| |
| |
| |
Agenda
Veilingen
De Eland - De Zon - Loth Gijselman, Weesperstraat 110, 1112 ap Diemen, tel: (020) 6230343, fax (020) 6243447: 3-6 september (www.deeland.nl)
Marc van de Wiele, Sint-Salvatorkerkhof 7, 8000 Brugge, België, tel: (0032) (0) 50333805: 26 september (www.marcvandewiele.com)
Henri Godts, Avenue Louise 230/6, 1050 Brussel, België, tel.: (0032) (0)2 6478548: 13 oktober (www.godts.com)
Amsterdam Book Auctions, Quellijnstraat 127, 1073 xh Amsterdam, tel.: 020 3790060: 1 september (www.amsterdambookauctions.nl)
Van Stockum, Prinsengracht 15, 2512 en Den Haag, tel.: (070) 3649840: 4-6 november; (www.vanstockums-veilingen.nl)
Burgersdijk & Niermans, Nieuwsteeg 1, 2311 rw Leiden, tel.: (071) 5121067 / 5126381: 17 en 18 november (www.b-n.nl)
Romantic Agony, Aquaductstraat 38-40, 1060 Brussel, België, tel.: (0032) (0) 25441055: 21 en 22 november (www.romanticagony.nl)
Bubb Kuyper, Jansweg 39, 2011 km Haarlem, tel.: (023) 5323986: 24-27 november (www.bubbkuyper.com)
Hondius, Graaf van Burenlaan 12, 7411 rw Deventer, tel.: (0570) 600665: 29-30 september (www.hondiusauctions.nl)
Aabp Auctions, Geldersekade 40A, 1012 bj Amsterdam Tel. (085) 8774826: 24 en 25 oktober 2009 (www.aabp-auctions.com)
| |
Beurzen
September |
|
18-20 |
Internationale beurs van het oude boek, Palais des Beaux-Arts (bozar), Brussel |
|
Oktober |
|
2-3 |
Amsterdam Antiquarian Book & Print Fair, Amsterdam |
14-18 |
Frankfurter Buchmesse, Frankfurt |
|
November |
|
6-7 |
London Chelsea Book Fair (aba), Londen |
7-8 |
Boekkunstbeurs, Pieterskerk, Leiden |
| |
Tentoonstelling
De voorlopers van het beeldverhaal
Naar aanleiding van het jaar van het stripverhaal in Brussel, besteedt de Bibliotheca Wittockiana extra aandacht aan de volksuitgave waaruit zich, in de negentiende eeuw, het stripverhaal heeft ontwikkeld. Vanaf het ogenblik dat de mens tot communicatie in staat was, vertelde hij verhalen, tekende en las hij afbeeldingen. Of het nu om epische, mythologische, historische, romantische of verzonnen verhalen ging, deze werden zodanig opgebouwd dat ze voor tijdgenoten leesbaar en begrijpelijk waren. Kortom, beelden hebben in het verhaal steeds een fundamentele rol gespeeld. De talrijke voorouders van het beeldverhaal waartoe we de rotsschilderingen met hun jachttaferelen, de hiërogliefen, de Bijbel van Harding, het wandtapijt van Bayeux en de Azteekse codex mogen rekenen, zijn hiervan mooie voorbeelden. Langzaam maar zeker werden de verschillende typerende elementen ontwikkeld van wat vandaag als ‘beeldverhaal’ wordt omschreven.
| |
| |
Tintin-Lutin door Benjamin Rabier (1897)
Dit beeldverhaal bestaat uit een reeks tekeningen die een verhaal vertellen waarvan het scenario geïntegreerd is de afbeeldingen. Er is geen behoefte aan een begeleidende tekst om de verhaallijn te begrijpen. De opeenvolging van de tekeningen - met of zonder tekstballonnen - volstaat om de bedoelingen van de auteur duidelijk te maken. De wijze waarop de auteur beweging, ritme of geluid suggereert, opent een nieuwe wereld in de geest van de lezers. Het beeldverhaal, als originele vorm van expressie, is onlosmakelijk verbonden met zijn verspreiding, want het is ontwikkeld met de bedoeling een zo ruim mogelijk publiek te bereiken en te overtuigen. Gedurende de negentiende eeuw ontstaat het beeldverhaal geleidelijk aan, mede dankzij de ontwikkeling van de druk- en reproductietechnieken en de drastische toename in de distributie van kranten en andere populaire edities.
