Bijdragen en mededeelingen. Gelre, Vereeniging tot Beoefening van Geldersche Geschiedenis, Oudheidkunde en Recht. Deel 8
(1905)– [tijdschrift] Bijdragen en mededeelingen. Gelre, Vereeniging tot Beoefening van Geldersche Geschiedenis, Oudheidkunde en Recht– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 239]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het landgericht van Veluwe.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 240]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
naars zal men vellen, wanneer men leest, waarvoor boeten van één of meer ponden opgelegd werden: voor ‘metten vuyst slaen, bloetwonden, voor het slaen of werpen met geweir, wapenen ofte instrumenten, het waer kannen, met kandelaers ofte andere in ernsten moede, voor lemdben (lam slaan), aenrichten van gevecht en oproer op hoochtyden, sonnendaghen en sunst op bede- en vastedagen, op kerckhoven, gemeyne wegen und straten, voor simpele hoererye.’ Het getal en de soort overtredingen en misdaden, berecht door de lagere banken van Veluwe, door het Appellationsgericht en door het Hof van Gelre in verband beschouwd met de vermoedelijke bevolking van de ambten van Veluwe zou eene statistiek leveren, welke eene belangrijke, doch weinig verheffende bijdrage zou vormen omtrent het zedelijke peil, waarop langen tijd de massa des volks stond. Niet alle processtukken zullen in 's Rijks archief te Arnhem te vinden zijn: ik dolf er althans eenige te Nijkerk op en daarbij twee handschriften, welke vondst aanleiding gaf tot het schrijven van deze mededeelingen. De particuliere aanteekeningen van den zich niet noemenden schrijverGa naar voetnoot1), advocaat | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 241]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
bij het landgericht van Veluwe, zijn getiteld: ‘Notities van Uytgaef en Ontfank op den Gerichte van Veluwen in 1760 - gevolgd door die in de drie volgende jaren’ en ‘Salarisboek op den Gerigte van Veluwen in de banke van Nijkerk in 1760 gehouden mitsgaders in de banken van Heerde en Epe’. Waar hier ter vermijding van vele herhalingen de notities alleen over het jaar 1761 volledig worden gegeven, moeten ook ter toelichting eenige mededeelingen voorafgaan. Het landgericht was samengesteld uit den landdrost, die echter in bijzondere zaken geene stem had, drie zoogenaamde adviseerende leden en vier in het schoutambt geërfde aanzienlijke ingezetenen, met een landschrijver of griffier en een fiscaal, die gerechtigd was tot het verdedigen van het recht van den heer des lands. De praktizijns, voor wie het bezit van den doctoralen of anderen graad geen vereischte was, werden tot een onbepaald, doch genoegzaam aantal door den hoofdschout of baljuw op hun verzoek toegelaten. Deze waren doorgaans procureurs en advocaten te Arnhem praktiseerende. Voor reizen en huisvesting hadden ook deze niets uit te geven, terwijl zij voor een maaltijd minder behoefden te betalen dan de leden des gerichts. Dit vermeldt mr. W. Staats Evers; wat de maaltijden betreft, deelt mr. J.J. van Hasselt op blz. 170 van zijn genoemd werk daarbij mede, dat op een der dagen van het verblijf een maaltijd door het ambt werd aangeboden. Volgens het landrecht, cap. 38, moesten de boeren, uitgezonderd de bewoners der wildvorstergoederen, kosteloos paarden beschikbaar stellen voor de koets, waarin de heeren adviseurs en de landschrijver reisden, en daarbij wagens, voor elk tweetal praktizijns één, waarop hunne bagage ook geladen werd, en allen naar het volgende ambt vervoeren. Vroegtijdig om zes uur in den morgen vertrokken op een bepaalden dag in de maand Mei de drie adviseerende leden, de landschrijver en de advocaten van de Groote Markt te Arnhem naar Ede, waar de schout hen bij de dorpskerk ontving | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 242]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
en de biljetten van inkwartiering overhandigde. De aanzienlijkste ingezetenen, de adel op de landgoederen inbegrepen, achtten het eene eer een of meer der heeren van het gericht als gasten te mogen ontvangen. De trouwboeken te Arnhem en in de schoutambten bewijzen nog, dat zulk een aangenaam bezoek ook zeer gewenschte gevolgen kon hebben voor een ongehuwd lid van het reisgezelschap: het hart van menige bekoorlijke of rijke dochter des lands werd veroverd door heeren van den tabbaard uit Arnhem. En mogen we een ooggetuigeGa naar voetnoot1) gelooven, die in een voor zijn oudheidlievenden burgervader opgesteld geschrift zijne indrukken van de laatste Veluwsche landgerichten weergaf, dan gingen wel eens heeren advocaten, na de wijnflesch bij den maaltijd goed te hebben aangesproken, 's avonds nog laat ‘met een roes in het hoofd bij de straat’ en gedroegen zich ook galant bij andere leden der vrouwelijke sekse dan adellijke jonkvrouwen en patricische jofferen. Het pleiten van deze heeren des morgens in het koor der kerk, zoo krachtig, dat de duiven van de kerk vlogen, verhinderde niet, dat zij na den maaltijd lustig zongen met de bij de dorpsherberg verzamelde menigte of met de meegevoerde muziekinstrumenten de niet altijd kiesche liederen begeleidden. Het lied van den Veluwschen dominé was van ouds voor het gericht vervaardigd. De heer W. Staats Evers bevestigt door hetgeen hier van hem wordt geciteerd indirect den indruk van den toen jongen Veluwnaar, dat de achtbare deftigheid, die de pleitbezorgers des morgens in acht namen, des avonds plaats maakte voor een ongedwongen omgang met de landelijke bevolking. Eene wandeling door de dreven - te Barneveld in het bosch van den Schaffelaar - gaf ten slotte nieuwe kracht voor de inspanning op den volgenden dag. Tweemaal moest de schrijver van de notities zich te Putten de huig laten lichten. Door de pleitredenen of door een uiterst gastvrij onthaal op de Kelnarij, is mogelijk geen ongepaste vraag. De vereering, aldaar aan de meid geschonken, is vijfmaal zoo hoog als elders. Van de ontvangst in 1805 wordt | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 243]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
