Contour. Jaargang 2(1966)– [tijdschrift] Contour– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 83] [p. 83] André Roemer Gemini De overlevenden voor wie ik dood ben en afdoende uit het oog verloren, sloten voor mijn vasthoudendheid hun oren, zodat hun mijn aanwezigheid ontschoot. De stilte is een klankbord dat vergroot. Alleen mijn stem kan dit alleenzijn storen. Dan wordt een echo wakker, die herboren door tijd en ruimte bij mij binnenstoot. Een heeft mij niet voor altijd opgegeven. We naderen elkaar, ik kan al zien in de cabine waar de wijzers beven. Maar alle pogingen zijn om het even. Hier kan een instrument niet in voorzien: Ik blijf op afstand als een schaduw zweven. Vorige Volgende