| |
| |
| |
Agenda
Tentoonstellingen
Van Da Vinci tot Playboy
Op woensdag 2 december werd de tentoonstelling ‘Van Da Vinci tot Playboy - De mooiste facsimile's uit de Rijksmuseumbibliotheek’ geopend in de Expozaal van de Centrale Bibliotheek van Amsterdam. Wim Pijbes, directeur Rijksmuseum, en Irma Boom, grafisch ontwerper, spraken tijdens deze opening. De tentoonstelling is tot en met 28 februari 2010 te zien.
Wim Pijbes: ‘Het Rijksmuseum is wereldberoemd vanwege zijn collectie kunst en geschiedenis. Onze kunsthistorische bibliotheek, de belangrijkste van Nederland, herbergt eveneens talloze schatten, waaronder schitterende facsimile's. Voor de eerste keer tonen wij hieruit een keuze aan het publiek.’
Het bestaan van deze facsimile's is een goedbewaard geheim. Het museum bezit honderden kostbare facsimile's van bijzondere handschriften, gedrukte boeken, tekeningen en prenten.
Marilyn Monroe in kleur in een facsimile van de eerste Playboy (1953). Foto: Tom Kelley
‘Van Da Vinci tot Playboy’ toont een keuze van 35 exemplaren. Het zijn kopieën van originelen uit de periode van de middeleeuwen tot de twintigste eeuw. Op de tentoonstelling zijn
| |
| |
onder andere schetsboeken en opschrijfboekjes van Leonardo da Vinci, Canaletto en Inigo Jones te zien. Heel bijzonder zijn de vier dozen met Japanse erotische prentreeksen waarvan de originelen zich in het British Museum bevinden.
Dit is waarschijnlijk een gezicht op de hoofdstraat in Madrid. Mooie verlichtingen brengen de gevels tot leven; de vensters zijn verlicht en personen of beelden tekenen zich af tegen het licht. Tweede helft 18 eeuw. Collectie Jubelparkmuseum. Brussel
Een opvallende aanwinst is de eerste aflevering van Playboy met de beroemde kleurenfoto waarop Marilyn Monroe staat als sweetheart of the month. De oorspronkelijke aflevering is in 1953 in zwart-wit op goedkoop papier gedrukt. Later is ze als facsimile uitgegeven in een imitatieleren koffer met roodfluwelen voering waarop het karakteristieke Bunny-logo prijkt.
Adres: Centrale Bibliotheek van Amsterdam, Oosterdokskade 143, Amsterdam, tel. (020) 523 0900, www.oba.nl. Openingstijden: dagelijks van 10.00 tot 22.00 uur.
| |
De wereld in opticaprenten
Tot 30 december stelt het Jubelparkmuseum in Brussel haar rijke collectie opticaprenten tentoon. Opticaprenten zijn gravures in zwart-wit of in kleur die worden bekeken met een apparaat dat hun driedimensionale effect versterkt. Gedurende de 18e eeuw en aan het begin van de 19e eeuw waren ze erg populair. In die periode werd weinig gereisd en boden de prenten een blik op de wereld. Ze gaven een gezicht aan bekende namen, illustreerden belangrijke gebeurtenissen en berichtten over faits divers... Voor een paar cent waren in de opticadoos verre steden te ontdekken of kreeg men kippenvel bij het zien van rampen.
De onderwerpen op de opticaprenten zijn zo uiteenlopend als de tv-programma's van vandaag. Zij hadden immers eenzelfde doel: tonen wat er gebeurt in de wereld: de aanslag op Bonaparte, een aardbeving in Italië, de oorlogen en conflicten in Europa. Een groot deel van de opticaprenten biedt een imaginaire reis,
| |
| |
bijvoorbeeld door illustraties van architecturale nieuwigheden uit de i8e eeuw. De gelijkenis met tv-programma's gaat eveneens op voor uitzendingen met wetenschappelijke, religieuze, historische of amusementswaarde. Commentaar ontbrak ook niet, want de prenten hadden onderaan ruimte voor de vertelsels van de toenmalige journalist: de wandelende presentator. Soms werd er zelfs gebruikgemaakt van geluid om de praatjes kracht bij te zetten.
