De Boekenwereld. Jaargang 12
(1995-1996)– [tijdschrift] Boekenwereld, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 211]
| |
Beweegbare prentenboeken
| |
[pagina 212]
| |
Vouwprent
Een held van 't vliegend leger [...] ca. 1787. Zie hierover F. Muller, Nederlandse Historieplaten nr. 4877 (foto Rob Mostert, Rijswijk). tekst en illustraties. Beweegbare prentenboeken vallen in een boekenkast niet uit de toon en ze zijn tegenwoordig voorzien van een isbn, het paspoort in de boekenwereld. Met beweegbare prentenboeken wordt hier bedoeld boeken met daarin één of meer afbeeldingen die de lezer/kijker kan veranderen door de ingebouwde mogelijkheden van de afbeelding zelf. De verandering kan leiden tot beweging in de afbeelding, verandering van een tafereel of het ontstaan van een ruimtelijke vorm. Enkele jaren geleden verscheen Ann Montanero's bibliografie Pop-up and movable books, waarin zo'n 1600 uitgaven van beweegbare prentenboeken in het Engelse taalgebied uit de periode tussen 1850 en 1992 worden beschreven.Ga naar eind1. Montanero's werk dwingt bewondering af als men bedenkt hoe lastig het is om beweegbare prentenboeken op te sporen. Catalogi van bibliotheken, registers van boekdepots en fondslijsten van uitgevers geven doorgaans niet aan dat een boek beweegbare prenten bevat. In het depot van de kb verdwijnen deze boeken in de zee van gewone prentenboeken. Zo eenvoudig als het is om een boek te identificeren als beweegbaar prentenboek wanneer men het eenmaal in handen heeft, zo lastig is dit uit een catalogus op te maken. Slechts als de titelpagina verwijst naar het beweegbare karakter van de prenten, heeft men enig houvast. Maar dan blijkt de terminologie verre van eenduidig. Er zijn heel wat termen in omloop om dergelijke boeken te beschrijven: uitklapboek, pop-up-boek, flap-uit-boek, reliëfboek, theaterboek, trekboek, beweegbaar boek enz. Bij dergelijke aanduidingen is het nog vaak een verrassing wat het boek te bieden heeft. Verandert een prent door een flapje op te lichten of kun je met een trekstrip een onderdeel laten bewegen? Of bevat het boek pop-ups die op meer of minder geraffineerde wijze de derde dimensie aan een afbeelding toevoegen, waardoor een kasteel, computer of vliegtuig middels geavanceerd knip-, vouw- en plakwerk een natuurgetrouwe vorm aanneemt? Het blijft onduidelijk tot men het beweegbare prentenboek in handen heeft.
Een liefhebber van beweegbare prentenboeken is vooral geïnteresseerd in de wijze waarop de prenten bewegen of veranderen, of de pop-ups eenvoudig zijn of juist gecompliceerd enzovoort. De naam van de schrijver is minder interessant dan die van de ontwerper/constructeur van de beweegbare prenten, in het Engels zo fraai ‘paper-engineer’ genaamd. Deze is in de eerste plaats de maker van het boek. De tekst is meestal van ondergeschikt belang. Talloze boeken hebben overbekende sprookjes of volksverhalen tot onderwerp. Hans en Grietje, Doornroosje en Klein Duimpje; in talloze variaties zijn ze als beweegbaar prentenboek uitgegeven. Van Jules Vernes verhaal 20.000 Mijlen onder zee is ook een beweegbaar prentenboek bekend. Het verhaal is hier ineengeschrompeld tot 90 regels tekst bij de zes pop-ups in het boek. Hoewel het verhaal ontegenzeggelijk van Verne afkomstig is, kan hij moeilijk als schrijver van dit boek worden aangemerkt. Schrijvers van naam | |
[pagina 213]
| |
hebben zelden rechtstreeks teksten geleverd voor beweegbare prentenboeken. Hun verhalen komen over het algemeen in geparafraseerde en uiterst summiere vorm in deze boeken terecht.
