| |
| |
| |
Berichten
Bijzondere collecties UBA verwerven archief Kees Nieuwenhuijzen
De bekende grafisch ontwerper Kees Nieuwenhuijzen (1933) heeft zijn archief aan de Bijzondere Collecties van de Universiteitsbibliotheek Amsterdam geschonken. Dit archief bestaat uit grafische eindproducten - vooral boeken en affiches - en materiaal als schetsen, presentatiemodellen en briefwisseling met opdrachtgevers.
Nieuwenhuijzen is een pragmatisch modernist, een ontwerper die niet al te veel theoretiseert over zijn vak. Het boek staat al vijf decennia centraal in zijn brede oeuvre, dat zich uitstrekt van literaire pocket tot fotoboek, van architectuurtijdschrift tot schoolmethode, en van affiche tot postzegel. Naast boekontwerp had Nieuwenhuijzen interessante andere projecten, zoals de vormgeving van tentoonstellingen, filmtitels en postzegels. Een bijzondere vorm van gevelbelettering ontstond in 2001 voor woongebouw Batavia aan de Panamalaan in Amsterdam. Uit al dat werk van zijn hand - steeds minutieus uitgevoerd - spreekt een onmiskenbaar ontwerpplezier.
Na Charles Jongejans (1918-1995), H.P. Doebele (1925) en Jan van Toorn (1932) is Kees Nieuwenhuijzen de vierde Rietvelddocent van wie het archief wordt verworven. Hij doceerde van 1969 tot 1988 grafisch ontwerpen aan de dag- en avondopleiding van de academie.
Nieuwenhuijzen studeerde reclameontwerpen aan de Haagse Academie van Beeldende Kunsten. Gerard Kiljan en Paul Schuitema waren daar zijn belangrijkste docenten. Beide oude rotten hadden met Piet Zwart het grafisch gezicht van het Nederlandse modernisme bepaald.
Na de academie werkte Nieuwenhuijzen een aantal jaren samen met Jurriaan Schrofer. In die periode ontstonden nu beroemde bedrijfsfotoboeken als Vuur aan zee (1958) en De verbinding (1962). In 1963 begon Nieuwenhuijzen voor zichzelf. Belangrijke opdrachtgevers waren onder meer Bert Bakker, het Letterkundig Museum, de Universiteit van Amsterdam, Van Gennep en De Bezige Bij. Vanaf de oprichting in 1967 tot het laatste nummer in 2009 was hij betrokken bij Raster. Voor het ontwerp van dit literaire tijdschrift - lange tijd dé spreekbuis van experimentele auteurs - kreeg hij in 1992 de H.N. Werkmanprijs.
Omslag voor Ooievaarpocket, 1964.
Omslagontwerp Kees Nieuwenhuizen
Bij vele door hem verzorgde uitgaven was Nieuwenhuijzen tevens als redacteur of (mede)samensteller betrokken. Populair waren bijvoorbeeld de Schrijvers prentenboeken. De inhoudelijke rol die Nieuwenhuizen en zijn leermeester Schrofer graag vervulden, was voor hun generatie vrij uniek. In bedrijfsfotoboeken en in de
| |
| |
kerstnummers van Drukkersweekblad en Autolijn ontstond er in de jaren vijftig ruimte voor.
Kees Nieuwenhuijzen op de Rietveld Academie, ca. 1985
Op 23 april, bij de presentatie van het archief, verscheen een cahier over Kees Nieuwenhuijzen van de hand van Mathieu Lommen in de reeks Roots, uitgegeven door [Z]OO.
| |
Historie van koning Alexander terug in Nederland
De Koninklijke Bibliotheek heeft op een veiling in Brussel een unieke incunabel gekocht. Het gaat om Die hystorie vanden grooten Coninck Alexander, gedrukt in Delft in 1491. Incunabelen zijn boeken die tussen 1450 en 1500 in Europa gedrukt werden. De aanwinst is van cruciaal belang voor de geschiedenis van de Nederlandse literatuur. Van deze editie is geen enkel ander exemplaar ter wereld bekend. Er staan schitterende houtsneden in die de drukker Snellaert speciaal heeft laten maken.
Spread uit de incunabel
Het boek gaat over Alexander de Grote, de legendarische veldheer die ook in de middeleeuwen al zeer populair was. Het verhaal is afkomstig uit de ‘Bijbel van 1360’, een verzameling bijbelteksten waaraan ook wereldlijke verhalen toegevoegd zijn. Deze afzonderlijke uitgave van het verhaal over Alexander de Grote is het eerste Nederlandse boek dat niet religieus van aard was. Bijzonder is ook dat het in het Nederlands verscheen, terwijl de meeste boeken uit die periode juist in het Latijn waren. Elf fraaie houtsneden over het leven van Alexander geven een prachtig beeld van het leven in de middeleeuwen.
