Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap. Deel 51
(1930)– [tijdschrift] Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 189]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Brieven van den Commissaris-Generaal voor de (Nederlandsche) West-Indische
bezittingen J. van den Bosch aan den Minister voor de Marine en de Kolonien (1827-1829),
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 190]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
bankwezen of besproken in degelijke artikelen der Encyclopaedie van Nederlandsch West-IndiëGa naar voetnoot1). Niet alles, wat Van den Bosch tot stand bracht, is belangrijk, maar het verslag van zijn bevindingen bevat nog meer dan een schets van bestaande toestanden, geeft meer dan een kijk op personen en feiten, waarvan de mededeeling voor de geschiedenis onzer West-Indische koloniën van beteekenis mag worden geacht. Tot kennisneming van een en ander biedt het achterstaande gelegenheid.
Omtrent de redenen, die voor de uitzending van Van den Bosch gegolden hebben, bestaan slechts onjuiste mededeelingen, zoo wat Suriname als wat Curaçao betreft, en over de aanleiding tot de zending naar de bovenwindsche eilanden vond ik nergens iets vermeld. Halberstadt, nog wel een tijdgenoot, noemt de onophoudelijke klachten over de schandelijke gedragslijn van de Surinaamsche bewindsmannen en een adres van den ontslagen gouvernements-secretaris Ringeling, schoonzoon van den gouverneur De Veer, met vele zware beschuldigingen tegen het Surinaamsche gouvernement als aanleiding tot de opdracht, deze kolonie betreffende, terwijl Simons en Brusse, ook al weinig betrouwbare ‘geschiedschrijvers’, de klacht der Curaçaosche kooplieden tot den Koning over de met gouverneur Cantz'laar ontstane moeilijkhe- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 191]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
den ten opzichte van het muntwezen als reden van de uitzending van den commissaris-generaal naar Curaçao noemenGa naar voetnoot1). Een onderzoek van de officieele bronnen op het Rijksarchief leert heel anders. Koning Willem I had, gelijk bekend is, groote verwachtingen van den West-Indischen handel en zijn plannen met Curaçao waren daarbij ten nauwste betrokken. Een der maatregelen, die de Koning nam, was zijn besluit van 10 Juli 1826, te vinden in De Curaçaosche Courant van 18 November 1826, waarbij werd bepaald, dat van 1 Januari 1827 af de haven van Curaçao zou open zijn voor de vaart en handel van alle natiën, en dat daar geen inkomende of uitgaande rechten van goederen, last- of tonnengelden van schepen zouden geheven worden; de vaartuigen zouden alleen onderhevig blijven aan zoodanige lasten, als voor de veiligheid en het behoud van schip en goederen zouden worden noodig geoordeeld, met machtiging van het gouvernement der kolonie om een toezicht in te stellen op die goederen, welke voor de consumptie aan het recht van impost of accijns onderhevig zouden gemaakt worden. Het denkbeeld om Curaçao tot een vrijhaven te maken was afkomstig van den zeeofficier De Quartel, die in 1824 een reis had gemaakt naar de vaste kust en verder, en in zijn verslag het voorstel daartoe gedaan had als het eenige middel om den Curaçaoschen handel er bovenop te helpen. De gouverneur Cantz'laar voelde er niet zoo veel voor, en minister Elout was het meer eens met diens voorstel tot opheffing of vermindering van de invoerrechten op manufacturen en algeheele opheffing van het uitvoer- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 192]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
recht op meel en mais, maar de Koning besliste: Curaçao moest ‘weer de stapelplaats worden van alle koopmanschappen, die in West-Indië aangevoerd werden, een algemeen entrepôt’.Ga naar voetnoot1) Cantz'laar kreeg opdracht om een financieel plan te ontwerpen en met 1 Januari 1827 voorloopig in werking te brengen in afwachting van 's Konings nadere goedkeuring, waarbij zoo veel mogelijk het tekort in de koloniale kas, dat van de vrijverklaring der haven te verwachten was, bestreden zou worden. Aan des gouverneurs desbetreffend ontwerp hechtte de raad van politie gereedelijk zijn goedkeuring. De nieuwe belasting voor de veiligheid en het behoud van schip en goederen, waarvan de in Nederland thuis behoorende en vandaar gekomen schepen vrijgesteld waren, beliep van f 10. -, voor schepen tot 10 ton, tot f 150. -, voor schepen boven 150 ton; de impost op consumptieve goederen was niet gering. De geheele regeling is te vinden in het reeds genoemde nummer van De Curaçaosche Courant. Toen deze maatregelen in Nederland bekend werden, vonden zij daar niet die instemming, welke de gouverneur verwacht had. Des Konings bedoeling bleek hij niet te hebben begrepen. Hoe weinig bij Cantz'laar de vrije haven zelf op den voorgrond stond, blijkt uit zijn verslag over het jaar 1826, waarin hij schrijft: ‘Het stelsel der vrije haven, hetwelk met het begin dezes jaars 1827 in werking is gebragt, heeft de lang gewenschte verandering in het stelsel van directe belasting te weeg gebragt door de afschaffing van het familie geld en de invoering der grondbelasting, die de eenige is, dewelke zonder vele omslagtigheid en met zekerheid kan geheven worden, en aan het gouvernement ten waarborge kan strekken voor eenig deficit, hetwelk noodzakelijk kan maken om toevlugt tot die belasting te nemen, ten einde door verhooging derzelve het te kort komende te vinden’. Daarnaast legge men des Konings uiteenzetting van zijn bedoeling in een brief van 5 April 1827 no. 124 aan den minister van Financiën, in wiens handen Z.M. de desbetreffende stukken | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 193]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
stelde, ten einde die met zijn ambtgenoot voor de Marine en Koloniën de noodige nadere voorschriften voor het koloniaal bestuur zou ontwerpen. In dien brief wordt gezegd, dat 's Konings oogmerk met den voorgestelden maatregel van vrijverklaring der haven van Curaçao was ‘de opbeuring der kolonie uit haren tegenwoordigen vervallen toestand, ook in het belang van het moederland, deszelfs handel en scheepvaart, en zulks door de handeldrijvende volken, vooral van de nieuwe Zuid-Amerikaansche staten, uit te lokken aldaar hunne voortbrengselen ter markt te voeren en zich van hunne behoeften te voorzien, om dus doende dat eiland tot eene algemeene stapelplaats te maken van goederen en koopwaren van alle landen, hetwelk in het bijzonder eene gunstige gelegenheid zoude aanbieden voor het vertier der voortbrengselen van onze nijverheid en van onzen landbouw’. ‘Het zal ook geen betoog behoeven’, zoo gaat deze brief voort, ‘dat ten einde dit doel te bereiken eene volkomene gelijkstelling van alle natiën, zonder eenige bevoorregting hoegenaamd der Nederlandsche vlag en fabrikaten, en het ontheffen van den handel van alle belemmeringen de hoofdvereischten zijn’. Dat de bedoeling des Konings niet begrepen is, blijkt uit de genomen maatregelen. De inkomende en uitgaande rechten, de last- en tonnengelden en de havenplakkaatgelden zijn wel afgeschaft, doch daarvoor in de plaats is een belasting tot veiligheid en behoud van schip en goederen gekomen, die de afgeschafte inkomende en uitgaande rechten bijna evenaart en de vroegere last- en tonnengelden verre overtreft. Ook de voor de Nederlandsche schepen gemaakte vrijdom van die belasting en de vrijstelling der uit het moederland aangebrachte consumptiegoederen van de belasting op de consumptie en de helft der accijnsbelasting is weinig overeen te brengen met het stelsel eener vrijhaven. Bovendien zijn ook de niet voor consumptie bestemde goederen aan die belasting onderworpen, terwijl men niet gedacht heeft aan het middel van entrepôt, ‘hetwelk toch bij een stelsel van vrijhaven, accijnsen en consumptieregten onvermijdelijk en van hetzelve onafscheidelijk voorkomt’. De Koning uit de vrees, dat de ambtenaren, in de kolonie met de uitvoering van de bedoelde besluiten belast, geheel onbekend zijn met den aard van een vrijhaven; daarom moe- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 194]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ten de nieuwe instructiën door een deskundige uit het moederland worden overgebrachtGa naar voetnoot1). Het overleg tusschen de beide ministers, dat zich uitstrekte over het geheele financieele plan voor de kolonie, leidde tot een ontwerp-memorie omtrent de strekking en toepassing der koninklijke besluiten van 10 Juli 1826 betrekkelijk de vrijverklaring der haven van Curaçao en het financieel stelsel in die kolonie. De Koning stelde deze memorie vast, zooals zij aan een uit te zenden commissaris-speciaal als grondslag van overleg met het koloniaal bestuur zou worden ter hand gesteld. In de memorie wordt betoogd, dat een vrijhaven aan drie vereischten moet voldoen: gelijke behandeling van alle schepen zonder onderscheid, welke de haven in- of uitloopen; de meest mogelijke ontheffing van rechten en formaliteiten; mogelijkheid om de aangevoerde goederen zonder eenige betaling van rechten weer uit te voeren. De zaak van het entrepôt was aanleiding geweest tot meeningsverschil tusschen beide ministers, vermeldenswaard, omdat een dientengevolge aangebrachte wijziging voor het verloop der zaak beslissend is geweest. De minister van Financiën voelde voor - wat ook des Konings aanvankelijke meening was - gebiedende voorschrijving van het entrepôt. Elout kon zich ook nu meer vereenigen met het stelsel-Cantz'laar: betaling voor alles, wat, aan de belasting op consumptiegoederen en aan de import op wijnen en sterke dranken onderhevig, wordt ingevoerd, doch minder dan zou moeten geschieden, wanneer de belasting alleen geheven werd van wat werkelijk werd geconsumeerd. Op deze wijze was het niet noodig den handel te belemmeren door opslag in entrepôts of andere noodzakelijke voorzieningen. Wat voor den groothandel in Nederland een voordeel is, zoo wordt gezegd, is dit niet voor den detailhandel | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 195]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