Een beweegbaar prentenboek identificeren op naam van de schrijver en de titel is niet zinvol. Montanero ordent haar bibliografie dan ook op de titel en geeft, naast de gebruikelijke bibliografische gegevens aan, wie de ontwerper en de constructeur zijn en of het boek deel uit maakt van een serie, wat vaak het geval is. De beweegbare prenten beschrijft ze in enkele categorieën en dat leidt tot een vrij grove aanduiding. In het volgende wordt een aantal basistechnieken uiteengezet, waarmee prenten beweegbaar worden gemaakt. Beweegbare prenten zijn hiermee nauwkeuriger en vollediger te beschrijven. | |
VeranderprentenVeranderprenten bieden de lezer/kijker de mogelijkheid iets in de afbeelding, die zelf grotendeels intact blijft, te wijzigen. De oudste beweegbare prenten zijn dit soort, betrekkelijk eenvoudige veranderprenten. Verschillende typen kunnen hierbij worden onderscheiden. Een voorloper van het beweegbare prentenboek is de vouwprent. Vouw- of metamorfoseprenten bestaan uit een enkel blad dat zó is bedrukt en gevouwen dat in gesloten toestand een afbeelding is te zien, die verandert naarmate het blad verder wordt opengevouwen. Eén der oudste vouwprenten is Thrésor des Ames Devotes, door Susanne Verbruggen in Antwerpen uitgegeven tussen 1739 en 1752.Ga naar eind2. Dit Image Ouvrante
Harlequinade Ti kaipo kanei?, Barbara Jelenkovich [ill.], Athene 1990 (foto Rob Mostert, Rijswijk).
is een devotieprent, niet speciaal bedoeld voor kinderen. Bij het openvouwen verandert een palmboom, via een bloedend hart en een guitaar (!) in een embleem met het kruis en de lijdenswegsymbolen van Christus. Uit circa 1787 dateert een Nederlandse anonieme politieke vouwprent van een trotse soldaat, die bij het uitvouwen verandert in een plunderaar en brandstichter. Uiteindelijk staat hij in een plas bloed en trekt vertwijfeld aan zijn haren. Dat de vouwprent voor kinderen in Nederland en omringende landen geen opgang maakte, komt mogelijk door de grote populariteit van de centsprentenGa naar eind3., waarvan veel uitgaven uitgebreide speelmogelijkheid boden. Technisch gezien kan de harlequinade als opvolger van de vouwprent worden beschouwd. In een harlequinade is een aantal prenten in boekvorm gebundeld. De prenten zijn in twee of meer stroken meestal haaks op de rug doorgesneden, zodat de bladen in gedeelten kunnen worden omgeslagen. De afbeeldingen zijn zo gedrukt dat gedeelten van de bovenliggende prenten netjes combineren met onderliggende prentdelen. Bij het bladeren transformeren de afbeeldingen en wordt met een gering aantal prenten een grote variëteit verkregen. De populariteit van de harlequinade begon in Engeland toen Robert Sayer, boekhandelaar en uitgever te Londen, vanaf 1765 een serie in de handel bracht.Ga naar eind4. Deze oudste zogenaamde turn-up books toonden de lotgevallen van een clown uit het toen populaire Commedia dell Arte-achtige volkstheater, waaraan de harlequinade zijn naam ontleend. Later figureerden er tal van | |
[pagina 214]
| |
Flapprent Clare Smalman, Je binnenste buiten, Edweina Riddel [ill.], Helmond [s.a.] (foto Rob Mostert, Rijswijk).
Draaischijfprent Wähle die Antwort-Viele Hüte, Wien 1993 (foto Rob Mostert, Rijswijk).
personages in, die zelfs tot bizarre mens/dier-verschijningen transformeerden.