Het verhaal werd in de vijftiende eeuw vier keer gedrukt. Van elk van deze drukken is maar één exemplaar bewaard gebleven. Tot nu toe was geen ervan in een Nederlandse bibliotheek voorhanden. Door deze spectaculaire aanwinst door de kb is daar nu verandering in gekomen. De andere exemplaren bevinden zich in Berlijn, Washington en San Marino.
| |
| |
Titelpagina van de incunabel
| |
Ton Stille: antiquaar van het jaar
De Maastrichtse antiquaar Ton Stille is door de Boekenpost uitverkozen tot de eerste ‘Antiquaar van het Jaar’. Boekenpost is een tweemaandelijks verschijnend tijdschrift voor liefhebbers van boeken, prenten, strips en boekcuriosa. Eind februari kwam nummer honderd uit. Ter gelegenheid daarvan is deze jaarlijks terugkerende verkiezing ingesteld.
De wereld van het antiquariaat is er een die snel verandert, zo niet wordt uitgehold. De oorzaak is internet, dat veel goeds brengt, maar de branche ook om zeep helpt. Winkels sluiten in hoog tempo en de deelname aan antiquarenbeurzen loopt terug. De branche is hard op weg om te verworden tot een kille handel op afstand, met steeds minder persoonlijke banden en contacten. Particulieren doen via internet rechtstreeks zaken met elkaar en dat voor prijzen waar de gemiddelde antiquaar of tweedehandsboekhandelaar niet in mee kan. De bedrijfstak dreigt te worden gedecimeerd.
Dit tij valt niet te keren, maar sommigen lukt het om de wereld van het tweedehands en antiquarische boek toch een levende te laten blijven, en dat moet worden gestimuleerd. Een van hen is Ton Stille en hij verdiende het daarom de eerste Antiquaar van het Jaar te worden. Stille laat de voordelen van internet niet aan zich voorbijgaan, maar houdt de winkel wel open. En wat voor winkel! Een overvolle en smaakvolle fundgrube vol oude boeken en mooie prenten waar niet alleen wordt gewerkt, maar ook geleefd en soms gefeest. Daarnaast neemt deze innemende antiquaar regelmatig deel aan markten en beurzen, en is hij ook als organisator actief. Hij is de grote man achter verschillende initiatieven om Maastricht als boekenstad op de kaart te zetten, uiteindelijk resulterend in de Maastricht Antiquarian Book- and Printfair. Met een interessante achtergrond (oud-gezagvoerder op de grote vaart), zonder rijbewijs en met een bourgondi- | |
| |
sche inslag voldeed de tamelijk anarchistisch ingestelde Stille ook aan een andere voorwaarde om verkozen te worden: een beetje kleurrijk zijn, want dat ziet men graag in deze branche.
Ton Stille
| |
Zeldzame vogelprenten gaan digitaal
De presentatie van Vogels kijken, het nieuwste boek van Kester Freriks, markeerde het begin van het grote digitaliseringsproject van de prentenverzameling Iconographia Zoologica. De 300 illustraties in het boek van Freriks zijn allemaal ontleend aan deze unieke verzameling dierenprenten uit de Artis Bibliotheek.
De Artis Bibliotheek is een onderdeel van de Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam. De Iconographia Zoologica, geordend volgens de negentiende-eeuwse indeling van het dierenrijk, fungeerde als papieren ‘database’ voor de zoöloog in vroeger dagen. De verzameling vormt een unieke bron voor de geschiedenis van de dierkundige prentkunst. Naast tekeningen en aquarellen bevat de Iconographia Zoologica vooral prenten in de meest uiteenlopende technieken, gemaakt door de belangrijkste illustratoren en kunstenaars van hun tijd.
Bosuil (Strix aluco)
In het kader van het nationale digitaliseringsprogramma ‘Het Geheugen van Nederland’ is bij de Bijzondere Collecties gestart met de digitalisering van circa 20.000 prenten van zoogdieren en vogels. Een speciaal fonds van het Amsterdams Universiteitsfonds is opgezet om te kunnen voortgaan met de digitalisering van de prenten van andere diersoorten.
| |
Carbolineum pers publiceert Nederlandse vertaling van Johannes Trithemius' ‘de laude scriptorum’
Omstreeks 1 juni verschijnt bij Boris Rousseeuws Carbolineum Pers de eerste Nederlandstalige uitgave van De Laude Scriptorum, door lati- | |
| |
nist Wim Devriendt vertaald als De lof der kopiisten. In 1492 schreef de Duitse abt Johannes Trithemius, vooral bekend door zijn occulte en numerologische boeken, dit traktaat, waarin hij het overschrijven van handschriften verdedigt tegen de boekdrukkunst, die de decennia daarvoor Europa in sneltreinvaart had veroverd.
