De Boekenwereld. Jaargang 31
(2015)– [tijdschrift] Boekenwereld, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 6]
| |
[pagina 7]
| |
In de Universitaire Bibliotheken Leiden bevindt zich de systematisch bijeengebrachte onderzoekscollectie Nieuwe Kunst. De verzameling, bijeengebracht door Ernst BrachesGa naar eindnoot1, is onderdeel van de bibliotheek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, die in langdurig bruikleen is gegeven aan de UBL. Tot op heden wordt er op bescheiden schaal materiaal verworven en aan de Collectie Nieuwe Kunst toegevoegd.
Theo Nieuwenhuis. Randdecaratie voor de prospectus Uitgaven van S.L. van Looy, 1898. Litho (UBL Coll. NK).
‘Hoort boekkunst eigenlijk in de bibliotheek? Kunnen we het boek als voorwerp van kunst wel op een daarvoor passende wijze beheren in onze Universiteitsbibliotheken en de Koninklijke Bibliotheek?’, vroeg Ernst Braches zich in 1983 af in zijn bijdrage aan de huldebundel bij het afscheid van mr. J.R. de Groot als bibliothecaris van de Universiteit Leiden.Ga naar eindnoot2 In verschillende bibliotheken werden weliswaar omvangrijke collecties boekkunst beheerd, maar vaak ontbrak het bij de instellingen aan inzicht in de aard van deze boeken en werden ze zonder meer voorzien van stickers en stempels. Daarbij kwam dat de ‘leesfunctie’ van het boek in bibliotheken vooraan staat, en dat men de objectgerichte kijk op boeken, in de woorden van Braches, als ‘oneigenlijk’ beschouwde. Beide visies stonden haaks op elkaar. Braches maakte zich terecht zorgen. Hij had immers in 1972 zijn collectie van honderden Nieuwe-Kunstboeken (voor een derde van de marktprijs) verkocht aan de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde.Ga naar eindnoot3 Die verzameling vormde de basis van zijn proefschrift Het boek als Nieuwe Kunst 1892-1903 (1973)Ga naar eindnoot4, waarin aan de hand van het werk van een dertigtal kunstenaars de ontwikkeling van die bijdrage aan de internationale Art Nouveau is onderzocht. De periode 1892-1903 vangt aan met het jaar waarin de eerste uitingen van de Nieuwe Kunst in het boek zichtbaar worden en besluit met het jaar waarin de typografie de grondslag van de grafische vormgeving wordt: met William Morris' Kunst en Maatschappij verzorgd door Sjoerd H. de Roos. De belangstelling van Braches werd gewekt door Bettina Spaanstra-Polak, Het Fin-de-Siècle in de Nederlandse schilderkunst (1955) en Louis Gans, Nieuwe kunst. De Nederlandse bijdrage tot de Art Nouveau. Dekoratieve kunst, kunstnijverheid en architectuur omstreeks 1900 (1960). Hij begon aan de hand daarvan het overzicht en de verzameling te vormen waarop zijn verdere collectie en onderzoek gebouwd werd. Daarbij bepaalde hij zich tot de pioniers. De Leidse collectie weerspiegelt die keuze. Een ‘wakker’ deel van werk van het dertigtal kunstenaars en eer ‘slapend’ deel dat niet verder wordt uitgebouwd. Het toeval wilde dat in 1965 dr. H.L. Gumbert, directeur-eigenaar van het Utrechtse veilinghuis J.L. BeijersGa naar eindnoot5, en Ernst Braches, toen al enige tijd bezig met zijn onderzoek, tegelijkertijd op de stoep stonden van antiquariaat Schuhmacher. Braches kwam om een Nieuwe Kunst-boekband bekijken (geld had hij niet te besteden). Gumbert kwam om te kopen. Hij wilde ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van de firma een collectie tentoonstellen, die aantoonde dat er voor aankomende (en niet bemiddelde) jonge verzamelaars buiten de algemeen verzamelde gebieden nog verrassende mogelijkheden bestonden. Hij nodigde Ernst Braches uit een inleiding te schrijven voor de kleine catalogus.Ga naar eindnoot6 De collectie die Gumbert bijeenbracht bood ‘behalve specimina van het typische Nieuwe-Kunstboek, ook talrijke voorbeelden van navolging en derivaat van Nieuwe Kunst en Art Nouveau’ (Braches).Ga naar eindnoot7 Maar de collectie was dan ook niet specifiek op Nieuwe Kunst gericht. De titel luidde: Het Nederlandse boek 1892-1906. | |
