Ingezonden brief
De Wet tot behoud van cultuurbezit en de bibliotheek Ritman
In De Boekenwereld 11 (april 1994), nr. 4 stond op pagina 190 een artikel van de heer Gerits over de Bibliotheca Philosophica Hermetica, vaak genoemd de bibliotheek Ritman. Op verzoek van de redactie van De Boekenwereld volgt hier een korte reactie op dit artikel.
De Wet tot behoud van cultuurbezit (wbc) beoogt te verijdelen dat voorwerpen en collecties die onmisbaar en onvervangbaar zijn in het Nederlandse cultuurbezit naar het buitenland verdwijnen. Daartoe is een aantal wettelijke criteria opgesteld waaraan afgemeten wordt welke voorwerpen onmisbaar en onvervangbaar zijn. Deze beschermde voorwerpen worden geplaatst op een lijst die bij de Wet behoort. De afdeling Inspectie van de Rijksdienst Beeldende Kunst houdt toezicht op deze lijst. De Minister van wvc (tegenwoordig de Staatssecretaris van ocw) is altijd bijzonder terughoudend geweest met plaatsingen op de lijst van beschermde voorwerpen. In de tien jaar tijd dat de Wet tot behoud van cultuurbezit bestaat is er bij de oorspronkelijk geplaatste 200 voorwerpen slechts een twintigtal bijgekomen. Deze terughoudendheid, die wordt ingegeven door overwegingen, waarbij zowel de vrijheid van het handelsverkeer als het belang van de aanwezigheid van Nederlandse voorwerpen van kunst en cultuur in het buitenland een rol spelen. Deze staat hiermee in contrast met de veel strengere wetgeving in de ons omringende landen, waarbij vaak voorwerpen beschermd worden, die weinig binding hebben met de nationale identiteit. Juist dit laatste facet speelt bij de afweging van het wel of niet plaatsen op de lijst een belangrijke rol, zowel bij de deskundigen die de voordracht doen, als bij de Raad voor het Cultuurbeheer zelf. Belang voor de Nederlandse cultuur wil echter niet zeggen, dat de voorwerpen ook in Nederland en door een Nederlander gemaakt moeten zijn. Dan zou een groot deel van het kerkelijk kunstbezit, dat nu op de lijst figureert, er onmiddellijk van moeten worden afgevoerd.
Heeft de bibliotheek Ritman een dergelijk belang voor de Nederlandse cultuur? Allereerst kan worden vastgesteld dat de bibliotheek Ritman het vrijwel enige complete centrum ter wereld is, waar onderzoek op het gebied van de christelijk-hermetische traditie binnen de westerse cultuurgeschiedenis van vooral de vijftiende tot de achttiende eeuw kan worden beoefend. Het is een unieke bibliotheek, zowel door zijn omvang en volledigheid, als door het wetenschappelijk en cultuurhistorische niveau van de collecties rond één samenhangend religieus/filosofisch thema. Het instandhouden van een dergelijke bibliotheek, juist in Nederland, heeft goede gronden. Van oudsher heeft de traditie van wat wel genoemd wordt ‘de derde weg’, namelijk de geestesrichtingen die zich willen onttrekken aan het dilemma van de keuze tussen Rooms-Katholicisme en Hervorming, in Nederland een grote rol gespeeld. De tolerantie in Nederland op godsdienstig en filosofisch gebied heeft ertoe geleid dat vanaf de zestiende eeuw veel auteurs hier hun toevlucht zochten, de ideeën hier verder tot ontwikkeling kwamen en veel literatuur juist in Nederland in druk verscheen. Het is ook niet verwonderlijk dat in meer Nederlandse instellingen zich belangrijke collecties op godsdienstig gebied bevinden, maar niet in deze omvang en rond dit thema. Een aantal van deze bibliotheekcollecties, zoals bijvoorbeeld die van de theosofen, van de Rozenkruisers en de gespecialiseerde collecties in de Amsterdamse Universiteitsbibliotheek, vormen tezamen een fraai geheel en als het ware de verpersoonlijking van de Nederlandse tolerante traditie.
Daarmee heeft de bibliotheek Ritman met haar collecties een evidente plaats in de Nederlandse cultuur, terwijl zij door haar karakter als semi-openbare instelling met daarbij een omvangrijke studiebibliotheek tegelijk een duidelijke functie vervult in de Nederlandse en internationale wetenschapsbeoefening.
Het moge duidelijk zijn dat deze particuliere collectie van een zeldzaam hoog niveau is, wat ook na onafhankelijk onderzoek in verband met plaatsing op de lijst is gebleken. Er zijn vele particuliere collecties in Nederland, vaak vrij omvangrijk en van een hoog niveau. Het is geenszins de bedoeling van de Wet om het verzamelen te ontmoedigen en er is geen reden voor de particuliere verzamelaar om zich na de plaatsing van de bibliotheek Ritman ‘bedreigd’ te voelen. Slechts één andere bibliotheek in Nederland, de Librije van de Walburgiskerk in Zutphen, is op de lijst geplaatst.
Naast de zeker niet lichtvaardig toegepaste