Op 24 december 1800 om 20 uur was de Napoleon Bonaparte het doelwit van een aanslag die werd opgeëist door de Chouans. De bomwagen, dwars gezet in de rue St-Nicaise (huidige Cour du Carroussel) explodeerde enkele momenten na het voorbijkomen van Bonaparte. Er vielen 23 doden - onder wie Pensol, het meisje dat het paard moest tegenhouden van het ‘duivelse tuig’ - een honderdtal gewonden en er werd belangrijke materiële schade aangericht. Napoleon zelf bleef ongedeerd
Het Jubelparkmuseum bezit ongeveer vijfhonderd opticaprenten. Een groot deel werd nog nooit tentoongesteld. De prenten behoren tot de verzameling Lefébure en werden verworven in 1943. In de nieuwe tentoonstelling wordt een selectie van circa 150 prenten getoond. De uitgebeelde thema's bepaalden de keuze. Om de gelijkenissen tussen de opticaprenten van weleer en het moderne televisiescherm te onderstrepen, kregen de verschillende delen van de expositie als titel de naam van een thematisch verwant tv-programma.
Adres: Jubelparkmuseum, Jubelpark 10, Brussel, tel. (32) (2) 7417211, www.kmkg.be. Openingstijden: dinsdag t/m vrijdag van 9.30 tot 17.00 uur, zaterdag en zondag van 10.00 tot 17.00 uur.
| |
Een reis door Joodse werelden
Tot en met 17 januari is bij Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam de tentoonstelling ‘Een Reis
| |
| |
door Joodse Werelden. Hoogtepunten uit de Braginsky Collectie’ te bezichtigen.
Privécollecties zijn maar zelden voor buitenstaanders toegankelijk. De Zwitserse verzamelaar René Braginsky toont nu voor het eerst de hoogtepunten uit zijn collectie aan een breed publiek. Hij heeft de afgelopen twintig jaar een unieke verzameling Hebreeuwse handschriften en gedrukte boeken bijeengebracht, die als een van de belangrijkste privécollecties ter wereld wordt beschouwd.
De Braginsky Collectie bestaat uit vele honderden stukken, voor een groot deel met de hand in het Hebreeuws geschreven. In de tentoonstelling worden de belangrijkste, vaak uitbundig versierde boeken, huwelijkscontracten en Estherrollen uit de collectie getoond. Een derde deel van de tentoongestelde objecten stamt uit de middeleeuwen. Deze rijke verzameling omspant zeven eeuwen Joodse geschiedenis en bevat stukken uit alle windstreken van de Joodse wereld.
De verzameling van René Braginsky wordt aangevuld met een selectie vn Amsterdamse topstukken uit de Bibliotheca Rosenthaliana.
Belangrijke objecten zijn onder meer een in Duitsland geschreven wetboek uit 1288, een geïllustreerd Italiaans huwelijkscontract op perkament met uniek knipwerk uit 1841, een gebedenboek uit 1842 met illustraties naar aanleiding van schetsen van de beroemde Joodse schilder Moritz Daniel Oppenheim, een twintigste-eeuwse Estherrol van zeven meter lang uit India en een van de oudste Estherrollen uit Amsterdam uit de 17e eeuw.
Sefirat ha-Omer, Amsterdam 1795. Simson als atlasfiguur in een Hebreeuws gebedenboek, uitgevoerd in micrografische, kleine Hebreeuwse letters door Baruch ben Shemariah. Bijzondere Collecties ub Amsterdam
Adres: Bijzondere Collecties (UvA), Oude Turfmarkt 129, Amsterdam, tel. (020) 525 7300, www.bc.uba.uva.nl. Openingstijden: maandag t/m vrijdag van 10.00 tot 17.00 uur, zaterdag en zondag van 13.00 tot 17.00 uur.
