Inge de Wilde, Uitgeverij De Spieghel. Over de uitgeefsters Tine van Klooster en Koos Schregardus. Eelde, Barkhuis Publishing 2005.
Op 1 maart 1926 begonnen Tine van Klooster en Koos Schregardus een uitgeverij in hun woonhuis op de Amsteldijk. Ze noemden hun bedrijf De Spieghel, en richtten zich op boeken over kunst en cultuur - ze gaven een monografie uit van ‘kunstpaus’ H.P. Bremmer - geschiedenis en literatuur. De romans van Marnix Gijsen hoorden tot hun fonds, net als die van Albert Helman, A. Marja en Hendrik de Vries. De beide uitgeefsters maakten deel uit van de Amsterdamse culturele wereld; foto's bewijzen dat ze bevriend waren met toonaangevende schrijvers en kunstenaars.
Met de Tweede Wereldoorlog begon de ondergang van De Spieghel. In 1942 weigerde De Spieghel als een van de weinige uitgeverijen toe te treden tot de Kultuurkamer. Van Klooster en Schregardus raakten betrokken bij de verzetsgroep waartoe ook Gerrit Jan van der Veen hoorde. Toen hij bij de beroemde overval op het Huis van Bewaring op 1 mei 1944 zwaargewond was geraakt, onderging hij op de uitgeverij, die inmiddels naar de Prinsengracht was verhuisd, een operatie. Op 12 mei deden de Duitsers een inval en voerden Van der Veen, Van Klooster en Coos Frielink weg. Van der Veen werd op 10 juni 1944 gefusilleerd; Frielink kwam op Dolle Dinsdag vrij. Van Klooster bezweek in 1945 in Ravensbrück aan ziekte en ontberingen. Schregardus zette na de oorlog de uitgeverij voort, die tot 1978 zou blijven bestaan.
In haar boek over de uitgeverij en de beide uitgeefsters vertelt Inge de Wilde over hun idealen, hun praktische werk en de kringen waarin ze verkeerden. Ze doet dat grondig en met liefde - zo maakt ze duidelijk hoe een biografie mensen, en ook dingen, die uit het collectieve geheugen zijn verdwenen, in ere kan herstellen.
Monica Soeting