De flapprent verbergt één of meer delen van de afbeelding onder een stukje opgeplakt papier: de flap. Door de flap op te lichten, wordt het verborgen deel zichtbaar en verandert de prent. De flapprent is al oud. Uit 1345 dateert een anatomische studie waarin de bouw van het menselijk lichaam op verschillende niveaus door flappen werd geïllustreerd. J.Th. Balk vermeldt in een tentoonstellingscatalogus over het beweegbare prentenboek een Nederlandse historieprent uit 1670 van de onthoofding van Oldenbarnevelt waarbij prins Maurits, achter een flap verborgen, de executie gadeslaat.Ga naar eind5. In veel natuurwetenschappelijke boeken zijn flapprenten gebruikt om de anatomie van het lichaam of de constructie van machines te verduidelijken. De nog steeds populaire adventshuisjes en adventskalenders zijn flapprenten, waarbij onder tientallen flapjes de illustraties bij een kerstverhaal schuilgaan. Instructieve kleuterboekjes in deze tijd hebben soms ook flapprenten; bijvoorbeeld abc-daria waarbij op de flap een letter is gedrukt en een toepasselijk plaatje daaronder is verborgen.
De draaischijfprent is de oudst bekende beweegbare prent. De dichter-mysticus en wetenschapper Ramon Llul van Majorca beschreef in de dertiende eeuw de kunst om de waarheid te vinden en illustreerde het verband tussen zijn ideeën met een draaibare schijf. De oudste gedrukte draaischijf is de prachtige handgekleurde astronomische schijf in Astronomicum Caesareum van Peter Apian uit 1540.Ga naar eind6. In prentenboeken is de schijf meestal draaibaar achter de illustratie aangebracht. Door een gat in de prent is een deel van de schijf zichtbaar. Een personage met een gat op de plaats van het hoofd kan door de schijf te verdraaien van een groot aantal verschillende hoofden worden voorzien. In hedendaagse beweegbare boeken komt de draaischijf vaak voor; soms meerdere in één tafereel, die concentrisch of apart van elkaar zijn aangebracht.
Bij de vensterprent is een deel van de onderliggende, volgende afbeelding zichtbaar; soms door eerst een scharnierend deel als deur of raam te openen. In de simpelste vorm hebben de bladen een gat op dezelfde plaats en is daardoor een prentdeel op het laatste blad zichtbaar. Een hierin afgebeelde figuur houdt steeds hetzelfde hoofd, maar krijgt al bladerend verschillende lijven. Veel moderne kleuterboeken hebben gaten in allerlei vormen en op allerlei plaatsen; soms met verrassend aardige ef-
Vensterprent Catherine Ferlin, Le grand magasin, Tiziana Zanetti [ill.], Carlo A. Michelini [papiertechniek], [S.l.] 1992 (foto Rob Mostert, Rijswijk).
| |
[pagina 215]
| |
fecten. Het zijn veelal boekjes voor het leren van vormen, telwoorden, voorwerpen, dieren enzovoort.
Een manier om prenten te veranderen is door er elementen aan toe te voegen. Bij insteekprenten wordt een afbeelding opgetuigd door losse speelfiguren in gleuven van de prent te steken. In het eerste boek met insteekprenten, het moraliserende History of Little Fanny uitgegeven in Londen door Fuller in 1810, was Fanny in de afbeeldingen te zien, echter zonder hoofd. Dat werd los bijgeleverd. In de loop van het verhaal, waarin een ijdel meisje door haar slecht gedrag tot bedelarij vervalt en later toch nog goed terecht komt, verhuisde het hoofd mee van blad naar blad, waarbij de lange hals in een papieren zakje achter de afbeelding werd gestoken.