| |
| |
Huwelijkscontract uitgevoerd met gedetailleerd uitsnedewerk. Lugo, Italië, 1841. De rand is ouder; waarschijnlijk ca. 1775. Bijzondere Collecties ub Amsterdam
| |
| |
| |
| |
Google Book Settlement
Sinds 2004 is Google bezig een groot corpus van digitale teksten op te bouwen, dat bekend staat als het Google Book Search-project. Google begon het ambitieuze project met een overeenkomst met de Bodleian Library, waarna grote namen als Harvard en de New York Public Library volgden. Voor het Nederlandse taalgebied wordt samengewerkt met de ub Gent. Behalve dat Google bibliotheekmateriaal laat digitaliseren, zijn ook overeenkomsten gesloten met grote uitgevers om hun materiaal aan te bieden.
Google claimt nu meer dan 10 miljoen boeken doorzoekbaar gemaakt te hebben (en streeft naar het driedubbele).
Een belangrijk punt werd daarbij echter niet geregeld: de auteursrechten. Amerikaanse uitgevers en schrijvers verenigden zich om Google aan te klagen voor schending van hun auteursrechten. Najaar 2008 kwam daar de Google Book Settlement uit voort, die in november 2009 is herzien. Dit schikkingsvoorstel impliceert dat Google alle boeken die zijn uitgegeven in de vs, Engeland, Canada en Australië full text tegen betaling mag aanbieden binnen de Verenigde Staten, tenzij de rechthebbende er expliciet bezwaar tegen maakt (opt out). In ruil hiervoor betaalt Google 63% procent van haar inkomsten uit onder andere bibliotheek- en bedrijfsabonnementen aan een nieuw op te richten Book Rights Registry, die het geld aan de rechthebbenden zal uitkeren.
Het auteursrecht werkt echter precies omgekeerd: wie andermans werk digitaal wil aanbieden, moet vooraf toestemming hebben van de rechthebbende (opt in). Daarnaast gaan de zorgen, die onder andere de Nederlandse Uitgevers Vereniging en de Koninklijke Bibliotheek hebben geuit, vooral over het lot van boeken waarvan de rechthebbende onbekend of onvindbaar is. Google mag deze ‘verweesde werken’ volgens het schikkingsvoorstel ook exploiteren, terwijl Europese instellingen verplicht zijn een zorgvuldige zoektocht te ondernemen (en te kunnen aantonen dat ze dat gedaan hebben), voordat ze dergelijke werken beschikbaar mogen stellen. Andere zorgen betreffen de digitale duurzaamheid van Googles scans en het feitelijk monopolie dat deze commerciële partij krijgt op de toegangverlening tot gedigitaliseerde boeken. Vanaf volgend jaar gaat Google zich ook richten op de verkoop van e-books via de nieuwe dienst Google Editions. De Amerikaanse rechter bepaalt begin 2010 of de Google Book Settlement wordt goedgekeurd.
| |
| |
| |
1989 - Einde van een tijdperk
Tot 28 februari is in het Persmuseum een grote tentoonstelling te zien over alle revolutionaire omwentelingen die twintig jaar geleden leidden tot de val van de Muur. Van het doorknippen van het IJzeren Gordijn tussen Oostenrijk en Hongarije en de door Solidarnosc gewonnen verkiezingen in Polen tot de daadwerkelijke val van de Muur in Berlijn op 9 november 1989. Bijzondere voorpagina's van kranten uit heel Europa, aangevuld met politieke tekeningen van onder anderen Fritz Behrendt en Frits Müller, tonen hoe de verschillende landen met deze gigantische omwentelingen omgingen.
De tentoonstelling is een samenwerkingsproject van het Persmuseum Amsterdam, Het Nutshuis Den Haag en eunic Netherlands. De expositie is grotendeels samengesteld uit de collecties van het Persmuseum en het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (iisg) in Amsterdam. Een deel van de kranten in de expositie is bovendien afkomstig van de diverse cultuurinstituten van eunic.