op Curaçao, die met veel kleine vaartuigen, welke steeds haast hebben, geschiedt. In een klimaat als van Curaçao vereischen de consumptiegoederen meer dagelijksche verzorging dan hier, waarvoor de opslag ook een belemmering zou zijn. St. Thomas heeft geen entrepôt. Genoegzame bewaking zal bij gebreke van daartoe geschikte ambtenaren niet mogelijk zijn. Op deze gronden drong de minister van Koloniën erop aan, dat de zaak van het entrepôt nog eens ter plaatse zou worden bekeken en daarover ook het gevoelen van de kooplieden zou worden ingewonnen. Aldus is geschied met dit gevolg, dat na rijp beraad van de invoering van een entrepôt door Van den Bosch is afgezien, hetgeen hij in zijn brieven uitvoerig toelicht en ten slotte des Konings volkomen instemming verkregen heeft. Na vaststelling dezer memorie deden nadere rapporten van den minister van Koloniën den Koning overwegen, den commissaris een ruimere opdracht te geven. Deze rapporten betroffen een geschil tusschen den gouverneur Cantz'laar en den zeekrijgsraad op Curaçao in de zaak van zekeren Jan Naerebout, op wiens veroordeeling de gouverneur slechts gedeeltelijk fiat executie had willen geven, omdat hij het vonnis voor het overige in strijd met de wet achtte, welk conflict zelfs geleid had tot bestraffing van de leden van den krijgsraad, die de straf, aan Naerebout opgelegd, voorzoover goedgekeurd, niet hadden willen doen uitvoeren, en evenmin de stukken hadden willen afgeven aan een nieuw benoemden krijgsraad. Er was ook reden ontstaan om het onderzoek tot St. Eustatius uit te strekken. De gouverneur Van Spengler bleef in gebreke met zijn periodieke verantwoordingen, en er waren klachten over zijn handelingen ten opzichte van het afgeven van zeebrieven aan vreemde schepen in verband met de bestrijding van den slavenhandel. Ten slotte - wat Suriname betreft - de klachten over de behandeling der slaven aldaar en het optreden van den Engelschen vertegenwoordiger in het daar gevestigde gemengde gerechtshof tot wering van den slavenhandel, C.E. Lefroy, waren een gereede aanleiding, om ook deze kolonie in het onderzoek te begrijpen. Commissaris-generaal voor de West-Indische bezittingen zou de titel van den te benoemen persoon zijn. Voor | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 196]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
zijn instructie, door den minister van Koloniën te ontwerpen, gaf de Koning aan, dat zijn taak zou bestaan in het onderzoeken van den staat van zaken in het algemeen, voorlichting van het opperbestuur in Europa door stellige verslagen zoo omtrent zaken als personen, ten einde dit in de gelegenheid te stellen om alle die verordeningen in de volksplantingen te bevelen, welke tot haar meerdere welvaart en verbetering van het koloniaal stelsel zouden kunnen leiden. Inmiddels zou de Koning zelf naar een geschikt persoon uitzien.
In den 47-jarigen generaal-majoor der genie Johannes van den Bosch, administrateur voor de zaken der nationale militie en schutterijen bij het departement van Binnenlandsche zaken, was de gezochte spoedig (Juli 1827) gevonden. Bij koninklijk besluit van 12 October 1827 volgde zijn officieele benoeming. Zijn eervolle staat van dienst is te bekend, dan dat het noodig zou zijn, daarop nogmaals de aandacht te vestigen. In Oost-Indië en in Nederland had hij het vaderland gediend als militair. Zijn standaardwerk, Nederlandsche bezittingen in Azië, Amerika en Afrika in derzelver toestand en aangelegenheid voor dit Rijk, wijsgeerig, staathuishoudkundig en geographis beschouwd, in 1818 verschenen in twee deelen met atlas, gaf blijk van uitgebreide kennis, en als stichter van de Maatschappij van Weldadigheid was in den laatsten tijd veler aandacht op hem gevestigd. Zijn zending naar West-Indië was slechts het begin van nog eervoller loopbaan. Een benoeming tot gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië volgde, toen zijn taak voor de West nog niet geheel volbracht was. Als minister van Koloniën eindigde hij zijn ambtelijk leven. In 1844 overleed hij te 's-Gravenhage. Eenmaal benoemd, begonnen de werkzaamheden van Van den Bosch aanstonds. Een groote hoeveelheid stukken werd geleidelijk in zijn handen gesteld. Daarbij kwam het overleg over zijn instructie, die in niet minder dan 50 artikelen bij koninklijk besluit van 16 October 1827 werd vastgesteld. De verhouding, waarin de commissaris-generaal tot de besturen der West-Indische koloniën zou staan, werd bij | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 197]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
afzonderlijk besluit van denzelfden dag geregeldGa naar voetnoot1). Als 's Konings vertegenwoordiger had hij volstrekte macht. De gouverneurs en commandeurs zouden in de uitoefening van het dagelijksch bestuur blijven, voor zoover de commissaris-generaal niet anders zou bepalen en onder zoodanige voorschriften, als deze namens den Koning zou geven; in ieder geval zou Van den Bosch in alles, wat belangrijk was, moeten gekend worden. Als belooning voor zijn zending werd Van den Bosch f 60.000. - toegezegd. Bij langeren duur dan één jaar, zou hij verder f 5000. - per maand krijgen. Voor huisvesting moesten de gouverneurs zorg dragen. f 10.000. - kreeg hij nog voor zijn uitrusting. Vijf ambtenaren hebben den commissaris-generaal vergezeld. A.H. Guljé, hoofdinspecteur van de directe belastingen, in- en uitgaande rechten en accijnsen in Zuid-Holland, ging mee als financieel hoofdambtenaar of commissaris-adviseur, vooral voor de regeling der geldelijke aangelegenheden op Curaçao. Eigenaardig is, dat alleen ten opzichte van dezen, die f 30.000. - 's jaars zou genieten, weduwepensioen overeengekomen werd, en hij de eenige was, die de reis niet volbracht. Een paar dagen vóór het vertrek uit Paramaribo overleed hij. C.G.J. Jabot, ambtenaar van het gouvernement in Noord-Holland, ging mee als secretaris. Hij behield zijn traktement van f 2770. - 's jaars, en zou een daggeld van f 8. - trekken, een en ander met toezegging van wachtgeld tot herplaatsing. J.L. Mouton, laatst adjunct-commies bij het departement van Oorlog, was de derde ambtenaar, die Van den Bosch vergezelde. Ten slotte gingen mee een zoon van den commissaris-generaal, Mr. J.H. van den Bosch (1807-1854), en een zoon van den commissaris-adviseur, N.R.H. Guljé. De beide laatstgenoemden kregen een daggeld van f 6. -, evenals Mouton, die bovendien zijn traktement behield. Een Surinaamsch ambtenaar, I. Bromet, toen in Nederland, werd Van den Bosch inzonderheid voor zijn arbeid in Suriname toegevoegd. Op eigen gelegenheid reisde deze derwaarts. In de koloniën hebben | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 198]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