Op het kruispunt van de feuilletonromans, gepubliceerd in de dagbladen, met het originele werk van kunstenaars als Töpffer of Wilhelm Busch, die met deze verhalen in beeldvorm besloten hun leerlingen of publiek te vermaken, zal het beeldverhaal, gedurende de laatste jaren van de eeuw, in zijn moderne vorm ontstaan in de Verenigde Staten met het werk van Richard Outcault, dat in de New York World verschijnt. Dankzij deze bekende of onbekende kunstenaars en de uitgevers die hen wisten te sturen, aan te moedigen, te populariseren en soms zelfs te plagiëren, zal deze nieuwe narratieve taal, die erfgenaam is van zowel de grafische kunsten als de literatuur, al snel de wereld veroveren. De tentoonstelling laat ons op een andere wijze de eeuw voorafgaand aan de geboorte van Kuifje (Brussel, 1929) verkennen, gaande van Rodolphe Töppfer tot Joseph Pinchon, van Caran d'Ache tot Benjamin Rabier of Alain de Saint-Ogan. Tot en met 10 oktober.
Tintin-Lutin door Benjamin Rabier (1897)
Adres: Bibliotheca Wittockiana, Bemelstraat 21, Sint-Pieters-Woluwe, tel.: (32) (0)2 770 53 33, www.wittockiana.org. Openingstijden: dinsdag t/m zaterdag van 10.00 tot 17.00 uur.
| |
| |
Affiche voor de Winterhulp voor de straatcollecte uit 1942. Hoewel men met de Winterhulp de schijn van onschuld wilde ophouden, was deze niet zo onschuldig als ze lijkt. Met het geven van geld steunde men wel degelijk de Duitse bezetter. Het geld ging in de vorm van bonnen, dekens en voedselpakketten naar ss-legereenheden aan het Oostfront.
Foto: Stadsarchief en Athenaeumbibliotheek Deventer
| |
De Propagandaoorlog
Indrukwekkend en indringend zijn ze, de oorlogsaffiches die Stadsarchief en Athenaeumbibliotheek Deventer (sab) onder de titel De Propagandaoorlog tot en met 31 augustus exposeert. Wie oog in oog staat met de vaak enorme aanplakbiljetten, beseft pas goed welke rol propaganda en misleiding speelden tijdens de Tweede Wereldoorlog.
De affiches zijn voornamelijk afkomstig van de bezetter, de nsb en andere aan de nazi's gelieerde organisaties. Daarnaast worden aanplakbiljetten en aankondigingen getoond die betrekking hebben op Deventer in oorlogstijd. Wat deze tentoonstelling zo speciaal maakt, is de aandacht voor de interactie tussen enerzijds de bezetter en de nsb, anderzijds de illegaliteit en de geallieerden. Sommige uitgaven van het verzet, vaak niet meer dan een eenvoudig stencil, zijn een directe reactie op de propaganda van de Duitsers. Maar ook de Duitsers en de nsb reageerden op het drukwerk van het verzet en op de pamfletten die de geallieerde luchtmacht in groten getale verspreidde.
Bijzondere aandacht is er voor de clandestiene uitgaven van drukkerij De IJsel. Deze Deventer drukker maakte in de oorlogsjaren prachtig verzorgde uitgaven in opdracht van Amsterdamse uitgevers. En in Deventer, bij drukker W. Overeem aan het Muggeplein, werd de Oost-Nederlandse editie van Trouw gedrukt. Dat dit niet zonder gevaar was, blijkt wel uit het feit dat drie medewerkers van de drukkerij door de bezetter werden omgebracht. De materialen komen vanwege hun kwetsbaarheid maar zelden uit de kluizen van sab en worden nu voor het eerst in deze samenstelling aan het grote publiek getoond.
