Braga: dichterlijke mengelingen. 1844(1844)– [tijdschrift] Braga– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Gelofte. Frailty! thy name is woman. Shakespeare. Indien haar liefde spel en al die vloed van tranen Niet anders dan een kunstgreep waar', Om zich den weg naar 't argloos hart te banen; - Haar zuchten veinzen is en huichelend gebaar, Om 't meêlij in een hart te wekken, Dat voor geen ramp des naasten toegeschroefd, Door ligchaams zwakte en leed zich dubbel aan voelt trekken, En luider klopt voor wie veel hulp behoeft; - Indien een sluw instinct (haar erfsmet van de zonde Der eerste vrouw, misleide door de Slang) Door 't lot gescherpt, haar drijven konde Tot valsch beleid en listig zelfbelang, Dat, waar ze een oogwenk zich verraden, En met haar rol, geween en klagt vergeten zou In d' eigen stond op uitvlugt weer beraden, Zich achter 't waas verschool van tederheid en trouw; - Indien haar liefde en haar geheimste omhelzing beiden Bedrog mogt zijn en zinsbegoocheling, - Haar kus verraad, haar toovertaal misleiden, Haar lonk bespotten van wien ze in haar netten ving.... Indien 't al zij, - nog moge wraken Wie wil, 't bedrog uit nood gepleegd, Mij zal geen toorn, te driest, het vonnis uit doen braken, - Mij, die niet weet wat in de goudschaal weegt, Waarmee de Alwijsheid eens ons zijn en doen zal wikken En elke drift naar regt waardeert! -- O laat me alleenlijk naar mijn doelwit henenblikken, Laat door geen ijdle waan beheerd, [pagina 83] [p. 83] Mij nimmer pligtvervulling, offers wachten, Van anderen, wier strijd me in 't minst niet is bekend, En nooit hun schijnbre minderheid verachten... Te groot van hart, dat immer 't hart het end Der Christenliefde vinde in d' afschuw van gebreken, Waar zwakte en al, wat lokkende ons omgeeft, Te dikwijls meê besmet.... Zij 't meêlij mij ten teeken Dat in mijn ziel iets godlijks leeft! Indien haar liefde en 't bitter tranenplengen Min zuiver, minder edel waar', - O 't zal mij nooit tot koel verwerpen brengen Van 't hulpbehoevend hart dat noodschreit in 't gevaar! Vorige Volgende