Wie is toch die ‘B’?De collectie ‘B’, al in het proefschrift zo aangeduid, stond in 1983, het jaar waarin Braches zijn bijdrage voor de bundel voor mr. J.R. de Groot schreef, nog steeds zoals | |
[pagina 8]
| |
die in 1973 in de bibliotheek was gekomen en door Braches opgesteld. In een gesloten magazijn stonden de boeken die daarvoor in aanmerking kwamen geordend op de Brachesnummers (een chronologische code: jjmmdd). Al vrij gauw kwam het voorstel om de boeken in de algemene catalogus op te nemen, maar dat werd ontmoedigd. Braches voorzag bij de catalogisering reële problemen: wat te doen met losse nummers van periodieken met variant omslag? Met losse omslagen, losse grafiek? Veel titels (als banddecoratie in de verzameling) waren (om hun inhoud) al in de collectie van de bibliotheek aanwezig. Het toevoegen van nog een exemplaar zou men als verspilling beschouwen. En nog bevreemdender zou het voor lezersogen zijn, om de vier exemplaren (perkament, groen linnen luxe-exemplaar, crème linnen, gedecoreerd papieren omslag) van Het gulden boek voor de tuberculeuse kinderen (1908) te zien toegevoegd aan de aanwezige exemplaren.Ga naar eindnoot8 Het is veelzeggend dat Braches zijn bijdrage aan de bundel afsloot met de verzuchting: ‘Boekkunst in de bibliotheek? Geloof het maar!’ | |
De alledaagse dingen die onze stemming bepalenNa dertig jaar, in 2003, trof ik de collectie eigenlijk nog steeds in ongeveer dezelfde staat aan.Ga naar eindnoot9 Na de verhuizing van de universiteitsbibliotheek van het Rapenburg naar de Witte Singel in 1983 was de collectie nog steeds bijeengeplaatst in de kluis, maar in wanorde. Men begon de noodzaak te voelen tot het ordenen, conserveren en het toegankelijk maken. Ook leefde nu de wens om met een tentoonstelling het publiek kennis te laten maken met deze bijzondere verzameling. Die tentoonstelling kwam er: ‘De alledaagse dingen die onze stemming bepalen’ opende, met een catalogus, in het voorjaar van 2004.Ga naar eindnoot10 Met deze uitspraak door Theo Nieuwenhuis, een van de voormannen van de generatie van de jaren negentig van de negentiende eeuw, werd verwezen naar de inspiratie die hij en zijn kunstbroeders putten uit het ‘onbenullige handwerk om ons heen, waarin de ziel van onze medemens schuilgaat’. De boeken en grafische objecten die werden tentoongesteld waren verre van alledaags. Met een keur aan boekdecoraties van de kunstenaars Theo Nieuwenhuis, Gerrit W. Dijsselhof, Antoon Derkinderen, Theo van Hoytema, Carel Adolph Lion Cachet en vele anderen werd het belang van de Collectie Nieuwe Kunst aangetoond. In de tentoonstellingscatalogus werd gesproken over een nieuw aangebroken periode van de studie van het boek als Nieuwe Kunst. | |
Een nieuw beginIntussen was men ook begonnen met het conserveren en toegankelijk maken van de collectie. Wie kon daaraan beter bijdragen dan de samensteller, destijds conservator Westerse gedrukte werken? Op uitnodiging van de huidige conservator, Anton van der Lem, en mijzelf, als coördinator van het Scaliger Instituut, verklaarde Braches zich bereid om de collectie te ordenen en behulpzaam te zijn bij het beschrijven van banden en overige toegepaste grafiek. Zo heeft de verzameling nu een vaste plek gekregen in een van de gekluisde magazijnen. De boeken en het andere materiaal zijn geborgen in zuurvrije omslagen dan wel omslagdozen.
Theo Nieuwenhuis. Randdecoratie voor prospectussen van Scheltema & Holkema's Boekhandel, 1898. Litho (UBL Coll. NK).
Theo Nieuwenhuis. Band, handgebonden gebatikt perkament met goudstempeling voor Jan Hofker, Gedachten en verbeeldingen, 1906 (UBL Coll. NK). Op het achterplat de initialen van de bezitter A.S.v.W. Dit exemplaar was van de verzamelaar/diamantair A.S. van Wezel.
| |
[pagina 9]
| |
A.J. Derkinderen. De kunstenaar kleurde in dit exemplaar zijn illustraties voor Jan Veth, De muurschilderingen van Derkinderen in het trappenhuis van het gebouw der Algemeene Maatschappij van Levensverzekering en Lijfrente te Amsterdam, 1900 (UBL Coll. NK).
Theo Nieuwenhuis. Omslag voor de fotobrochure Souvenir de Schéveningue, 1897. Litho (UBL Coll. NK).
