Clioos Cytter, slaande aardige gezangen, nieuwe wyzen, geestighe steekdichjes en brandende minnekusjes
(1669)–Anoniem Clioos Cytter, slaande aardige gezangen, nieuwe wyzen, geestighe steekdichjes en brandende minnekusjes– Auteursrechtvrij
[pagina 136]
| |
Zoo fel als Grobendonk, doen hy de strijdbre Geus[...]
Door't dondrende geschut, zogt vanden Bos te drij[...]
Maar Maay, keert het beleg van hare wal nooit af;
't Zy oud, of jongk, zo hy gewapent komt met schyv[...]
Vindt op haar kerkhof dan altijt een open graf,
Dat vuil en snooder is, dan voor de Bosse wallen;
Het onderscheit is dit; dat d' aart daar 't lijf verrott'
En die in 't bossig graf van Maayke nedervallen,
Die worden levendig gevreten van de mot.
C. Cratz
|
|