Het boek der psalmen, nevens de gezangen bij de Hervormde Kerk van Nederland in gebruik
(1774)–Anoniem Het boek der psalmen, nevens de gezangen bij de Hervormde Kerk van Nederland in gebruik– Auteursrechtvrijnevens de gezangen bij de Hervormde Kerk van Nederland in gebruik
Lukas I:68. | |
§1Lof zij den God van Israël,
Den Heer, die aan zijn erfvolk dacht,
En, door zijn liefderijk bestel,
Verlossing heeft te weeg' gebragt;
Een' hoorn des heils heeft opgerecht:
't Geen Davids huis was toegezegd,
Dat wil hij ons nu schenken.
Gelijk Gods trouw, van 's aardrijks ochtendstond,
Door der profeeten wijzen mond,
Zich hiertoe aan de vaderen verbond.
| |
§2God had hun, tot hunn' troost, gemeld,
Hoe zijn genaê ons redden zou
Van onzer haatren wreed geweld:
Nu blijkt zijn onverwrikbre trouw:
Nu toont Hij zijn barmhartigheid,
Van ouds den vaadren toegezeid;
En dat Hij wil gedenken
Aan 't heilverbond, aan dien gestaafden eed,
Dien Hij weleer aan Abram deed,
Aan zijn
| |
[Folio 87v]
| |
verbond, dat van geen wanklen weet.
| |
§3Hij speld' ons, dat wij t' aller tijd,
Wanneer die blijde heildag rees,
Van 's vijands dienstbaar juk bevrijd,
Hem dienen zouden zonder vreez',
Naar 't heilig recht, in waare deugd.
O dierbaar kind! o stof van vreugd!
Geschenk van 't Alvermogen!
Elk noem' u Gods profeet, en geev' u eer;
Gij treedt voor 't aanschijn van den Heer,
En baant zijn' weg door leven en door leer.
| |
§4Dus wordt des Heeren volk geleid,
Door 't licht, dat nu ontstooken is,
Tot kennis van de zaligheid,
In hunne schuldvergiffenis;
Die nooit in schooner glans verscheen,
Dan nu, door Gods barmhartigheên,
Die, met ons lot bewoogen,
Om ons van zond' en ongeval t' ontslaan,
Een star in Iakob op doet gaan,
De zon des heils doet aan de kimmen staan.
| |
§5Voor elk, die in het duister dwaalt,
Verstrekt deez' zon een helder licht,
Dat hem in schaâuw des doods bestraalt,
Op 't vredepad zijn voeten richt.
|
|