Personalia
Cornelis Jan Aarts werd onlangs treffend gekarakteriseerd in een ‘Voetnoot’ van Arnon Grunberg, die wij hier integraal overnemen.
Voetnoot. Alles is een truc
Uitgever Kees Aarts heeft laatst een stukje over mij geschreven, waar de helft niet van klopt. Uitgevers liegen. Als ze schrijven liegen ze dubbel. Misschien dat ik daarom zo van uitgevers hou.
In The New York Times las ik een artikel van Ted Holly. Een goochelaar. Hij zei: ‘Je moet altijd schrijven over de dood, anders heeft schrijven geen zin.’ Ik zou het anders zeggen: Spot niet met de dood in de literatuur. Alles is een truc.
Ted Holly en Kees Aarts. Amoreel in letterkundeland. Hun schrijven is martelen. Als het jou betreft. Arnon Grunberg
Saskia de Bodt is als kunsthistoricus verbonden aan de Universiteit Utrecht en bekleedt sinds 2008 de Fiep Westendorp-leerstoel voor Illustratie aan de Universiteit van Amsterdam. Zij publiceerde onder meer Van Poe tot Pooh. Illustreren om je penselen te kunnen betalen? (2010); Getekend. Hans Christian Andersen. Zijn geïllustreerde sprookjes in de Lage Landen (2005) en (met Jeroen Kapelle) Prentenboeken. Ideologie en illustratie 1890-1950 (2003).
Paul van Capelleveen (1960) is conservator bij de afdeling Collecties van de Koninklijke Bibliotheek, redacteur van De Boekenwereld en Quaerendo. Hij werkt aan een digitale uitgave van alle Blauwe Schuituitgaven van H.N. Werkman.
Leo den Dulk (1951) is arabist, tuinhistorisch onderzoeker en publicist. Van 2009-2014 was hij voorzitter van het Tuinhistorisch Genootschap Cascade. Hij is sinds 2003 mede-uitgever en redacteur van het oudste Nederlandse tuinblad Onze Eigen Tuin. In binnen- en buitenland verschijnen publicaties van zijn hand en houdt hij voordrachten over de geschiedenis van tuin en landschap en het plantenassortiment uit het verleden. Zijn onderzoek naar het leven en werken van de internationaal bekende tuinarchitect Mien Ruys (1904-1999) wordt binnenkort afgerond met een publicatie. Zie ook www.cantua.nl.
Trude Dijkstra (1988) studeerde Geschiedenis en Boekwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam. Zij is een van de ontdekkers van de drukker van Spinoza's Tractatus Theologico-politicus. Ze publiceerde eerder in De Boekenwereld over menseneters. Als aio doet zij onderzoek naar het beeld van China in de Republiek tijdens de Gouden Eeuw.
Paul Dijstelberge (1956) was na zijn studie Nederlandse taal- en letterkunde veertien jaar werkzaam als restaurantkok. Naderhand werkte hij bij de Bijzondere Collecties van de UvA als bibliograaf en conservator. Hij promoveerde in 2007 op een onderzoek naar sierkapitalen in oude Nederlandse boeken. Hij is docent boekgeschiedenis en publiceert over literair-historische en boekwetenschappelijke onderwerpen.
Henk W. Gianotten is auteur van boeken en artikelen over grafisch ontwerp, reproductie en druktechnieken. Hij werkte in verschillende technische en managementfuncties bij Tetterode/Lettergieterij Amsterdam, was zelfstandig adviseur en schreef o.a. voor BNO Vormberichten, Items, Graficus, Grafisch Nieuws, PrintMatters en Publish. In 2003 werd hem de Grafische Cultuurprijs toegekend voor zijn intermediaire rol tussen ontwerpers en drukkers.
Arnon Grunberg is schrijver en medewerker van De Boekenwereld.
Annemieke Houben (1981) studeerde historische letterkunde en kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Als specialist in oude liedteksten werkte ze enkele jaren voor het Meertens Instituut. Voor haar boek Vieze liedjes (Nijmegen, Vantilt, 2014) ontving ze onlangs de Gerrit Komrij-prijs.
Frans A. Janssen (1939) is emeritus hoogleraar Boek- en Bibliotheekgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Hij houdt zich bezig met de geschiedenis van typografische technieken, van grafische vormgeving en van het verzamelen van boeken. Hij publiceerde over die onderwerpen enkele boeken en een groot aantal artikelen, onder meer Zetten en drukken in de achttiende eeuw (1982), Technique and design in the history of printing (2004) en Goud en koper in de boekenwereld (2008). Een door hem geleide werkgroep bouwde een reconstructie van een houten drukpers uit de zeventiende eeuw, die in de Universiteit van Amsterdam staat opgesteld.
Jeroen Kapelle is als assistent-conservator Beeldende Kunst 1800-1900 verbonden aan het RKD-Nederlands instituut voor kunstgeschiedenis. Hij is mede-auteur van De verbeelders. Nederlandse boekillustratie in de twintigste eeuw (2014), Prentenboeken. Ideologie en illustratie 1890-1950 (2003), Zwart [...]: het beeld van de zwarte mens in de Nederlandse illustratiekunst 1880-1980 (2008) en Bernard Willem Wierink 1856-1939 (2009).
