| |
Veilingen
Van Sabben Poster Auctions, Haarlem, 10 mei 1992
Op 17 november 1991 vond in Haarlem de eer ste veiling plaats van het in affiches gespecialiseerde veilinghuis van mr. P. van Sabben. Van Sabben Poster Auctions is nu het derde bedrijf ter wereld dat zich op de veiling van uitsluitend affiches heeft toegelegd. Onderstaand een verslag van de tweede veiling op 10 mei 1992.
‘Al doende leert men.’ Een oud, maar nog steeds niet versleten gezegde, zoals Van Sabben op 10 mei in Haarlem bewees.
Na de eerste veiling in november vorig jaar waren de reacties gemengd. Sceptici zeiden tegen elkaar: ‘die man redt het nooit’; critici zeiden tegen Van Sabben: ‘veel te hoge limietprijzen’; kenners vonden: ‘die heeft lef, met zo'n mooie catalogus’; en leken dachten: ‘hoe bestaat het dat een poster zoveel op kan brengen!’.
Deze keer heeft Van Sabben de sceptici ongelijk gegeven. Tweederde verkocht is een alleszins acceptabele score, zeker als men de toch nauwelijks bestaande Nederlandse thuismarkt in ogenschouw neemt; de helft werd verkocht aan het buitenland.
Van de critici leerde Van Sabben, dat je de mensen ook de kans moet geven om te bieden en wellicht een koopje te halen; en deze keer waren die bieders en koopjes er! Daarover hierna.
De kenners keken dit keer helemaal hun ogen uit: een full colour catalogus met 375 nummers, zoals Van Sabben die produceert, kennen ze nergens ter wereld. Beslist een eerste-klas visitekaartje. Hulde! En de leken? Die zaten er weer in groten getale. zo'n 150 man, een tiental handelaren uit binnen- en buitenland niet meegerekend, had zich in het zaaltje van Hotel Lion d'Or verzameld. Opvallend was dat uit de reacties viel op te maken dat diegenen, die bij de eerste veiling nog met open mond hadden zitten kijken, nu al veel minder leek waren en voorzichtig begonnen mee te bieden. En dat is nu precies waar het Van Sabben om te doen is.
Het bieden vond deze keer plaats onder de bezielende leiding van Willem de Winter (ex-Sotheby - Mak van Waay), die zich een ware meester toonde. Zo tekende schrijver dezes na afloop van de veiling uit de mond van een der aanwezigen de opmerking op: ‘Het ging veel beter dan de vorige keer, nu heeft hij alles verkocht!’
Enige opbrengsten:
nr. 4: ‘Indische Tentoonstelling Arnhem’ uit 1928, ten onrechte vermeld als ‘Anoniem’, want ontworpen door niemand minder dan de grafisch ontwerper en architect N.P. de Koo (hij signeerde zijn affiches nooit) ging voor f 400,- (schatting f 150,-/f 300,-) naar een verzamelaar, die er zich zeer gelukkig mee mag prijzen. Nr. 46: ‘Hamlet’ (1919), een lino van H.Th. Wijdeveld in slechte conditie (zoals altijd) bleef onverkocht bij een schatting van f 1750,-/f 2600,-. Nr. 47: ‘Tourisme de Hollande’ (ca. 1922) van Albert Hemelman werd jaren geleden in vergelijkbare goede conditie in New York al verkocht voor $ 3500.-. In Haarlem ging hij weg voor f 1500,-. (f 1750,-/f 2250,-). Nr 78: ‘Fongers’ van F.G. Schlette uit ca. 1915. Ondanks een wel heel grote scheur toch f 2200,-. (f 2000,-/ f 3500,-). Nr 108: Ook een ‘Fongers’ van Schlette maar veel zeldzamer bracht f 1250,(f 850,-/f 1100,-) op, waarmee dit affiche beslist niet te duur werd betaald. Schlette moest eens weten: aan zijn carrière als grafisch ontwerper kwam in de jaren twintig een abrupt einde toen de Belgische justitie er achter kwam dat hij ook $ 100-biljetten maakte en in omloop bracht. Nr. 115: ‘Elias P. van Bommel’ (1897) van Theo Molkenboer was in slechte
