Catalogi
Catalogue 1125 van Maggs in Londen wordt gesierd door een fraaie afbeelding van de band van de Bible de Mortier (Amsterdam 1700). Op het voorplat staat de Ark des Verbonds gestempeld met daarboven een gevleugelde engel. Tijdens het drukken van dit prachtige boek, dat 214 gravures meekreeg, ging er iets mis met de plaat die de Apocalyps illustreert. Bij de reparatie werden spijkers gebruikt die op sommige afdrukken goed zichtbaar zijn, zodat deze staat ‘avec les clous’ heet.
Antiquariaat Jan Meemelink in Den Haag heeft zich snel ontwikkeld tot een belangrijk adres voor boeken over bloemen, tuinen en botanie. De keurig uitgegeven catalogue 8 heeft achterin een nuttige lijst van geciteerde bibliografische handboeken. Welke lezers weten immers uit het hoofd wat bedoeld wordt met SABLIT, Springer en Stock? Een voorbeeld ter navolging! Van Joseph Pitton de Tournefort, die in het begin van de 18de eeuw vele nieuwe planten vond op zijn reizen door Klein-Azië, de Kaukasus en Perzië, is Beschrijving van een reize naar de Levant (Amsterdam 1737; f 3000) opgenomen. Een onvolledig exemplaar vanj. C. Krauss, Afbeeldingen der fraaiste, meest uitheemsche boomen en heesters (Amsterdam 18021808) met 110 van de 126 handgekleurde gravures kost f 8000. Voor f 500 minder kon men een exemplaar kopen van het Cruydt-Boeck van Dodonaeus in de editie Leiden 1608. In deze catalogus vond ik ook twee aanvullingen op mijn verzameling curieuze titels: Nederlandse dendrologie van B.K. Boom en De Boomsoorten van G. Houtzagers.
Al dit hout brengt ons bij de aardige en geestige catalogus 5 Hout & andere literaire curiosa van Antiquariaat Verzameld Werk in Nijmegen, die verscheen bij het vijfjarig bestaan van de zaak. Geopend wordt met drie reeksen: De Beuk (hierin debuteerde Frans Pointl met de bundel Afscheid van de laatste lente), De Ceder/Cedereditie en De Eik. Daarna volgen een aantal boeken uit het fonds van Boom in Meppel, o.a. uit de fraaie reeks Boom Klassiek. Bij het sprokkelhout wordt de nauwe etymologische verwantschap van boek en beuk eclatant bevestigd door schrijversnamen als Vicki Baum, Pierre Dubois, Jan Eekhout, P.N. van Eyck, Boudewijn van Houten en Cees Nooteboom. Wie naar de diepere achtergronden zoekt kan Wie is van hout van Jan Foudraine raadplegen. Bij de affiches en rijmprenten vonden we een exemplaar van E. du Perron, Ballade derpolderlandsche Onrustige Kapoenen, door hemzelf in een zeer kleine oplage in Brussel in 1929 uitgegeven. Dit gedicht schreef Du Perron als protest tegen de overspannen en huichelachtige reacties van de kritiek op het verschijnen van De Zondaar van Alie Smeding. Ik verwijs de lezer graag naar de aflevering van Uitgelezen Boeken 3 (1988) 2 over Alie Smeding. Nieuwe curieuze objecten verschijnen aan het eind van deze Nijmeegse catalogus. Onwillekeurig denkt de lezer aan de beroemde catalogus Curioser and Curioser van Maggs die ik nog eens hoop te bespreken met andere heerlijkheden als de Bibliotheca diabolica, een catalogus vol boeken over de duivel. Verzameld werk biedt bierviltjes met poëzie aan, grammofoonplaten - wie zou niet graag de Snikken en Grimlachjes van Piet Paaltjens gezongen horen door Johnny Hoes met het Telstar Orkest? - en Vondel, een vrolijk rijmspel, met
speelborden, fiches en spelregels in de oorspronkelijke doos uit de jaren '30. In die tijd deed men nog iets met literatuur, nu kunnen we slechts zeuren en rapporten vol academisch goedgekeurd geleuter schrijven over wat de inhoud van literatuuronderwijs zou moeten zijn.
In 1913 richtte graaf Harry Kessler in Weimar de Cranach Presse op. Vanaf de oprichtingsdatum werkte Edward Gordon Craig aan houtsneden die pas in 1929 gebruikt zouden worden voor de uitgave van Shakespeares Hamlet in de vertaling van Gerhart Hauptmann. Eveneens voor de Cranach Presse werkte Eric Gill, die de uitgave van het Hooglied van Salomo zeer erotisch illustreerde. De grote kunstenaar en bizarre persoonlijkheid van Eric Gill worden boeiend en indringend beschreven door Fiona MacCarthy (London 1989), een boek waar ik de lezers graag op attent maak. Een derde grote illustrator die voor de Cranach Presse werkte was Aristide Maillol, die in 1927 de Eclogae van Vergilius illustreerde. Exemplaren van deze hoogtepunten uit het Duitse bibliofiele boek staan in de prachtige Katalog XXIII van Heribert Tenschert getiteld Tausend illustrierte Bücher der Moderne. Deze drie boeken in één catalogus bij elkaar is al iets bijzonders maar voor Tenschert is het pas een begin. Van de Hamlet-uitgave heeft hij behalve een exemplaar van de gewone uitgave een van de zeventien luxe exemplaren opgenomen. Van het Hooglied biedt hij de Latijnse, Franse en Duitse uitgave aan en een exemplaar van de Latijnse editie dat geheel op perkament gedrukt is. Ook van Vergilius' Eclogae (vaak het mooiste geïllustreerde boek van onze eeuw genoemd) heeft de catalogus een exemplaar op perkament, dat speciaal voor graaf Kessler bestemd was. U begrijpt dat hier sprake is van een uitzonderlijke catalogus, 321 pag. met een rijkdom aan illustraties, waaronder 54 in kleur. Andere hoogtepunten zijn een exemplaar op perkament van Die Nibelunge met boekversiering van Josef Sattler, de eerste catalogus van Die Brücke voor een tentoonstelling in de Galerie Arnold te Dresden met houtsneden
van Heckel, Kirchner, Pechstein en Schmidt-Rottluff. Bij de Ashendene Press verscheen in 1909 een schitterende Dante-editie. De catalogus bevat het exem-
vervolg op p. 184