ling voor de tien etsen uit het kleine en zeer zeldzame werk van Isaac Israels. Eén ets bleef onverkocht, de overige negen deden prijzen tussen de f 800 en f 3100. Heel veel aandacht ging ook uit naar Jessurun de Mesquita. Het is lang geleden dat er een aantal van twintig prenten in één keer op de markt kwam. De prijzen varieerden van f 500 tot f 7000, waarbij de hoogste prijzen werden betaald door een paar Amsterdamse handelaren. De zeer gezochte etsen van J.B. Jongkind noteerden stevige prijzen, misschien niet verwonderlijk bij de drie duurste, die voor f 2200, 2800 en 4600 gekocht werden door een heer die zich als ‘Jongkind’ bekend maakte. De schattingen waren drie tot vijf keer lager. De lino Sneeuw op het pleintje van Dick Ket, waarvan maar twee andere drukken bekend zijn, werd voor f 2100 (400-600) eigendom van een particuliere verzamelaar.
Het wachten is op deel drie en vier van deze boeiende verzameling. Daar zullen ongetwijfeld weer evenveel verrassingen tussen zitten. In ieder geval een complete reeks Nederlandse Etsclub. En de collecties Toorop en Witsen schijnen ook niet onaantrekkelijk te zijn.
Naast de bijna zevenhonderd nummers Philip J. waren er ook nog precies driehonderd moderne grafiek uit andere bronnen te koop. De twaalf Bauers verkochten goed, vooral de mooie grote ets Paardenvolk, die voor f 1600 een nieuwe eigenaar kreeg. Een vroege litho van M.C. Escher, De brug genaamd, geplakt op karton en daarom meer dan behoorlijk bruin, haalde niettemin aan de telefoon f 20.000. Er was ook weer een Regelmatige vlakverdeling, uitgegeven door Stichting De Roos. Werd er de vorige veiling f 16.000 voor betaald, nu kon er f 18.000 in de boeken geschreven worden.
Tot zover de twee separate catalogi. Uit de reguliere dikke catalogus kan niet anders dan een kleine selectie gemaakt worden.
Elke veiling bevat altijd wel een aantal her en der verstopte zaken die intrigeren, verbazen, de lachlust opwekken enzovoort. Zo vond ik lot 268 in de (toegepaste) kunst wel spannend: 650 interbellumontwerpen voor damesschoenen.
Geschat op 1000-1500 ging het weg voor f 1600, met opgeld dus f 3,- per ontwerp. Zo bezien geen geld. Zou zo'n collectie meer opbrengen als je die in de afdeling erotica zou aanbieden?
Een 27-tal ptt-brochures uit hetzelfde interbellum, voornamelijk met typografie van N. de Koo, verachtvoudigde met f 1750 de schatting. Later, bij de prenten, werd er voor vier Van Nelleflyers f 600 neergelegd (80-100). Ook vergelijkbaar werk van P. Schuitema en P. Zwart bracht (heel) hoge prijzen op. Onbegrijpelijk was voor mij de prijs voor een set van 28 bepaald niet onberispelijke afleveringen van het tijdschrift Wendingen: f 6500. Daar zal dus wel iets geheims mee aan de hand geweest zijn.
De never ending story van de overigens zowel ontroerende als verbijsterende dagboeken van Emmy van Lokhorst kreeg weer het zoveelste vervolg. Het lijkt er bijna op, dat ze nog leeft en voor elke veiling weer een nieuw setje geantedateerde dagboeken bij het veilinghuis aflevert. De koper mag wel eens kijken of er geen dubbele data bij zijn. Die koper is trouwens steeds dezelfde middelbare heer, die op klassieke, ik zou haast zeggen arche-veiling-typische wijze, zodra het nummer aan de beurt is, zijn hand in de lucht priemt en met afgewend hoofd in die stand wacht tot hij heeft gewonnen. Dit keer was dat bij f 4600.
Een waarschijnlijk unieke perkamenten band van S.H. de Roos, die hij had geschonken aan zijn kunstbroeder S.L. Hartz, kreeg voor f 2000 (300-500) een nieuwe eigenaar.
Voor de kinder- en prentenboeken was een hele avond uitgetrokken. Het betrof dan ook zeshonderd lots, een heel fraaie collectie. Tijdens de kijkdagen hoorde ik van diverse zijden gemopper over de veel te lage schattingen. En dat werd bewaarheid op de zitting. Ik ben er zelf niet bij geweest, daarom hier geen opbrengsten. Wie geïnteresseerd is, kijke op internet: de resultaten staan naast de schattingen, makkelijker kan het niet.
Bij de atlassen vielen een paar hoge uitslagen te noteren. Een Tirion-atlas uit 1744 met 99 handgekleurde kaarten verdubbelde de schatting met f 30.000. Een De Wit, Atlas Maior, met 70 kaarten bleef