Jeannette Kok (1947) volgde opleidingen in het bibliotheekvak. Zij was werkzaam op het terrein van de kinder- en jeugdliteratuur in de openbare bibliotheek en bij de Dienst Boek & Jeugd in Den Haag, die in 1997 bij het Letterkundig Museum werd ondergebracht. Van 2001 tot 2012 was ze als conservator kinderboeken verbonden aan de Koninklijke Bibliotheek. Momenteel werkt zij als gastonderzoeker bij de Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam. Sinds 1994 is ze redacteur van het mededelingenblad van de Stichting Geschiedenis Kinder- en Jeugdliteratuur, Berichten uit de wereld van het oude kinderboek. Op de website van deze stichting publiceert ze geregeld een blog over kinderboeken en centsprenten, zie www.hetoudekinderboek.nl.
Joseph Plateau grafisch ontwerpers is gevestigd in Amsterdam en bestaat sinds de oprichting in 1989 uit Eliane Beyer, Wouter van Eyck, Peter Kingma en Rolf Toxopeus. Het bureau heeft een grote verscheidenheid aan opdrachtgevers, van wie het merendeel afkomstig is uit sectoren als kunst, cultuur en beleid.
Ariane de Ranitz (1956) studeerde kunstgeschiedenis aan de Rijksuniversiteit Utrecht en promoveerde in 1989 aan de Universiteit van Amsterdam op ‘Met een pen en een potlood als wapen’: Louis Raemaekers (1869-1956), schets van een politiek tekenaar. Haar onlangs verschenen boek over Raemaekers is een bewerking van haar proefschrift. Zij was de eerste in Nederland die promoveerde op het onderwerp ‘politieke prent’ en was van 2000 tot 2013 medewerkster van Stichting Pers & Prent. Met collega Hans IJsselstein Mulder organiseerde zij jaarlijks de reizende tentoonstelling ‘Politiek in Prent’, de uitreiking van de ‘Inktspotprijs’ voor de beste politieke prent van het jaar en - in samenwerking met het Persmuseum - de uitreiking van de ‘Junior Inktspotprijs’. Daarnaast organiseerde zij enkele thema-tentoonstellingen.
Eva Rovers studeerde Cultuurgeschiedenis en promoveerde in 2010 op een biografie van kunstverzamelaar Helene Kröller-Müller (1869-1939), De eeuwigheid verzameld. Het boek werd onder meer bekroond met de Erik Hazelhoff Biografieprijs. Ze doceerde aan de universiteiten van Utrecht en Groningen en is momenteel als onderzoeker verbonden aan het Biografie Instituut van die laatste universiteit. Ze is redacteur van het Tijdschrift voor Biografie en bereidt een biografie voor over Boudewijn Büch, die in 2016 zal verschijnen.
Henk Slechte is historicus. Hij werkt als gastconservator en redacteur van tentoonstellingen en catalogi, en publiceert daarnaast over lokaal-, economisch - en cultuurhistorische onderwerpen. In De Boekenwereld heeft hij onder meer artikelen gepubliceerd over makers van politieke prenten, bijzondere en onbekende bibliotheken, en verzamelaars van boeken en prenten. In 2010 verschenen van hem Marius Bauer als kritisch kunstenaar en de Geschiedenis van Deventer. In 2013 was hij mederedacteur en mede-auteur van de bundel Twee eeuwen Nederlanders in Sint-Petersburg. De Hollandse kerk als sociaal en religieus middelpunt.
Steef Stijsiger (1955) werkte na zijn studie Nederlands aan de Universiteit Utrecht een aantal jaren bij de afdeling exposities van het Letterkundig Museum in Den Haag. Bij de Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam houdt hij zich sinds 1994 voornamelijk bezig met uitgeversparafernalia als catalogi en prospectussen èn met de zeer omvangrijke collectie veilingcatalogi.
Dirk J. Tang (1947) is historicus en was tot februari 2011 werkzaam voor de Koninklijke Bibliotheek. Sinds de zomer van 2011 is hij als gastonderzoeker verbonden aan de Artis Bibliotheek van de Bijzondere Collecties van de UvA. Hij publiceerde over slavernij, slavenhandel, Suriname in de zeventiende eeuw, maritieme jeugdliteratuur en over het zwarte kind in Nederlandstalige jeugdboeken.
Rickey Tax (1965) studeerde kunstgeschiedenis in Amsterdam en is sinds 2002 werkzaam bij Museum Meermanno in Den Haag. Hij is hier met name verantwoordelijk voor de gedrukte werken, archieven en grafische voorwerpen van na 1850.
Rich Thomassen schreef eerder twee boeken over Alfred Mazure, organiseerde vier tentoonstellingen van zijn werk, werkte mee aan een documentaire over hem van Paul Verhoeven en schreef vele artikelen voor dag- en weekbladen. Onlangs verscheen bij uitgeverij Aspekt zijn jongste boek, getiteld En Maz creëerde Dick Bos, een biografie van zowel Dick Bos als Alfred Mazure.