| |
| |
staat door het overvloedig gebruik van zogenaamd behangerstape in een tijd dat men van zuurvrij papier nog niet gehoord had. De bruine verzuringssporen liepen als een traliewerk over het blad. Typisch een voorbeeld van de restauratiewoede die vooral het Stedelijk Museum in Amsterdam in de jaren '60 geplaagd heeft. Het affiche was met f 800,(f 1600,-/f 2500,-) nog goed betaald, daar het geheel onzeker is hoeveel de restauratie gaat kosten en of die überhaupt nog mogelijk is. Nr 131: Willy Sluiters ‘HYSM-Rivièra’ uit 1913 bracht met f 1700,- meer op dan de richtprijs van f 1000,- tot f 1500,-. Sluiters werk uit die periode kenmerkt zich door een levendig kleurgebruik, is vrij zeldzaam en erg gezocht. De opbrengst viel mij een beetje tegen. Nr 213: Een bekend biljet van Kees Meijs uit 1936 voor de tentoonstelling ‘'t Volle Profijt’ ging vergezeld van het - zeer interessante - originele ontwerp. Het is raar te moeten constateren, dat afficheverzamelaars zich over het algemeen niet interesseren voor de originele ontwerpen (gouaches!). Soms brengt een ontwerp op een veiling zelfs minder op dan het gedrukte affiche. In dit geval ging het affiche met het ontwerp als toegift voor slechts f 400,- (f 550,-/f 750,-) naar een bekende Amsterdamse verzamelaar.
Nr. 226: Een biljet van Van Bemmel voor de Indische markt uit ca 1925, verspreid door het reclamebureau Aneta te Batavia voor het weekblad De Zweep ging voor f 500,- (f 200,-/f 350,-) naar de Atlas van Stolk. Indische affiches zijn alle zeer zeldzaam, zoals ook blijkt uit de inventarisatie van de zich in de belangrijkste Nederlandse openbare affichecollecties bevindende exemplaren, welke kort geleden door de Rijksdienst Beeldende Kunst werd voltooid. De Atlas van Stolk heeft toegang tot dat bestand en nam zijn kans waar. En terecht: dit is Nederlands cultuurgoed van de eerste orde. Nr. 265: Het hoogtepunt van de veiling tenslotte was het door velen begeerde affiche van J.G. van Caspel voor ‘Ivens & Co Fotoartikelen’ uit 1899. Hoewel ook hier de restauratiewoede zijn sporen heeft achtergelaten, speelde de grote zeldzaamheid (slechts één ander exemplaar in privé-bezit bekend) de sleutelrol. De opbrengst van f 4000,- (f 2000,-/f 3000,-) stelt eigenlijk een beetje teleur. Van de tegenbieder (CAPI- Lux, de voortzetting van het bedrijf van C A.P. Ivens) had toch meer doorzettingsvermogen verwacht mogen worden. Het zal waarschijnlijk lang duren voor er zich weer een kans aandient, al weet je het met affiches nooit: misschien ligt er nog ergens een grote rol op zolder.
Zoals altijd bij posterveilingen wordt er na de veiling nog het een en ander verkocht. Zo ontfermde een Japanse handelaar uit Kyoto zich nog over een toneelaffiche van Eduard Veterman (nr. 335) uit 1921. Voor f 600,- en een kleine 20% opgeld verwierf deze Japanner een hoogst zeldzaam Nederlands affiche dat, de Japanse markt een beetje kennende, in Kyoto waarschijnlijk voor het tienvoudige van de hand zal gaan. Volgende keer zal hij wel meebieden in de veiling. Enerzijds jammer dat er zoveel moois naar het buitenland verdwijnt, anderzijds goed dat de Nederlandse toegepaste grafische kunst op deze manier weer bij meer mensen onder de aandacht wordt gebracht.