Naast de Leidse Collectie Nieuwe Kunst zijn de verzamelingen van Dick Veeze (Wolfsonian, Miami) en Niek Waterbolk (UB Groningen) gebaseerd op Het boek als Nieuwe Kunst (zie elders in dit nummer). De overige collecties (Amsterdam, Assen, Nijmegen) bieden een meer algemeen beeld van het Nederlandse boek in die periode, met daarbinnen natuurlijk ook, soms unieke, specimina van Nieuwe Kunst. Zo bevindt zich in de collectie Rob Aardse in het Drents Museum te Assen minstens één muziekomslag waar we in Leiden likkebaardend aan denken, namelijk Theo Molkenboer voor Zangen door Hugo Nolthenius uit 1895. Het bleek echter niet mogelijk de informatie over het object als zodanig (vormgeving, materialen, technische gegevens) onder te brengen in de digitale titelbeschrijving. Het alternatief - de informatie, met afbeeldingen van het materiaal, onder te brengen in een afzonderlijke database, die later kon worden overgeheveld naar de catalogus - kon ook niet worden verwerkelijkt.Ga naar eindnoot11 Omdat er geen andere weg was, stelde Braches voor dat hij de Collectie Nieuwe Kunst zelfstandig zou ontsluiten. Dat deed hij, en hij bracht in dat overzicht niet alleen beschrijvingen van de objecten uit de Leidse Collectie onder, maar ook zoveel mogelijk relevant materiaal uit talrijke collecties van andere bibliotheken en een aantal musea. Toen in 2006 bleek dat de UB Leiden ook geen middelen voor een beperkte editie ter beschikking kon stellen, verklaarde Uitgeverij De Buitenkant in Amsterdam zich bereid tot de uitgave. Zo verscheen in 2006 in kleine oplage Nieuwe Kunst. Toegepaste grafiek. Documentatie (1096 pp., 2363 beschrijvingen, 2625 afbeeldingen in zwartwit). | |
Recente verwervingenOndanks de uiterst bescheiden middelen lukte het Braches en de UBL in de afgelopen jaren om de kern (het dertigtal kunstenaars) van de voormalige Collectie ‘B’ verder op te bouwen. Sinds 2004 is de verzameling meer dan verdubbeld tot 1132 objecten. De collectie omvat momenteel 41 strekkende meter boekbanden, 18 dozen efemeer drukwerk, en enkele planoplanken en -lades voor de grote formaten.
C.A. Lion Cachet. Omslag voor de fotobrochure Album van Marken, 1896. Litho (UBL Coll. NK).
| |
[pagina 10]
| |
Bijzondere recente verwervingen: Souvenir de Schéveningue (Nieuwenhuis 1897); Album van Marken (Lion Cachet 1896); het door de kunstenaar ingekleurde exemplaar van het boekje De Muurschilderingen van Derkinderen in het trappenhuis van de Algemeene Maatschappij van Levensverzekeringen en Lijfrenten (1900); en de voor Frank van Lennep voor het Amsterdamse deel van het Officieel gedenkboek gemaakte unieke gebatikt perkamenten band door Lion Cachet (1898). Uit het bezit van het Prentenkabinet kwam een perfecte reeks, compleet tot en met de schutbladen van de omslagen door Van Hoytema, Colenbrander, Lion Cachet, Thorn Prikker, van het Maandschrift voor Vercieringskunst. Bijzondere verwervingen zijn ook de goedkope ‘onvindbaren’, unica die ineens opduiken. In de laatste jaren heeft zich menige ‘witte raaf’ tussen de tamme duiven in de Collectie Nieuwe Kunst genesteld. Naast de Collectie Nieuwe Kunst betekende de verwerving van het archief F. Bohn door de UB Leiden een enorme verrijking voor het onderzoek naar Derkinderen, Toorop en andere kunstenaars die voor deze uitgever werkten. Daarbij kwam ook tevoorschijn het Diploma van de Boekhandel (1892) aan de firma Bohn uitgereikt, door Theo Nieuwenhuis.Ga naar eindnoot12 De verwerving van een kleine collectie door de Leidse binder Loebèr handgebonden boeken betekende een waardevolle aanvulling naast de verzameling. | |
Ten slotteEr is meer (kunst) historische aandacht gekomen voor de fysieke aspecten van het boek. De toegang tot de collectie Nieuwe Kunst zal binnenkort geactualiseerd worden met een nieuwe uitgave van de documentatie.Ga naar eindnoot13 Wat blijft er voor de toekomst nu nog te wensen over? Het door de Leidse bibliotheek zelf op de geëigende wijze digitaal toegankelijk maken van deze eigen belangwekkende verzameling, met alle voor het object relevante informatie en met afbeeldingen. Die stap is niet alleen van belang voor de Collectie Nieuwe Kunst, maar biedt ook mogelijkheden aan alle bijzondere collecties in de Leidse universitaire verzamelingen, met name voor de handschriftcollecties. Toekomstmuziek? We blijven geloven dat boekkunst in de bibliotheek wel degelijk zijn plaats verdient.
Theo Molkenboer. Uitgeversband voor Axel Lundegård, Tannhäuser, 1897 (UBL Coll. NK).
Joh. B. Smits. Geheel in houtsnede. Brochure voor Werkplaats voor verzorgd handwerk. Reclameboekje van Loebèr & Smits, boekbinders, 1898 (UBL Coll. NK).
| |
[pagina 11]
| |
C.A. Lion Cachet. Band, handgebonden gebatikt perkament met goudstempeling voor het deel Amsterdam uit het Officieel gedenkboek der feestelijke ontvangst van Hare Majesteit Koningin Wilhelmina, 1898/9 (UBL Coll. NK).
J.G. Veldheer. Omslag voor de serie fotobrochures Les costumes hollandais, 1902. Litho (UBL Coll. NK).
C.A. Lion Cachet. Band, handgebonden gebatikt perkament met goudstempeling voor Catalogus der tentoonstelling van portretten en voorwerpen betrekking hebbende op het huis Oranje Nassau, 1898 (UBL Coll. NK).
|
|