Het Bilderdijk-Museum. Jaargang 14
(1997)– [tijdschrift] Bilderdijk-Museum, Het– Auteursrechtelijk beschermdWaps gedenksteenplaatsingIn 1867 verscheen bij M.J. Visser te 's-Gravenhage het boekje XXVI. MAART. MDCCCLXVII Gedenksteenplaatsing te 's Gravenhage in de voorgevel van het huis aan de Princengracht (Zuidzijde) - Nommer 32 - waar van 1786 tot 1795 gewoond heeft Mr. Willem Bilderdijk. Toespraak en dichthulde van Dr. Wap en Mr. J. van Lennep benevens het voor de vuist gesprokene door de Heeren Prof. M. de Vries, den Abbé J.W. Brouwers, J.A. Alberdingk Thijm, W.J. Hofdijk, Dr. A. Capadose en Mr. J.H. [= H.J.] Koenen, beneevens al het overige, dat tot deze merkwaardige plegtigheid behoort. Het heeft de volgende inhoud: p. 3-13 ‘Toespraak van Dr. Wap’ p. 14 tekst van de toen uitgereikte gelithografeerde oorkonde, waarvan de drukvorm onder getuigen was vernietigd p. 15-16 lijst van ondertekenaars van de oorkonde p. 17-19 ‘Dichthulde van Mr. J. van Lennep’ p. 20-25 ‘Improvisatie van Professor M. de Vries’ p. 26-28 ‘Improvisatie van den Zeer Eerwaarden Heer Abbé J.W. Brouwers’ p. 29-30 ‘Improvisatie van den Heer J.A. Alberdingk Thijm’ p. 31-33 ‘Improvisatie van den Heer W.J. Hofdijk’ p. 34-36 ‘Improvisatie van den Heer Dr. A. Capadose’ p. 37 Gedicht aan Capadose door Wap p. 38 Gedicht aan Wap door Capadose p. 39-40 ‘Slotwoord van den Heer Mr. H.J. Koenen’ De onthulling van de steen te half drie, precies 72 jaar na Bilderdijks aanvaarden van zijn ballingschap, en alles eromheen van deze dag moet voor Wap veel hebbenDr. Wap in 1878 (foto B.-M.).
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 11]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
betekend. Dit komt tot uitdrukking in het feit dat hij alle op dit evenementGa naar eind1. betrekking hebbende bescheiden van tevoren al had verzameld in een album, dat hij na zijn toespraak ter beschikking stelde van het gemeentearchief van Den Haag. Daar berust het nog steeds, onder beheersnummer 85 (oud nr. 3788). De inhoud van deze bijdrage is een beschrijving van dit album.
Het album (37,3 × 23,3 cm) is gebonden in bruin linnen platten met rood marokkijnen hoekjes. Op het voorplat bevindt zich een plaquette met de tekst ‘Bilderdijk's Gedenkteeken te 's Gravenhage. 26 Maart, 1867’. De titelpagina vermeldt: ‘Album, behorende bij de oorkonde der Gedenksteenplaatsing in den voorgevel van het huis, waar Mr. Willem Bilderdijk gewoond heeft, van den 1. Augustus, 1786, tot den 26. Maart, 1795, aan de Princengracht, (Zuidzijde), toen V. No. 240, nu 32, te 's Gravenhage.’ Er zijn 76 folia: f. 1 Wap aan Burgemeester F.G.A. Gevers Deynoot, 17 januari 1867 (kopie), met het verzoek om een officiële verklaring dat Bilderdijk inderdaad in die jaren op dat adres heeft gewoond. Wap noemt hierin de naam van de griffier ter gemeentesecretarie J.A.F. Selking, die herhaalde malen blijk heeft gegeven ‘van eene bij historische nasporingen anders vrij zeldzame belangstelling en volharding maar niet minder ook van groote beleefdheid bij het officieus betoonde genoegen, om in deze aangelegenheid aan de Vereerders van een zoo beroemd landgenoot dienst te kunnen bewijzen.’ f. 2 Burgemeester en Wethouders aan Wap, 21-25 januari 1867, met extract uit het register der notulen van B & W van 21 januari, gearresteerd 25 januari, met twee bijlagen:Fragmenten van de lithografie.