Nieuw is de uitschuifprent, waarbij de bladen dubbel zijn uitgevoerd en aan de rand aan elkaar bevestigd. Tussen de bladen, die in het midden zijn doorgesneden, zit een derde blad verscholen. Worden de delen uit elkaar getrokken dan verschijnt de verborgen afbeelding. In het kleuterboekje Devine - Qui est maman! komt het jong van een aap, giraf of een flamingo op originele wijze te voorschijn bij het moederdier.Ga naar eind7. | |
TrekprentenPrenten waarin onderdelen daadwerkelijk kunnen bewegen zijn de trekprenten. In de simpelste vorm is een figuurtje verbonden met een trekstrip waarmee het verplaatst of verdraaid kan worden. Vaak verdwijnt de trekstrip door het bladvlak achter de afbeelding en is vanaf de rand te bewegen. In gecompliceerdere trekprenten kunnen hoofd en ledematen van de afgebeelde personages worden bewogen. De beweeglijk in de prent gemonteerde onderdelen zijn aan de achterzijde via hefboompjes met een trekstrip verbonden. The movable mother Hubbard, in 1857 door Dean in Londen uitgegeven was het eerste boek met trekprenten. Hoewel deze boeken niet goedkoop waren, bleken ze zo succesvol dat Dean er in twintig jaar tijd nog twaalf op de markt bracht. Andere uitgevers werden door het commerciële succes aangestoken en zo kwam in het laatste kwart van de vorige eeuw een hausse in beweegbare prentenboeken op de markt. De systemen om de prent in beweging te brengen werden steeds ingenieuzer en de effecten verrassender. Meerdere onderdelen
Insteekprent Door de lucht naar Indië, Amsterdam [z.j.] (foto Rob Mostert, Rijswijk).
Uitschuifprent Devine - Qui est Maman!, Leslie McGuire [papiertechnick], Paris 1994 (foto Rob Mostert, Rijswijk).
werden achter de prent met elkaar verbonden en via draaipunten, hefbomen en schuifbanen met één trekstrip gezamenlijk in beweging gebracht. Een waar genie op dit gebied was de Duitser Lothar Meggendorfer (1847-1925) die vanaf 1889 tientallen beweegbare prentenboeken ontwierp en in elkaar knutselde, waaronder vele met trekprenten. Voor ze door J.F. Schreiber te Esslingen in prachtige lithografische kleurendruk werden uitgegeven, liet hij er eerst zijn kinderen mee spelen om ze te beoordelen. Meggendorfer combineerde humor en een heldere relativerende kijk op de samenleving met een groot technisch vakmanschap tot juweeltjes van beweegbare prentenboeken. Op een trekplaat poetst de meid een spiegel, terwijl madame haar staat uit te schelden. Met één beweging van de trekstrip beweegt de meid tegelijk met haar spiegelbeeld en opent zich de mond van de kijvende vrouw.Ga naar eind8. Van de zeer zeldzame werken van Meggendorfer zijn in de jaren '80 nog herdrukken verschenen.Ga naar eind9. | |
WisselprentenOngeveer in de tijd dat Schreiber het eerste boek van Lothar Meggendorfer, op de markt bracht, opende Ernst Nister uit Neurenberg een filiaal in Londen. Hier gaf hij | |
[pagina 216]
| |
Trekprent The genius of Lothar Meggendorfer, David Pelham [ontwerp], Tor Lokvig [papierontwerp], London 1985.
prachtige in Duitsland ontwikkelde boeken met wisselprenten voor de Engelstalige markt uit. De uitgave van speelboeken is, net als bij de centsprenten, van oudsher niet door de nationale of taalgrenzen beperkt. Wisselprenten zijn afbeeldingen die door het bewegen van een strip, touwtje of koordje volledig veranderen in een andere afbeelding. Dit kan op verschillende manieren gebeuren. Bij de schuifwisselprent liggen stroken
Schuifwisselprent I. Rudolph, Rauf and Runter, Esslingen 1985 (herdruk).
van een afbeelding over de stroken van een tweede afbeelding. Bij het bewegen van de prent schuiven de stroken als jaloezieën over elkaar waardoor de tweede afbeelding zichtbaar wordt en de eerste verdwijnt. Zo verandert een zonnig zomerlandschap in één beweging in een ijzig winterlandschap. Het verwisselen van afbeeldingen kan ook door verdraaiing gebeuren. Bij de draaiwisselprent is de cirkelvormige prent in taartpunten gesneden en dekt een onderliggende afbeelding, evenzo gesneden, | |
[pagina 217]
| |
Draaiwisselprent Ingrid Rudolph, Eins, zwei, drei, naar de uitgave van Ernst Nister. Esslingen 1985 (herdruk) (foto Rob Mostert, Rijswijk).