gemeld, dat de kosten met inbegrip van twee en vijftig flesschen wijn 178 gulden bedroegen. Dat het onder den kromstaf goed te leven is, besloot mr. L.A.J.W. Baron Sloet uit de regeling der rechten van hofhoorigen te PuttenGa naar voetnoot1); daarbij mag opgemerkt worden, dat de kelner zich iederen winter zeer milddadig betoonde door uitdeeling van levensmiddelen ook aan vele armen, die van andere gezindte waren. Op andere plaatsen, met name bij den heer C. Romijn in de Roskam te Barneveld, werd na 1800 veel zorg aan de maaltijden voor de heeren besteed en door dezen alle eer daaraan bewezen. Van dezen hospes wordt medegedeeld, dat hij van elders vele soorten van groenten, verder kalfsvleesch, hammen, kippen, alles van de beste kwaliteit, liet ontbieden en dit alles bij onderscheiden wijnen opdischte, terwijl de bakkers niet alleen wittebrood, krakelingen en beschuit moesten leveren, maar ook dagelijks taarten moesten bakken. Hij maakte goede zaken, want ‘hij kon goed de rekenkunst.’ De aanvang van het gericht werd tijdig in alle kerken van het ambt aangekondigd. Naar ouden regel moest in de open lucht en bij klimmender zonne worden recht gedaan en moest de rechtspraak in één dag afloopen. De drost vroeg bij het spannen der bank ‘een oordeel, of hy zich te goeder tijd in den ampt und aen den gericht verschynecht hebbe und of hy richten und gichten mach,’ waarop de gerichtsmannen dat voor recht wezen. De heer Staats Evers deelt daarbij nog vier oordeelen mede, welke de drost moest ‘bestaden und vragen’, bij welke formaliteiten door gerichtslieden werd toegestaan, dat de drost ook ‘met dalender sonnen mocht richten und gichten, soowel onder dacks als buyten dacks, ook op des anderen daechs wederomb te gericht sitten mach en een anderen in sijn plaets setten mach umb des heeren breucken in te manen ofte andersins te richten und gichten met eenen volmachtigen richter...’ In het koor der kerk werden nu vervolgens in morgen- en middagzittingen de rechtszaken behandeld, totdat alle waren afgedaan door eindvonnis. Een enkele maal mocht het gericht in moeielijke zaken zijne uitspraak tot een bepaalden dag der zittingen in een volgend ambt uitstellen of ‘varsten’. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 244]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De ooggetuige, hiervóór aangehaald, zegt in zijn geschrift dat, wanneer het landgericht uit Arnhem vertrok, terstond in alle plaatsen, waar het komen zou, op de kerkhoven bij de groote kerken vier palen in den grond werden bevestigd, aan twee zijden met dubbele latten verbonden en van boven met een kruis. Hij doelt hier zeker op eene soort kiosk, waarvan een model in het gemeente-museum te Barneveld aanwezig is en van hetwelk hier eene verkleinde afbeelding wordt gegevenGa naar voetnoot1). Het is zuiver vierkant en heeft van boven op elke zijde drie spijkers, ongetwijfeld om daaraan bij ongunstig weer doek of zeil te bevestigen. Het model rust op een bodem, waarin staat: ‘Stond bij de zittingen van 't Veluwsch Landgericht op het kerkeplein; de deurwaarder nam daarin plaats en riep hen op, die voor dat gericht, hetwelk in de kerk zitting hield, moesten verschijnen.’ De eerste zitting in ieder ambt moest bij klimmende zonne gehouden worden. Bleek al, dat men het met de oude voorschriften niet heel nauw nam, men handelde wel wat heel | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 245]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
naïef, als berekend kon worden, dat men in een volgend ambt niet dan na 12 uur 's middags de eerste zitting zou kunnen houden. Bij het laatste landgericht, dat te Apeldoorn zou richten en dat men om zekere reden op denzelfden dag wilde doen aanvangen, als waarop het laatste oordeel te Epe werd uitgesproken, was zorg gedragen, dat de wijzer der dorpsklok te Apeldoorn op half twaalf was blijven staan! Had de landschrijver het laatste oordeel opgelezen, dan stond, naar Cozijnsen mededeelt, de schout op en ‘riep met een verheven stem: Dit landgerecht van Veluwe hou ik in volle kracht en waarde.’ Was het gericht in een ambt met de behandeling der zaken wel eens in één dag gereed, in andere waren er wel eens van drie tot zes dagen mede gemoeid. Dan was het natuurlijk niet in ruim veertien dagen uit en thuis, wat volgens Staats Evers regel was. Het getal overtreders, die met woorden beleedigd of op oud-Veluwsche manier geslagen of het mes getrokken en gesneden hadden in het verloopen jaar, was zeker al aanzienlijk verminderd door het betalen van de daarop staande breuken of boeten aan den schout, den hulp-officier van justitie van den drost. De laatste Zondagen vóór de komst van het gericht werden bij het uitgaan der kerk de namen der breukhaftigen of nog schuldige overtreders van de breukcedel afgelezen. Zij, die vermeenden in oppositie tegen de beschuldiging te moeten komen, werden door den deurwaarder later vóór de kerk opgeroepen om vóór het gericht te verschijnen, waarin ook hun eigen ambtsjonkers zitting hadden genomen, en werden dan dikwijls, indien het strafbare feit bewezen werd geacht, tot dubbele boete veroordeeld. Moeders van buiten echt geborenen, zegt de genoemde Barneveldsche gemeentebode, moesten 25 gulden boete betalen en de vaders - het onderzoek naar het vaderschap was volgens het Germaansche recht niet verboden - eene boete ‘naar evenredigheid.’ In een zeer belangrijk proces vóór de bank te Nijkerk in 1629, waarvoor kerkmeesters waren gedaagd door de ambtsjonkers, die naar machtsuitbreiding streefden door als overkerkmeesters te willen optreden, waren de laatsten rechters in eigen zaak, waartegen de eersten terecht opkwamen. In andere processen legde men zich veelal bij het vonnis van het gericht neder, al valt het te betwijfelen, of de veroordeelden troost | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 246]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