Adres: Stadsarchief en Athenaeumbibliotheek Deventer, Klooster 12, Deventer, tel. 0570 693713, www.sabinfo.nl. Openingstijden: maandag t/m vrijdag van 11.00 tot 17.00, zaterdag van 11.00 tot 15.00.
| |
Beeldspraak
Waarom is oud-directeur van het Concertgebouw Martijn Sanders zo verknocht aan zijn tekening van keizerin Elisabeth van Anselm Kiefer? En wat heeft dit werk te maken met de penseeltekening van een rouwende Louise de Coligny van de negentiende-eeuwse Johan Coenraad Hamburger? En hoe komt een zelfportret van een zwangere Marlene Dumas naast een confronterend naakt te hangen van Judith Macrander? Het zijn prenten en tekeningen uit de collecties van 21 kunstliefhebbers van De Amsterdamsche Prentkring, steeds gecombineerd met een werk uit de collectie van Teylers Museum. Het museum maakte samen met de particuliere verzamelaars paren, die soms aanvullend, soms confronterend werken. Tot en met 30 augustus toont Beeldspraak in het Prentenkabinet de passie van het verzamelen met vijf eeuwen teken- en prentkunst.
Te zien zijn werken van de meest uiteenlo-
| |
| |
Marlene Dumas, Zelfportret (zoals gezien voor de bevalling), 1989. Collectie Teylers Museum
| |
| |
pende kunstenaars: van Hendrik Goltzius, Pieter Saenredam en Francisco de Goya tot Georg Baselitz, Dick Ket en Carel Willink, steeds voorzien van commentaar van de verzamelaars. Wat is er te zien op het blad, en waarom is juist dit kunstwerk hun persoonlijke favoriet? Het pendant uit de verzameling van Teylers Museum vult de tekening of prent aan, of benadrukt juist het bijzondere aan het werk.
De Amsterdamsche Prentkring is een groep gepassioneerde particuliere verzamelaars van werken op papier. Sinds 1947 delen zij hun liefde voor de teken- en prentkunst door regelmatig samen te komen en elkaars collecties te bekijken.
De tentoonstelling past in de trend van een toenemende aandacht voor privécollecties. Daarnaast is de band van het museum met verzamelaars altijd sterk geweest: het is mede dankzij hen dat de tekeningen- en prentenverzameling van Teylers Museum zich heeft kunnen ontwikkelen tot de huidige collectie.
Adres: Teylers Museum, Spaarne 16, Haarlem, tel.: 023 51 60 960, www.teylersmuseum.nl. Openingstijden: dinsdag t/m zaterdag van 10.00 tot 17.00 uur, zon- en feestdagen van 12.00 tot 17.00 uur.
| |
De wereld van Joost Swarte
De als striptekenaar begonnen Joost Swarte (Haarlem, 1947) is ondertussen (wereld)beroemd om zijn grafische vormgeving. Boekomslagen en -inhoud, affiches, cartoons, tijdschriftomslagen, postzegels, telefoonkaarten, logo's en vignetten behoren tot zijn oeuvre. Daarnaast is Swarte bezig met glas-in-loodramen, architectuur, platenhoezen, beelden en zelfs met de inrichting van een museum. Het Grafisch Museum Groningen concentreert zich van 29 augustus t/m 8 november op Swarte als grafisch vormgever.
Het oeuvre van Joost Swarte is enorm. Swarte creëert een geheel eigen wereld in tekst en beeld, waarbij humor een zeer belangrijke rol speelt. Met behulp van deze humor is hij in staat de mens op toegankelijke wijze een spiegel voor te houden. Paul Hefting noemt het ‘een mix van nuchtere helderheid en een gevoel voor absurditeit en surrealisme’. Swarte laat zich qua stijl vooral inspireren door de periode tussen de beide wereldoorlogen, maar ook wel door de jaren vijftig en de postmoderne vormgeving.
