Bunker Hill. Jaargang 3 (nrs. 9-12)
(1999)– [tijdschrift] Bunker Hill– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 4]
| |
[pagina 5]
| |
In de media bestaat met het naderende millenniumeinde een toenemende aandacht voor het fenomeen grens. De overgang van de grens moet voelbaar worden gemaakt, omdat deze dat van nature niet is. De grens tussen oud en nieuw, binnenlands en buitenlands is pas waarneembaar wanneer ze gepasseerd is. De intense ervaring van je in het ‘niemandsland’ bevinden, is een verbeelde sensatie. In deze Bunker Hill lees je even moeiteloos langs de grenzen heen. Verhalen transparant als matglas en gedichten hermetisch als automatische schuifdeuren. In Jhumpa Lahiri's verhaal worstelt de hoofdpersoon met een niet te onderdrukken fascinatie voor de symbolen van een religie die de hare niet is, en zeker niet die van haar kersverse echtgenoot. Lahiri laat haar figuren in één handeling over meerdere grenzen grijpen. Wilfried de Jong plaatst in een haast Nieuw-Zakelijk verhaal eenzaamheid en zinloosheid in een fris decor, Daphne Buter loopt in een schrijnend verhaal tegen de douaniers van de werkelijkheid aan, Adriaan Jaeggi verkent een bekend geacht verleden en Jaap Scholten en A.L. Snijders laten de post het grensoverschrijdende werk doen. Frank Koenegracht, Erik Lindner en Wim Brands verzorgden de poëtische bijdragen in deze Bunker Hill. Een wereldprimeur levert William Kotzwinkle met zijn verhaal ‘Het verscheiden van een Voodoo-koningin’ over gederangeerde levens.
red. |
|