In memoriam Prof. Mr. E.I. Strubbe 1897-1970
Op 7 november 1970 overleed te Brugge, waar hij in 1897 was geboren, prof. em. mr. Egied-Idesbald Strubbe. De afgestorvene was langs de omweg van een liefhebberij tot de geschiedenis gekomen. Hij was inderdaad een jaar of twintig in zijn vaderstad advocaat geweest, maar had van meet af aan zijn voornaamste belangstelling gewijd aan het historisch onderzoek over Brugge en over het oude Vlaanderen, waarover hij vanaf 1922 in de tijdschriften voor regionale geschiedenis, de Handelingen van de Brugse Société d'Emulation en Biekorf, een indrukwekkende reeks uitnemende bijdragen publiceerde. Daarin betoonde hij al vroeg zijn voorliefde voor de rechtshistorie, en speciaal voor de sociale aspecten ervan. Al bleef hij zijn hele leven lang Bruggeling in hart en nieren, langzamerhand verruimde hij het terrein van zijn werkzaamheden, werd de spil van de eerbiedwaardige Koninklijke Commissie voor de Publikatie van de Oude Wetten en Verordeningen van België, en heeft haar verzamelingen met verschillende opmerkelijke uitgaven van oude juridische teksten verrijkt. Wij dienen hier alleen maar te herinneren aan zijn inventaris, in samenwerking met prof. de Smidt e.a., van de oudste arresten en procesbundels van de Mechelse Grote Raad, en aan zijn uitgave van de Costuimen van Waasten. Intussen was hij een regelmatig medewerker, later redactielid geworden, van het Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, waarin ook tal van oorspronkelijke bijdragen van zijn hand zijn verschenen.
De overgang naar ruimere horizonten viel ongeveer samen met zijn intrede in het academisch corps van de Gentse Rijksuniversiteit in 1931. Zijn leeropdracht aldaar, begonnen met een vrij college Oud-vaderlands recht, werd mettertijd uitgebreid met colleges over Instellingen van de Nieuwe Tijd, Historische Kritiek en Historische Hulpwetenschappen, in de litteraire faculteit, ongeacht nog een belangrijke onderwijstaak in die van de Rechten. Duidelijk uit zijn onderwijs geboren is de merkwaardige Chronologie van de Middeleeuwen en van de Moderne Tijden in de Nederlanden, die hij in 1960 in samenwerking met Dr. L. Voet in het licht gaf, en die onze geschiedschrijving met een onschatbaar werkinstrument heeft verrijkt. Hij was een onvermoeibaar werker, van een spreekwoordelijke