Al met al voor Van Sabben een veiling om met tevredenheid op terug te zien. De volgende staat voor november op het programma.
M.F. Le Coultre
| |
Beijers, 12 en 13 mei 1992
Het is duidelijk dat een extreem zeldzaam boek nauwelijks te taxeren valt. Dat bleek weer eens bij Een spiegel der volcommenheit, 1532, van IJ. Lanspergius; dit aangename exemplaar, getaxeerd f 250,-/f 300,- bracht het kolossale bedrag van f 13.000,- op! Dat is andere koek. Stoort zoiets? Ach, de inzender zal niet zeuren en de koper wilde kennelijk het boek heel graag hebben, maar wat te denken van de argeloze commissiegever die met een royale opdracht van - ik zeg maar wat f 800,- meende een behoorlijke kans te hebben? Hoe dan ook, taxeren blijft een lastige zaak. Dat gold zeker voor de rubriek Early printing in Belgium: vrijwel alle 72 nummers, gerangschikt op drukkers, verdwenen voor een veelvoud van de schatting in vaak Belgische handen.
De dinsdagavond bood een aantal smakelijke boeken op het terrein van de literatuur. Alle de soet-vloeyende poëtische wercken, 1668, van I. van Dans, (nog nooit gezien) f 750,-, Minne-kunst. Minne-baat. Minne-dichten (J. van Heemskerck), 1626, oblong 8vo. met twintig gravures van Serwouter, f 3400,-, P. Hondius' Dapes inemptae, of de Moufe-Schans dat is, de soeticheydt des buytenlevens, vergheselschapt met de boucken., 1621, f 4500,- (f 1000,-/ f 1200,-). Zelfs een incompleet exemplaar van Minne-Plicht ende Kuys-
| |
| |
heyts-Kamp, 1626, is nog goed voor f 2000,-. De f 2600,- betaald voor Treurklacht van Liefd-Bloeyende, 1634, toegeschreven aan J.H. Krul, 14 blz., getuigen niet van een koopje. Ditzelfde gold voor de f 2600,- voor Eerlyck tydt- verdryf van Jacobus de Clerck, 1652, oblong i6mo., met vier gravures toch een aantrekkelijk boekje. Een gewassen exemplaar van Den Lust-HofVan Rethorica, 1596, bracht met f 2000,- het drievoudige op van de prijs van het exemplaar op de Stuiveling-veiling. Het ging trouwens helemaal wel goed met de rederijkers: Spelen Van Sinnen (...) binnen der stede van Ghendt (...) vertoont (...) 1539, 1564, f 2200,- en Zeven Spelen Van Die Wercken Der Bermherticheyd, 1591, met zeven houtsneden, f 4400,- (f 600 ,-/f 800,-).
Ook een portie liedboeken, vele in het aangename oblong-formaat, kwam deze avond aan bod. Het citherken van Jezus en Den lieflycken paradijsvoghel, samen in één band, 1670-'78, van D. Bellemans, f 2200,-, het Medenblicker Scharre-Zoodtje, 1650, een mooi exemplaar, f 3300,- en het mooiste liedboek van deze veiling - maar over smaak valt te twisten -, De Hollandsche Liis, met de Brabandsche Bely, 1629, van G.J. Quintiin, met negen beeldschone gravures, dat met f 3600,- ruim aan mijn neus voorbij ging.
De woensdagmiddag bood in ieder geval twee opmerkelijke zaken. Allereerst een unieke collectie van 120 pamfletten betreffende de zuidelijke Nederlanden, verschenen tussen 1566-1648, elk zeer uitvoerig in de catalogus beschreven (14 blz.). Voor de hele collectie, ‘waaraan volgens de veilinghouder 50 jaar verzameld was’, werd f 30.000,- geboden. Dat was voldoende. In één bod 120 nummers, dat schoot tenminste lekker op, want snelheid is niet het handelsmerk van de firma.