Joost Swarte, De toekomst van Cesare Lombroso (1984)
De expositie in het Grafisch Museum streeft ernaar de bezoeker mee te nemen naar die typische Swartewereld. Het vestigt de aandacht op zijn grafische ontwerpen en typografie. Voor elk ontwerp dat hij maakt, bedenkt hij een nieuwe letter. Hij bedenkt dan alleen die letters van het alfabet die hij nodig heeft en laat de overige weg. Hoe komen Swartes ontwerpen en in het bijzonder zijn letters tot stand, wat inspireert hem tot het bedenken van letters en totaalontwerpen, en hoe veelzijdig is hij als het op ontwerpen aankomt? Zowel een eerste krabbel op een bierviltje of servetje als het eindproduct zal op de tentoonstelling te zien zijn.
Swarte werkt(e) in opdracht voor ptt (postzegels), kpn (telefoonkaarten), Fay Lovsky (platenhoezen), gemeente Haarlem (samen met Architectenbureau Mecanoo Theater De Toneelschuur en het stadslogo), het Vlaamse blad Humo, het
| |
| |
Amerikaanse tijdschrift The New Yorker, Radboud Ziekenhuis Nijmegen (kinderafdeling), de Hanzehogeschool Groningen (muurschilderingen), enzovoort. Recentelijk was hij betrokken bij de inrichting van het Hergé Museum en ontwierp hij een beeld voor de gemeente Slochteren. Swarte levert niet alleen de objecten, maar werkt ook mee aan het drukwerk.
Adres: Grafisch Museum, Rabenhauptstraat 65, Groningen, tel.: 050 5256497, www.grafischmuseum.nl. Openingstijden: dinsdag t/m zondag van 13.00 tot 17.00 uur.
Joost Swarte, Descartes (2006)
| |
Goddelijke Stoffe
In 1744 uitte boekhandelaar en verzamelaar van hermetische en alchemistische literatuur Michaël Bidstrup de klacht dat er in Nederland veel te weinig aandacht was voor serieuze, ‘philosophische’ boeken, en dat de mensen liever ‘vodden’ lazen, zoals de avonturen van Uilenspiegel. ‘Uylenspiegel, Jan Tamboer, en diergelijke vodderijen hebben meer aftrek in deze Nederlanden, als alle andere degelyke boeken, en wat aengaet de Philosophische Boeken, waerlyk zoo treffen dezelve dit droevigen noodlott voor alle anderen’ (no. 1 in de tentoonstelling).
In de tentoonstelling zijn onder meer drie exemplaren van tWonderboeck van David Joris opgenomen. De eerste druk (ca. 1544) is geïllustreerd met houtsneden, ontworpen door Joris zelf, en uitgevoerd door zijn secretaris Hendrik van Schor. In de tweede druk, die eveneens zonder plaats of naam van een drukker verscheen, zijn de houtsneden vervangen door gravures van de hand van Hieronymus Wierix, zoals de Bruyt Christi die ook op het affiche te zien is. Collectie Bibliotheca Philosophica Hermetica, Amsterdam
Zijn fondscatalogus, eigenlijk meer een bibliografie, opgesteld in het Nederlands en gedrukt in Amsterdam, biedt daarvoor een goed tegenwicht. Het is een staalkaart aan alchemistische, mystiek-spiritualistische en hermetische boeken - en de meeste zijn dan ook in de collectie van de Bibliotheca Philosophica Hermetica (bph) aanwezig. De selectie die tot 6 november in de nieuwe expositie Goddelijke Stoffe van de biblio- | |
| |
theek getoond wordt, betreft alléén boeken die in Nederland gedrukt zijn. Daaronder bevinden zich werken die nogal wat opschudding veroorzaakten. Onder meer ketterse boeken, zoals tWonderboeck van David Joris en een zeldzaam chiliastisch pamflet van Johannes Rothé dat opriep tot burgerlijke ongehoorzaamheid. Maar daarnaast zijn ook herdrukken van alchemistische ‘klassiekers’ zoals Geber en de Triomphe hermétique te bewonderen.