Boven: Berliner Zeitung, Die Mauer ist weg!, 10 november 1989
Links: Fritz Behrendt, De afbraak van de muur staat niet (meer) ter discussie, 7 november 1989
Adres: Persmuseum, Zeeburgerkade 10, Amsterdam, tel. (020) 692 8810, www.persmuseum.nl. Openingstijden: dinsdag t/m vrijdag van 10.00 tot 17.00 uur, zondag van 12.00 tot 17.00 uur.
| |
| |
Andy Warhol voor The Velvet Underground - misschien wel de beroemdste platenhoes aller tijden: de banaan. Warhol maakte sinds het begin van de jaren 1950 tal van hoezen voor bekende sterren
| |
DiscCoverArt
Marius Quist uit Nieuwegein is in het bezit van zo'n 80.000 platenhoezen. De vormgeving staat in zijn verzameling centraal. Hoezen van beroemde kunstenaars als Andy Warhol en Salvador Dalí en fotografen als Paul Huf en Anton Corbijn maken deel uit van zijn collectie, maar ook de eerste pophoezen uit de jaren 1940, psychedelische hoezen uit de jaren 1960 en hedendaagse, digitaal ontworpen hoezen. Een indrukwekkende greep uit zijn collectie komt naar Groningen.
Muziek is belangrijk in het leven. Muziek bepaalt en volgt onze emotie, is een uitdrukking van feestelijkheid of van tragedie. In de tweede helft van de 20e eeuw werd die muziek afgespeeld op grammofoonplaten. Platenmaatschappijen hebben
| |
| |
zo'n halve eeuw lang aan talloze schilders, tekenaars, illustratoren en fotografen opdracht gegeven hun interpretatie van de muziek te visualiseren, met name op de hoes, maar soms ook op de plaat zelf, zodat de picture disc ontstond. Men besefte dat er een verbinding was tussen visuele kunst en auditieve kunst en dat ze elkaar versterkten. Kunstenaars kregen de vrije hand om binnen het budget te maken wat zij wilden. Platenhoezen, picture discs en ook cassettebandjes kunnen worden gezien als zelfstandige, artistieke objecten die de laatste jaren veel aandacht hebben gekregen in boeken en exposities.
Guided by Voices - recente fotografische hoes in collagetechniek
Tegelijk met de expositie van de platenhoezen zal in De Bibliotheek in Groningen een expositie van picture discs te zien zijn uit de collectie van Peter Bastine uit Hamburg, die de grootste collectie picture discs ter wereld bezit. Bastine exposeerde al talloze malen in diverse Europese landen, maar nooit eerder in Nederland. Tot en met 7 februari 2010.
Adres: Grafisch Museum, Rabenhauptstraat 55, Groningen, tel. (050) 525 6497, www.grafischmuseum.nl. Openingstijden: dinsdag t/m zondag van 13.00 tot 17.00 uur.
| |
Grafiek van Max Beckmann
De Duitse kunstenaar Max Beckmann (1884-1950) liet een indrukwekkend oeuvre na met meer dan 2000 werken. Naast schilderijen, aquarellen, pastels en tekeningen maakte hij circa 370 etsen, droge-naaldprenten, houtsneden en litho's. Het Von der Heydt-Museum in Wuppertal bezit een mooie collectie Max Beckmann met maar liefst negen schilderijen en een omvangrijke verzameling grafiek.
Voor de tentoonstelling viel de keuze op het grafisch werk uit de periode 1911-1923, in totaal 46 bladen, aangevuld met twee schilderijen uit de jaren 1920. Wat zijn grafisch werk betreft behoren de jaren 1911-1923 tot de meest vruchtbare, een periode ook waarin de artistieke ontwikkeling van de kunstenaar goed te volgen is.
De schetsmatige stijl van voor de Eerste Wereldoorlog is een Duitse variant van het impressionisme, nog sterk verankerd in het realisme, en verwant met het werk van Max Liebermann en Lovis Corinth. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog meldde Max Beckmann zich als vrijwillig hospitaalsoldaat en werd hij ingezet in België, in de buurt van Ieper. Zijn ervaringen aan het front waren van cruciale betekenis voor zijn evolutie naar een meer expressionistische beeldtaal.