vonden in de gedachte gevonnist te zijn door eene rechtbank, waarin hunne ambtsjonkers zitting haddenGa naar voetnoot1). Klaarblijkelijk werd na 1600 eene andere verhouding geboren tusschen gerichtslieden in het ambt woonachtig en de andere ingezetenen. Er ontstond eene wijdere klove tusschen de aanstaande baronnen en de burgers dan in vorige tijden, toen de edelman zoo dikwijls het zwaard met den ploeg verwisseldeGa naar voetnoot2). Na deze uiteenzetting van inrichting en werkkring van het Veluwsche landgericht kan worden overgegaan tot eenige verklaring van de in bijlage I volgende notities, hiervoren genoemd. De ontvanger van het passagegeld te Arnhem, die den wagen bezorgde - hier waren in de jaren 1761-1763 geene boeren uit Ede met wagens om de praktizijns af te halen - kreeg hiervoor telkens ,,- 5 - 8 als fooi; in 1760 ging de schrijver met den postwagen direct naar Barneveld, waarvoor hij f 1 - 2 -,, betaalde en voor vracht van kist en koffer een gulden. Aldaar ontving de logementhouder Varssendaal, wiens nakomelingen nog steeds het bedrijf van hun voorvader uitoefenen, den reiziger. Bij den schout te Barneveld, den heer Walburg, uit Arnhem afkomstig, was de schrijver der notities zeker gelogeerd: de meid ontving f 1 - 2 -. De chirurgijns, wier diensten op de meeste verblijfplaatsen werden verlangd, zullen barbiersdiensten aan de heeren hebben bewezen en mogelijk ook de pruiken van de rechters en advocaten hebben verzorgd. In Nijkerk kwam de schrijver bij moeder en ‘moeders meyd’ werd telkens met eene goede fooi bedacht. Uit een post van ontvangst blijkt, dat moeder hem een drieguldenstuk, zeker tot een teerpenning op de reis, in handen stopte. Bij den commissaris der vaart, die bij deze gewichtige betrekking, waarvoor eene aanzienlijke borgstelling werd vereischt, nog restaurateur was, werd door de leden van het gericht gemiddagmaald. De ambtsdienders ontvingen in de meeste plaatsen eene gift van ,,- 5 - 8, een zesd'half dus, welk soort geldstukken blijkbaar in groot aantal in omloop was. De andere leden van | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 247]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
het gezelschap zullen zich voor de goede diensten van de politiemannen ook niet onbetuigd hebben gelaten. Voegt men daarbij, dat de ambtsdiender met den onderschout bij gelegenheid van den ambtsmaaltijd in eene andere kamer of in de keuken mocht eten, dan moet het verblijf van het gericht eene aangename zijde voor den karig bezoldigden man, ook wel armenjager genoemd, gehad hebben. Te Putten, weet men, was de kelner, bijgestaan door den onderkelner, een gul gastheer. Historische bekers waren aanwezig in de met grachten omringde Kelnarij en met een vollen roemer zal in de eetzaal, met Engelsche glazen voorzien, na een goeden maaltijd op de goede verhouding wel gedronken zijn, welke reeds zoo lang bestond tusschen de zielverzorgers der kleine R.K. gemeente, machtig als beheerders der vele Paderbornsche abdijgoederen, en de leden en advocaten des Veluwschen gerichts. Dezen beoefenaars der oude landrechten, die voor eene goede rechtsbedeeling op hunne rondreis waren door de ‘blauwvervige’ landen der Veluwe, werd terecht door den pastoor en zijn adsistent eene goede ontvangst bereid. De geblinddoekte Themis deed toch meestal den Katholieken recht wedervaren, niettegenstaande een pleitbezorger eens trachtte ten voordeele van zijne cliënten anti-papistische gevoelens bij hare dienaren te wekkenGa naar voetnoot1). In weerwil van den terugkeer van enkelen tot het oude geloof waren de Roomsch-Katholieken in den westhoek der Veluwe tot eene kleine minderheid geslonken, van welke velen echter eene belangrijke plaats bleven innemen zoowel door bezit als door afkomst. Als pachters van de waag te Nijkerk, commissarissen van de vaart, handelaars in of planters van tabak, als bemiddelde hoorigen op de goederen van de abdij Abdinghof te Paderborn zou eerst de Fransche tijd het bezit van menigeen hunner zien verminderen. In het R.K. doop- en trouwboek leest men zoovele echt Geldersche namen: Westerveld, Wenckum, Snoeck, Feyth, Calker, Collerd, Schevichaven, Schrasser, Esveld, Brinck, Druyten. Elders bleven de R.K. jonkeren in de adellijke jachtgerichten optreden. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 248]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Genoeg thans om te doen inzien, hoezeer de belijders van het Katholieke geloof geïnteresseerd waren bij eene goede rechtspraak en deze op hoogen prijs moesten stellen. Daarbij zal het voor den kelner en onderkelner als geletterde mannen een genot geweest zijn eens academisch gevormde personen te ontvangen. Daarvoor zullen zij volgens overlevering ook met den predikant te Putten geconverseerd hebben. Het traktement van dezen werd zelfs gedeeltelijk door den kelner betaald tot de secularisatie der abdijgoederen in 1804. Daar men deze volgens eene bepaling bij den vrede van Munster in het bezit van Abdinghof liet, werden ook de oude verplichtingen nagekomen. Na de logeerkosten te Putten bij Staal of van 't Zoll betaald te hebben, ging de reis naar Ermelo. Van hier werd altijd een uitstap naar Harderwijk gedaan, waar aan de ‘meid van broers hospita’ of de hospita zelve een bewijs van dank voor de