| |
| |
| |
Verschenen boeken
Carel Blotkamp, Marjan Groot & Lieske Tibbe, In het diepst van mijn gedachte... Symbolisme in Nederland (1890-1935). Zwolle, Waanders Uitgevers 2004. 112 p., geïll., geb., ISBN 90 400 8959 0. €29,95.
Jan Jaap Heij, Vernieuwing & Bezinning. Nederlandse beeldende kunst en kunstnijverheid (1885-1535). Zwolle, Waanders Uitgevers 2004, 112 p., geïll., geb., ISBN 90 40089 60 4, €37,50
Dit jaar bestaat het Drents Museum te Assen 150 jaar en om dit heugelijke feit te vieren, werd de tentoonstelling In het diepst van mijn gedachte... Symbolisme in Nederland (1890-1935) gehouden. Het museum bezit een rijke collectie kunstwerken van de periode rond 1900 waaruit kon worden geput.
In de tentoonstellingscatalogus is een drietal bijdragen opgenomen waarvan het essay van Blotkamp al eerder is gepubliceerd in onder andere de catalogus Symbolismus in den Niederlanden. Von Toorop bis Mondrian (Museum Fridericianum 1991). In zijn tekst wordt de directe lijn tussen de symbolistische kunst en het werk van Mondriaan uit de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw aangegeven en beschreven. De bijdrage van Lieske Tibbe gaat verder in op de gemeenschapskunst. Zij behandelt dit begrip naar aanleiding van het werk van onder anderen Antoon Derkinderen en Richard Roland Holst. Zij geeft een duidelijk beeld van het verschil tussen symbolisme en gemeenschapskunst, al is de lijn niet altijd even duidelijk te trekken. Het artikel ‘Rationaliteit en emotionaliteit. Een verhaal met toegepaste kunst’ van Marjan Groot is het minst geslaagd. Het is eigenlijk een beetje een warrig verhaal waarin verschillende kunstnijverheidsvoorwerpen als uitgangspunt worden genomen. Daarbij poogt zij de rol van de vrouw in de kunstnijverheid van deze periode wat belangrijker te maken dan tot nu toe is gedaan.
Groot promoveerde onlangs op het proefschrift Vrouwen in de vormgeving. Vrouwen en gender-connotaties in toegepaste kunst en industriële vormgeving in Nederland 1880-1940. Met dit artikel heeft ze mij nog niet geheel overtuigd.
Jan Jaap Heij schetst in de inleiding van zijn boek Vernieuwing & Bezinning. Nederlandse beeldende kunst en kunstnijverheid (1885-1935) een zeer leesbaar overzicht van de ontwikkeling van de beeldende en decoratieve kunst in de periode 1885-1935. En dat is nog niet zo'n makkelijke opgave, want er is de laatste tijd veel over deze periode gepubliceerd. Het zal Heij niet meegevallen zijn om niet voortdurend in herhaling te vallen. Interessant is ook de geschiedenis van het ontstaan van de collectie in het Drents Museum en de rol van de Stichting Schonen Kunsten rond 1900 daarin. Vanwege het 150-jarig bestaan heeft Heij een representatieve keuze gemaakt uit de collectie van werk van 150, deels minder bekende kunstenaars. Ook hier komt de boekkunst ter sprake, maar ook beeldhouwkunst, naaldkunst, grafische technieken, enzovoort. Zeer nuttig is
| |
| |
de lijst van kunstenaars achter in het boek. In deze opsomming wordt aangegeven wat voor soort werk er van welke kunstenaar in de collectie van het Drents Museum aanwezig is. Het boek is, net als het jubileum van het museum, een felicitatie waard. (KvO)
| |
J. Bosser & G. de Laubier, The Most Beautiful Libraries in the World. London, Thames & Hudson, 2003, 247 p., geïll., ISBN 0 500 51155 1, €59,95
