Dietsche Warande. Nieuwe reeks 2. Jaargang 10(1897)– [tijdschrift] Dietsche Warande– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 511] [p. 511] Avond. De moede landman spoedt zich naar zijn kluis, De moede pelgrim slaapt bij 't houten kruis En elk geniet de welverdiende rust Mijn ziel: gij wordt ‘door 't Elders Rust’ gesust. Hetzij uw geest zich laaft aan d'eedle Kunst Een bron van heil'ge vreugd - en Godes gunst - Hetzij uw ziel den levenstrijd aanvaart Tegen de zond' en al wat trekt aan d' aard! Voor al wie strijdt daagt eens de dag der kroning, De Herder wil 't vermoeide lam zelf dragen; In 't Vaderhuis is ook voor mij een woning! Al ben ik moe, 'k wil mij toch niet beklagen Zij wenken mij - de wachters van mijn Koning - En éénmaal zal de rust voor mij ook dagen. Vorige Volgende