goede ontvangst werd geschonken. De stemhebbende steden hadden hare eigene jurisdictie; evenwel logeerde men bij het spannen der vierschaar te Ermelo meermalen te Harderwijk, waar ook wel meer zeldzame rechtsgeleerde werken voor moeilijke beslissingen werden geraadpleegd. Hield men te Doornspijk gericht, dan nam men zijn intrek te Elburg bij Jan Koning, herbergier in 't Gekroonde Wijnvat. Dit logement genoot in 1760 de eer dezer bijzondere vermelding, wat alledaagsche namen als Roskam, het Wapen van Deventer enz. niet verdienden. Eerst als onze reiziger in ‘'t Hart’ (hert) te Voorst aanlandde, waarin een kerkmeester als waard fungeerde, werd de naam van het logeerverblijf vermeld, typisch voor de van grof wild rijk voorziene VeluweGa naar voetnoot1). Te Elburg werd in 1760 eene speldenmakerij bezocht. Deze | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 249]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
industrie behoort al langen tijd tot het verledene, evenals de glasblazerij uit dien tijd aan de vaart te Nijkerk en de nog in de 19de eeuw te Putten bestaan hebbende pottenbakkerij. Van Heerde, de volgende verblijfplaats, ging men in 1763 voor genoegen naar Zwolle, waar mr. J. Doude f 2 - 4 - 0 uitgaf. Had de onderschout te Elburg zich een zesd'half in de hand laten stoppen, die te Heerde ontving er een voor het zetten van het goed op den wagen. Hier logeerde onze advocaat bij den dokter. De nabijheid van den huize Cannenburg kan oorzaak geweest zijn, dat de bank niet altijd te Epe, de hoofdplaats van het ambt, maar ook wel te Vaassen werd gespannen. In 1762 ging men hier de eendenkooi zien, wat den accuraten boekhouder aanleiding gaf een schelling fooi te geven. De Glinthorst te Barneveld en de Pol te Voorst ontvingen den advocaat. Soms werd van deze plaats uit Deventer of Zutphen bezocht. De lange reis maakte het wel eens noodzakelijk hier of daar een nieuw stuk aan de garderobe toe te voegen: te Voorst werd een paar zwarte kousen aangeschaft. De tocht naar Arnhem was nog ver: men moest onderweg vrij wat verteren en de boer, die de heeren thuis bracht, werd goed bedacht. Apeldoorn, onder de hooge heerlijkheid het Loo ressorteerende, werd in die jaren niet door het Veluwsche gericht bezocht, wel later, toen met den ondergang van de Republiek der Vereenigde Nederlanden zoovele voorrechten van hooge en lage heerlijkheden waren vervallen. De drie ambten in Veluwezoom: Rheden met Ellekom, Spankeren en Velp, Brummen met Hall en Oosterbeek met Renkum werden door het Veluwsche landgericht van Arnhem uit bezocht om er recht te spreken. Dat het procedeeren vóór het gericht van Veluwe goedkoop was, moet hier nog met eenige aanhalingen uit het genoemde ‘Salarisboek’ gestaafd worden. De nota's zijn kort en duidelijk, b.v.: Den Hre Landrost, Cleger, Ca Gerrit van der Hart nom. ux. Clasijntje den Hartog, beklde.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 250]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Nota's van andere zaken op het gericht te Nijkerk in 1760 bedroegen: f 1 - 8 - ,, , 2 - 18 - ,, , 7 - 8 - ,, , 1 - 8 - ,, , 2 - 10 - ,, , doch een belangrijk proces van den heer Sebastiaen Kuypers, schout en secretaris van Almkerk, legde den heer Doude geene windeieren. Den 24 Mei 1760 en 26 Mei 1761 ontving hij tot het fourneeren van verschotten samen f 79 - 16 - ,, , den 4 Juli van Antony van Campen q.q. op rekening en in mindering van salaris en verschot 28 ducatons, dus - staat er bij - f 147 - ,, - ,, , van Dirk Reinders in mindering als boven f 5, terwijl zonder aanduiding van het bedrag verder wordt vermeld: ‘de rest is ook voldaan.’ Als collega's noemt de schrijver de advocaten Cremer en Brantsen.
In aansluiting aan de notities van uitgaaf en ontvangst over 1761 van één praktizijn bij het landgericht zal de lezer het niet ongepast achten deze betrekkelijk kleine bedragen te zien volgen door de groote, veroorzaakt door eene reis en het verblijf van het hooge Appellationsgericht van Engelanderholt naar Nijkerk in 1626 (zie bijlage II). De nota hiervan is te vinden in eene portefeuille in het Rijksarchief te Arnhem met het opschrift: ‘Stukken van groot belang voor het kwartier van Veluwe.’ Deze stukken zijn verzameld in originali of afschriften door den bekenden kenner van Gelderlands historie, mr. G. van Hasselt. De heer Jhr. mr. Th.H.F. van Riemsdijk deelt op blz. 186 van zijn bekend werk mede, dat de aloude bank wegens de ligging van Engelanderholt midden in de onafzienbare vlakten der Veluwe als gerichtsplaats te ongeschikt was. De klaring zou daarom te Nijkerk worden gehouden, zoo werd bepaald, en daarbij voorgeschreven, dat de leden van het gericht in den avond van 15 Mei 1626 zouden bijeenkomen. Het oude gebruik werd echter zooveel mogelijk in acht genomen en daarom werd een houten gerichtsbank opgeslagen op de binnenplaats van een klooster. In Nijkerk is nog de Kloostersteeg, waaraan de tuin van eene pastorie grenst, en tot voor korten tijd lag aan de overzijde van die steeg de overtuin dier predikantswoning. De momber was met vele personen bij den predikant gelogeerd, die voor verblijfkosten 266 gulden genoot. Was men ten huize van Johannes Switterius of van Albertus Nyenhuis, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 251]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
vroeger predikant te Burgwerd in Friesland, die den eersten als prediker was toegevoegd? Het wordt door de rekening niet bekend. Nog eenmaal zou de hooge bank van het Veluwsche landgericht vergaderen, in April en Mei 1655 te Barneveld, om in 1675 de appellen van stads- en landgerichten - behoudens enkele uitzonderingen - aan het Hof van Gelre te zien opdragen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bijlage I.