af. Door een strip te verdraaien verwisselen de afbeeldingen. In een tralieprent kunnen dompteur en tijger van plaats verwisselen in een kooi. De prent is afwisselend opgebouwd uit stroken van de dompteur en de tijger. De tralies van de kooi dekken de stroken van één der afbeeldingen af. Door de prent te verschuiven, verdwijnt de ene afbeelding en komt de andere te voorschijn. Een heel ander type wisselprent is de klapprent. Een tweezijdig bedrukt prentdeel is scharnierend in de prent aangebracht en vaak bevestigd aan een trekstrip achter het blad. Door het bewegen van de strip klapt het scharnierende deel om en vormt de achterzijde met het eerst verborgen deel een nieuw tafereel. Technisch is de klapprent vergelijkbaar met de flapprent, maar bij de eerste is het teweeggebrachte effect groter; de prent verandert meestal grondig van betekenis. | |
Enkelvoudige pop-upsEen boek gaat open en er springt een kasteel of vliegtuig uit, of er ontvouwt zich een romantisch doorkijkje. De pop-up is een beweegbare prent die een ruimtelijke vorm aanneemt. Het is een papieren constructie die als driedimensionale afbeelding van het dragende bladvlak omhoog komt; meestal bij het openen van de bladen, ook wel door de pop-up met een strip of lintje op te trekken. De eenvoudigste zijn enkelvoudige pop-ups; gesneden uit één vel papier komen ze omhoog door het scharnieren van de bladen. De zigzagpop-up is in goedkope uitgaven gesneden uit de twee dragende bladen, waardoor achter de pop-up de contouren als uitsparingen in de bladen zichtbaar zijn, of hij is scharnierend op de dragende bladen geplakt. Bij het openen van het boek over een hoek van ongeveer 90 graden staat de pop-up en verlopen de uitgesneden delen trapsgewijs van het verticale naar het horizontale blad. Dichtgeklapt ligt de pop-up zigzag gevouwen tussen de dragende bladen. Van de Tsjech Vojtech Kubasta zijn sinds de jaren '60 bij Artia in Praag tientallen boeken met zigzagpop-ups uitgegeven. Een vouwpop-up is precies over het scharnier van de dragende bladen geplakt en ligt, gesloten, met een of meer vouwen in dit scharnier. Door het openen wordt de vouw uit de pop-up getrokken waardoor deze omhoog komt. Meerdere vouwpop-
Zigzagpop-up Tip + Top op het schip, Vojtech Kubasta [ill. en papiertechniek], Praag 1965 (foto Rob Mostert, Rijswijk).
| |
[pagina 218]
| |
vouwpop-up Richard Scarry Pop-Up, Jim Deesing [ontwerp en papiertechniek], [S.l.] 1992 (foto Rob Mostert, Rijswijk).
vouwpop-up Carla Dijs, Wat zie je?- Aan zee, Utrecht 1987 (foto Rob Mostert, Rijswijk).
ups kunnen één tafereel vormen, zoals bij het reuze-pop-upboek van Richard Scarry.Ga naar eind10. Bij de spiraalpop-up zijn de uiteinden van de spiraalvormig uitgesneden pop-up op aangrenzende bladen bevestigd. Door het openen van de bladen wordt de pop-up uitgetrokken. In Acrobat Animals, een uitgave van de National Geographic Society, is
spiraalpop-up Acrobat Animals, Rick Morrison [papiertechniek], Washington 1993 (foto Rob Mostert, Rijswijk).
