Dietsche Warande. Jaargang 10
(1874)– [tijdschrift] Dietsche Warande– Auteursrechtvrij
[pagina 27]
| |
Bijdragen tot de Kerkelijke Geschiedenis van Nederland,
| |
[pagina 28]
| |
te Leuven, deze wijdberoemde universiteit. Hij verwierf er den graad van Licentiaat in de Godgeleerdheid en werd in 1585 priester gewijd. Na achtervolgens de ambten van pastoor te Linden, pastoor van het begijnhof te Leuven en deken van dat distrikt bekleed te hebben, verwierf hij den doctoralen hoed en werd in 1605 in de plaats van Jan Clarius, tot professor en president van het groot collegie der Theologie benoemd. Hij werd eindelijk in 1611 in de domkerk van Mechelen tot de bisschoppelijke waardigheid verheven, en nam den 19 Mei van hetzelfde jaar, zijnen bisschoppelijken zetel van Roermond plegtig in bezit. Ons doel is niet de ambtsbezigheden en het arbeidzaam leven van dezen kerkvoogd te beschrijven; wij willen alleen door de openbaarmaking van eenige bijzonderheden, eene kleine bijdrage leveren tot de kennis van zijnen persoon en zijner familie. Bisschop Van den Borgh was een getrouwe herder zijner kudde en een dierbare vader voor zijne onderhoorige geestelijken. Als nederige, verdraagzame bisschop, noemde hij de protestanten in zijne brieven en schriften bij voorkeur zijne goede naburen. Maar deze naburen waren zoo welwillend niet als hij; want zij deden hem in 1632, na de verovering der stad Roermond door de Staten, de domkerk ontruimen, het kapittel naar de parochiekerk vervoeren, en vervolgden de geestelijken en beletten de vrije uitoefening der katholieke godsdienst. De bisschop zelve moest meer dan eens hatelijkheden ondergaan. Hij vertoefde te Amsterdam, wanneer, na de reductie van Roermond in 1637, de magistraat hem eene kostbare mijter ten geschenke zond. Van den Borgh overleed te Roermond den 24 Februarij 1639. Zijn portret in levensgrootte bevond zich oorspronkelijk in het bisschoppelijk paleis en maakt nu een deel uit der reeks bisschoppelijke portretten in de domkerk; volgens dit tafreel is de bisschop een man van gevorderden leeftijd, aangezicht mager en kantig, neus ordinair, haar bruin, oogen zwart, baard om de kin en knevel onder de neus. Het familieblazoen der Van den Borghen, op deze schilderij aangebragt, verbeeldt in een veld van keel eenen gothischen toren van goud, waaruit een monster stijgt | |
[pagina 29]
| |
van sabel; de schildvoet groen. Lemma: Esto vigilans. Zijn testament rust in het kerkarchief te Roermond. Ik heb er eenige noten uit afgeschreven, die ik den lezers der Warande zoo niet textueel, dan toch naar den inhoud, uit mijn aanteekenboekje hieronder mededeel. | |
Testamentum Rissimi Dui Jacobi a Castro, Amstelodamensis, Ep. Ruraem. Anno 1637 die 5 Maii conditum.‘....Testamentaliter relinquo Sacello episcopali tabulam pictam adorationis trium magorum et picturam personae meae addendum memoriae duorum praedecessorum meorum (A. Castro was 3de bissch. van Roermond). ‘Donentur ecclesiae cathedrali mea ornamenta et paramenta, et si ecclesia Montis Sanctae Odiliae fuerit unquam religionis cultui restituta publico, ei detur casula mea alba damascena antiquior. ‘....Pro aula episcopali reserventur 4 tabulae pictae de correptione fraterna, una cum imagine Stae Mariae majoris. Libros meos lego Bibliothecae domus episcopalis. ‘....De bonis patrimonialibus lego cognatae meae Catharinae, quae modo familiam meam honeste gubernat, duos scifos argenteos, de quibus unum mihi dedit Episc. Antwerpiensis in die meae consecrationis et alterum mihi dederunt pastores districtus de Crekenbeck. Filiae ejus Catharinae quae matris est in ministerio lego cochlear argenteum cum imagine Sti Petri.... Antonio Cruysancker jam satisfeciGa naar voetnoot1 et quia per secundum matrimonium suam matrem offendit deberet esse contentus, sed lego ei patenam meam argenteam cum imagine Abrahae quam mihi dederunt pastores decanatus Lovaniensis et duos scifos argenteos mihi donatos a cognata nostra Elisabeth Elberts P.M. et sex cochlearia argentea. Filio ejus Egberto Jacobo quem ego suscepi de sacro fonte praeter legatum quod jam accepit, lego navicellum argenteum deauratum quod mihi dederunt pastores Weertenses et capsulam crispatam mihi donatam a conventu sororum grisarum oppidi Diestensis.... | |
[pagina 30]
| |
‘Lego duos agellos sitos extra portam pontis cum jure piscandi in Rura eodem Egberto Jacobo Cruysanker in reparationem damni quod ei intulit ejus pater Antonius per secundum matrimonium. ‘Emi ante aliquos annos domunculam juxta domum episcopalem ut carerem tabernae potatorum in vicinia, quam ob invasionem hostium pro sorore mea destinaveram; hanc lego in usum audientiae officialatus, sicut etiam domunculam prope hortum nostrum in usum carceris ecclesiasticae. ‘Emi ab Idone Grammay redditum 50 dalerorum imperialium hypothesatum super dominium de Nederweert. Hanc summam quae est 2000 Daler. cap. legavi collegio Theol. Lovanii in erectione unius bursae, ut si quis ex prolibus Antonii Cruysanker vel eorum descendentibus aptus sit ad studium philosophiae aut theol. ille caeteris praeferatur. ‘Item lego dalerorum 300 capitale super comitatum de Horne Seminario Ruraemundano. ‘....Domesticis meis do 50 flor. unicuique ut audeant sacram missam pro me. Capellano meo HenricoGa naar voetnoot1, et Catharinae, filiae, meae cognatae, quia hactenus nullam habebant largitionem volo hanc summam duplicari. Betrekkelijk de uitgaaf zijner handschriften geeft de bisschop de volgende merkwaardige verklaring:
‘Scripta lectionum mearum, quoniam imperfecta sunt et rudia et forte quibusdam improbabilibus sententiis respersa, nolo ut habeantur in aliquo pretio sed libere possunt comburi, ne quis eis legendis tempus suum inutiliter impendat. Chartae quoque concionum mearum, quoniam similiter imperfectae sunt disperdi aut comburi possunt. Eas tamen conciones quas in parochiali ecclesia habui de Regno Christi et quas in nitido jam desceibere coepi et fere perfeci, si executoribus meis visum fuerit, permitto ut lingua vulgari nostro praelo committantur ad usum eorum quibus non permittitur publicas conciones frequentare.’
Het slot luidde:
‘Universum haeredem caeterorum bonorum instituo capitulum | |
[pagina 31]
| |
cathedralis ecclesiae sanctorum Petri et Pauli et B.M.V. Ruraemundae. Executores hujus testamenti sint R.D. Petrus Cuyckhoven canonicus et decanus cath. capituli et R.D. Balduinus de Gaule canonicus ejusdem capituli. Actum Ruraemundae hac 5ta Maji 1637.
Bisschop A. Castro is hoogst waarschijnlijk in zijne geboortestad reeds lang vergeten. Maar in het bisdom Roermond is zijn aandenken nog levendig; ook bij de Universiteit van Leuven, alwaar hij eene studiebeurs stichtte, is nog heden zijn naam in zegening.
Berg-Terblijt, Jan. -72. |
|