hamsun: I Benoni, II Rosa. Beide vertaald door S. Van Praag, Iitg. J. Philip Kruseman, 's Gravenhage.
Over de beteekenis en de plaats van Knut Hamsun in de noorsche literatuur verwijzen we naar het overzichtelijk artikel van J. Larssen, in dit nummer. ‘Benoni’ en ‘Rosa’ behooren tot de reeds werken van Knut Hamsun, waarin hij 't eenvoudige, daagsche leven in de grootsche natuur uitbeeldt. Maar wat Hamsun ziet in de eerste plaats is niet het geweld van land en zee en hemel, maar de mensch daarin en daaronder, met zijn onrustige, zwervende hart. Persoonlijk gaat mijn bewondering in de eerste plaats naar ‘Hoe het groeide’ en ‘Zwervers’ maar ook deze twee vervolgromans dragen de onmiskenbare sporen van Hamsun's greep. Hoe sterk staan zijn menschen hier weer gebeeld: Benoni, de harde wroeter, Rosa en haar oom, de landeigenaar Mack en Rosa's man advocaat Arentsen. Hamsun blijft een verbazende kracht die geen ouderdom kent.
Dr. L.D.S.
| |
Ragnar Holmström: Jonas Odmarks Geschichte. Aus dem Schwedischen büersetzt von Axel Liebbe, Engelhorns Verlag Stuttgart. Broschiert 1 M.
Het tragische verhaal van een buitenechtelijk geboren Zweedschen boer die door kamp en broeiing van hartstochten naar zijn bitter einde gaat. Een werk van groote kracht, en sterke beweging. En dit verhaal van botsende hartstochten, steigerende driften, geweld en liefde ontwikkelt zich naar zijn noodlottig einde onder de wisseling der keerende getijden.
B.
| |
Laurids Bruun: Eine seltsame Nacht. Roman in vier Stunden. Aus dem Danischen ubersetzt von Jules Koppel. Eupelhorn's Verlag, Stuttgart.
Dit verhaal dat zich afspeelt in de korte spanne tijds van een zomerschen maannacht en waarvan we zekere literaire kwaliteiten niet willen ontkennen, is van hetzelfde verderfelijk gehalte als tachtig procent films; wellicht verderfelijker. Het is dan ook geen wonder dat het verhaal op het doek is gekomen; 't lag ervoor pasklaar.
B.
| |
Jacob Palludan: I Vogels om den Vuurtoren. II De Velden Rijpen. Beide romans vertaald door A. en F. Huber en uitgegeven door Elsevier, Amsterdam.
J. Palludan is pas drie en dertig; en toch is zijn werk reeds de deensche grenzen overgegaan. En dat is geen wonder. Want zooals men ook in dit nummer lezen kan, in het artikel van den vooraanstaanden dichter en criticus Chr. Rimestad, is Palludan een van de sterkste romanciers uit de jongere generatie. Ze hebben hem zelfs in een paar duitsche tijdschriften al vergeleken bij Knut Hamsun; wat alvast voorbarig is; maar zeker zou het niemand verwonderen indien deze jonge Deen eens den stoeren, grimmigen Noor ter zijde streefde. En dit zou wellicht daarvan de winst zijn (naast het andere): dat zijn werk niet tot zulke ijle afgronden en onzekere verten voert. Zijn eerste boek ‘De nieuwe Wereld’ dat hij in New-York schreef, ging ongemerkt voorbij, maar toen zijn ‘Vogels om den Vuurtoren’ verscheen, was het duidelijk dat dit het werk was van een reeds sterk en nog rijker beloftendagend auteur, die een persoonlijkheid had uit te spreken. Het is heel anders als het werk van Hamsun; maar er zijn bladzijden in ‘Vogels om den Vuurtoren’ die door Jacob Wassermann hadden kunnen geschreven zijn. Nog mooier, gaver en klemmender wellicht is ‘De Velden rijpen’; zijn menschelijkheid spreekt er zich nog klaarder in uit en zijn figuren zijn er met expressiever lijnen geteekend.
Dr. L.D.S.
| |
Einar Christiansen: Ottilie. Ubertragung von Else von Hollander-Lossow.
Westerman-Verlag vervult in Duitschland tegenover de scandinaafsche literatuur, de propagandeerende taak die door Elsevier, in Holland, sedert jaren wordt verviuld. Aldus werd het werk van Knud Andersen en Marie Bregendahl, van den IJslander Gudmundur Kamban, van de Zweeden Ernst Didring en Gósta af Geyerstam, en van de Finnlandsche schrijfster Maila Talvio in Duitschland verbreid.
| |
| |
Deze roman van Einar Christiansen is een familiegeschiedenis, maar geen familieroman; het is hoofdzakelijk de geschiedenis van een der na moeders dood, met een stuggen vader achtergebleven kinderen, Ottilie. Het is, zooals de meeste scandinaafsche romans een vlot verhaal dat door geen beschrijvingen wordt gestremd. De dialoog is levendig.
W.B.
|
|