De Boekenwereld. Jaargang 32
(2016)– [tijdschrift] Boekenwereld, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 92]
| |
Mathieu Lommen en Peter Verheul, Dutch alphabets: new examples of writing & lettering
| |
Negentiende-eeuwse modelboekenVanouds werden de lettermodellen voor loden letters regelmatig gebruikt door decoratieschilders en graveurs, die met penseel en pen de letters in grotere corpsen weergaven. De corpsen in de letterproeven waren echter meestal te klein om er goed mee te kunnen werken. Vandaar dat er speciale modelboeken op de markt kwamen, waarin loden grootcorpsletters en houten biljetletters uitsluitend in de grote maten werden afgebeeld. Dat beeld was weliswaar groter dan in de letterproeven, maar er ontbraken relevante gegevens om de letters gemakkelijk in andere groottes te kunnen weergeven. Denk daarbij aan de beschildering van buitenreclames op muren en de belettering van schepen en voertuigen. Enkele uitgevers reproduceerden de grote letters op een ruitjespatroon, wat het schalen vergemakkelijkte. Zulke modellen waren bijna altijd uitgevoerd in zwart-wit, kenden nauwelijks bronvermeldingen, werden in boekdruk vervaardigd en als losse vellen of verzamelingen in portfolio's verhandeld.
De Argentijn Ramiro Espinoza digitaliseerde o.a. de Amsterdamse krulletters en maakte daarop vele contrastrijke varianten.
Poster- en prijskaartschilder Henry van der Horst toont op zijn bijdrage de stiftstreepvolgordes en vormen van enkele van zijn letters.
Boekverzorger Hansje van Halem is ook bekend door haar digitale vormexperimenten.
De Russische Maria Doreuli maakte dit grillige alfabet gebaseerd op strikte vormexperimenten.
Ontwerper Donald Roos toont slechts één letter A in een contrastrijke driedimensionale uitvoering.
De meest gangbare techniek voor modelboeken was echter de steendruk, waarbij schriftlithografen schrijfletters of biljetletters rechtstreeks op de steen tekenden. Omdat de steen het overdrukmedium is, moet het beeld er spiegelbeeldig en onleesbaar op worden aangebracht. De lithograaf of lettertekenaar schrijft de teksten van rechts naar links in een omgekeerd letterbeeld, dat na de afdruk leesbaar wordt en van links naar rechts loopt. De techniek om spiegelbeeldig te werken werd ook gehanteerd door kunstenaars die rechtstreeks op de steen tekenden. Ook zij waren gewend het beeld te spiegelen en konden vooraf goed inschatten hoe de uiteindelijke afdruk eruit zou zien. In de negentiende eeuw werden talrijke modelboeken vervaardigd in steendruk. Schriftlithografen en penseelschrijvers reproduceerden eigen werk of werk van kunstenaars in modelmappen voor decoratieschilders, lettertekenaars, bouwkundigen en steenhouwers. Tot de bekendste uitingen behoort de portefeuille Letters en hare grondvormen van de tekenleraar Pieter van Looy (1853-1930), die in 1885 door de Amsterdamse uitgeverij Scheltema en Holkema werd uitgebracht. Het werd een standaardwerk voor reclameschilders en lithografen in opleiding. Andere uitgevers kwamen eveneens met losbladige modelboeken met Nederlandse en ook met buitenlandse alfabetreeksen, die werden aangekocht en soms in meerdere vormvarianten werden gepubliceerd. Populaire letters werden trouwens ook fotolithografisch gereproduceerd en als eigen product - soms zelfs voorzien van een Nederlandstalige gebruiksaanwijzing - op de markt gebracht. | |
Verdwijnend handwerkHalverwege de vorige eeuw kwamen plaken vinylletters in zwang voor de decorbouw en voor het beletteren van voertuigen en winkelpanden. Grootwinkelbedrijven wilden geen handgeschilderde prijskaarten meer en installeerden bijvoorbeeld Printasign drukapparaten, waarmee ze zelf professionele etalageborden en prijsschilden konden maken. Het onregelmatige handwerk werd vervangen door mechanische apparatuur die een constante kwaliteit bood. Niet veel later verschenen de eerste digitale snijplotters om letters in zelfklevende kunststoffolies te snijden en rond 1984 kwamen de eerste digitale printers met software om beletteringen snel en goedkoop te kunnen vervaardigen. Daarmee verdween het werk van letterschilders en hun vakmanschap en kwam er tevens een einde aan het gebruik van modelboeken. | |