Ingekleurde versie van De duivel, één van de houtgravures van Bram Malisse voor De lof der kopiisten
Het in hedendaagse ogen vermakelijke geschrift is te lezen als een laatste stuiptrekking van de middeleeuwen en als een vervolg op de Philobiblon (1344) van die andere geestelijke en bibliofiel, Richard de Bury, waarvan de Carbolineum Pers in 2006 de Nederlandse vertaling Over de liefde voor boeken uitbracht, eveneens van de hand van Wim Devriendt.
Boris Rousseeuw is een van de weinige private-pressers in het Nederlandse taalgebied, die omvangrijke werken niet schuwt. De lof der kopiisten telt maar liefst 185 bladzijden op het formaat 125 × 205 millimeter. Het werk is volledig met de hand gezet uit de Goudy Village, met de handpers gedrukt op geschept Zerkall en verlucht met zestien paginagrote en acht kleinere houtgravures van Bram Malisse, ook op de handpers gedrukt.
De uit zestig genummerde exemplaren bestaande oplage wordt gebonden in wit perkament, dat bijna zo zacht als zeemleer is, en voorzien van stofomslag en cassette. In de beste bibliofiele traditie worden van enkele exemplaren alle houtgravures en initialen met de hand ingekleurd. Dit is een uiterst tijdrovend karwei, dat minstens twee uur in beslag neemt voor de zes exemplaren van elke houtgravure die bij voorintekening werden besteld. De intekening voor deze ingekleurde editie (€900) is ondertussen echter afgesloten, evenals die voor op naam gedrukte exemplaren van de ‘gewone’ editie. De lof der kopiisten is te bestellen door overmaking van €300 op ing-rekening 68.33.19.698 (Nederland) of op rekening 001.2190765.96 (België) ten name van Boris Rousseeuw, Nieuwe Dreef 6, 2920 Kalmthout, België. Nadere inlichtingen zijn bij hem te verkrijgen via e-mail: brousseeuw@concentra.be.
Bas Savenije, de nieuwe directeur van de kb
| |
Nieuwe algemeen directeur KB
Per 1 juni 2009 wordt drs. Bas Savenije (1947) algemeen directeur van de kb, de nationale bibliotheek van Nederland. Savenije is sinds 1994 directeur van de ub Utrecht. Hij volgt dr. Wim van Drimmelen op, die medio november 2008 afscheid nam van de kb vanwege het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd.
De kb verwacht met de benoeming van Bas Savenije veel expertise in huis te halen voor ver- | |
| |
dergaande innovaties op het gebied van hoogwaardige digitale dienstverlening. Gezien de snelle ontwikkelingen op dit terrein zal dit voor de kb in de komende periode één van de speerpunten vormen: ‘De Koninklijke Bibliotheek is een organisatie die zich de komende jaren vooral moet richten op het versterken van de digitale wetenschappelijke informatievoorziening en het bevorderen van de landelijke samenwerking op dit terrein. Wij hebben er alle vertrouwen in dat Bas Savenije deze opdracht tot een succes maakt.’
Zeeslag bij Goa tussen de Nederlandse en Portugese vloot in 1638. Ingekleurde prent uit de Atlas Van der Hem
Bas Savenije studeerde Wijsbegeerte aan de Universiteit Utrecht (uu). Na diverse managementposities aan de uu te hebben bekleed, werd hij in 1994 benoemd tot bibliothecaris van de uu /directeur van de ub Utrecht. Hij zorgde hier voor de succesvolle realisatie van de nieuwe bibliotheek op De Uithof, met zeer moderne faciliteiten. Hij heeft verschillende publicaties op zijn naam staan over de veranderende rol van bibliotheken. Daarnaast is hij onder meer voorzitter van de Commissie Bibliotheken van de Raad voor Cultuur, bestuurslid van liber (Association of Research Libraries in Europe) en fobid (Federatie van Organisaties op het gebied van het Bibliotheek-, Informatie- en Documentatie-wezen).
| |
Facsimile editie atlas van der hem
Bij Hes & De Graaf Publishers verscheen in april een facsimile editie van de Atlas Van der Hem, in een set van acht banden met de elf delen van de originele atlas die de landen buiten Europa bevatten, inclusief de ‘geheime’ kaarten van de voc. De delen zijn gebonden in perkament met goudstempeling in zeventiende-eeuwse stijl en met goud op snee.