|
12 May. Ontfanger van 't passagegeld voor 't besorgen der wagen | - 0 - 5 - 8 | |
Aen de RosorumGa naar voetnoot1) | - 0 - 4 - 0 | |
Aen de Ginkel | 0 - 6 - 0 | |
Te Ede. | ||
Aen Van Raey voor drie dagen of eygenlijk 3 middagen eeten | 6 - 0 - 0 | |
Logement bij den onderscholt | 2 - 4 - 0 | |
Meid en amptsbode samen | 0 - 11 - 0 | |
Barneveld. | ||
Chirurgijn | 0 - 5 - 8 | |
Varssendael, 's middags 1 daelder, 's avonds 1 gulden | 9 - 6 - 0 | |
Meid van den scholtis | 1 - 2 - 0 | |
Amptsdiender | 0 - 5 - 8 | |
Den boer | 0 - 5 - 8 | |
Onderweg | 0 - 4 - 0 | |
Nijkerk. | ||
Brief na Arnhem gefrancqueert | 0 - 4 - 0 | |
De rescriptie daerop | 0 - 4 - 0 | |
Commissaris 1 middag en 1 avond gegeten | 2 - 6 - 0 | |
Meid van moeder | 0 - 11 - 0 | |
Amptsdiender | 0 - 5 - 8 | |
Putten. | ||
Kelnerij bellechaire | 2 - 4 - 0 | |
G. Vorsselman logement | 2 - 0 - 0 | |
Amptsdiender | 0 - 5 - 8 |
Ermel. | ||
Boer na Harderwijk | 0 - 5 - 8 | |
Meid van broers hospita | 0 - 5 - 8 | |
Bast, 3 maal 's middags en eens 's avonds gegeten | 5 - 0 - 0 | |
Logement 3 dagen | 1 - 13 - 0 | |
Elburg. | ||
Punt aen de degen en oorband verset | 0 - 5 - 8 | |
Chirurgijn | 0 - 5 - 8 | |
Van Top 1 - 10 - 0 's middags, 1 gulden 's avonds | 5 - 5 - 0 | |
Logement | 2 - 4 - 0 | |
Meid | 0 - 11 - 0 | |
Item de meid van Engeveld | 0 - 11 - 0 | |
Onderschout | 0 - 5 - 8 | |
Heerde. | ||
Bij den docter 2 middagen en 2 avonden gegeten | 3 - 12 - 0 | |
Logement | 2 - 0 - 0 | |
Meid | 0 - 11 - 0 | |
Onderscholt | 0 - 5 - 8 | |
Epe of Vaessen. | ||
Scheren | 0 - 4 - 0 | |
Dobbenberg 6 dagen eeten | 12 - 0 - 0 | |
Meid | 0 - 5 - 8 | |
Peter van Loo, logement | 2 - 4 - 0 | |
Kinderen | 0 - 5 - 8 | |
Amptsdiender | 0 - 5 - 8 | |
Voorst. | ||
't Huiren der paerden op Deventer | 1 - 0 - 0 | |
Verteringe | 0 - 18 - 0 | |
Logement bij Reinder Romeyn | 1 - 13 - 0 | |
Costgeld bij de kerkmeester in 't Hart | 6 - 0 - 0 | |
Meid | 0 - 5 - 8 | |
Onderscholt | 0 - 5 - 8 | |
De boer van 't wagentje | 0 - 11 - 0 | |
Item, die de kist en 't koffer heeft getransporteert | 0 - 5 - 8 | |
1 ℔ tabak | 0 - 13 - 8 | |
Vertering onderweg | 1 - 10 - 0 | |
_____ | ||
78 - 15 - 8Ga naar voetnoot1) | ||
Extra uytgaef in 1761. | ||
Te Barneveld een brief in saeke van Burgemeester van Eck, port | 0 - 5 - 0 | |
Scholtis exploict | 1 - 4 - 0 |
Te Nijkerk scholtis exploict der 14 declaratien van d'Heer Kuypers | 10 - 16 - 0 | ||
Request om approbatie van magescheid | 1 - 4 - 0 | ||
Item om commissarien | 1 - 4 - 0 | ||
Te Elburg. | |||
Landschrijver 14 taxatien | 8 - 8 - 0 | ||
Te Voorst. | |||
2 Deventerkoeken van 1 - 10 - 0 en 1 van 2 - 10 - | 5 - 10 - 0 | ||
1 paer swarte koussen | 1 - 16 - 0 | ||
Landschrijver in saeke van d'Heer Kuypers tekengeld en extract | 1 - 4 - 0 | ||
_____ | |||
Extra-ordinaire uytgaef | 31 - 11 - 0 | ||
Ordinaire uytgaef | 78 - 15 - 8 | ||
_____ | |||
In 't geheel uytgegeven | 110 - 6 - 8 | ||
Ontfank. | |||
Medegenomen na 't gerigt | 100 - 0 - 0 | ||
Van Jan Jansen en J. Maesen wegens de dispensatie | 11 - 0 - 0 | ||
Van moeder | 3 - 0 - 0 | ||
Van de Heer Kuypers volgens aentekening op de specificatie | 63 - 0 - 0 | ||
_____ | |||
177 - 0 - 0 | |||
Nog ontfangen salaris | 42 - 2 - 0 | ||
_____ | |||
219 - 2 - 0 | |||
Den uytgaef, soo extra-ordinair als ordinair, bedragt | 110 - 6 - 8 | ||
_____ | |||
Rest | 108 - 15 - 8 | ||
_____ | |||
waervan in cassa heb gehad en overgehouden | 108 - 2 - 0 | ||
N.B. Bij 't oprekenen van 't bovengenoemde salaris ad f 42 - 2 - 0 heb ik het verschot niet medegerekent en niettegenstaende hetselve ontfangen heb, in den ontfank niet gebragt, omdat hetselve weder in die saekjes heb uytgegeven en in uytgaef ook niet ingebragt is. | |||
