Vorstelijke feesten
Tentoonstelling van boeken en prenten in het Museum Meermanno-Westreenianum/Museum van het Boek te 's-Gravenhage.
De feestelijkheden rondom het huwelijk van Nederlands kroonprinses Prinses Beatrix voeren de gedachten terug naar openbare feestelijkheden die in een ver of meer recent verleden hebben plaatsgehad naar aanleiding van bijzondere gebeurtenissen, waarvan vorstelijke personen het middelpunt vormden. Vaak heeft men getracht, meermalen van officiële zijde, deze feestelijkheden vast te leggen voor tijdgenoot en nageslacht in boekvorm of in de vorm van schilderij, gravure of foto.
Het leek aantrekkelijk een tentoonstelling samen te stellen van een kleine honderd van deze ‘feestboeken’ en een aantal losse afbeeldingen. Ze stammen voor het grootste deel uit het bezit van het Museum en de Koninklijke Bibliotheek, uit het Koninklijk Huisarchief, en uit het Haags Gemeentearchief. Vanzelfsprekend betreft een groot aantal boeken vorstelijke huwelijken, maar ook werken met de voorstellingen van optochten, bals en versierde steden voor vorstelijke feesten van andere aard zijn vertegenwoordigd. Het talrijkst zijn de werken die betrekking hebben op het Huis van Oranje.
De oudste getoonde werken zijn enige handschriften uit de 14e en 15e eeuw. Daarbij gaat het om een bepaalde miniatuur, die een vorstelijke feestelijkheid uitbeeldt, niet om het gehele werk. Het was toen nog niet de gewoonte om een boek geheel aan b.v. een vorstelijk huwelijk te wijden. Met het oudste gedrukte werk op de tentoonstelling, een incunabel van c. 1493, is dit wel het geval; het is een fraai uitgegeven lofgedicht op het huwelijk van Keizer Maximiliaan I en Bianca Sforza. Van enige jaren later dateren de gedeeltelijk door deze keizer zelf samengestelde sprookjesachtige biografieën, de Tewrdannck en de Weiss Kunig, met houtsneden van o.a. Hans Burgkmair.
In de 16e eeuw neemt de pracht der vorstelijke feestboeken en het aantal illustraties toe. Op onze geschiedenis hebben betrekking cat. nr. 23, de intocht van de Prins van Oranje te Brussel in 1578 en het veel grootsere boekwerk over de intocht van Anjou in Antwerpen in 1582 (cat. no. 25).
De 17e en 18e eeuw zagen zeer kostbare feesten vereeuwigd in zeer kostbare en fraaie boekwerken. Vooral Nederlandse en Franse prachtwerken zijn op de tentoonstelling te zien.
De‘feestboeken’ uit de 19e en 20e eeuw kunnen over het algemeen niet in de schaduw staan van de oudere. Niet alleen haalt de afgedrukte foto niet bij de gravure, maar de uitgaven in hun geheel missen allure. Toch ligt het vervaardigen van een goedverzorgd boekwerk, dat werkelijk een ‘feestboek’ is, zeer wel binnen de moderne typografische en reproduktie-mogelijkheden. Vooral indien deze boeken in handen gegeven werden van vooraanstaande kunstenaars. Dat is waarschijnlijk de reden van het grote verschil met vroegere eeuwen. Aan de belangrijkste kunstenaars werd toen opgedragen de erepoorten, vuurwerken en feestzalen te ontwerpen of te versieren en de feesten tevens in prenten en boekwerken vast te leggen.
De tentoonstelling is te bezichtigen van 17 februari tot en met 19 maart 1966. Het museum is geopend van maandag tot en met zaterdag van 13.00-17.00 uur.