Gerrit NoordzijDeze ontwerper/kalligraaf doceerde vanaf 1970 aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag en het schrijven, tekenen en ontwerpen van letters vormde een belangrijk onderdeel van zijn lessen. Jaren later ontstond daar een speciale opleiding voor letterontwerper, waarin de | |
[pagina 93]
| |
studenten niet alleen traditionele letters, maar ook script- en handschriftletters leerden maken. Deze kennisoverdracht en de daaruit voortvloeiende lettervaardigheid zijn belangrijke factoren gebleken voor het grote succes van het Nederlandse letterontwerp aan de KABK. Handgeschreven letters zijn nog steeds een vast onderdeel van die opleiding. De verhevigde interesse voor het ouderwetse letterschrijven en de oude modelboeken staat niet los van een nostalgische hang naar authenticiteit in onze samenleving. Het aantal script- en handschriftletters is de afgelopen zes jaar extreem toegenomen en er zijn zelfs scriptletters waarbij het font is voorzien van meerdere varianten van dezelfde letters. Door de in het font ingebouwde software kunnen de afwijkende lettervormen afwisselend worden gebruikt, zodat bij het woord ‘Churchilllaan’ drie varianten van de I en twee varianten van de a kunnen worden gezet. Niet alleen worden digitale scriptletterfonts veel meer gebruikt, ook voor het handgeschilderde letterbeeld is de laatste tijd weer veel meer waardering gekomen. Zo kreeg Henry van de Horst, schilder van prijsborden op markten, een artikel over drie pagina's in de Volkskrant, een interview in De Telegraaf en mocht hij op diverse radiostations uiteenzetten waarom er tegenwoordig weer zoveel belangstelling is voor een mooie handmatige belettering. Bewapend met kwast, verf en polssteunstok beschildert een bedrijf als Amsterdam Signpainters de etalageruiten en muren van winkels, cafés en koffietenten met ouderwetse krulletters en siert het zelfs de Haagse Stadsschouwburg op met handgeschilderde teksten. Het oude handwerk staat weer volop in de belangstelling. | |
Modelboek Dutch AlphabetsMathieu Lommen en Peter Verheul werken al jaren samen in projecten waarbij studenten gebruikmaken van het typografisch materiaal van de Bijzondere Collecties. Ze organiseren ook het jaarlijkse congres ‘Type Amsterdam’, waar studenten en andere geïnteresseerden kennis kunnen nemen van onderzoeken en projecten van internationale experts. Lommen en Verheul beseften dat de hernieuwde belangstelling voor handmatige belettering en de eigentijdse kennis van scriptletters en kalligrafie leidt tot bijzondere producten. In samenwerking met de typografische uitgeverij De Buitenkant besloten ze een nieuw modelboek te maken en ze nodigden talrijke ontwerpers en ontwerpcollectieven uit daaraan mee te werken. Uiteindelijk werden het 46 bijdragen van Nederlandse ontwerpers of van buitenlandse die hier zijn opgeleid. Om een paar bekende namen te noemen: Hansje van Halem, Max Kisman, Gerrit Noordzij, Joost Swarte en Gerard Unger werkten mee aan Dutch Alphabets. De publicatie bestaat uit losse bladen (ongevouwen A3-formaat in zes kleuren PMS plus zwart), opgeborgen in een fraaie portfolio met lintsluiting. Het geheel wordt gecompleteerd door een uitvoerige toelichting die Mathieu Lommen schreef en Peter Verheul vormgaf. Het resultaat is een veelzijdig overzicht van recent werk, dat grote belangstelling kreeg van de internationale vakpers. Wie de creativiteit van de Nederlandse scriptontwerpers wil ervaren kan niet om deze publicatie heen. Uitgeverij De Buitenkant biedt die buitenkans. | |
Mieke Rijnders, Realisme in Nederland. Critici kiezen positie 1925-1945
|
|