verschillende ambtenaren den commissaris-generaal tijdelijk ter zijde gestaan. Halberstadt verhaalt in zijn aangehaald boek bijzonderheden over het verblijf van Van den Bosch in Suriname, die er op wijzen, dat hij ook vergezeld schijnt te zijn geweest door zijn echtgenoote R.W.E. de Sturler. Een onderzoek in het Rijksarchief leidde voor mij tot de ontdekking in de scheepsrol van het schip, waarmee de reis gedaan werd, van een zestal personen, die met Van den Bosch en de genoemde ambtenaren op de eilanden en in Suriname telkens debarkeerden en embarkeerden. Onmiddellijk na Van den Bosch wordt genoemd W.E. Dustuler, wellicht een verminking van den naam van mevrouw Van den Bosch, verder R.L. van den Bosch, zijn zoon Richard Leeuwenhart, en voorts J.P. Molsveld, L. Baum, H.A.v.d. Held en L. Weber. In het Verbaal van Van den Bosch en in zijne brieven komen deze namen niet voor. Het gezelschap maakte de reis met Zr. Ms. brik Zwaluw onder bevel van den kapitein-luitenant ter zee F.H. Ampt (1793-1837). 21 October 1827 vertrok het schip van Hellevoetsluis, den 10den December kwam het op Curaçao aan. In die kolonie was sedert 1820 gouverneur de schout-bijnacht Paulus Roelof Cantz'laar. Geboren in 1771, was hij op 19-jarigen leeftijd in den militairen zeedienst gegaan. Na de herstelling van het Nederlandsche gezag in de West-Indische koloniën was hij benoemd tot commandeur van St. Martin N.G., en als opvolger van den overleden vice-admiraal A. Kikkert was hij bij koninklijk besluit van 25 Juni 1820 tot gouverneur van Curaçao benoemd. Onder moeilijke omstandigheden aanvaardde hij daar het bestuur, en deed hij zich gelden als een bekwaam en krachtig bewindsman. Dit had hem in botsing gebracht met den koopmansstand, en door een onjuist begrip bij Cantz'laar van de grenzen tusschen de administratieve en de rechterlijke macht had dit geschil zich uitgebreid tot den raad van justitie, die zich in 1825 daarop bij den Koning had beklaagd over des gouverneurs ongeoorloofde inmenging in zijn zaken. De Koning herinnerde zich dit, toen hem twee jaar later de Naerebout-zaak bericht werd, waaraan hetzelfde euvel mee ten grondslag lag. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 199]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Mede in verband met het weinige doorzicht, in de zaak der vrije haven door Cantz'laar aan den dag gelegd, is er toen ernstig sprake van diens terugroeping geweest. De minister hield den gouverneur echter de hand boven het hoofd, en zoo goed gelukte het, diens goede eigenschappen naar voren te brengen, dat de Koning, zelfs wel zonder de bevinding van den commissaris-generaal af te wachten, Cantz'laar tot hooger ambt had willen roepen. Onder de zaken, die Van den Bosch te behandelen kreeg, behoorden ook de moeilijkheden, waarin Cantz'laar met de rechterlijke macht en met den handel geraakt was. Hij bracht deze tot een goede oplossing, en zoozeer was hij met den gouverneur van Curaçao ingenomen, dat hij niet aarzelde hem tot gouverneur-generaal der vereenigde Nederlandsche West-Indische bezittingen te benoemen, waartoe de Koning den commissaris-generaal ten slotte gemachtigd had, wanneer Cantz'laar hem zou blijken daarvoor de geschikte man te zijn. Slechts drie jaar ruim voerde deze eerste gouverneur-generaal over Suriname, Curaçao en de bovenwindsche eilanden dit bewind; 15 December 1831 stierf hij te Paramaribo. Twee maanden is Van den Bosch op Curaçao geweest. Over Bonaire en Aruba ging hij naar St. Martin, waar hij den 19den Maart 1828 aankwam, om den volgenden dag reeds weder te vertrekken, eerst naar Saba en vandaar naar St. Eustatius, dat hij den 23sten dier maand bereikte. De drie bovenwindsche eilanden vormden het gouvernement van den reeds genoemden W.A. van Spengler. Op 25-jarigen leeftijd was hij in 1795 met het Oranjehuis uitgeweken; in 1799 had hij deelgenomen aan den inval der Engelschen en Russen in Noord-Holland, en daarna als zeeofficier bij de Engelsche marine gediend. Vandaar dat hij herhaaldelijk als kapitein-ter-zee wordt aangeduid; ook wordt hij meermalen ten onrechte ‘baron’ genoemd. In 1816 was hij als havenmeester op Curaçao gekomen, later werd hij daar loods en lid van den raad van justitie. Sedert 1823 was hij gouverneur van St. Eustatius. Behalve de reeds genoemde klachten - in 1826 was den voorzitter van den raad van politie op St. Martin al een onderzoek naar den staat van zaken op St. Eustatius opgedragen - waren er meer. Daaronder waren wel de voornaamste, die van Engelsche zijde geuit werden over | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 200]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
de bescherming, aan Columbiaansche en Buenos Ayriaansche kapers met hun prijzen verleend. Deze klachten hielden niet op, nadat Van den Bosch de haven van St. Eustatius had vrij verklaard. Guljé bevond het geldelijk beheer van Van Spengler, die ook danig geplaagd werd door schuldeischers in het moederland, in orde. De administratieve achterstand werd verontschuldigd met een beroep op de onbekendheid der ambtenaren met de Nederlandsche taal, terwijl de gouverneur ook met zware ziekten had te kampen gehad. In zijn laatsten brief over de West-Indische aangelegenheden aan den minister kwam Van den Bosch terug op zijn aanvankelijk gunstig oordeel over Van Spengler, die met wachtgeld ontslagen was. De voortdurende klachten over de begunstiging van roofschepen op St. Eustatius hadden den commissaris-generaal tot dit gewijzigd inzicht gebracht.Ga naar voetnoot1) Den 28sten April 1828 zette Van den Bosch eindelijk te Paramaribo voet aan wal. Het ontslag van den gouverneur De Veer stond reeds vantevoren vast. Zijn levensloop was niet onverdienstelijk. Op Curaçao was hij geboren, en daar had hij van 1803 tot 1807 het bestuur in handen gehad, ter kuste van Guinea onder het Fransche bestuur had hij de Nederlandsche vlag laten waaien, en in 1817 was hij benoemd tot gouverneur van St. Eustatius e.o.. Zes jaren was hij in 1828 gouverneur van Suriname geweest. Hij was nog niet ouder dan zestig jaar. Uit het onderzoek van Van den Bosch kwam hij ongerept te voorschijn. Niettemin maakte het hem verleende ontslag aan een niet zeer krachtig bewind een niet ongewenscht einde. 3 Augustus 1828 vertrok Van den Bosch van Suriname en den 24sten September kwam hij te Hellevoetsluis aan. Den 15den October reeds, nog geruimen tijd vóór hij zijn verslag inzond, werd hij benoemd tot commandeur van de | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 201]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
orde van den Nederlandschen Leeuw en den volgenden dag, tot luitenant-generaal en tot gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië.
Trouw heeft Van den Bosch voldaan aan de opdracht om gedurende de reis den minister voor de Marine en de Koloniën op de hoogte te houden: viermaal schreef hij van Curaçao, tweemaal van St. Eustatius, driemaal van Paramaribo en op de terugreis. Daarna bleef hij doorwerken, telkens ook nog nieuwe, in zijn handen gestelde, stukken beantwoordende, welke soms slechts in verwijderd verband tot het doel van zijn reis stonden. 31 Maart 1829 was het algemeen verslag eindelijk gereed, en toen zond hij tevens alle bij hem ingekomen stukken en het stempel van het commissariaat bij het departement in. Alles, wat hij gedaan heeft, heeft Van den Bosch van dag tot dag opgenomen in een Verbaal, dat, in vier deelen gebonden, onder nrs. 1714 tot 1717 op het Rijksarchief ‘Koloniën na 1813’ berust. Het omvat al zijn verzonden brieven, beschikkingen, reglementen, instructiën, en geeft aldus een nauwkeurig verslag van de zending. Een afzonderlijke ‘bladwijzer’ vergemakkelijkt het naslaan. Bovendien zijn er vierGa naar voetnoot1) portefeuilles van ingekomen stukken, die de bijlagen van het algemeen verslag vormen. Ten slotte is er een klein geheim Verbaal met slechts drie brieven. Een en ander maakt de grondslag uit van de hierna volgende uitgave. Een nadruk zonder meer van het Verbaal zou niet alleen veel omvatten, wat o.a. door Bordewijks genoemde uitgave reeds bekend is, maar Van den Bosch is zeer wijdloopig, en herhaalt telkens weer, wat hij vantevoren al heeft meegedeeld, zonder er iets nieuws bij te voegen in den regel. Ook moet niet vergeten worden, dat zijn commissariaat der West-Indische koloniën niet de grootste roem van Van den Bosch is geweest. Zijn eigenlijk werk, de herziening der bestuursinrichting, heeft maar kort stand gehouden, en zijn economische voorzieningen hebben niet het gevolg gehad, waarop hij zelf zoo stellig | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 202]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
rekende. Het heeft dan ook in de bedoeling gelegen, om uit het Verbaal datgene te halen, wat voor de kennis van den toestand der koloniën in den tijd van Van den Bosch van belang is, hoofdzakelijk op economisch en maatschappelijk gebied. Om de bovengenoemde redenen is nagenoeg alles, wat de herziening der bestuursinrichting betreft, weggelaten. De zaak-Ringeling, waarover alles, ook wat Van den Bosch er aan gedaan heeft, reeds elders meegedeeld is, is blijven rusten. Hetzelfde standpunt kon ertoe leiden de kwesties van munt- en bankwezen in Suriname nagenoeg geheel buiten deze publicatie te houden. Men krijgt dientengevolge bij de lezing dezer uitgave geen overzicht van de reis van Van den Bosch en zijn zending. Het is duidelijk gezegd, dat dit niet in de bedoeling heeft gelegen. Zelfs kan men zeggen, dat het meegedeelde niet één geheel is. Uit de brieven van Van den Bosch met de bijlagen is slechts genomen, wat voor de koloniale geschiedenis van belang kan worden geacht. Ter bekorting en ter vergemakkelijking van de bestudeering is uit brieven, die overigens niets belangrijks bevatten, een enkel belangrijk gedeelte als noot elders ondergebracht. Uitvoerig is stil gestaan bij de maatregelen, door Van den Bosch genomen ten aanzien van de haven van Curaçao en het financieele stelsel in die kolonie, het eigenlijk doel van zijn uitzending. Hierbij vindt men verschillende gegevens van belang voor de kennis van den economischen toestand aldaar. Het algemeen verslag van 31 Maart 1829 kon na het voorloopig verslag, zooals Van den Bosch zijn brief van 1 September 1828 op de thuisreis noemt, achterwege blijven. Slechts enkele bijlagen zijn opgenomen. Een technisch onderwerp als het defensieverslag moest geacht worden buiten het kader dezer uitgave te vallen.