het ballet van de zeehonden in een fraaie spiraalpop-up uitgebeeld.Ga naar eind11. De enkelvoudige pop-ups zijn vaak opgetuigd met prentdelen die aan de basispop-up zijn toegevoegd. Verrassend knap weet Kubasta de zigzagpop-ups uit te breiden met vaste of door trekstrips beweegbare figuren. Deze zijn niet opgeplakt, maar blijven in gleuven of uitsparingen gestoken netje op hun plaats. | |
Samengestelde pop-upsRuimtelijke effecten worden beter verkregen met samengestelde pop-ups. Deze zijn opgebouwd uit verschillende papierlagen die als geheel de beweegbare prent vormen. Het idee van de kijkdoos is al zo oud dat de oorsprong niet meer is te achterhalen. Als beweegbare prent in een boek bestaat de kijkdoos(pop-up) uit prentfiguren die scharnierend op een dragend blad als ondergrond zijn geplakt. De bewegende onderdelen zijn met scharnierende strips aan elkaar en aan het opstaande blad dat als achtergrond fungeert, verbonden. Bij het openen komen de figuren achter elkaar omhoog. Lothar Meggendorfers Internationaler Circus bevat zes kijkdoospop-ups die met veel publiek op de achtergrond de activiteiten laten zien van clowns, muzikanten, acrobaten enz.Ga naar eind12. Bij de coulissenpop-up vormen een aantal bladen, die vanuit het midden in de contouren van de afbeelding zijn uitgesneden samen met een dragend blad als achtergrond, de beweegbare prent. De bladen zijn door middel van gevouwen strips met elkaar verbonden, zodat bij het uittrekken | |
[pagina 219]
| |
Kijkdoospop-up Lothar Meggendorfers Internationaler Circus, Lothar Meggendorfer [ontwerp en papiertechniek], Esslingen/München [z.j.], herdruk (foto Rob Mostert, Rijswijk).
de bladen als coulissen op enige afstand evenwijdig aan elkaar komen te staan, waardoor het diepte-effect ontstaat. De coulissen kunnen ook scharnierend op de ondergrond zijn geplakt en aan de bovenzijde onderling met strips verbonden. De pop-up opent zich dan vanzelf. Am Meeresstrand geeft een romantische fin-de-siècle strandscène, die is opgebouwd uit zes coulissen.Ga naar eind13. De ontwerper van dit boek is, als zo vaak, anoniem gebleven. Kijkdoos- en coulissenpop-up komen met vouwpop-ups ook wel gecombineerd in een tafereel voor. Met de coulissen komen dan losse figuren mee omhoog, die soms nog met trekstrips bewogen kunnen worden. Gelaagde pop-ups geven het meest realistisch de objecten weer. Deze pop-ups
Coulissenpop-up Am Meeresstrand - nach einem 1200 Jahre alten Stehaufbilderbuch, Esslingen [z.j.], herdruk (foto Rob Mostert, Rijswijk).
zijn opgebouwd uit enkele lagen uitgesneden papieren onderdelen, die onderling ingenieus met elkaar en de dragende bladen zijn verbonden. Bij het openen van het boek over ongeveer 180 graden ontvouwen vlakken zich en worden andere verdraaid of gebogen, waardoor vaak een spectaculaire ruimtelijke afbeelding ontstaat. Onderdelen van de pop-up komen soms nog in beweging door de dragende bladen iets meer of minder ver te openen. The working Camera, waarop later nog uitvoerig wordt ingegaan, bevat enkele fraaie gelaagde pop-ups. Verschillende soorten beweegbare prenten kunnen in een boek gecombineerd zijn tot één samenhangend tafereel. Dit is het geval bij opzetboeken, die qua structuur afwijken van het gangbare boek. De bladen | |
[pagina 220]
| |
Marijke Bley, De ark van Noach, Tony Maddox [ill.], Susanne Ferguson [ontwerp], Ariel Apte [papiertechniek], Amsterdam 1994 (foto Rob Mostert, Rijswijk).
