De C.L. psalmen des conincklijcken propheten Davids
(1625)–Anoniem De C.L. psalmen des conincklijcken propheten Davids– AuteursrechtvrijOp de Voys: O Godt wy Dancken dijner Goed', etc.DE HEEr is Coninck, end' Verciert
Met Heerlijckheyt Almachtich,
Syn Rijck daer in hy selffs Regiert,
Sal blijven altoos Crachtich.
Van Aenbegin dijn Stoel bereydt,
Blijft vast in grooter Heerlijckheyt,
Ghy zijt Eewich verheven.
2. De Waterstroomen Bruysschen seer
T'verheffen haer die Stroomen,
Die Waterbaren in den Meer,
Seer grouwelijck voort comen.
Dan noch is Machtigher de HEER,
Dijn Woort is eene Rechte Leer,
Dijns Huys Cieraet is Heylich.
|
|