Tijdens de jaren 1920 sluit zijn kunst nauw aan bij de Neue Sachlichkeit. Beckmann liet zich niet graag bij een bepaalde stroming onderbrengen en men kan hem nog het best omschrijven als een expressionistisch realist. Hij noemde zijn manier om door te dringen in de metafysische werkelijkheid achter de zichtbare verschijning zelf liever ‘transcendente zakelijkheid’.
De tentoonstelling Max Beckmann, grafiek uit het Von der Heydt-Museum Wuppertal is het resultaat van een goede samenwerking tussen de musea in Gent en Wuppertal met wederzijdse
| |
| |
Max Beckmann, Der Hunger (1919). Collectie Von der Heydt-Museum, Wuppertal
| |
| |
Max Beckmann, Mobliert (1920). Collectie Von der Heydt-Museum, Wuppertal
| |
| |
bruiklenen. Bovendien past de tentoonstelling in een reeks exposities met werken op papier, zoals Frans Masereel (1986), Ik, James Ensor. Tekeningen en prenten (1987), Liebermann, Slevogt, Corinth (1995), Les Vingt en de avant-garde in België (1992), Max Ernst (2002). Te bezichtigen tot en met 17 februari 2010.
Adres: Museum voor Schone Kunsten, Fernand Scribedreef, Citadelpark, Gent, tel. (32) (09) 2400700, www.mskgent.be. Openingstijden: dinsdag t/m zondag van 10.00 tot 18.00 uur.
| |
Roar China!
Eveneens in het Museum voor Schone Kunsten te Gent is tot 17 februari 2010 de tentoonstelling Roar China! Lu Xun, Masereel en de avant-garde in China (1919-1949) te bezichtigen. In de eerste decennia van de twintigste eeuw vonden in China historische gebeurtenissen plaats die de loop van de geschiedenis radicaal veranderden. Het einde van het keizerrijk, de verschillende nationalistische republieken, de oprichting van de communistische partij, de burgeroorlog en de Chinees-Japanse oorlog waren de bakens die in 1949 zouden leiden tot de oprichting van de volksrepubliek China en het presidentschap van Mao Zedong.
L'avant-courrière, 1, no. 3, Shanghai (1931). Collectie Bibliothèque Municipale, Lyon
In deze ontwikkeling speelde de schrijver en uitgever Lu Xun (1881-1936) een bepalende rol. Tussen 1902 en 1909 verbleef hij lange tijd in Japan. Daar werd hij zich bewust van zijn literaire roeping. Hij verdiepte zich in de marxistische literatuur en voelde zich verbonden met de nationalistische ideologie van de politicus Sun Yat-sen. Na zijn terugkeer naar China in 1909 ijverde hij voor een grondige hervorming van de Chinese taal. In zijn bekommernis om de taal toegankelijker te maken voor een groter deel van de bevolking, werd hij actief als uitgever en liet hij tal van boeken en essays vertalen van sociaal geëngageerde auteurs. Met hetzelfde doel gaf hij aan zijn uitgaven een aantrekkelijker en modernere vormgeving. Zijn aandacht ging uit naar de meest uiteenlopende stijlen die toen internationaal in de mode waren. In de kaften duiken versieringselementen op uit de art nouveau, maar worden evengoed traditionele motieven uit de oude Chinese cultuur hergebruikt. Verder worden aspecten uit het Russische suprematisme en de art deco overgenomen. Uit de kaften blijkt ook dat Lu Xun zich bijzonder aangetrokken voelde tot de houtsneden van Frans Masereel. Deze invloeden lagen aan de basis van een vernieuwende tendens in de Chinese lay-out. Via het boekdesign drong de Europese avant-garde door in de Chi- | |
| |
nese moderne kunst, met de vormgever Quian Juntao als een van de belangrijkste vertegenwoordigers. Het kwaliteitsvolle werk van deze grafici evenaart dat van Europese en Amerikaanse vormgevers.
