Tentoonstellingen.
Dodonaeus-tentoonstelling, gehouden te Leiden 29 Juni 1917, ter gelegenheid van den 400sten geboortedag van Rembertus Dodonaeus.
Van deze tentoonstelling, georganiseerd door de Vereeniging voor geschiedenis der genees-, natuur- en wiskunde maakte de heer Dr. F.W.T. Hunger een catalogus die een volledige bibliografie geeft van den grooten kruidkundige. Na enkele oudere kruidboeken: Theophrastus (uitg. Amst. 1644) en Dioscorides komen de Duitsche van Brunfels, Bock en Fuchs, de Nederlandsche van Clusius en Lobel, en dan in groote volledigheid de werken van Dodonaeus zelf - door H. met een afgezaagde en smakelooze beeldspraak de hoofdschotel genoemd. Slechts zeer enkele drukken van een paar werken ontbreken; in het ‘voorwoord’ wordt dit nauwkeurig aangegeven. Zelfs zijn verscheidene boeken in duplo geëxposeerd geweest, wat bij tentoonstelling van plaatwerken natuurlijk een groot voordeel geeft.
De bibliotheken te Leiden, Leeuwarden, Amsterdam en enkele andere, en ook particuliere collecties verstrekten dit rijke materiaal.
Goed voorzien zijn ook de verdere afdeelingen, brieven, handschriften, portretten en penningen; aan het slot enkele Varia.
Met de tentoonstelling ging eene feestvergadering samen, waar eene reeks voordrachten over Dodonaeus gehouden werden, die vervolgens in het Fransch uitgegeven zijn in het Tijdschrift Janus, vermeerderd met de vertaling van het Gidsartikel van den heer M.J. Sirks over het Cruydtboeck.
Holland's Noorderkwartier. Tentoonstelling in het Stedel. Museum te Amsterdam ged. de maand September 1917.
Deze tentoonstelling uitgaande van het Kon. Ned. Aardr. Gen., is meer van historisch-geografischen dan van bibliografischen aard. Het grootste deel van den catalogus wordt ingenomen door eene uitvoerige geschiedenis van het gewest, die we wel aan den heer A.A. Beekman mogen toeschrijven, al staat zijn naam alleen vermeld als maker van de groote geteekende kaart, no. 1 van den catalogus, die het Noorderkwartier afbeeldt zooals het in 1300 er moet hebben uitgezien. Aan historische zorg en nauwgezetheid laat zijn werk - het geteeteekende zoowel als het geschrevene - niets te wenschen over; maar eenigszins eigenaardig is zijne opvatting dat alle oudere kaarten ‘misteekend’ zijn.
Voor den bibliograaf is intusschen deze catalogus van veel waarde, juist omdat er een zeer groot aantal van die ‘misteekende’ kaarten, in tal van verzamelingen verspreid, maar zeer weinig bekend, in worden beschreven. Wie in deze oude uitgaven belang stelt vindt hier heel veel kostbare gegevens, en naast de uitgaven zijn dan weer de geteekende kaarten vaak van groot belang. Zoo wordt hier, naast meer dan één exemplaar van de groote kaart van Joost Jansz. Bilhamer, onder no. 38 ook zijn oorspronkelijke werk, de geteekende kaart, in kleuren op perkament, tentoongesteld en beschreven. Ook de bijkomende rubrieken, schilderijen, prenten en voorwerpen, geven veel aardigs en fraais te zien.