Eenige posten uit de Notitie van uytgaef op den Gerigte van Veluwen in 1760. | |||
Te Nijkerk. | |||
Kantjes koek | 0 - 8 - 0 | ||
Chirurgijn | 0 - 4 - 0 | ||
Commissaris te Nijkerk | 3 - 0 - 0 | ||
Moeders meyd | 0 - 12 - 0 | ||
Te Putten. | |||
De meyden van Van 't Zoll | 0 - 12 - 0 | ||
Kelnerye | 2 - 9 - 8 |
Te Harderwijk. | ||
Broers hospita | 0 - 5 - 8 | |
Schut's meyd | 0 - 5 - 8 | |
Onderweg na Elburg bier | 0 - 2 - 0 | |
Te Elburg. | ||
Chirurgijn | 0 - 4 - 0 | |
Op de speldemakerije | 0 - 5 - 8 | |
Logement van Jan Koning, herbergier in 't Gekroonde wijnvat | 2 - 17 - 0 | |
Te Heerden. | ||
Logement bij den onderscholt | 1 - 13 - 0 | |
Aan denselven onderschout wegens 't setten van 't goed op de wagen | 0 - 5 - 8 | |
Te Vaesen. | ||
Den 7 Junij | 0 - 5 - 8 | |
Chirurgijn | 0 - 5 - 8 | |
12 dito chirurgijn | 0 - 4 - 0 | |
Costgeld bij Bollenbere | 10 - 10 - 0 | |
Logement bij Brummelencamp | 2 - 15 - 0 | |
Meyd | 0 - 11 - 0 | |
Zutphen bellechere | 1 - 2 - 0 | |
Voorst. | ||
Deventerkoeken | 1 - 10 - 0 | |
Bellechere | 0 - 5 - 8 | |
De boer voor een fooytje | 1 - 2 - 0 | |
Biscuit te Barneveld | 1 - 0 - 0 | |
De boeren voor transport van 't goed van Voorst na Arnhem | 0 - 8 - 0 | |
Uytgaef ingevolge notitie | 66 - 15 - 8 | |
Ontfang (in cassa gehad) | 65 - 19 - 0 | |
_____ | ||
Dus meer uytgegeven als ontfangen | 0 - 16 - 8 | |
Eenige posten uit: De Notitie van uytgaef op 't Gerigt in 1763. | ||
Ede. | ||
Van Raay 4 dagen eeten | 8 - 0 - 0 | |
1 flesch roode wijn | 0 - 12 - 0 | |
Barneveld. | ||
Op de Glinthorst | 0 - 11 - 0 | |
Nijkerk. | ||
Meid van moeder | 0 - 16 - 8 | |
Chirurgijn | 0 - 6 - 0 |
Putten. | ||
Stael | 0 - 5 - 8 | |
Lappen van een paar schoenen | 0 - 12 - 0 | |
Den huyg te ligten | 0 - 4 - 0 | |
Den clapperman | 0 - 5 - 8 | |
Kelnerye | 2 - 15 - 0 | |
Ermel. | ||
Na Harderwijk aen den voerman | 0 - 5 - 8 | |
Aldaer voor 1 swarte das | 2 - 15 - 0 | |
1 ℔ tabak | 1 - 14 - 0 | |
2 boek papier | 0 - 9 - 0 | |
Eeten te Harderwijk bij broer | 0 - 10 - 0 | |
Bellechere | 0 - 16 - 8 | |
Eeten bij C. Bast 3 middagen | 4 - 10 - 0 | |
Logement | 1 - 2 - 0 | |
Na Elburg onderweg | 0 - 10 - 0 | |
Heerde. | ||
Te Zwol verteert | 2 - 4 - 0 | |
Voorst. | ||
Te Zutphen logement en fooytje | 0 - 12 - 0 | |
Na de Pol en terug | 0 - 12 - 0 | |
Bellechaire aen de meyd | 0 - 11 - 0 | |
1 flesch roode wijn | 1 - 10 - 0 | |
Aen de meyd in 't Hart | 0 - 11 - 0 | |
2 Deventerkoeken | 3 - 0 - 0 | |
4 knuppelkoeken met kruyt | 1 - 0 - 0 | |
4 dito sonder kruyt | 0 - 12 - 0 | |
Aen de boer na Arnhem | 0 - 11 - 0 | |
Nog op den Gerigte uytgegeven aen armengeld als anders, dat vergeten ben | 3 - 12 - 0 | |
Uytgaef ordinair | 85 - 17 - 0 | |
Extra-ordinair | 7 - 19 - 0 | |
_____ | ||
Dus zamen | 93 - 16 - 0 | |
In cassa overgebleven | 40 - 19 - 8 | |
_____ | ||
134 - 15 - 8 | ||
Ontfank. | ||
Na 't Gerigt medegenomen | 60 - 0 - 0 | |
Wegens de declaratie van Melis van Couthoorn te Barneveld ontfangen | 13 - 12 - 0 | |
Te voren aen den scholtis SuermondGa naar voetnoot1) verschoten en terugontfangen | 2 - 10 - 0 |
Van Gerrit van de Hart ontfangen, dat aan 't Hof verschoten had | 4 - 0 - 0 |
Van H.D. van de Maten salaris van een diminutie | 3 - 0 - 0 |
_____ | |
83 - 2 - 0 | |
Op 't Gerigt ontfangen zuyver aen salaris behalve hetgeen nog te goede heb 75 - 7 - 8, dog hiervan uytgeschoten in d'andere saecken, welke niet betaelt zijn 23 - 14 - 0, rest dieswegens ontfank | 51 - 13 - 8 |
_____ | |
134 - 15 - 8 |
Bijlage II.