Een andere verzameling van 1210 ordonnanties, proclamaties e.d. van de zeventiende tot begin negentiende eeuw over allerlei aspecten van de stad en de provincie Utrecht, verdeeld over 58 kavels, ging helaas niet in één klap! Door deze verkruimeling werd wel de veelzijdigheid van deze collectie wat duidelijker. Een paar onderwerpen, een paar prijzen: ‘Ongeregeldheden’ (vijf stuks) f 180,-, ‘Verboden Boeken’ (vier stuks) f 525,-, ‘Vervoer’ (vijftien stuks) f 1600,-!, ‘Vuurwerk’ (zes stuks) f 260,-, ‘Honden en Hondsdolheid’ (zeventien stuks) f 550,-, ‘Joden’ (drie stuks) f 600,-, ‘Posterijen, Wagenveren enz.’ (22 stuks) f 2200,-!, ‘Vernielingen, Onordelijkheden’ (32 stuks) f 1500,- en een aardige tot slot ‘Schoonhouden van de stad’ (zeven stuks) f500,-.
J.A. Borst
| |
Burgersdijk & Niermans, 19-21 mei 1992
Het commerciële succes van de 295ste boekveiling in het Leidse ‘Templum Salamonis’ werd niet alleen voor en tijdens deze veiling overschaduwd door de verwikkelingen en turbulenties rond de hier aangeboden ‘Collection J.S.’ (tweede deel), waaronder veertien kavels brieven aan G. Reve, maar vooral nadien door het overlijden van de ‘bibliofiel’ (K. Fens in de Volkskrant) Johan Polak, die zich tevergeefs had verzet tegen de publieke verkoop van zijn privé-correspondentie met Reve. Deze collectie van 481 brieven uit de jaren 1963-78 werd overigens voor f 6000,- aan een commissie toegeslagen.
In de rubriek ‘Oud en zeldzaam’ waren de drukken uit de 16de eeuw precies op de vingers van een hand te tellen. De afdeling ‘klassieke oudheid’, altijd een zwaartepunt op deze Leidse veiling, bevatte uitsluitend uitgaven uit de 17de, 18de en 19de eeuw. Hieronder was een interessante uitgave van complete werken en fragmenten van oude Latijnse wereldlijke en kerkelijke poëten, in 1723 te Londen uitgegeven door Michel Maittaire, die destijds een toonaangevend bibliograaf was met zijn vijfbandige Annales typographici (Den Haag 1719-'41) en als voorloper van de befaamde Ludwig Hain wordt beschouwd. Maittaires hier aangeboden Opera et fragmenta in twee foliobanden bleef onverkocht (taxatie f 350,-/f 400,-). Veel Latijn ook in de rubriek ‘Church History’, waartoe men blijkbaar hier ook bijbels rekent. Van matige kwaliteit was het aangeboden exemplaar van de Erasmus-parafrase op Matthaeus en de brieven van Paulus, lacobus, Petrus en ludas, die de Rotterdamse humanist in 1522 in Bazel bij zijn vriend lohannes Froben liet verschijnen. Hoewel de rug, de sloten, het beslag en de schutblade ontbraken, bracht het boek f 850op. In de rubriek Nederlandse geschiedenis en topografie werd er een mooie Wagenaar, Amsterdam in zyne opkomst, aanwas, geschiedenissen in vier delen (Amsterdam 1760-'88) met extra platen aangeboden. Helaas ontbra ken er aan deze prenten weer vier stuks, maar de f 3200,- was toch een mooi prijsje dat bin nen de taxatiegrenzen bleef.
