Anders dan in de vorige auto dus.
Mijn belangrijkste wapenfeit op dit gebied leverde ik echter in Los Angeles, aan de vooravond van de Olympische Spelen in 1984. Onze crew van ik geloof vijf man van de Gemeenschappelijke Persdienst kreeg de beschikking over een gehuurde auto, die we meteen na aankomst op het vliegveld moesten ophalen. Het bleek zo'n grote Amerikaanse wagen te zijn, een automatic, dus zonder zo'n pookje, aan de stuurkolom of op de vloer: hij ging vanzelf in zijn 2, 3 en 4. Iedereen had zijn rijbewijs, maar slechts een van ons reed thuis zelf in zo'n wagen, maar die had zijn rijbewijs vergeten en vond het te link om zonder rijbewijs door Los Angeles te gaan rijden. Ikzelf reed toen al een paar jaar in zo'n kleine Peugeot met versnellingsbak, maar daarvoor had ik een paar jaar in zo'n grote benzineslurpende Peugeot automatic gereden, dus ik kende het systeem.
Dacht ik.
Die collega zonder rijbewijs liet ik voor alle zekerheid naast me plaats nemen, de anderen namen een taxi, omdat we toch niet met ons vijven plus alle bagage in die ene wagen konden. Daar kwam bij dat de taxi ons de weg kon wijzen naar het huis met zwembad en biljartkamer dat de GPD voor veel geld voor de tijd van drie weken gehuurd had van de directeur van een middelbare school die zijn huis wilde restaureren en het geld daarom goed kon gebruiken (het duurde een week voordat ik, nadat ik boven op een plank in een kast in een der kamers een paar exemplaren van een sterk verouderde encyclopedie had zien staan, mij opeens realiseerde dat alles in het huis aanwezig was behalve boeken: in het hele huis geen boekenkast of boek te bekennen, behalve die paar verstopte delen encyclopedie!).
Ik zou dus achter die taxi aanrijden, een rit van ongeveer een uur van het vliegveld via de outskirts van L.A. naar een deftige wijk die Glendale heette als ik mij niet vergis, en dat is ook prima gelukt, hoewel ik een keer, toen we net honderd meter op weg waren, zo plotseling op mijn rem ging staan dat de auto achter ons bijna bovenop ons klapte. Maar daarna is het, dwars door Los Angeles, steeds achter die taxi aan, verder heel goed gegaan, al moest ik mij - behalve op het verkeer en die voortijlende taxi voor ons - wel sterk concentreren op het gasgeven met mijn rechtervoet en het afremmen met mijn linkervoet. Toen ik later de Amerikaanse correspondent van de GPD, Henk Kolb, vertelde dat ik het toch wel weer lastig had gevonden om met een automaat te rijden: twee pedalen slechts, rechtervoet gasgeven, linkervoet afremmen, legde hij mij uit dat je natuurlijk met je rechtervoet beurtelings moest gasgeven en afremmen, dus eigenlijk net zo als in een auto met pookje, en dat de linkervoet die je in een normale auto met pookje voor de koppeling oftewel debrayage gebruikt bij een automaat tot werkloosheid is gedoemd.
Ineens wist ik het toen weer! De rest van die drie weken heb ik als een vorst rondgereden (ik vond het leuk rijden in Los Angeles, zoals ik het ook in Parijs altijd leuk rijden vind), mijzelf in stilte bewonderend omdat ik een uurlang schadevrij door dit hectische verkeer gereden had, rechts gas gevend, links afremmend, wat dus eigenlijk helemaal niet kan...
Ik geef toe: het is wonderbaarlijk wat je allemaal met een computer