Gevolgd is de tekst der afzonderlijke brieven, alle gericht aan den minister voor de Marine en de Koloniën, zooals die op het Rijksarchief worden bewaard. Datum en nummer van het exhibitum is in een noot bij elken brief vermeld. Hier en daar is een afwijking van den tekst in het Verbaal. Over het algemeen is taal en stijl der brieven verre van onberispelijk; vooral het Verbaal heeft talrijke taalfouten en blijkbare verschrijvingen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 203]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
In hoofdzaak zijn bij de bewerking de regels van het Historisch Genootschap gevolgd. De vele hoofdletters in de handschriften zijn zooveel mogelijk beperkt; ten aanzien van de leesteekens is het tegenwoordige gebruik gevolgd. De i en ij zijn van puntjes voorzien, waar die ontbraken; de y, waar tegenwoordig een i staat, is zonder puntjes gelaten (b.v. moeyelijk). In afwijking van de handschriften zijn nieuwe zinnen of nieuwe regels begonnen, waar dit voor behoorlijke lezing noodig bleek. De indeeling op den kant en de noten zijn door den bewerker aangebracht. B.d.G.F. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
I. Curaçao den 15en december 1827.Ga naar voetnoota)Ik maak gebruik van eene gelegenheid, welke mij over St. Thomas wordt aangeboden, om Uwe Exc. dezen teGa naar margenoot+ doen geworden, en U HEG. te berigten, dat wij na eene reis van 51 dagen op den 10 dezer allen in welstand alhier zijn aangekomen. Het weer gedurende de reis is over het algemeen schoon geweest; dikwerf echter hebben wij groote stilte gehad, en veel geleden door gebrek aan ruimte. Het onaangename hiervan heeft zelfs niet altijd kunnen worden weggenomen door de beste harmonie, welke bestendig aan boord heeft geheerscht, en het zal dus noodig zijn, eenige maatregelen tot voorziening te nemen, waaromtrent ik nader de eer zal hebben, Uwer Exc. te onderhouden. Door de geconstitueerde autoriteiten zoowel als door de ingezetenen zijn wij met welwillendheid ontvangen. Inzonderheid heb ik mij tot dus ver te loueren over het gedrag van den heer schout bij nachtGa naar voetnoot1) en gouverneur des cilands, die de grootste bereidwilligheid aan den dag legt, om mij de noodige inlichtingen te doen erlangen, en zich bereidvaardig toont om medetewerken in alles, wat | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 204]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
tot het verwezenlijken van Zr. Ms. bedoeling gevorderd wordt. Ga naar margenoot+ Voorzoover een oppervlakkig onderzoek en reeds ingewonnen informatien mij in staat stellen zulks te beoordeelen, mag ik mij vleyen de finantiële administratie dezer kolonie in volkomen orde te zullen vinden. De heer GuljéGa naar voetnoot1) is thans bezig die administratie in iedere bijzonderheid te onderzoeken, zijnde de noodige bescheiden tot dat einde met bereidvaardigheid verschaft. De vestingwerken zijn zeer gevorderd, schijnen goed geconstrueerd en, te oordeelen naar hetgeen men mij deswegens opgeeft en ik zelf dagelijks opmerk, heerscht ook in dit vak van administratie eene orde en spaarzaamheid, welke den luitenant-kolonel NinaberGa naar voetnoot2) tot eer verstrekt. De handel bevindt zich in een' kwijnenden toestand en is nagenoeg te niet gegaan. Het saisoen daarentegen is gunstig voor den landbouw, en men hoopt op eenen ruimen oogst van mais, boonen enz. Het garnisoen geniet de beste gezondheid. De troepen in het algemeen hebben een zeer goed voorkomen en de schutterij overtreft verre hetgeen ik mij daarvan had durven belooven. De arbeid aan de vestingwerken verschaft aan velen brood; zonder dat zou de toestand der lagere volksklasse zeer beklagenswaardig zijn. Dankbaar erkent men de voordeelen, welke hieruit voor de ingezetenen voortvloeyen. Onder de bevolking heerscht eene volkomen rust en het getal der ontevredenen, die ik tot dus ver ontmoet heb, is veel geringer, dan ik mij had durven voorstellen. Aanvankelijk en alvorens te handelen heb ik gemeend mij alleen tot het onderzoek naar de gesteldheid der zaken te moeten bepalen, en dit is dan ook de oorzaak, dat ik voor als nog Uwe Exc. dienaangaande niets bijzonders heb medetedeelen. Het vermelden van meer vertrouwelijke bijzonderheden achtte ik niet raadzaam bij eene gelegenheid zoo onzeker als de tegenwoordige; alleen kan | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 205]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ik hier nog bij voegen, dat ook de gouverneur Cantz'laar geene onoverkomelijke hinderpalen te gemoet ziet in het daarstellen van hetgeen Z.M. zoo ten aanzien van den vorm des bestuurs als met opzigt tot de vrije haven, finantiële inrigtingen enz. in het belang dezer gewesten heeft noodig geoordeeld. Niet ondienstig acht ik het wijders Uwer Exc. te berigten, dat volgens bij mij ontvangen informatien het getal vaartuigen op de reede van St. Thomas nu zeer onlangs 70 a 80 bedroeg; dat er zich geene Columbiaansche onder bevonden maar veel Noord Amerikaansche en verscheiden schepen uit Europa van verschillende natien doch geen een Nederlandsch. De markt op dat eiland was van alles rijkelijk voorzien, hetgeen werd toegeschreven aan den geringen uitvoer. Bij de eerste gelegenheid, welke gunstig en meer zeker zal zijn, stel ik mij voor Uwer Exc. over onderscheiden aangelegenheden een omstandig rapport aantebieden. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
II. Curaçao den 29 December 1827.Ga naar voetnoota)... Het aangevangen onderzoek wordt met zorg en ijver voortgezet, doch is nog niet zoo ver gevorderd, dat ik mij in staat zie, U HEG. een juist en volledig overzigt van mijne bevinding aantebieden. Intusschen blijkt het mij reeds meer en meer, dat in de alhier bestaande inrigtingen veel gebrekkigs heerscht, maar ook van eene andere zijde word ik dagelijks vaster overtuigd, dat de zaken trouw en eerlijk zijn waargenomen. Ga naar margenoot+ Het karakter van den gouverneur Cantz'laar geloof ik thans stellig van eene zeer goede zijde te kunnen beschouwen; het is waar, ik kan niet ontveinzen, dat hij in eenige punten, zoo ten aanzien der justitie als in de wijze, waarop hij de bedoeling des Konings bij het daarstellen eener vrije haven heeft willen verwezenlijken, kennelijk heeft gedwaald, dan ik houd mij ook evenzeer verzekerd, dat dit niet opzettelijk is geschied, en hij vermeend heeft te handelen in den geest der voorschriften, hem deswe- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 206]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
gens gegeven. Zoodra ik de inlichtingen aan hem mede deelde, welke nuttig konden zijn, en hij ontwaarde, de zaken uit een verkeerd oogpunt te hebben beschouwd, vond ik hem bereid van zijne meening aftezien en al datgene in het werk te stellen, wat alsnog wenschelijk moet zijn. Ik durf dan ook in gemoede aannemen, dat Z.M. den heer Cantz'laar wel heeft beoordeeld en in hem voor de betrekking, waarvoor hij is bestemd, een braaf en geschikt dienaar vinden zal. Ga naar margenoot+ Hoezeer ook het onderzoek naar de financieele hulpbronnen des eilands nog niet is afgeloopen, geloof ik echter nu reeds mij te kunnen vleyen, dat met de door Z.M. aanbevolen vereenvoudiging in den vorm des bestuurs het bestaand deficit tusschen de gewone uitgaven en inkomsten dezer kolonie ad f 50.000. - al dadelijk zal ophouden, en de uitkomsten later nog voordeeliger zullen wezen. De heer commissaris-adviseur Guljé houdt zich bij voortduring onledig met het onderzoeken van alle bestaande financieele bepalingen en met het opsporen vanGa naar margenoot+ alles, wat tot het daarstellen van het entrepôt gevorderd wordt. Deze ambtenaar ondersteunt mij in mijne moeyelijke taak met welwillendheid en ijver. De localiteit schijnt niet ongunstig tot het vestigen van het entrepôt, want vermoedelijk zullen eenige geschikte en welgelegen pakhuizen tot dat einde verkrijgbaar zijn. Ga naar margenoot+ Ook mijne hoop, dat Curaçao eenmaal eene stapelplaats voor den algemeenen handel in de West Indien zal kunnen worden, verlevendigt zich merkelijk, sedert ik mij nader met de aangelegenheden van naburige staten en kolonien bekend heb kunnen maken. Niet onbelangrijk acht ik het eenige gunstige bijzonderheden aan U HEG. medetedeelen. De Amerikanen, die gewoon waren veel zout van de Turkey eilandenGa naar voetnoot1) te halen, hebben sedert hun de vaart op de Engelsche kolonien is verboden, al het verkrijgbaar zout alhier opgekocht tegen eenen niet onaanzienlijken prijs. Uit eene mij toegezonden Amerikaansche prijscourant blijkt het, dat deszelfs waarde te New-York 20% meer bedraagt dan het zout van Liverpool. Curaçao en | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 207]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