Uit de bibliotheek van de jurist prof. O. Verpaalen werd een collectie van 21 werken
| |
| |
over Breda aangeboden. Het verhaal over de inname in 1625 door Spinola na een beleg van elf maanden was in vijf edities aanwezig. De twee Latijnse uitgaven (Antwerpen 1626 en 1629) van Herman Hugo brachten normale prijzen op: f 1000,- resp. f 650,-. De Spaanse vertaling uit 1625 f 800,- en een slecht exemplaar van de Engelse vertaling (Gent 1627) deed f 300,-. De Franse versie uit 1631 ging voor f 500 - in andere handen over. In 1637 daagde Frederik Hendrik voor de poorten van deze Oranjestad op en bracht Breda na een beleg van elf weken terug in het bezit van de Republiek. De beschrijving door Boxhorn van dit wapenfeit verscheen in 1640 bij I. Commelin in Leiden. Een redelijk exemplaar vein dit met elf illustraties verluchte werk bracht met f 600- de taxatiewaarde op. Te optimistisch daarentegen was een redelijk exemplaar van het aardige werkje De Bredaasche Klio door P. Nuyts (1697). Het werd voor f 650- verkocht. De intocht van Willem Carel Hendrik Friso, de latere prins Willem IV, en zijn gemalin Anna in 1732 in Breda moge dan door een bekend Nederlands bibliograaf tot de ‘splendid ceremonies’ gerekend worden, het hier aangeboden exemplaar dat dit evenement beschrijft, was allerminst ‘splendid’. Het bracht met zijn acht illustraties dan ook slechts f 275,- op (taxatie f 300,-/f 400,-). Het merendeel van deze Bredaniae ging over in particulier bezit. Dat de Bredaesche Almanac en Chronyck uit 1664 van J. Vlitius, een neefje van Jacob Cats, gekocht werd door een antiquariaat in Leeuwarden had te maken met het feit dat het bandje ook de Frieske spreeckwoorden bevat. Voor het matige exemplaar moest f 1000,- betaald worden.
Een merkwaardige figuur in onze vaderlandse geschiedenis was koning Lodewijk Napoleon van Holland, die voor zijn ‘grote’ broer van 1806-1810 hier een soort zetbaas was. Hij was - zo leerden wij ooit - een goedhartig vorst, die er voor zijn onderdanen het beste van probeerde te maken. Dat hij het ook met zichzelf niet slecht meende, moge blijken uit de nogal impertinente claim die hij na de Franse tijd dacht te kunnen leggen op zijn voormalige Nederlandse ‘bezit’, waaronder het Paviljoen in Haarlem, het huidige Provinciehuis. Dat dit bij een energiek man als koning Willem I verkeerd viel, spreekt voor zich. Op deze veiling kwam onder nummer 1758 een dossier ter tafel dat de pleidooien van M.W. de Jonge en diens tegenpleiter voor de Staat der Nederlanden, Jonas Daniël Meyer, bevatte in deze zaak uit 1820. De zeldzame stukken werden voor f 350,- door een Haarlems historisch antiquariaat verworven. Iets jonger was de zesbandige damesflora, Flore des Dames et des Demoiselles (Parijs ca. 1830) in klein octavo en met twaalf fraai gekleurde gravures, in de originele cassette, waarvan het
Titelprent door A. Santvoort in J. Vlitius, Bredaesche Almanac en Chronijck, z.p., 1664.
deksel buitengewoon fraai gedecoreerd was. Het geheel ging voor f 1750,- naar een commissie. Apart was ook de tweehandige Rietstap, Wapenboek van den Nederlandsche Adel (Groningen 1883-87). De twee fraai uitgevoerde half marokijnen folianten waren opgeborgen in een hooggepolitoerd vitrinekastje-lezenaar. Het in alle opzichten ‘gave’ geheel werd voor f 3400,- door een antiquariaat gekocht (taxatie f 1800,-/ f 2000,-).
G.J. Jaspers
| |
| |
| |
Bubb Kuyper, 3 en 4 juni 1992
Twee catalogi deze keer, samen goed voor een kleine 3000 nummers. De extra catalogus bevatte literatuur, waaronder een groot gedeelte uit de bibliotheek van Victor van Vriesland. Nieuw was, teneinde althans de drukte op de kijkdagen enigszins te ondervangen, een uitbreiding van het aantal kijkdagen van drie naar vier; een plezierige ontwikkeling.
