Agenda
Tentoonstellingen
het hausbuch in het prentenkabinet
Het werk van één van de meest raadselachtige anonieme kunstenaars uit de late middeleeuwen, die bekend is onder de noodnamen de meester van het Amsterdamse Kabinet en de meester van het ‘Hausbuch’, zal in het voorjaar van 1985 - als één van de activiteiten ter gelegenheid van het eeuwfeest van het Rijksmuseum - worden tentoongesteld in de zalen van het Rijksprentenkabinet. De kunstenaar, die in de laatste decennia van de vijftiende eeuw in het Middenrijn-gebied - wellicht in Mainz - werkte, dankt zijn beide noodnamen aan de twee beroemdste onderdelen van zijn werk: de negentig - grotendeels in slechts één exemplaar bewaard gebleven - drogenaald prenten, waarvan het Amsterdamse prentenkabinet er tachtig bezit, en het zogenaamde ‘Hausbuch’, nog steeds in Duits vorstelijk bezit, dat, verlucht met tientallen - soms gekleurde - pentekeningen, een fascinerend beeld geeft van het leven in de late middeleeuwen. De vele pogingen om deze kunstenaar, die wellicht ook schilder, glasschilder en miniaturist was, een naam te geven, zijn geen van alle overtuigend geweest en hebben de identificatie van de kunstenaar tot één van de meest controversiële problemen in de kunstgeschiedenis gemaakt.
Op de tentoonstelling in het Rijksprentenkabinet wordt voor het eerst een poging gedaan om de met deze kunstenaar verbonden kunstwerken bijeen te brengen en te tonen, zonder een vooraf ingenomen standpunt over de identiteit en over de verschillende toeschrijvingen. Van de drogenaald prenten, die het meest onbetwiste en veelzijdige beeld geven van de verschillende stadia in de ontwikkeling van de kunstenaar, wordt gepoogd een compleet overzicht te geven; naast de tachtig prenten in het bezit van het Rijksprentenkabinet zijn unica in de prentenkabinetten van Boston, Dresden, Londen, Parijs en Wenen. Een aantal prenten van de Meester is slechts in gegraveerde kopieën van de monogrammist ‘b × g’ bekend; ook van deze uiterst zeldzame prenten zullen enkele worden getoond, evenals van de geïllustreerde boeken met houtsneden, waarvan de stijl nauw verwant is aan die van de drogenaald prenten.
De tekenstijl van de Meester is in de eerste jaren te vinden in het zogenaamde ‘Hausbuch’, waaraan overigens wellicht meerdere kunstenaars hebben meegewerkt, en verder in een kleine maar belangrijke groep tekeningen in Berlijn, Frankfurt, Leipzig en Parijs. Een gekleurde presentatietekening in een handschrift in Heidelberg sluit aan bij vier miniaturen in een Evangeliarium in Cleveland. Vele gebrandschilderde glasruitjes zijn aan de Meester toegeschreven;