Huang Xinbo. Hij is helemaal niet gestorven! (1941). Collectie National Art Museum, Bejing
Naast het boekdesign kende ook de houtsnede een heropbloei in China. In het begin van de twintigste eeuw herwaardeerden expressionisten als Käthe Kollwitz, Karl Schmidt Rottluff, Conrad Felixmüller maar ook Frans Masereel de oude techniek. In China werd de techniek traditioneel gebruikt in de Nianhua, volkse prenten die ter gelegenheid van nieuwjaar ten geschenke werden gegeven. Lu Xun interesseerde zich voor de houtsnede in de overtuiging dat ze het volk aansprak. Via enkele tussenpersonen kocht hij in Europa en Rusland prenten van modernistische kunstenaars en propageerde deze in China. In 1931 organiseerde hij zelfs een workshop waar een Japanse graficus jonge Chinese kunstenaars in de techniek inwijdde. Op die manier werkte hij mee aan de heropleving van de houtsnede in China. In korte tijd ontstonden tal van kunstenaarsverenigingen en tijdschriften die de modernistische houtsneden over het hele land verspreidden. In de ogen van veel schrij vers had het werk van deze houtsnijders de kracht van een visueel esperanto, een kunstmatige taal die ook Lu Xun aansprak.
De tentoonstelling neemt Lu Xun als uitgangspunt om een overzicht te geven van de moderne grafiek in China van 1919 tot 1949. Zijn internationalisme bracht een artistiek reveil op gang dat tot vandaag voortleeft.
Adres: Museum voor Schone Kunsten, Fernand Scribedreef, Citadelpark, Gent, tel. (32) (09) 2400700, www.mskgent.be. Openingstijden: dinsdag t/m zondag van 10.00 tot 18.00 uur.
| |
| |
| |
Sleutel tot licht
Getijdenboeken bezien in het licht van de beweging van de Moderne Devotie - dat is de invalshoek van de tentoonstelling en het rijk geïllustreerde boek Sleutel tot licht over de kleine, maar fascinerende collectie van 25 getijdenboeken uit de Bibliotheca Philosophica Hermetica in Amsterdam. In 2004 heeft het Rijk het nationaal belang van deze middeleeuwse boeken onderstreept door ze te verwerven en daarmee voorgoed voor het Nederlandse cultuurbezit te behouden. De bph heeft deze handgeschreven, vaak prachtige verluchte, gebedenboeken voor een breed publiek ontsloten.
Wat is een getijdenboek precies en voor wie was het bestemd? Dit zijn onderwerpen die aan de orde komen in het eerste deel van het boek, net als de intenties van Geert Grote met zijn vertalingen van religieuze teksten in het Nederlands en de relatie waarin deze stonden tot het gedachtegoed van de middeleeuwse mystiek. Daarnaast bevat het boek een gedetailleerde beschrijving van elk handschrift. De talrijke kleurenafbeeldingen van de verfijnde miniaturen en randversieringen laten niet alleen zien hoe de middeleeuwer zijn betrokkenheid bij de devotionele inhoud wist te combineren met een prachtig uiterlijk. Zij bieden ook een rijkgeschakeerd beeld van artistieke prestaties van vijftiende-eeuwse kunstenaars uit ons land. Voor een uitgebreide beschrijving van deze handschriften kunt u terecht op de website. Met deze presentaties onderstreept de bph nog eens dat zij kennis ontwikkelt en verspreidt over de collecties die zij beheert en zorg draagt voor een optimale zichtbaarheid daarvan. De tentoonstelling is te bezichtigen tot 26 februari 2010; regelmatig zullen op woensdagmiddag (gratis toegankelijk, reservering verplicht) rondleidingen worden verzorgd. Raadpleeg daarvoor en voor actuele openingstijden de website.
Adres: Bibliotheca Philosophica Hermetica, Bloemstraat 13-19, Amsterdam; tel.: (020) 625 8079, www.ritmanlibrary.nl. Openingstijden: maandag t/m vrijdag van 9.30 tot 12.30 en van 13.30 tot 17.00 uur.
|
|