F. Bordewijk, Blokken, De Gemeenschap, Utrecht, 1931. Omslagontwerp: A.M. Oosterbaan
Van de meeste boeken in de tentoonstelling is alleen dit ene getoonde exemplaar in Nederland bewaard. Dit is het afgelopen jaar gebleken toen de bph-collectie beschreven werd voor de Short Title Catalogue Netherlands (stcn). Van de ruim achthonderd Nederlandse drukken in de Amsterdamse bph bleken er iets meer dan honderd uniek te zijn voor Nederland; van sommige bezit de bph misschien zelfs wel het enig bekende exemplaar ter wereld.
Adres: Bibliotheca Philosophica Hermetica, Bloemstraat 15, Amsterdam, tel. 020 6258079, www.ritmanlibrary.nl. Openingstijden: maandag t/m vrijdag van 9.30 tot 12.30 uur en van 13.30 tot 17.00 uur.
| |
De Best Verzorgde Boeken
De afdeling Bijzondere Collecties van de uba realiseert in samenwerking met het Stedelijk Museum Amsterdam en Stichting De Best Verzorgde Boeken tot 20 september een jubileumtentoonstelling rondom ‘De Best Verzorgde Boeken’. Die traditie startte in 1926: Nederland pakte toen als eerste land na de Verenigde Staten het idee op om jaarlijks boeken om hun uiterlijk te bekronen. Er
| |
| |
waren enkele langere onderbrekingen maar De Best Verzorgde Boeken bestaan nog steeds. En in 2009 was het voor de vijftigste keer dat een vakjury bijeenkwam om een keuze te maken, wat de aanleiding vormt voor deze jubileumtentoonstelling.
Johannes Amos Comenius, Het Portael, J. van Ravesteijn, Amsterdam, 1673
Stichting De Best Verzorgde Boeken schenkt overigens jaarlijks de bekroonde uitgaven aan de Bijzondere Collecties. Doordat de bibliotheek van de kvb (Bibliotheek van het Boekenvak) en het archief van de cpnb zich in de Bijzondere Collecties bevinden, bestaat er een nauwe band met de stichting. kvb en cpnb waren decennialang verantwoordelijk voor de organisatie van de best verzorgde boeken.
In de tentoonstellingszalen van de Bijzondere Collecties zijn natuurlijk in de eerste plaats de 33 best verzorgde boeken van 2008 te bewonderen. Deze werden uit 447 inzendingen gekozen door een vakjury bestaande uit ontwerpers Volken Beek en Vanessa van Dam, uitgever Nina Post, drukker Fokko Tamminga en adviseur Kunst & Vormgeving van Koninklijke tnt Post, Julius Vermeulen. Een volledige lijst is te vinden op de site van Stichting De Best Verzorgde Boeken. Na afloop van deze tentoonstelling zal de selectie 2008 nog op verschillende plaatsen in binnen- en buitenland geëxposeerd worden.
Bij het jubileum wordt in de tentoonstelling stilgestaan door aandacht te schenken aan vroegere jureringen en door een selectie van 33 ‘pre-Best Verzorgde Boeken’.
De afdeling Bijzondere Collecties beheert belangrijke collecties oude en moderne Nederlandse drukken. Voor de periode dat er geen best verzorgde boeken waren, zijn er uit deze bibliotheek 33 bijzonder vormgegeven uitgaven gekozen, van vijftiende-eeuwse incunabelen tot een twintigste-eeuws fotoboek.
Adres: Universiteitsbibliotheek Amsterdam, Oude Turfmarkt 129, Amsterdam, tel.: 020 525 7 300, www.uba.uva.nl. Openingstijden: maandag t/m vrijdag van 10.00 tot 17.00 uur, weekend en feestdagen van 13.00 tot 17.00 uur.
|
|