lopen. Twee kletsende vrouwen versperden massief de doorgang en geïrriteerd drong ze langs hen heen. Ze merkten het niet eens.
Bij de tijdschriften was het mogelijk een glimp echt daglicht op te vangen. Hier verloor ze zoals gewoonlijk ieder besef van tijd door in alle prulbladen haar horoscoop te lezen. Ze geloofde er natuurlijk niets van, maar het viel haar op dat ze deze keer, hoewel vaag, unaniem somber waren. ‘Gezondheid: pas op voor water’. Weer die vage gedachte die nu helderder dreigde te worden. In een flits zag ze een hobbelige weg die zich in de duisternis verloor. Natte klinkers glommen in het zwakke licht van een ouderwetse straatlantaarn. Een strook ruig gras met onkruid scheidde de weg van het zwarte water ernaast. Zwart stinkend water dat zich borrelend sloot boven haar hoofd. Wat was dat voor onzin? ‘Je kunt niet gek worden als je wilt’, mompelde ze. Het was een uitdrukking van haar moeder. Schouderophalend legde ze het tijdschrift terug, keek om zich heen. Zelfs de blote meiden op sommige bladen deden in deze omgeving sexloos aan. Een man naast haar legde met een achteloos gebaar een ‘Playboy’ weg en voegde zich met een blanco gezicht weer bij zijn vrouw die bij het boterhamstrooisel stond te dubben.
Het slecht sporende wagentje moeizaam om de bochten duwend, kwam ze bij de fijne vleeswaren, de enige afdeling waar je jezelf niet kon bedienen. Er stond een lange rij en zuchtend sloot ze achteraan. Doordat deze afdeling zich hele maal achterin bevond, leken de gangpaden zich van hieruit eindeloos uit te strekken. Zoals elke keer vroeg ze zich af of ze hier ooit weer uit zou komen. Het leek wel of het ene wekelijkse bezoek steeds sneller op het andere volgde. Ze voelde zich duizelig. Haar handen klemden zich om de duwstang van het wagentje. Wat had er in haar horoscoop gestaan? Ze was het alweer volkomen vergeten.
Langzaam schoof de rij op. Toen het haar beurt was, werd ze klam bezweet, want plotseling wist ze niet meer waarom ze hier stond. Fijne vleeswaren, waarom in 's hemelsnaam? Was er iets bijzonders? Kregen ze gasten? In het wilde weg deed ze een bestelling.
Even later wachtte ze weer in een rij, die zo lang was dat ze tussen de pakken waspoeder stond. Maar dit was de rij voor de kassa en straks stond ze met haar boodschappen in de buitenlucht. Vrij,