onderhoorige eilanden leveren thans jaarlijks circa tien millioenen ponden van bedoeld artikel op; met weinig kosten en geringe moeite kan die hoeveelheid aanmerkelijk worden vermeerderd, en het kan dus een voorwerp worden van handel voor de Amerikaansche schepen op hunne terugreis, van te meer belang, daar het zout, onlangs in Noord Amerika ontdekt, niet geschikt wordt geacht tot het inzouten van vleesch, visch enz.. De Engelschen bovendien wenschen eene intermediaire handelsplaats, inzonderheid voor Jamaica, tusschen hen en de Amerikanen te vinden. Zoo door zijne ligging, goede haven, als gezond en droog climaat is Curaçao voor dat doel allezins verkiesselijk. Is het dus mogelijk Amerikaansche levensmiddelen naar herwaarts te lokken, waartoe de handel in zout aanvankelijk gelegenheid kan geven, dan zullen de Engelschen van Jamaïca meer dan waarschijnlijk niet ongenegen zijn, die levensmiddelen liever hier dan te St. Thomas aftehalen, daar zij de reis naar herwaarts in korter tijd en veiliger dan na welgemeld eiland kunnen afleggen, terwijl zij als dan melasse en andere waren van hunnen kant kunnen aanvoeren. De handel in huiden schijnt eerlang op den overwal wederom te zullen worden uitgebreid, want het vee, dat door langdurige droogte en den oorlog zeer was verminderd, is sinds een paar jaren merkelijk aangegroeid. Voor den Amerikaanschen handel levert dit mede eene goede waar op, doch overigens kan men zich vooreerst geene meer belangrijke artikelen van die landen beloven. Porto Rico, Haïti en Cuba bieden wel eenige hulpmiddelen aan, doch in het algemeen zijn deze alsnog van te weinig omvang. Alle de hier opgenoemde bijzonderheden komen mij voor het doel te bevorderen, om op Curaçao eene stapelplaats te vestigen. Dan, vooral zal het daartoe noodig zijn, dat alle hinderpalen, welke den vrijen handel belemmeren, worden weggeruimd, en de gelegenheid alhier althans niet minder voordeelig zij dan op St. Thomas. Ik heb om de inrigtingen aldaar grondig te leeren kennen den consul Van RadersGa naar voetnoot1), die zich juist hier met verlof bevond, naar | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 208]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
het eiland gezonden om den staat van zaken nauwkeurig te onderzoeken. Bij voorkeur heb ik dien ambtenaar daartoe gekozen, omdat hij niet alleen goede relatien op St. Thomas heeft, maar ook in het algemeen volkomen bekend is met de commercieele aangelegenheden der naburige landen, hebben die langen tijd als supercarga bevaren. Ga naar margenoot+ Het ongelukkig omkomen van den heer De StuersGa naar voetnoot1), consul-generaal voor Columbia, is Uwer Exc. bereids door den gouverneur dezes eilands medegedeeld. Zeer doet het mij leed, want de heer De Stuers was als een bekwaam mensch bekend; hij was in Columbia wel gezien en voldeed ijverig aan zijne verplichtingen. Door dit voorval ben ik buiten de gelegenheid op eene voldoende wijze de inlichtingen te erlangen, welke ik nopens de tegenwoordige gesteldheid van Columbia gaarne had gewenscht, voornamelijk om daarmede zoo mogelijk eenige voordeelige overeenkomsten in het belang van Curaçao te sluiten. In het algemeen komt het mij voor, dat de staat van zaken in dat land te ongunstig en alleen naar de thans bestaande omstandigheden beoordeeld wordt, terwijl men naar mijn inzien ook wel in aanmerking behoort te nemen, wat het eenmaal worden kan, of liever worden zal, wanneer de hartstogten zullen hebben uitgewoed en eene gevestigde orde van zaken haren invloed zal hebben doen gevoelen. Na eene langdurige en hevige revolutie kwam toch eindelijk Haïti onder een geregeld bestuur, en waarom zou men zulks in Columbia ook niet kunnen te gemoet zien. Haïti voert thans uit ruim 30 millioenen Nederlandsche ponden koffy en hierna kan men afmeten welke be- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 209]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
langrijke hoeveelheid producten Columbia, in vele opzigten boven Haïti begunstigd, met er tijd zal opleveren, wanneer orde en rust volkomen zullen zijn hersteld... Ga naar margenoot+ Dagelijks beijver ik mij, om door gepaste middelen de goede harmonie tusschen de ingezetenen te herstellen en vroeger oneenigheden tusschen autoriteiten en individus te doen ophouden. Niet altijd slaag ik in mijne pogingen even gelukkig; er bevinden zich alhier enkele warhoofden, die moeyelijk te overreden zijn, doch ik vley mij toch door volharding eindelijk te zullen slagen... Almede heb ik last gegeven om 's gouvernements rekeningen niet te belasten met eenige uitgaven, ten behoeve van mij of de mijnen gedaan, ten einde hierin een voorbeeld te geven. Zulks beschouwde ik van te meer belang,Ga naar margenoot+ daar ik de noodzakelijkheid inzie, om de emolumenten, thans aan vele betrekkingen verbonden, af te schaffen. De waarde daarvan wordt nimmer door het gouvernement aangerekend tegen de som, welke het den belanghebbende wezenlijk opbrengt, ten nadeele van anderen; en die emolumenten, welke bestaan moeten blijven, kunnen gevoegelijk voor het meerendeel in gouvernements kas worden gestort... | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
III. Curaçao den 2 February 1828.Ga naar voetnoota)... In de behandeling van het onderwerp, den inhoud van dit rapport uitmakende, meen ik in de eerste plaats de aandacht van U HEG. te moeten vestigen op de gebreken, hier aangetroffen, vervolgens op de beraamde middelen daartegen en eindelijk op den uitslag, die men zich van dezelve mag beloven. Ga naar margenoot+ Onder deze gebreken kwam voorzeker in de eerste plaats het onvolledige in de instructie op het beleid der regering en die des gouverneurs in aanmerking. Zeer onbepaald waren de denkbeelden omtrent den aard en de uitgebreidheid zijner magt, niet enkel bij de overige autoriteiten alhier maar ook bij hem zelf. Tot bewijs daarvan moet ik aanvoeren het bekend geval met den raad van | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 210]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
justitie in de zaak van het proces over de waarde der dubloenen tegen de geprotesteerd hebbende koopliedenGa naar voetnoot1), in welk geval zelf het beginsel werd voorgeschreven, naar hetwelk de regter regt spreken zou, strijdig met de bepaling van art. 51 van het reglement op het beleid der regeering dezer kolonie, en het was er zoo ver af, dat die magt zoude worden betwist, dat de raad van justitie bij missive van den 7e April 1825 zeer nederig dat gezag erkent en belooft dat beginsel te zullen volgen. Voorzeker is dit niet het eenige voorbeeld, dat de gouverneur dezer kolonie gebruik gemaakt heeft van eene magt, ver overschrijdende de bepalingen, bij het reglement vastgesteld, of die men althans houdt daarbij vastgesteld te zijn; vandaar dan ook, dat de s.b.n., gouverneur van dit eiland, bij zijne missive van den 5e April bevorens, grootendeels op grond van ministeriële aanschrijvingen, hem ten aanzien van meerdere zaken toegezonden, den raad van justitie gehoorzaamheid aan zijne bevelen in deze aanbeval. Dat hieruit natuurlijk botsingen en verwarringen ontstaan moesten, is klaarblijkelijk, want of men geloofde dienaangaande den gouverneur op zijn woord, en in dit geval was hij omnipotens ten aanzien van het inwendig bestuur, en hielden de instructien voor het beleid der regering en voor den raad van justitie op van kracht te zijn, of wel men betwiste of ontdook dat gezag, en dit moest noodwendig eene oppositie doen ontstaan, die alle orde en gezag dreigde omtekeren. Niemand, met de aangelegenheden van afgelegen kolonien bekend, zal het in twijfel trekken, dat niet aan het opperhoofd derzelve eene groote magt moet worden toegekend, zelfs dikwerf in dringende gevallen eene onbepaalde magt. Ik erken zelf rondborstig, dat het in het belang dezer kolonie als een geluk beschouwd moet worden, dat de gouverneur van dit eiland in meerdere gevallen den moed heeft gehad, om zich die magt toe te eigenen, zonder welke de tegenstrevingen en oproerige bewegingen niet zonder bloedstorting zouden zijn gestuit of eene volslagene regeringloosheid hebben voortgebragt; dan, zoo | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 211]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
het noodzakelijk bestaan eener zoodanige magt erkend wordt, schijnt het mij ook toe, dat dezelve openlijk moet worden verleend en de gevallen aangewezen, waarin en de wijze, waarop dezelve moet worden uitgeoeffend. Iedere dubbelzinnigheid in het verleenen dezer magt stelt de rechtschapen man aan eene onbillijke verantwoordelijkheid bloot, en beneemt den schroomvalligen den moed, om datgene te doen, wat de omstandigheden gebiedend vorderen, terwijl tevens daardoor de tegenkantingen vermeerderen, omdat men het niet openlijk erkend gezag in de uitoeffening als een onwettig gezag beschouwt. Ik mag het Uwer Exc. niet ontveinzen, dat na eene aandachtige lectuur van het reglement op het beleid der regering, van de instructie des gouverneurs en van meerdere vroegere ministeriele aanschrijvingen het mij bezwaarlijk zoude geweest zijn, de grenzen en attributen van het gezag des opperhoofds van dit eiland te bepalen, of zelfs nu, in kalmer oogenblikken, optegeven, welke maatregelen door den gouverneur in den moeyelijken drang der omstandigheden, in welke hij zich bevond, te nemen waren; ook hieromtrent verzoek ik mij de gelegenheden te mogen reserveren, om bij eene volgende bezending met een van 's rijks schepen omstandiger te zijn; dan, hoe groot het gezag ook was, dat men in deze betrekking in buitengewone omstandigheden den gouverneur schijnt toegestaan te hebben, was echter in alle gewone gevallen dat als gouverneur met den raad van politie hem toegekend ver beneden datgene, wat de geregelde loop der zaken vorderde; zelfs werd aan de besluiten van den raad van politie dikwerf geene kracht van wet toegekend, voor en aleer dezelve door het gouvernement in Europa waren geapprobeerd; en, hoezeer dit wel niet openlijk werd geprofesseerd, werden des niettemin, zoo veel de regter dit maar eenigzints doen kon, de bepalingen daarvan op dien grond ontdoken. Uwe Exc. zal dit gevoelen ook onder anderen aantreffen in den brief van den raad van justitie in dato 20en April 1827 L.A. ten gevolge van de uitnoodiging, aan dien raad gedaan, om optegeven de middelen ter voorkoming van verschil met het hoofd des bestuurs, waaruit het scientifique onderscheid, dat de raad maakt tusschen orders en wetten genoegzaam blijkt. Dat van zoodanig eenen staat van zaken menigvuldige wanorde, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 212]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