Vrachten, oncosten, vacatien van heeren, verteeronge van baden ende klercquen mettet toevall gemaeckt op die reyse naer Nijckerck op 't hooge Appellationsgericht van Engelanderholt.
Voor vrachten van twee wagens ende vier karren in twee dagen die somma van | 22 - 10 - 0 |
Tot Barnevelt verteert in de herberge van 't Wapen van Gelderland de somma van | 35 - 1 - 0 |
De voerluyden tot Heynckenweert tot Nijckerck met hare peerden ende die peerden van de Roode roede verteert, soo in 't derwaerts vueren als wederhalen van de heeren, de somma van | 58 - 14 - 0 |
Tot Nijckerck by den predicant is by den heer momber, syne peerden, clercquen van den griffier, baden ende alle byvall van baden ende anderen van buyten commende verteert de somma van | 266 - 0 - 0 |
Voor haver by de heeren mombers peerden verteert, betaelt | 15 - 0 - 0 |
Aen een bade van Deventer betaelt | 2 - 0 - 0 |
In de keucken vereert voor die cock ende maecht 5 rijcxdaelder | 12 - 0 - 0 |
Tot Putten by den Kellener in de keucken vereert, als die heeren daer ter maeltijd waeren | 5 - 0 - 0 |
Voor vracht van Nijckerck op Putten betaelt | 4 - 0 - 0 |
Noch betaelt voor briefloon van Utrecht | |
Noch aen een voerman Gerrit, soo brieven brochte aen de samentlicke heerenGa naar voetnoot1) | |
In 't logement, daer de heere Caldenbach ende substituyt-griffier sliepen, aan de dochters vereert | 15 - 0 - 0 |
Aen de maechden daerselfs met een halve rijckxdaelder van substituyt-griffier gegeven |
Noch aen den loper, soo op Arnhem gienge omme die wagens op te ontbieden, betaelt | 5 - 0 - 0 |
Noch gegeven in 't logement, daer die griffier ende clercquen logeerden ende dagelicx waeren | 12 - 0 - 0 |
Noch aen de maecht daerselfs | 1 - 10 - 0 |
Aen den heere Martini gegeven voor 'tgene sijn W. tot Barnevelt met sijn diener verteert hadde | 3 - 2 - 0 |
Aen den convoyers gegeven, soo de heeren van Nykerck tot Arnhem brochten | 4 - 10 - 0 |
Noch aen een voerman, soo de heeren daer aennaemen ende te cort quamen om deselve op Arnhem te brengen met een wagen, met noch twelf stuyvers elders uytgekeert | 9 - 12 - 0 |
Noch aen voerluyden, naementlick twee wagens ende drie karren in twee dagen wech ende weder reysende | 20 - 0 - 0 |
Voor vacatien aen de heere Kelfken ende Caldenbach elcx 33 dagen, 's daechs ad 4 - 10 - | 297 - 0 - 0 |
Noch voor 33 dagen vacatien van den griffier ende 16 dagen van den substituyt-griffier mette twee dagen voor gaen en wedercommen | 176 - 8 - 0 |
Voor 't smeer van beyde reysen | 0 - 16 - 0 |
Noch heft de substituyt-griffier van vracht van Nykerck op Arnhem met een clercq betaelt | 4 - 5 - 0 |
Noch voor haver, soo die voerluyden van hier medegenomen | 13 - 10 - 0 |
Noch voor eenen wagen, soo die raetsheer Martini hier brochte, met desselfs verterongen tot Barnevelt | 6 - 5 - 0 |
Noch voor verscheydene badeloonen | 0 - 9 - 0 |
_____ | |
996 - 7 - 0 |
Thet geynen (?) dese aenteyckeningh van oncosten op de reyse van 't hoge Apelations-gericht aengewendt ordonniert hiermede Seger van Arnhem, landtrentmeester-generael, om de negenhondert ses en tnegentich gulden seven stuyvers aen de heeren Kelfken, Caldenbach, griffier voor haer ende andere heeren vacatien ende verteringen van clercquen ende boeden uit te keeren, die hem, mits overbrengende nevens quitantie, in reeckening geleden sullen worden nae behooren.
Actum te Arnhem den 3 Julij 1626.
(get.) Dibbets.
Hiervan bekennen wy voldaen en betaelt te sijn.
Actum den 17 Julij 1626.
(get.) Joh. Kelfken.
Kaldenbach.
J. Sluyscken.
Waarschuwing aan schepenen.
Onderstaande waarschuwing is te vinden in een register in het archief der Rekenkamer van Gelderland (fol. 24), dat den min juisten titel draagt van ‘Chronijk van Zutphen’, aangezien er geen kroniek in voorkomt, tenzij men daarvoor wil houden een lijst van de Geldersche graven en hertogen, waarmede het boek begint.