kunnen doorlopend aan elkaar zijn bevestigd, zoals bij de leporello of het harmonicaboek. Doordat de bladen zigzag opvouwen, leent het zich van nature al om rechtop te zetten, waardoor een langgerekt tafereel ontstaat. De insteekprenten van Door de lucht naar Indië vormen een leporello. Het boek beschrijft de eerste postvlucht naar Indië in 1927.Ga naar eind14. In de vier afbeeldingen kunnen 24 losse speelfiguren worden gestoken van vliegtuigen, schepen en hangars, waardoor het verhaal actief wordt meebeleefd. Een compleet poppenhuis ontvouwt zich uit het Biedermeier speelgoedhuis.Ga naar eind15. Bij dit opzetboek heeft een aantal bladen uitslaande delen, waardoor het opgezette poppenhuis 80 centimeter lang wordt. Vier kijkdoospop-ups geven het volledige interieur van de speelgoedwinkel van Julius Siegmund met woonhuis en de bewoners. Soms bevat een beweegbaar prentenboek een aantal opeenvolgende bladen met vouwpop-ups. Het boek kan dan zo ver worden geopend dat het voor- en achterplat elkaar raken. Wordt het in die stand met een clip of lintje vastgezet, dan is er een carrousel ontstaan met vijf of meer afzonderlijke taferelen. Het karakteriseren van beweegbare prentenboeken is mogelijk met de hierboven
opzetboek Das Biedermeier-Spielzeughaus, Esslingen 1987, herdruk naar de uitgave uit 1896 (foto Rob Mostert, Rijswijk).
beschreven bewegingstechnieken. Kort samengevat kunnen als beweegbare prenten worden onderscheiden: veranderprenten - vouwprent, harlequinade, flapprent, draaischijfprent, vensterprent, insteekprent, uitschuifprent trekprenten wisselprenten - schuifwisselprent, draai-wisselprent, tralieprent, klapprent enkelvoudige pop-ups - zigzagpop-up, vouwpop-up, spiraalpop-up samengestelde pop-ups - kijkdoospop-up, coulissenpop-up, gelaagde pop-up.
In oude uitgaven werd vrijwel steeds één techniek toegepast en bevatte een boek of wisselprenten of trekprenten of flapprenten enz. Die boeken laten zich dan ook vrij eenvoudig indelen. De hedendaagse beweegbare prentenboeken bevatten een variëteit aan beweegbare prenten. Pop-ups van verschillende typen wisselen af met draaischijf- en trekprenten binnen een boek. Daardoor is het vaak moeilijk om een beweegbaar prentenboek met één term te beschrijven. Nemen we als voorbeeld van een gecompliceerd beweegbaar prentenboek The Working Camera van John Hedgecoe en de Nederlander Ron van der Meer. Hierin worden de werking uiteengezet van een spiegelreflexcamera, diafragma en tijdinstellingen verklaard en aanwijzingen gegeven hoe goede foto's gemaakt worden. Dit alles is op zeven bladen (het omslag meegerekend) geïllustreerd met een gelaagde pop-up van de camera en een van het lensstelsel, vier flapprenten, twee draaischijfprenten en twee kijkdoospop-ups, waarmee het onderscheid tussen binnen en buiten fotograferen wordt verduielijkt. Daarbij is nog een flinke hoeveelheid verklarende tekst afgedrukt. De bibliografische beschijving zou er als volgt uit kunnen zien: ‘The working camera door John Hedgecoe. Idee en ontwerp van Ron van der Meer. Papierconstructie door Ron van der Meer en Mark Hiner. Geproduceerd bij Carvajal te Cali (Columbia). New York, Harmony Books, 1986. beschrijving: 31 × 22 cm, 5 blz., ill., 2 gelaagde pop-ups, 2 kijkdoospop-ups, 2 draaischijfprenten, 4 flapprenten. Eenvoudige handleiding voor het fotograferen, waarin de werking van de spiegelreflexcamera, het objectief, de belichtingswijzen en de compositie uiteengezet worden.’ Het blijft natuurlijk altijd een verrassing | |
[pagina 221]
| |
wat een boek, en zeker een beweegbaar prentenboek, te bieden heeft. De beschrijving van beweegbare prentenboeken op een manier zoals hier is uitgewerkt, geeft de liefhebber van deze boeken zeker meer duidelijkheid dan hij thans doorgaans krijgt.Ga naar eind16.
Modern gecompliceerd beweegbaar prentenboek John Hedgecoe, The working camera, Ron van der Meer [idee en ontwerp], Ron van der Meer en Mark Hiner [papierconstructie], New York 1986 (foto Rob Mostert, Rijswijk).
|
|