verdeeldheden en twisten de gevolgen moesten zijn, zal Uwe Exc. ligtelijk bevroeden, trouwens de herhaalde klagten der ingezetenen, van de raad van justitie en van den gouverneur zelf strekken daarvan tot bewijs. Een tweede gebrek vloeide daaruit voort, dat de gouverneur door den aard zijner betreking in iedere bijzondere aangelegenheid der ingezetenen was gemoeid: men kon geene verkooping houden zonder zijn toestemming, geene goederen uit of inklaren zonder eene reeks van formaliteiten te observeren, om permissie te erlangen; hiertoe werden formeele requesten en meer andere schriften gevorderd, die niet verleend werden zonder betaling, en nimmer afgegeven dan met eene uitgestrekte hand, om de daartoe staande leges te ontvangen. Tot een enkel bewijs zal ik slechts aanvoeren, dat op de publieke venduen, in weerwil dat het gouvernement daarvan slechts vijf pct. trekt, 14 pct. betaald wordt, ongerekend het kostende der permitten en requesten. Hierin verandering te maken was voor den raad van policie niet mogelijk, daar deze legessen en inkomsten tot bezoldiging strekten van vele ambtenaren, en de klagten en voorstellen, door den gouverneur deswege aan het gouvernement in Europa gedaan, niet zoodanig ingerigt schijnen geweest te zijn, als vereischt werd om dezelve aannemelijk te maken. Hierbij was het getal der ambtenaren te groot en de geheele huishouding te omslagtig en kostbaar, gelijk daaruit blijkt, dat dezelve voor eene merkelijke reductie zijn vatbaar geweest. Ga naar margenoot+ Wat het justitiewezen betreft, het kon niet wel anders of hetzelfve moest ten gevolge van zijne twisten met het hoofd des bestuurs en met den raad van policie dikwerf gebragt worden tot ongepaste aanmatigingen, gelijk onder anderen blijkt uit het weigeren van het appel, door den raad-fiscaal verzocht, in de zaak tegen de kooplieden, welke een protest tegen den gouverneur hadden ingeleverd. Voorbeelden van soortgelijken aard bestaan er veel, dan bij voorkeur meen ik mij op die te moeten beroepen, welke aan Uwe Exc. bekend zijn en derhalve geen nader betoog behoeven. Veel heeft hiertoe bijgebragt, dat de presidentGa naar voetnoota) tevens lid was van den raad van policie en | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 213]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
als zoodanig bekend met de verschillende gevoelens der leden, dat dikwerf op zijne wijze van zien en handelen van invloed schijnt geweest te zijn. Een tweede gebrek vloeide daaruit voort, dat de vier overige leden van den raad, uit ingezetenen bestaande, dieGa naar voetnoota) dikwijls in hunne bezigheden de verschooning vonden om de vergaderingen niet bijtewonen, waardoor de afdoening der zaken, uit haren aard reeds volgens de oude wijze van procedeeren vatbaar om langwijlig te worden, nog meer vertraagd werd. Ook zijn de uitspraken van den raad in zaken, waarin het gouvernement betrokken was, niet altijd zoo onpartijdig geweest, als men had mogen verwachten, en dit is dikwerf daaruit ontstaan, dat de leden in denzelven niet zoo onafhankelijk waren van bijzondere personen, in het verschil betrokken, als wel wenschelijk zoude geweest zijn, en dikwerf eigendunkelijk datgene is geweigerd of toegestaan, wat moeyelijk behoorlijk gemotiveerd kon worden. Vele andere gebreken vloeyen voort uit de gebrekkige wetgeving, volgens welke hier regt gesproken wordt en uit de oude wijze van procedeeren. Deze gebreken echter zijn Uwe Exc. genoegzaam bekend, en kunnen door haar beter dan door mij beoordeeld worden. Ga naar margenoot+ Ten aanzien van het financiewezen dezer kolonie veroorloof ik mij Uwe Exc. te verwijzen naar den staat no. 1, hiernevens gevoegdGa naar voetnoot1), waaruit genoegzaam blijkt, hoezeer het veiligheids-geld voor schip en lading en de belasting op de accijnsen en consumtie beneden de raming | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 214]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
gebleven zijn, en tevens dat de balans tusschen uitgaven en inkomsten met een nadeelig saldo van f 71.388.76 afsluit. Grootendeels is de mindere opbrengst der zoo even genoemde belastingen toeteschrijven aan den verminderden handel, die der accijnsen en op de consumptie (althans voor een goed deel) aan de smokkelarijen, waarin, naar men beweert, vele ingezetenen alhier meester zijn. Dit deficit gaat derhalve merkelijkGa naar voetnoota) de som van f 50.000. - te boven, waarop men gemeend had hetzelve bij mijne aankomst te kunnen begrooten, gelijk ik vroeger had gemeld. Ga naar margenoot+ Niet minder ongunstig zoude de finantieele toestand der ingezetenen geweest zijn, zoo de belangrijke kosten, aan de versterking van dit eiland besteed, hunne middelen van bestaan niet hadden vermeerderd en aan veel vrije lieden en slaven-arbeiders onderhoud verschaft. Hoezeer handel en scheepvaart afgenomen zijn, kan daaruit worden afgeleid, dat het beveiligingsregt voor schip en goederen, waarvan de opbrengst op grond van voormalige scheepvaart op f 40.000. - geraamd was, de laatste jaren slechts ruim f 17.000. - heeft opgeleverd, en dat derhalve het getal en de grootte der schepen tot circa op 3/8 gereduceerd was van het gene, waarop het was berekend. In het jaar 1825, een der minst voordelige van den laatsten tijd, bedroeg de invoer nog f 996.909.02 en de wederuitvoer f 536.081.00. In het algemeen kan men aannemen, dat de consumptie van dit eiland p.m. f 450.000. - à f 460.000. - bedraagt in goederen, namelijk die van buiten moeten worden ingevoerd (en deze begrooting berust op eene vergelijking van den in- en uitvoer over meerdere jaren, welke ik bij mijn algemeen verslag zal overleggen). In 1827 is deze invoer voldaan met p.m. aan zout, verfhout, ezels etc. van dit eiland
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 215]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
waaruit ligtelijk is optemaken, dat zonder die vestingbouw de consumptie aanmerkelijk zoude hebben moeten verminderen, en dus ook den invoer daarvan, waaruit wederom minder zeevaart, handel en inkomsten voor het gouvernement zoude zijn voortgevloeid. Voor de juistheid dezer berekening pleit nog dit, dat alle kosten, aan de vestingwerken en voor het garnizoen besteed, in wissels getrokken zijn, derhalve die penningen niet hier zijn ontvangen maar wel de producten, daarvoor geleverd, en dewijl er nu geen vreemde handel van eenig belang plaats heeft, kan men daaruit afleiden, dat de ingevoerde goederen werkelijk hier geconsumeerd zijn, en hieruit laten zich dus ook de algemeene klagten wel verklaren, die men in Europa hoort, dat namelijk de kooplieden van Curaçao de goederen in commissie ontvangen, verkoopen, en het provenu grootendeels is besteed geworden om in de kosten van hun eigen onderhoud te voorzien; vandaar dan ook de veele bankroeten en het weinig credit van vele der overgeblevene handelaren. Buiten zout, eenig verwhout en ezels uit Bonaire bezit dit eiland geene voortbrengsels, vatbaar om te worden uitgevoerd. De mais, die eenen voordeeligen oogst voor dit jaar belooft, is letterlijk onverkoopbaar naar buiten, en daar de vestingbouw niet als een perpetueel hulpmiddel kan worden aangemerkt, kan dus ook alleen de totale val van Curaçao verhoed worden door den handel zoodanige aanmoediging te geven, als vereischt wordt om denzelven daarheen te trekken. Zonder dit zijn blijkbaar alle andere verbeteringen in de inwendige gesteldheid van bestuur en verordeningen nutteloos, en moet Curaçao in weerwil van zijn schone haven tot een negerdorp terugkeeren, het eenige wat hetzelve met eigen middelen van landbouw en visscherij kan onderhouden. ................Ga naar voetnoot1) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 216]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+ ...Vooreerst schijnt het mij toe, dat de algemeene welvaart aanvankelijk de aandacht verdiende; zonder het herstel toch van deze moest de consumtie meer en meer verminderen en te gelijker tijd alle andere bronnen afnemen, waardoor de financien konden worden gestijfd. Ga naar margenoot+ De handel is hier het hoofdmiddel van bestaan en het eenige middel om dit eiland te doen bloeyen. Het herstel daarvan was tevens het hoofddoel mijner zending alhier, dus behoorde dan ook aan deze al mijne aandacht gewijd te zijn, en ieder gepast middel beproefd te worden om dezelve te doen herleven. Ga naar margenoot+ De oorzaken van het verval des handels zijn Uwe Exc. volkomen bekend; ik behoef dus slechts aantestippen...Ga naar voetnoot1)...; volgens de informatien, die ik van den consul Van Raders... en langs andere kanalen verkregen heb, is het mij overtuigend gebleken, dat de welvaart van St. Thomas voornamelijk daaraan is toeteschrijven, dat die van Curaçao ... zich grootendeels naar derwaarts heeft verlegd... en dat St. Thomas sedert in het bezit van dien handel gebleven is, ja, dien in veel andere rigtingen heeft uitgebreid, naarmate de kapitalen aldaar zijn aangegroeid en voordeelige betrekkingen, onder anderen met Porto Rico, hebben kunnen aangeknoopt worden, en dat zij zich in het bezit daarvan hebben gehandhaafd, ook na den vrede, door hoogst liberale instellingen, waarbij de handel weinig belast, van alle formaliteiten ontheven is, terwijl aan de kooplieden, aldaar gevestigd, de meest mogelijke burgerlijke vrijheid werd toegestaan, die ook door oorlogsvaartuigen hunne eigendommen ter zee beschermd zien. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 217]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Hier heeft in vele opzigten het tegendeel plaats gehad: de lasten zijn hooger, de formaliteiten menigvuldiger en de afhankelijkheid der ingezetenen van het gouvernement is lastiger, om niet te zeggen: dikwerf vernederend, want wanneer men toch om daden te verrigten, die niet mogen geweigerd worden, requesten moet presenteren en nedrig eene permissie gaan verzoeken, gelijk hier voor eene menigte van onverschillige daden het geval is, en daarvoor leges betalen moet, dan ontstaat er een zekere wrevel in het gemoed, die zich niet zeldzaam in overdreven klagten uitboezemt. Vreemdelingen zijn hiervan getuigen en worden afgeschrikt om zich in een land te vestigen, met welkers inrigtingen de ingezetenen zoo weinig te vreden zijn. Zij vestigen zich dan met hunne relaties elders, waar zij op een' aangenamer wijze leven kunnen, en op die wijze hebben wij zelve bijgedragen om St. Thomas tot eene algemeene markt te doen worden, op welke de schipper thans gaarne vaart, daar hij er vele kooplieden aantreft, waaraan hij zijne waren slijten kan, en tevens vele goederen vindt, om zijn retour zamen te stellen. Hoezeer verschilt dit niet, met Curaçao vergeleken? Hier is het weinige geld in weinige handen; daardoor is de schipper, die verkoopen wil, afhankelijk van eenige weinigen, die dikwerf overeenkomen, om hem zijne goederen tegen spotprijzen aftezetten, en die vaak weinig, en dan nog alleen dure, waren voor zijn retour aantebieden hebben. Ook te St. Thomas bestaan voorname en vermogende handelhuizen, aan welke goederen met veiligheid kunnen worden toegezonden, schoon dit zeker van alle niet geldt; geringe lasten en een vrij zeker debiet en wel gevestigd credit der handelhuizen maakt het zenden van goederen naar derwaarts aanlokkelijk, terwijl hier de faillieten, wanbetalingen en lasten ieder afschrikken... Bij alle die voordeelen genoot St. Thomas nog die van bestuurd te worden door eenen man van eenen hoogst milden en liberalen geest; de gouverneur P.C.F. van ScholtenGa naar voetnoot1) scheen tevens geautoriseerd om alle die toegevendheid ten aanzien van den handel te gebruiken, die | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 218]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
den koopman even voordeelig als aangenaam zijn. De inen uitgaande regten werden op drie pct. bepaald, en geheven volgens eene opgave der schippers, die nimmer werd gecontroleerd, en het was alsof het stilzwijgend geconvenieerd ware, dat die opgave slechts bedragen zoude de helft, en dikwerf veel minder dan de helft, van de geheele waarde der goederen. Den koopman, die deze waren in commissie ontving, werd daardoor gelegenheid gegeven, om den zender voor het volle montant van 3 pct. te belasten, of wel hem weinig in rekening te brengen, naar mate zijn gevestigd credit hem aanspraak deed maken op meer voordeel, of wel naar mate hij dat credit nog door een prompte en civile bediening zich verwerven moest. Van hier dan ook de algemeene tevredenheid van de kooplieden te St. Thomas met de aldaar bestaande orde van zaken, en tevens de middelen aangewezen, waardoor dezelve aldaar gevestigd is. Aan de mogelijkheid om eenen uitgebreiden handel in de West Indien te drijven is dus niet te twijfelen, en het kan thans alzoo alleen de vraag zijn, of die middelen zich ook op Curaçao laten aanwenden en met welk vooruitzigt. Tot dit punt van mijn onderzoek genaderd zijnde, kwam de finantiele toestand het eerst in aanmerking, omdat het daarvan afhangen zoude, welke lasten, met eene vrije haven, op de consumtie zoude moeten worden geheven, en door welke middelen de opbrengst van die belasting zoude kunnen worden verzekerd, waarvan wederom de formaliteiten zouden afhangen, aan welke dezelve moest worden onderworpen. Door dit onderzoek bleek het mij, dat met het invoeren van de noodige bezuinigingen en vermindering van omslag bij de reeds bestaande inkomsten (die op den accijns en consumtie niet medegerekend) p.m. f 50.0000. - gevorderd werd, om de gewone uitgaven te dekken, waaronder dus niet zijn begrepen de soldijen der troepen, de rantsoenen en kleeding. Na de meest volledige informatien, die ik deswege heb kunnen bekomen, zouden dan de lasten 20 a 25 pct. bedragen van het geheel inkomen der ingezetenen, hetwelk mijns inziens als het maximum mag worden aangemerkt, waarboven de lasten niet mogen worden gedreven, althans zoo een land eenige aanlokkelijkheid voor vreemden om er zich te vestigen behouden zal. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 219]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aan de commissaris-adviseur werd door mij dientengevolge opgedragen, een ontwerp voor den handel, scheepvaart en entrepôt voor dit eiland te vervaardigen en daarbij optegeven de artikelen en tevens de belasting, die op de consumtie zoude geheven worden. Het concept (ten aanzien van de hoofdbepalingen, die hetzelve zoude moeten bevatten), deswege aan mij ingezonden, deed mij spoedig bemerken, dat de handel volgens hetzelve met vele formaliteiten zoude blijven bezwaard, hetwelk mij aanspoorde om naar een minder omslagtige wijze van belasting om te zien. Uit mijne missive van den 15 January jl.... zal U HEGestr. mijn gevoelen deswege ontwaren; dan, er bestonden zoo bij dien hoofdambtenaar als bij den gouverneur en eenige kooplieden meerdere bedenkingen tegen mijn voorstel, waarvan eene mij inzonderheid gewigtig scheen, namelijk dat het in vele gevallen zeer moeyelijk zoude zijn de hoegrootheid der lading te constateren, dat dit tot veel oponthoud, twisten en procedures zoude aanleiding kunnen geven en de markt alhier discrediteren. Deze en meer andere bezwaren hebben mij dan ook van mijn voornemen doen afzien, en, na aan den heer Guljé te hebben mede gedeeld eenige der hoofdaanmerkingen, door eenige kooplieden op het voorloopig concept gemaakt, heb ik aan hem opgedragen het ingezonden concept tot een volledig reglement omtewerken... Had ik vroeger het aan mij aangeboden concept der hoofdpunten van dit reglement als ongeschikt beschouwd tot bereiking van 's Konings oogmerken, thans overtuigde mij eene aandagtige herlezing van dat meer uitgewerkt project geheel van het onbestaanbare daarvan met 's Konings bedoelingen. Immers dit reglement onderwerpt den handel geheel aan de willekeur van een eenige hoofdambtenaar, bevat zoo veel formaliteiten en maatregelen, die ligtelijk vexatoir worden konden, dat naar mijn inzien hetzelve eerder als eene sluiting der haven zoude moeten worden aangemerkt dan wel als eene vrijstelling van dezelve, en dit was niet alleen mijn gevoelen maar ook dat des gouverneurs en van ieder ander bevoegden beoordeelaar, die ik deswege kon raadplegen. Ga naar margenoot+ ...Ter verdediging van den ontwerper echter moet ik aanvoeren, dat zonder gestrenge bepalingen in een land, waar men zoo zeer op smokkelen afgerigt is, de inkomsten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 220]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
niet kunnen worden verzekerd, en dat zonder deze niets zoude overblijven dan een schrikbarend reglement zonder inkomsten, en dat ook de gouverneur en andere bekwame beoordeelaars in zoo ver met hem instemmen, dat de strengste maatregelen gevorderd worden, om de inkomsten te verzekeren en den eerlijken handelaar tegen den smokkelaar te beschermen. Bij dat alles moet ik nog voegen, dat hoe gestreng ook die bepalingen zijn tegen den smokkelhandel, mij dezelve nog als geheel onvoldoende voorkomen, en wel uit hoofde dat hier verscheiden andere baayen gevonden worden, toegankelijk voor tamelijk groote koopvaardijschepen, en dat er aldaar of in den naasten omtrek plantagien bestaan, van welke jaarlijks duizende ponden mais naar de stad deels met rijtuig deels met schuiten worden getransporteerd. Hoe nu het smokkelen te beletten zonder de kosten van administratie zoodanig te vermeerderen, dat de opbrengst der belastingen daardoor niet geheel zoude geabsorbeerd worden. In den naasten omtrek der stad zelf is het strand op eene uitgestrektheid van een half uur zeer laag, dat wel niet zeer gemakkelijk voor eenigzins groote schepen te naderen is, maar echter met eenige voorzorgen op vele plaatsen voor sloepen en schuiten toegankelijk geacht moet worden. Langs dit strand zijn vele huizen gebouwd. Hoe gemakkelijk moet het niet zijn, hier de goederen 's nachts met visschersvaartuigen aan land te brengen? En hoe zeer dan ook dit strand eenige hinderpalen voor de landing oplevert, is hetzelve echter, zoo als ik mij verzekerd houde, van dien aard, dat de localiteit alhier geenen toereikenden waarborg tegen den smokkelhandel aanbiedt. Bij dit alles moet nog gevoegd worden de omkoopbaarheid van dat soort van menschen, die tot opzigters gebruikt moeten worden, en al konde men ook aanvankelijk een of meerdere ambtenaren van beproefde doorzigt en kunde daarmede belasten, zoude echter dit vak in volgende tijden niet beter en trouwer beheerd worden dan zoo veel andere gewigtige betrekkingen in de kolonien, die aan subalternen moeten worden opgedragen, en van welken gewigtigen invloed zoude eene verkeerde handelwijze niet zijn zoo wel voor de inkomsten van het gouvernement als voor den handel zelf, al naar mate men het | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 221]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