De Atlas Van der Hem kwam in de tweede helft van de 17e eeuw in Amsterdam tot stand. De vooraanstaande Amsterdamse advocaat Laurens van der Hem vulde vanaf circa 1662 een losbladig exemplaar van de Atlas Maior van Blaeu aan tot een persoonlijke wereldatlas. Deze groeide uit tot vijftig banden vol met kaarten, plattegronden, stadsgezichten en andere prenten en tekeningen in fantastische kleuren. Deze unieke atlas wordt sinds de 18e eeuw bewaard in de Österreichische Nationalbibliothek in Wenen.
De Nederlandse cartografie beleefde in de Gouden Eeuw een bloeiperiode, die zich nationaal en internationaal in een grote belangstelling mag verheugen. Vooral het werk van Amsterdamse kaartenmakers stond op eenzame hoogte. De Atlas Van der Hem getuigt daarvan. Helaas is het onderzoekers slechts in uitzonder- | |
| |
lijke gevallen toegestaan in Wenen in de atlas zelf te bladeren. Een belemmering is vooral de beperkte toegankelijkheid van de delen die de landen buiten Europa bevatten, inclusief de zogenaamde ‘Geheime Atlas van de voc’. Dankzij de facsimile-uitgave in acht banden kunnen zowel wetenschappers als andere belangstellenden deze delen nu toch bestuderen.
Ter gelegenheid van de publicatie werd bij de Bijzondere Collecties van de UvA op 16 april het symposium Atlas Van der Hem. Verre wereld in beeld georganiseerd. Diverse sprekers met internationaal erkende expertise belichtten de Amsterdamse verzamelaar Van der Hem, zijn milieu, zijn atlas en zijn Het symposium was tevens het begin van de afsluitingsweek van de manifestatie ‘Amsterdam Wereldboekenstad’.
| |
Achttiende Bert van Selm-lezing
Op dinsdag 1 september 2009 zal de achttiende Bert van Selm-lezing plaatsvinden met de voordracht die Ewoud Sanders zal houden onder de titel Hoe bouw ik zelf een digitale bibliotheek?
Historicus en journalist Ewoud Sanders bouwde in krap drie jaar tijd een bibliotheek met ruim 22.000 titels en 3,5 miljoen pagina's. Ter vergelijking: de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (dbnl) telt 1 miljoen pagina's. In de Bert van Selm-lezing laat hij niet alleen zien hoe je zo'n bibliotheek aanlegt en inricht, maar ook hoe zo'n controleerbare, flexibele digitale collectie de diepgang en kwaliteit van het onderzoek bevordert.
Naarmate het aantal boeken en tijdschriften op internet groeit, wordt de vraag dringender hoe je die gedigitaliseerde bronnen het efficiëntst raadpleegt. Het is daarbij niet nodig om te wachten wat aanbieders als Google Books en de dbnl zelf als zoekmogelijkheden aanbieden. Met een geringe investering kun je op je eigen laptop of pc een grote digitale bibliotheek inrichten die vele malen beter te doorzoeken is dan die op internet. Ook kun je uit allerlei bronnen boeken toevoegen: bijvoorbeeld boeken die je zelf hebt gescand. Hoe bouw en onderhoud je zo'n digitale bibliotheek en hoe richt je haar zo in dat je - bijvoorbeeld - moeiteloos kunt zoeken op auteur, illustrator of thema, chronologisch, omgekeerd chronologisch, op primaire en secundaire bronnen, op periode, op woorden, delen van woorden, woordcombinaties, enzovoorts.
Alumni van de opleiding Nederlandse Taal en Cultuur, studenten, docenten, vakgenoten en alle andere belangstellenden worden van harte uitgenodigd deze lezing bij te wonen.
De lezing vindt plaats in zaal 011 van het Lipsius-gebouw, Cleveringaplaats 1, van het Witte Singel/Doelencomplex te Leiden en begint om 16.15 uur. Aansluitend wordt een drankje geschonken. De toegang is vrij, maar u dient vroegtijdig een plaats te reserveren door een e-mail te sturen naar r.a.m.honings@hum.leidenuniv.nl. Aanvragen worden in volgorde van binnenkomst gehonoreerd. Voor nadere informatie: secretariaat van de opleiding Nederlandse Taal en Cultuur, tel. 071-5272604.
|
|