Clioos Cytter, slaande aardige gezangen, nieuwe wyzen, geestighe steekdichjes en brandende minnekusjes
(1669)–Anoniem Clioos Cytter, slaande aardige gezangen, nieuwe wyzen, geestighe steekdichjes en brandende minnekusjes– Auteursrechtvrij
[pagina 128]
| |
Dus verwerd ik in't verschil,
Als mijn lieve Amaril,
Die't aan my tot antwoort gaf,
Zijt gy noch in min zoo laf?
Kent gy noch de zoetheit niet.
Die gy van mijn mont geniet?
Doen ik flus met bly gelach,
Kussend' aan u zyde lagh,
Was't de waassem van mijn ziel
Die my kussende ontviel,
Was't mijn min uit't hert gestiert,
Die u toegewaassemt wiert;
Nu verlangt mijn minnesmert
Om een kusjen, uit haer hert.
C.G.
|
|