Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1903(1903)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 160] [p. 160] Winteravond 't Zonnewiel is weg en schildert lijk 'n rood oranjelint, dat den hemel, langs het Zuiden, boven de eerde vastebindt. Hier en daar, verschijnt 'n ster, en in den purpergrauwen boord van 'n wolke, zit de sikkel van de mane half versmoord. Over de eerde, lijk 'n booswicht, waait de mager wind en schudt 't rostgedroogde loover, in 't ge raamte van 'n elzenhut. Door de groene halve klaarte, varen duister schauwen rond en de strooien daken zitten, lijk verkrompen, in den grond. 'k Hoor het, in de verte, luiden over dood en ieder zucht, uit de doove klokke, tuimelt, lijk geborsten, door den lucht. Wilde ganzen, op 'n reke, ginder hooge, lijk 'n schicht, vliegen, met gerokken halzen, door het witte manelicht. Omer K. De Laey Uit den Cyklus: ‘Van te Lande’. Vorige Volgende