In dit luxe koffietafelboek wordt in een overdaad aan grote, soms uitklapbare, kleurenopnames een aantal wereldberoemde bibliotheken behandeld. Wie kent niet de bibliothèque Mazarine, de Bodleian Library en de bibliotheken van het Vaticaan en het Escorial? Maar ook minder voor de hand liggende bibliotheken zijn in het boek opgenomen, zoals de paleisbibliotheek van Mafra, de Boston Athenaeum en de bibliotheek van hertog D'Aymale. Tussen de vele foto's bleek geen plaats voor een Nederlandse bibliotheek, terwijl bijvoorbeeld de bekende zeventiende-eeuwse Bibliotheca Thysiana niet had misstaan in deze bundel. Het boek moet het zeker niet van de teksten hebben: deze zijn blijkens de bibliografie voornamelijk overgenomen uit andere boeken en ze zijn bovendien wel erg beknopt. Wat blijft er dan over? Een aardig boek om door te bladeren. Het hoogste dat dit boek bereiken kan, is het aanzetten van lezers tot een bezoek in levenden lijve aan een of liefst meer bibliotheken. (KvO)
| |
A. Bouwman & K. Fletcher (red.), Christiaan Huygens. Facetten van een genie. esa Publications Division, 2004, 31 p., geïll., ISBN 92 9092 699 6, €7
In Christiaan Huygens. Facetten van een genie zijn vier essays gebundeld over het leven en werk van Huygens. Naast hoofdstukken over de jeugd van Huygens, Huygens en Saturnus, en Saturnus en zijn manen, wordt aandacht besteed aan Huygens en zijn schriftelijke nalatenschap.
Begin 1695, enkele maanden voor zijn dood, legateerde Huygens zijn wetenschappelijke papieren en correspondentie aan de Leidse universiteit, de instelling waar hij in de jaren 1645-1647 gestudeerd had. Wetenschappers toonden al vroeg belangstelling voor zijn schriftelijke nalatenschap. Ingevolge Huygens' beschikkingen werden enige van zijn geschriften in 1703 uitgegeven door de hoogleraren De Volder en Fullenius. In de negentiende eeuw werd het legaat belangrijk uitgebreid door schenking en aankoop van stukken uit familiebezit en kregen wetenschapshistorici grote belangstelling voor de papieren van Christiaan Huygens, die inmiddels werd beschouwd als een van Nederlands grootste geleerden. In 1882 startte de Koninklijke Nederlandsche Academie van Wetenschappen te Haarlem een editieproject van internationale allure. Aan de Oeuvres complètes zou een team van redacteuren meer dan 65 jaar werken. De papieren van Huygens berusten inmiddels meer dan drie eeuwen in de ub Leiden en nogal wat onderdelen hebben schade opgelopen. In 2003 is met steun van de overheid een tweejarig restauratieproject begonnen waardoor de fysieke toestand van de papieren sterk zal verbeteren. (KvO)
| |
| |
| |
Andrea Kerbaker, Bericht vanaf de plank. Autobiografie van een boek. Vertaald door Wilfried Oranje, Uitgeverij Mouria Amsterdam, 2004, ISBN 90 45850 117, 94 p., geb., €10
Grappig bedoeld relaas van een antiquarisch boek, onder het motto Habent sua fata libelli. De Italiaanse novellist en boekenverzamelaar Andrea Kerbaker schreef dit boekje naar aanleiding van de aanschaf van zijn tienduizendste boek. De hoofdpersoon hier, die zichzelf ‘geen slechte roman’ noemt uit de eerste helft van de twintigste eeuw, in een eerste druk, beschrijft in retrospectief wat hij (want het is een hij) allemaal heeft meegemaakt bij zijn verschillende eigenaars. De een legde hem losjes op tafel en een ander wilde hem gebruiken voor verfilming. Kerbaker laat via het bezielde boek zijn gedachten over kopers en lezers de vrije loop. Het geheel blijft luchtig. Meest sprankelend aan dit boekje is de vormgeving: een echt hebbedingetje. (LK)
| |
Diverse Auteurs http://www.lexspaans.com/,geïll., gratis toegankelijk
