Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1902(1902)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 271] [p. 271] Sneeuw. Een blanke sneeuwvacht vlindert uit den hemel en dwarrelt tuimlend in een speelsch gewemel, als duizend madeliefkens zonder stengel van uit den lucht gestrooid door eenen engel bij armvols, alsof Jezus daar moest treden. Ze dalen zacht om 't al in wit te kleden en leggen 't kopken neer zoo moe van 't spelen, lijk 't kindeke bij 't donzig moederstrelen........ Straks komt de zonne door de wolken gloren. die bovelingskens een voor een versmoren!... Zoo spelemeien hupplend m'n gedachten vol lentebloei en borrlend jonge krachten. Ze vlechten blommen in hun blonde haren en blijven naar de morgendzonne staren en zingen 't levenslied vol zoete hope! Eilaas, de werklijkheid komt aangekropen, verdort het groene blad, de frissche blommen en doet het lied op mijnen mond verstommen!.... L.K.M. 27-1-02. Vorige Volgende