Een minder aangename ontwikkeling tenminste voor verzamelaars van deze materie - viel waar te nemen aan het ‘prentbriefkaartenfront’. Een paar voorbeelden: een album met 300 ansichten, overwegend Nederlandse topografie 1899-1903, f 1350,- (f 300,-/f 500,-), ca. 1200 kaarten, waarvan enkele met fraaie Jugendstil-versieringen, f 2100,- (f 400,-/f 500-) en een grote collectie Nederlandse topografie tussen 1920-1960, f 1750,-; het viervoudige van de schatting!
Een mens kan niet overal zijn, dus op naar de donderdagavond. Deze gaf het gebruikelijke aanbod te zien: prenten, natuurlijke historie, een beetje ‘recht’, een paar handschriften en vele oude en zeldzame boeken. Topografische prenten worden meestal redelijk verkocht (Wat is er toch met Zutphen?), maar de prijzen voor de ongekleurde wereldkaarten, D. Stoopendaal, ca. 1700, en een iets kleinere bijgewerkte uitgave van dezelfde kaart door J. van Jagen, resp. f 1350,- en f 1050,- leken me aan de forse kant. De houtsnede van H.S. Beham, Old man caressing a young woman, (afgebeeld in de catalogus) kwam met f 2300,- op het vijfvoudige van de schatting. Smakelijk waren de negen originele tekeningen van een dodendans, waarschijnlijk negentiende-eeuws, maar per definitie ouder ogend, samen met een pakje tekeningen goed voor f 650,-. Bij de boeken was duidelijk een deel afkomstig uit een bibliotheek waar men het gebruik van plakplastic ook bij fraaie lederen en perkamenten banden niet schuwde! Een dergelijk lot was ook Huishoudelijk woordenboek van N. Chomel beschoren, zeven kloeke banden ingepakt in een nog net doorzichtig plastic. Waarom zijn de lijfstraffen afgeschaft? Nochtans bleek deze set met 97 (100) platen goed voor f 1250,-. Het Woordenboek van konsten en weetenschappen van E. Buys, 1769-1776, tien delen (ook ‘ingepakt’) met 281 platen, f 2100,-. Curieus leek mij Het van den bok rijden van F. Hamelmann, 1873, met elf litho's, f 220,-. Het boek waaruit de illustratie van het omslag van de catalogus gehaald was, Anatomia per uso et intelligenza del disegno ricercata enz. van B. Genga, een anatomische atlas uit 1691 met 42 platen bracht met f 5700,- zijn prijs op. Bij de rubriek Law bleef een
Groot placaet-boeck, bepaald geen onberispelijk exemplaar van dit negendelige standaardwerk, uitgegeven tussen 1658-1797, met f 2900,- iets onder de prijs van de laatste jaren. Bij Bubb is altijd plaats voor een curiosum: wat te denken van een knipwerk van 90 × 105 cm! Bijbelteksten en engeltjes en bloemen, fijn gekleurd en ingeraamd, f 4500,-.
