ternauwernood beheersbare, chaotische dynamiek van determinisme en indeterminisme zal zijn beslag krijgen in een tekst die werkelijker wordt dan de geschiedenis ooit was. De tekst wordt de realiteit zelve, wordt tot een verschrikkelijk concrete hyperfictie. Heel het mechanische karakter dat de noot thans nog bezit, wordt ingeruild voor een hyperactieve associatieve functie waardoor de ‘lezer’ als het ware de tekst wordt binnen gezogen.
Ergens aan de basis van die superdynamische synaptische structuur zal wellicht nog het ‘platte’ levensverhaal staan, dat de biograaf, een fossiele figuur uit het tijdperk van het geloof in de (dupliceerbaarheid van de) historie, heeft gereconstrueerd op basis van feiten en kennis, zoals hij reeds eeuwen lang heeft gedaan. Maar bij elke noot, bij elke crux in het relaas, gaan de dobbelstenen rollen en brengen een nieuw verloop, een andere werkelijkheid in het vooruitzicht. Ook de dood, die thans nog als een onafwendbaar fatum over elk levensverhaal regeert, zal voortaan niet méér zijn dan een armzalige voetnoot in een narratio. Al hetzelfde van het oorspronkelijke geleefde leven keert weliswaar terug, maar niet langer in de vorm van een duplicaat, doch in de oorspronkelijke vorm van ‘hetzelfde’: als het verschillende, het vele en het wordende. De noot, nu nog een stom verwijzingsteken, krijgt de functie van het activeren van de historische sensatie; het notenapparaat wordt de verbindende structuur met de verleden werkelijkheid zelf. Elke annotatie zal de belofte in zich dragen van een nieuw onbekend contact. En de lezer, die daarnet nog in de winkel achterin een biografie aan het bladeren was, kan elk moment plotseling verdwenen zijn. Opgeslorpt door een eindnoot.
Léon Hanssen is verbonden aan de Katholieke Universiteit Brabant en werkt aan een biografie van Menno ter Braak.