binnengekomen brief
Gaarne wilde ik aan u als organisatoren van de Marnix Gijsen-avond mijn ongenoegen kwijt, veroorzaakt door de figuur Adriaan van der Veen.
Ik voel er geenszins voor om naar tactvolle bewoordingen te zoeken voor de houding van een man die zèlf heeft getoond geen tact te bezitten. Ik vond- en velen met mij- zijn manier van optreden bijzonder ergerlijk door zijn zelfingenomenheid en een volkomen gebrek aan scherpzinnigheid, hetgeen leidde tot een banaal doorzagen.
Spijtig, dat een bescheiden intellectueel als Marnix Gijsen deze behaagzieke babbelaar tegenover zich moest vinden!
Eureka van Enthoven-Reynen