De oude boeken. Het begon allemaal wat moeizaam met boeken over Amsterdam. Pontanus te duur, Wagenaar te lelijk en 't Verheugd Amsterdam, 1768, op het nippertje voor de minimale inzet van f 1200,- verkocht. Maar daarna ging het beter. Het Caartboek van alle de Dorpen (...) van Voorne, 1701, met 32 handgekleurde kaarten, voor de haast standaardprijs van f 10.000,-. Een bijbel uit 1643 leek mij met f 4400,- wel heel stoer betaald. Dat kan men ook zeggen van de f 600 - voor het volksboekje De Vrouwe-peirle (ca. 1800), een prijs waarvoor menig handelaar het niet weet te verkopen. Begerenswaardig: Theatrum sive Hollandiae comitatus et urbium nova descriptio, 1634, zeer gebruinde tekst, maar ... vier kaarten en 37 plattegronden in een schitterende kleuring, niet compleet, dus ... fout! voor f 3900,- naar een commissiegever. Een serie ‘keukenboekjes’ uit de negentiende eeuw werd vergelijkelijk verdeeld tussen de UB Amsterdam en ‘seecker Coopman tot Venlo’ voor prijzen variërend van f 210,tot f 425,-. Laatstgenoemde wist ook de hand te leggen op Signalementen van deserteurs, 1820, één dubbelzijdig bedrukt blad, prijs f 400,-. In de categorie ‘klein maar fijn’ een paar miniatuurboekjes, waarvan Kern des bybels, 1751, met zes plaatjes, volledig in goud gedrukt, met f 2000,- (het dubbele van de taxatie) de uitschieter was. Curieus en relatief niet duur waren de tien nummers van de Narrensteinsche Courant, aangevuld met veertien nummers van de Utopiaansche Courant (1819-1820), de Liliputsche Courant, De Hydra, Asmodé, De Bijenkorf e.a. het geheel voor een prijs van f 1200,-. De grote profielkaart van
Rotterdam van J. de Vou en R. de Hooghe, 1694, in prima staat, f 21.000,-. Een matig exemplaar van G. Rollenhagens Nucleus emblematum selectissimorum, quae Itali vulgo impresas, twee delen, 1611-1613, met 197 (200) schitterende gravures van C. de Passé, ging helaas niet terug, sterker, werk voor f 2000,- | |
| |
verkocht. Tot slot een klein boekje, De Zaanlantse arcadia, 1658, met dertien tekstgravures overschreed met f 475,- ruim de f 275,- die ik voor het boekje in gedachten had.
J.A. Borst
| |
Van Stockum, 24-26 juni 1992
Misschien had het te maken met het relatief late tijdstip (meestal veilt Van Stockum zo rond 10 juni) dat er voor alle belangstellenden op de vrijdagmiddagzitting deze keer een zitplaats beschikbaar was. Zoals gebruikelijk kwamen ook nu in deze ‘laatste ronde’ de zeldzame en oude drukken onder de hamer. Bracht - zoals hierboven vermeld - de Leidse boekveiling welgeteld vijf drukken uit de 16de eeuw ter tafel, in Den Haag waren het er slechts weinig meer. De bij Beyers geveilde Antwerpse collectie is in Nederland dan ook zoveel als een witte raaf. Vergelijkt men het kwantum te veilen boeken van voor 1600 in Nederlandse veilinghuizen met bijvoorbeeld dat op aucties bij onze oosterburen dan valt het enorme verschil op. Zowel bij Reiss & Auvermann als bij Hartung & Hartung gaat het toch meestal om een paar honderd drukken van voor 1600. En wat te denken van de eerste band (van drie) van de catalogus bij de laatste veiling van Zisska & Kistner met 1174 kavels drukken van voor 1600, waarvan alleen al 260 incunabelen! Terug naar Den Haag. De hier ter tafel komende oude drukken werden voorafgegaan door een collectie autografen van internationale kunstenaars voor de schilder Paul Citroen (1896-1983). Een aanzienlijk deel hiervan werd verworven door de Fondation Custodia in Parijs. Daarbij werd de ene keer de taxatie (ver) overtroffen, zoals bij de 31 bijdragen voor de feestbundel t.g.v. de zestigste verjaardag van de schilder, die voor f 2200, naar Parijs gingen, een andere keer schommelde de opbrengst rond de taxatie, zoals bij de twee brieven van het echtpaar Kandinsky (f 800,-) en de brief en de vier kaarten van Mondriaan (f 1400,-).