een verklaring omtrent Bilderdijks huisvesting en een lijst van bewoners 1777-1806, nl. een extract uit het groot buurtboek van de Prinsengracht. f. 3 Lijst van eigenaren van het pand 1725-1867, 15 februari 1867, opgemaakt door eigenaar/bewoner Joannes Jacobus Jansen. f. 4 Een gedrukte circulaire van 3 pagina's, door Wap vanuit Veenlaan 14 gericht aan beoefenaren en voorstanders der Nederlandse letterkunde, met daarbij een kaartje van 5 februari (‘Ongaarne, zeker, zou Uw geachte Naam gemist worden op de rijk onderteekende oorkonde van de 26. Maart, die den 15. Februarij, 1867, bepaald afgesloten wordt’; op andere kaartjes gewijzigd in 25 februari) en een blanco bewijs van deelname (‘De ondergeteekende verlangt, voor een bedrag van drie gulden, deel te nemen aan de plaatsing van een wit-marmeren gedenksteen’), te voorzien van de gewone handtekening, die op de steen gelithografeerd zou worden. Deze deelnamebewijzen zijn hierna ingeplakt. f. 5 Titel van de deelnemerslijst. f. 6-19 Deelnamebewijzen uit 's-Gravenhage. f. 20-31 Deelnamebewijzen uit Amsterdam. f. 32-36 Deelnamebewijzen uit Leiden. f. 37-41 Deelnamebewijzen uit Utrecht. f. 42-53 Deelnamebewijzen uit Haarlem, Delft, Rotterdam en elders. f. 54 Wap aan Burgemeester, 10 maart 1867 (kopie), ter uitnodiging om op 26 maart te 14.00 uur de oorkonde in ontvangst te nemen. f. 55 Burgemeester aan Wap, 17 maart 1867, ter afzegging; hij moet de gemeenteraad voorzitten. f. 56 Wap aan Burgemeester, 20 maart 1867 (kopie), ten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 12]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Prinsegracht 32 in de jaren 1960 (foto Gemeentearchief Den Haag).
verzoeke voor de plechtigheid (‘tegen half 2 ure’) een lid uit de gemeenteraad te willen afvaardigen, ‘dewijl toch de hoogst-aanzienlijke vergadering van de edelste mannen in Staat, Kerk, Kunst en Wetenschap er belang in moet stellen, dat haar Huldeblijk aan Neêrlands grootsten Dichter ook van de zijde van het Gemeentebestuur naar waarde wordt geschat’. f. 57 Burgemeester aan Wap, 22 maart 1867, ter mededeling dat afgevaardigd wordt H. Collot d'Escury, wethouder en voorzitter der ‘commissie voor de verzameling van geschied- en oudheidkundige voorwerpen’. f. 58 Roze toegangsbewijs en kennisgeving van aanwezigheid. f. 59 Lijst van aanwezigen die ter plaatse hun handtekening in dit album hebben gezet. Aanwezigen die niet aan de steen bijdroegen:
Verder tekenden aanwezigen die wel aan de steen bijdroegen (zie hieronder de tekst bij f. 62-64). Van hen plaatsten C.A. van Sypesteyn, J.B.A.J.M. Verheyen en W. Wintgens hun handtekening niet in het boek zelf, maar op strookjes papier die nog tijdens de bijeenkomst in het boek werden geplakt; B.T. van Heemstra plaatste immers zijn handtekening deels over het strookje van Wintgens heen. f. 61 Rekening en verantwoording van de volgende bedragen: f 160 aan S. Lankhout wegens 110 exemplaren van de oorkonde,Ga naar eind2. f 58 aan D. van Diggelen wegens de gedenksteen, f 21 aan gebroeders J. en H. van Langenhuijsen wegens geleverd drukwerk en verzending der oorkonde, f 10 aan Ph. Hermans wegens verricht schrijfwerk voor het historisch album, f 16 aan J.D. de Bruin wegens bindwerk van het album en portefeuilles der oorkonde, f 10 aan P.C. Amiabel wegens in huur verstrekte stoelen en transport op 25-26 maart naar en van Prinsengracht 32, f 15 aan Wap wegens frankeringen, betaalde briefporto's, voorschot van vrachten en verdere kleine uitgaven: totaal f 290 (‘De tien overschietende guldens zijn aangewend tot een weldadig doel’). f. 62-64 Lijst van deelnemers (* volgens f. 59 aanwezig geweest; aangevuld naar de tekst van de afzonderlijke briefjes):
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 13]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 14]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 15]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Drie van de tien speciale oorkonden tenslotte bevinden zich in de collectie van Het Bilderdijk-Museum. Zij verschillen van de honderd gewone door de opdrachten in de rechtermarge in het handschrift van Wap: ‘Aan Bij de opening van het vernieuwde Bilderdijk-Museum, 9 januari 1995. Van links naar rechts: J. Bosch, M. van Hattum en Peter van Zonneveld.
den Kapitein Lodewijk Willem Bilderdijk, éénig-overgebleven Zoon van Neêrlands Hoofddichter toegewijd door zijns Vaders Vriend [...]’, ‘Aan Mevrouw de Weduwe A.W. de Meijer, geb. Bilderdijk, jongste Dochter van des Dichters jongsten Broeder (Isaac Bilderdijk), vriendschappelijk gewijd [...]’ en ‘Den geachten Predikant J.C. ten Brummeler Andriesse, te Hoorn, wordt dit exemplaar der Bilderdijks-Oorkonde, uit erkentelijkheid voor de door hem tot deze Dichterhulde geleverde belangrijke bijdragen, als eene blijvende Familie-herinnering aan de 26. Maart, 1867, gewijd [...]’.Ga naar eind3.
M. van Hattum |
|