In 2004 nam Lex Spaans afscheid van het uitgeversvak. Hoewel hij minder in de media verkeerde dan zijn compagnon Oscar van Gelderen, zal hem in de uitgeverijgeschiedenis wel recht worden gedaan. Samen immers hebben zij uitgeverij Vassallucci opgezet en grootgemaakt. Deze uitgeverij, die bij velen vooral bekend zal zijn om de uitgaven van Lulu Wang en Heleen van Royen, begon in 1994. De twee oprichters zaten tot dat jaar bij Arena, de uitgeverij die ze samen met Michel Vassallucci hadden opgezet en die aanvankelijk als een imprint van homoboekenuitgeverij De Woelrat fungeerde. Toen Michel Vassallucci stierf, ontstond binnen Arena een dusdanige crisis dat Spaans en Van Gelderen het daar voor gezien hielden. Vassallucci was in het begin een uitgeverij die met mooi uitgevoerde boeken op twee sporen zat: naast geheide sellers ook een gewaagd specialistisch fonds van onder meer poëzie en ‘homo-’ en ‘joodse’ boeken (met respectievelijk de Gay-jaarboeken en de Jiddische Bibliotheek). De dichters zijn inmiddels voor een groot deel opgestapt maar de gayboeken en de Jiddische Bibliotheek zijn er nog. Toch wordt het fonds meer en meer gedomineerd door de bestsellers, zodat de verkoop van dit trendy bedrijf aan pcm/Mai Spijkers niet uit de lucht kwam vallen. Daarmee lijkt de angel uit het eens zo illustere bedrijf gehaald - echt ‘gekke’ dingen, zoals het presenteren van auteurs als modellen op een catwalk bij de Frankfurter Buchmesse, doen ze niet meer. Nu is dan Lex Spaans vertrokken en werd eind september bovendien aangekondigd dat heel Vassallucci zal opgaan in Meulenhoff/Prometheus, zodat van het roemruchte bedrijf alleen nog de naam is overgebleven.
Bij een afscheid hoort een afscheidsbundel, en bij uitgeverijen horen boeken. Maar een modieuze uitgeverij stunt niet met boeken, die gaat digitaal. Dus heeft men de afscheidsbundel voor Lex Spaans op internet gezet. Een bonte stoet van auteurs, vakgenoten en vormgevers heeft een bijdrage geleverd. Van Connie Palmen en Lulu
| |
| |
Wang tot Arnon Grunberg, Heleen van Royen en Joop Boezeman. Merendeels jolig van toon, met voor de in uitgeverijgeschiedenis geïnteresseerden nog een kort historisch overzicht door Hans Hafkamp. Er staan ook veel foto's in, plus de inhoud van de knipselmap. Hoe aardig een website ook kan zijn - en goedkoop - een boek was toch leuker geweest, dus laten we hopen dat het bij een eenmalige webbundel blijft. (LK)
| |
M-O. Scalliet, De Collectie-Galestin in de Leidse Universiteitsbibliotheek. Leiden, Legatum Warnerianum, 2004, [Codices Manuscripti xxxii], 176 p., geïll., ISSN 0169 8672, €25
In de ub Leiden bevindt zich een collectie papieren en documenten afkomstig van professor Theodoor Paul Galestin (1907-1980), hoogleraar in de archeologie en oude geschiedenis van Zuiden Zuidoost-Azië aan de Leidse universiteit. In
1989 werd deze collectie gelegateerd aan deze universiteit. Binnen de collectie is een grote nadruk te zien op materiaal uit Indonesië: afschriften van Javaanse en Balinese handschriften, drukwerken, foto's, tekeningen en grafiek. Galestin reisde meermalen naar Indonesië en was enige tijd als conservator verbonden aan het Museum Sonobudoyo te Yogyakarta en aan het Koloniaal Instituut te Amsterdam. In zijn eigen collectie zijn door Galestin verschillende van andere personen afkomstige collecties opgenomen. Bijzonder zijn de delen uit de collectie van de schilder en musicus Walter Spies en de documentatie over de moderne Indonesische schilderkunst (o.a. Rudolf Bonnet) op Java en Bali. Aan de, aantrekkelijk geïllustreerde, inventaris gaat een schets van de collectie en biografische schets van Th.P. Galestin vooraf. (KvO]
|
|