Bij de oude drukken waren er maar weinig exemplaren die er echt uitsprongen. In een aantal gevallen kwamen er minder fraaie en incomplete boeken ter tafel. Dat was bijvoorbeeld het geval bij Tresor de chartes van C. Claesz., Amsterdam en Den Haag 1602, waaruit de kaarten van Holland en Gelderland ontbraken. Dit oblong octavo-atlasje in een latere band werd voor f 4400,- door de handel verworven (taxatie f 5000,-). Een Wagenaar, Amsterdam in zyne opkomst... in drie (van de vier) delen (1760-'67) bleef met f 2000,- eveneens onder de taxatie. Een matig exemplaar van Van Goors Beschryving der stadt en lande van Breda uit 1744 haalde juist de taxatie: f 750,-. In dezelfde sector overtrof een exemplaar van het beroemde werk van Corn, de Bruyn, Reizen door de vermaardste delen van Klein Asia, de eylanden Scio, Rhodos ... (Delft 1698), zonder de landkaart, met f 4000,- de taxatie (f 3500,-). Een complete De Riemer, Beschryving van 's Gravenhage in tweede uitgave (1736-39) blijft een topper, hetgeen ook uit de opbrengst (f 3500,-) blijkt. Een exemplaar van hetzelfde werk, maar in eerste druk en ontdaan van nagenoeg alle prenten, vond voor f 250,- een lezer. Het interessante werk van de Franse jezuïet De Charlevoix, Histoire et description générale de Japon (Parijs 1736), behandelt ook allerlei verwikkelingen met de Hollanders in Japan. Het hier aangeboden fraaie exemplaar was met de grote landkaart en de 32 prenten en kaarten geïllustreerd. De twee kwartobanden gingen voor f 7200,- naar een Zwols antiquariaat (taxatie f 5000,-). Dichter bij huis blijft 't Begin van Hollant in Dordrecht van Ian van Beverwyck (1640). De prijs die een
verzamelaar ervoor betaalde, mocht er zijn (f 1000,-) en was een verdubbeling van de taxatie. De betoverde wereld van Balthasar Bekker werd hier in twee eerste drukken aangeboden. Het eerste exemplaar ging vergezeld van een werkje van dezelfde auteur, Ondersoek van de berekeninge der kometen die 1680-'82 geschenen hebben, Amsterdam 1692. Dit convoluut bracht met f 650,- aanzienlijk meer op dan het hoofdwerk sec (f 400,-). In de sector bijbels werden nogal wat boeken aangeboden waaraan feilen kleefden. Vandaar dat een Antwerpse Hans de Laet-bijbel uit 1560, waaruit acht bladen waren verwijderd, niet verder kwam dan de getaxeerde f 900,-. Voor de eerste druk van de Nederlandse Luther-bijbel, in 1648 bij R.D. van Baardt te Amsterdam verschenen en waar ook de Elseviers de hand in hadden gehad, betaalde een antiquaar (dankzij de wereldkaart?) f 1900,- (taxatie f 1000,-). Boze tongen beweerden dat eenzelfde begeerde landkaart de prijs van een Elzevier-bijbel uit 1663 mede met de reeks van 56 dubbelbladige prenten van Jan Luikens Icones Bibliae uit 1747 in dit exemplaar bepaalde. Maar ongetwijfeld speelde ook de fraaie band van Russisch leer met de sloten en het beslag een rol bij de totstandkoming van het eindbod van
| |
| |
f 26OO,-, waarmee een antiquaar deze bijbel verwierf. Interessant waren de lotgevallen van het zeldzame Mennoniticum Bekentenisse des gheloofs door Twisch en Pieters te Hoorn, uitgegeven in 1617. Het boekje werd op deze veiling voor de derde maal in successie aangeboden en nu voor f 500,-, een kwart van de oorspronkelijke taxatie, verkocht. Maar intussen was dan ook gebleken dat niet alleen het laatste blad en het voorplat ontbraken, maar ook 24 bladen met de inleiding. Een echt mooi boek was daarentegen De veltbouw ofte lant winninghe van K. Stevens en I. Libaut (Amsterdam 1622), een met talrijke houtsneden geïllustreerd werk over land- en tuinbouw, veeteelt en aanverwante gebieden. Het was met f 2800,- (taxatie f 1500,-) niet goedkoop, maar meer dan ooit geldt tegenwoordig dat men voor een echt goed exemplaar flink in de beurs moet tasten.
G.J. Jaspers
|
|