De bedoeling is de schepenen, die doorgaans leeken waren, te waarschuwen voor de zware verantwoordelijkheid, die zij als zoodanig bij de rechtspraak op zich nemen, waar zelfs juristen van beroep ‘duck twyvelen’.
- voetnoot1)
- In ‘Dissertationes Juridicae’, uitgegeven bij Joh. Appeltant te Arnhem, 1776.
- voetnoot2)
- Bijdragen voor Vad. Geschiedenis en Oudheidkunde, Nieuwe Reeks, deel II.
- voetnoot1)
- Mr. Jan Doude, gedoopt te Nijkerk den 31 Januari 1734, zoon van den predikant Franciscus Doude en zijne eerste vrouw Helena Smit, sedert 1768 schout aldaar, is de schrijver.
Zijn vader, die blijkens eene in het licht gegeven lofrede een zeer gewaardeerd herder en leeraar der gemeente was, hertrouwde Judith Geertruid Bentinck, Johans dochter, den 20 Mei 1697 te Nijkerk gedoopt, en overleed in 1748.
Zijn opvolger, ds. Gerardus Kuypers, van Jutphaas overgekomen, predikte op Zondag 17 November 1749 over Ps. 72:15. Eene geweldige ontroering, heviger dan die op den voorafgaanden Woensdagavond, maakte zich van de gemeente meester. In de kerk, op de straat, in de pastorie openbaarde zich de bekommering der zielen op velerlei wijzen dien dag, en dagen, maanden nog daarna. Werd hierom de nog zoo jeugdige predikantszoon Jan Doude voor zijne studiën zoo spoedig mogelijk naar Leiden gezonden, waar hij reeds den 21 November als student werd ingeschreven? Hij noch zijn broeder Herman, die later de academische lessen te Harderwijk volgde, trad in het voetspoor huns vaders: Jan Doude werd advocaat, Herman koos in 1757 de studie der medicijnen. Mr. Jan Doude vertrok den 11 Mei 1758 met attestatie naar Arnhem, waar hij de rechtskundige praktijk uitoefende. Van hier uit volgde hij meermalen het Veluwsche landgericht op zijne jaarlijksche tochten. Hoewel de attestatie naar Nijkerk op 23 September 1768 eerst inkwam, was hij reeds in Februari van dat jaar Barthold Suermondt, in het vorige jaar overleden, als schout opgevolgd. Den 23 December 1773 stierf zijne echtgenoote Neeltje Hadewig Ninabor, hem één kind, Franciscus, nalatende, en den 23 November 1776 zijne tweede moeder.
Hij, verwant aan den landdrost Goossen Geurt Bentinck, moest het als schout aanzien, dat Nijkerk, reeds in 1787 aan verdeeldheid ten prooi, bevelen ontving van generaal H.W. Daendels, die den 1 Februari 1795 eenige ingezetenen op het stadhuis ontbood en hun onder bedreiging beval eene municipaliteit aan te stellen. Eene week te voren had men er al om den vrijheidsboom gedanst.
Den 1 November 1800 overleed hij en werd den 7den d.a.v. in een eigen graf in de kerk begraven.
- voetnoot1)
- Wilhelmus Cozijnsen te Barneveld, geboren 14 Juni 1785, overleden 14 April 1876, in 1811 tot deurwaarder van den schout aangesteld, later veldwachter en sedert 1843 gemeentebode aldaar. Als onderhoudend causeur heeft hij ook behalve een opstel over het landgericht iets geschreven over den intocht der Pruisen in 1787, Barneveld in 1813, over kleederdracht en trouwen kerkgang. Geen dezer opstellen is in druk verschenen.
- voetnoot1)
- Verslagen en Mededeelingen der Kon. Academie van Wetensch. afd. Letterkunde 3de reeks, deel VI, bl. 214.
- voetnoot1)
- Van den heer H. Bouwheer te Barneveld mocht ik deze afbeelding en eenige belangrijke mededeelingen voor dit opstel ontvangen, waarvoor ik hier mijn vriendelijken dank betuig.
- voetnoot1)
- Vergelijk blz. 155 en 156 in Diss. Jur. van mr. J.J. van Hasselt.
- voetnoot2)
- In de oudste registers te Nijkerk leest men van ‘bouman’ Willem Bentinck; een Delen leverde stroo voor het dak op de wheem (pastorie), een Oldenbarnevelt pachtte landerijen van de kerk.
- voetnoot1)
- Dit geschiedde bij een proces over de nalatenschap van joffer Bya van Arler, weduwe van Augustijn Pannekoeck. Zij was na vele pogingen van kerkeraad en classis om haar als lid der Gereformeerde gemeente te behouden den 20 Maart 1664 van deze afgesneden. Hare R.K. schoondochter was hare testamentaire erfgename.
- voetnoot1)
- Een hert komt als figuur voor in het wapen der gemeente Putten. Als uithangbord kwam het meer voor bij Veluwsche herbergen; zoo was er in 1860 een met dit rijm:
Het hert, dat gij hier ziet,Dat kan u niet vermaken;Komt binnen, proeft mijn drank,Die zal u beter smaken.
- voetnoot1)
- Herberg buiten Arnhem aan den Amsterdamschen weg, nu een heerenhuis van denzelfden naam.
- voetnoot1)
- De som moest zijn 79 - 5 - 8.
- voetnoot1)
- te Nijkerk.
- voetnoot1)
- Voor deze twee posten is geen bedrag ingevuld.
- voetnoot1)
- Wetboek. Het schijnt, dat sulck - sulck hier de beteekenis heeft van de een - de ander. De zin is dan: In de eene stad geldt het gecodificeerde, in de andere het gewoonterecht.
- voetnoot2)
- Twint of twent voorafgegaan door de ontkenning en = volstrekt niet.