Het innerlijk behang
't Er viel ne keer een bladje...
Precies in een tijd van dure tot onbetaalbare handenarbeid neemt Deus ex Machina het pleit op voor de ‘menselijke machine’, d.w.z. voor de kreatieve spirit en voor de bezielde aanwending van materialen allerhande. De materie - fysische en spirituele - waaruit ons blad is opgebouwd moge daarvan een weerspiegeling zijn.
De uitgave van D.e.M. nr 10 leek ons een geschikte gelegenheid om U eens rond te leiden in onze ‘werkplaatsen’: het atelier van J.M. Legrand, waar Deus ex Machina telkens wordt samengesteld.
Een aantal minder materiële fasen van de tot standkoming van ons blad zijn hier niet in beeld gebracht, maar zijn er daarom niet minder reëel om. We vernoemen hier slechts:
1. | de vele, nachtelijke redaktievergaderingen in het gezelschap van onze medewerkers ‘Smeets’ uit Hasselt en ‘Chassart’ uit Brussel; |
2. | de overvloedige korrespondentie en kontakten met kunstenaars in alle hoeken en marges van het land en tot ver over onze grenzen; |
3. | de kreatieve barensweeën en typografische ‘hoogstandjes’, verbonden aan de (soms vernuftige) kreatie en uitvoering van titels, montages, zetwerk en dies meer. Daarbij weze vermeld dat D.e.M. er een klandestiene ‘lifeline’ van anonieme medewerkers op nahoudt die gemeenzaam onze ‘zwarte medewerkers’ worden genoemd en die ervoor zorgen, met hun vakkennis en beschikbare tijd, dat een abonnement slechts 400 frank kost i.p.v. 4.000. |
Hier volgen dan een paar notities bij de foto's.
In het atelier van J.M. Legrand kwamen eens vier kunstenaars bijeen... Enige tijd later... vormde zich tussen de schilderijen en tekeningen een drukkerij met annex papiermagazijn en stock.
Op ‘het zolderke’ (foto 1) worden, naast oudere plastische werken waarvoor in het atelier muren, en bij het Ministerie van Cultuur kontanten te kort zijn, de mondvoorraad aan papier, drukmaterialen en het ‘archief’ van oude platen, films en lay-outs bewaard. Hier valt nog wat te grazen