oogmerk door vexatien en knevelarij of wel door omkooping zoekt te bewerken. Ik mag voor Uwe Exc. niet ontveinzen, dat alle deze bedenkingen mij zeer belemmerd hebben. Ik gevoelde aan den eenen kant, dat door een middel te volgen, door het gouvernement in Europa zelve aangeduid, en door daartestellen het geen mij door een hoofdambtenaar, in dat vak kundig en tot dat doeleinde medegegeven, was aan de hand gedaan, mijne verantwoordelijkheid genoegzaam als gedekt kon worden beschouwd, maar ik gevoelde even levendig, dat ik in deze 's Konings belangen niet aan mijne bijzondere convenientie behoorde opteofferen, en ik voor mij zelf alleen in gemoede te beslissen had, of het middel van entrepôt, zooals het werd voorgedragen, al of niet geschikt was om het doel, door Z.M. als hoofdoogmerk aangewezen, te verwezenlijken, en dat, zoo deze vraag ontkennend moest beantwoord worden, het gevoel mijner verantwoordelijkheid voor de daarvoor in plaats te stellen maatregelen mij niet behoorde terug te houden, om op eene waardige wijze te beantwoorden aan het in mij gesteld vertrouwen. Op grond dan ook hiervan heb ik, alvorens een bepaald besluit te nemen, andermaal den financiëlen toestand van dit eiland onderzocht, en na het mij gebleken was, dat de vereischte belastingen op eene doelmatige en niet drukkende wijze konden geheven, de handel daardoor van alle lasten kan bevrijd worden, en deze zoo wel door de gegoedste ingezetenen als voorname kooplieden gaarne werden aangenomen, heb ik dan ook gemeend de invoering van het entrepôt te mogen en te moeten uitstellen, tot dat Z.M. deswege nader zoude beslist hebben... Alvorens de financieele maatregelen nader te ontvouwen, welke thans de opbrengst van het entrepôt vervangen zullen, zij het mij vergund, de verdere maatregelen, in het belang van de algemeene welvaart genomen, nader te ontwikkelen, en straks op hetgeen de financien betreft terugtekomen. Ga naar margenoot+ De eerste maatregel, ten gevolge van de opgegevene decisie vastgesteld, heeft bestaan in het volkomen vrij- en onbelast verklaren van de haven voor de koopgoederen van alle natien; alleen op de schepen zal dat matige tonnegeld geheven worden, bij de memorie omtrent de strek- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 222]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
king en toepassing der koninklijke besluiten van den 10en July 1826 La. U 16 en L.V. 16 geheim aangewezenGa naar voetnoot1). Het hiernevens onder no. 6 gevoegde reglement voor den handel en scheepvaart van CuraçaoGa naar voetnoot2) zal Uwe Exc. doen zien, dat nergens koopwaren beterkoop en met minder formaliteiten kunnen worden ingevoerd, en dat derhalve van die zijde aan den handel alle die aanmoediging gegeven is, waarvoor dezelve vatbaar geacht kan worden... Hoezeer ik overtuigd ben, dat langs dezen weg aan den handel hier eene groote aanmoediging zal gegeven worden, is het er echter ver vandaan, dat ik dit middel alleen als voldoende beschouwe, om denzelven naar herwaards overtebrengen. Ook te St. Thomas zijn de belastingen gering en bestaan geen formaliteiten. Daar is de handel reeds gevestigd en kooper en verkooper beide vinden dus daarin eene aansporing om die markt bij voorkeur te bezoeken. Ga naar margenoot+ Om dit voordeel optewegen heb ik in de eerste plaats getracht de instelling der bank alhier aan dat doel in het bijzonder dienstbaar te maken. Tegen het beleenen op hypotheken op den voet en de wijze, zooals ik vroeger had voorgesteld, deden zich belangrijke bedenkingen op. Vooreerst, eenige vermogende lieden alhier, voorname beleeners, wenschen hunne fondsen te remitteren. Daaronder is de familie van den heer De QuartelGa naar voetnoot3) alleen voor meer dan f 200.000. -. De door hen uitgezette gelden geven gemiddeld eene rente van 9 pct. Het komt in geene bedenking of de zoodanigen zouden dadelijk hunne hypotheken hebben opgezegd en het aan hunne beleenden gemakkelijk gemaakt hebben, derzelver panden bij de | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 223]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
bank te verbinden, en deze, daarbij ruim 4 pct. rente profiterende, zouden daartoe zeker niet ongenegen zijn geweest. Andere beleeners, die hier gevestigd zijn, en juist een opposiet belang hebben, namelijk de hoogere rente te doen voortduren, zouden het aan hunne beleeners moeyelijk gemaakt hebben, hunne effecten van bezwaar te zuiveren, om die bij de bank te kunnen beleenen, en dat nog te eerder uit hoofde er vele boven de waarde beleend zijn, en dikwerf twee, ja drie, verbanden op dezelve zijn gevestigd. Daarvan zoude dus het gevolg zijn geweest, dat juist zij, die de contante specien wenschten uittevoeren, van de faciliteit, dewelke de bank aanbood, zouden hebben geprofiteerd, het papier tegen zilver verwisseld en dit uitgevoerd hebben, waardoor dan het groote doel, de commercie door kapitalen te bevorderen, zoude zijn gemist, en de werkzaamheden van de bank voor het vervolg grootendeels tot invordering van de renten der hypotheken zouden zijn bepaald geweest. Eene tweede zwarigheid verdiende opmerking, namelijk wanneer eenige eigenaars van onbezwaarde goederen eene huwelijksche voorwaarde hebben aangegaan, die niet bekend is, ook de zoodanige zouden hunne panden ter beleening hebben kunnen aanbieden, om dit geld naderhand tegen 9, ja 12, pct. wederom uittezetten, daar hier merkelijk geldgebrek bestaat. Hierdoor zoude dat gedeelte van het kapitaal welligt almede voor den handel verloren geweest zijn, en bovendien de bank gevaar geloopen hebben van schade te lijden. Het scheen mij daartoe, dat eene beleening op koopwaren, hypothecaire inschrijvingen en vaste goederen, dermate ingerigt, dat de penningen, daarop geschoten, in den handel konden worden aangewend, aannemelijker moest geacht worden, inzonderheid zoo tevens daarbij eene additionele zekerheid voor de te vrezen verliezen verkrijgbaar was. Op grond hiervan is dan ook het reglement benevens de instructie voor de directie der bank ontworpenGa naar voetnoot1)... | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 224]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De waarborg, gevorderd van hen, die over een voorschot bij de bank wenschen te beschikken, en die in geld of onbezwaard eigendom gegeven kan worden, heeft niet alleen de strekking om de bank voor schade vrijtewaren, maar bovendien wordt daardoor voorgekomen, dat het geld, uit particuliere inzigten op eenen onbillijken voet verdeeld, aan den eenen in ruime mate wordt toegestaan en aan den anderen geweigerd, gelijk maar al te dikwerf het geval is in de kolonien en vooral in weinig uitgestrekte, waar familie en andere relatien zoo veel invloed uitoefenen. Hierdoor weet tevens elk en een iegelijk over welk kapitaal hij beschikken kan, om daarnaar zijne ontbiedingen te regelen, terwijl het zonder eene zoodanige bepaling mogelijk zou kunnen zijn, dat de belanghebbenden goederen ontvangen zonder over eenig geld bij de bank te kunnen beschikken, uit hoofde reeds alles ware uitgezet, hetgeen dan ook eene grievende teleurstelling zou kunnen wezen. Door den te geven waarborg is tevens de betaling der rente aan de bank volkomen verzekerd, en in allen geval kan het kapitaal, op deze wijze uitgezet, niet anders dan in de commercie worden gebezigd, omdat de aflossing zoo spoedig plaats moet hebben, dat de geldnemer buiten de gelegenheid is, het wederom aan anderen op vaste goederen voorteschieten. Ik vleye mij tevens, dat de specie, ten behoeve van de bank gedeponeerd, voor de verwisseling meer dan toereikend zal zijn. Vooreerst zijn de f 200.000. -, die door het gouvernement uitgegeven worden, genoegzaam verzekerd en verwisselbaar tegen de 60 à 70.000 gulden, die ten behoeve van het garnisoen kunnen getrokken worden, of, zoo dit in het vervolg mogt ophouden, dan zullen dezelve verwisselbaar zijn tegen eene gelijke somme, welke uit Suriname zal moeten worden gezonden. Het overschot zal verder ter betaling van de belastingen genoegzaam emplooi vinden, want deze zullen in geld of in papier worden voldaan. In het eerste geval kan men dit gebruiken tot het verwisselen, in het laatste geval komt geen verwisseling te pas. De andere f 200.000. -, op goederen te beleenen, kunnen wel ter verwisseling worden aangeboden, doch zoo deze heeft plaats gehad, dan kunnen de beleeningen, op de goederen gedaan, alleen met contante spe- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 225]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
cien worden afgelost, en in dat geval komt het geld in de kas terug en de rente bovendien, zoodat er altijd meer zilver als papier in de kas komen moet. Ik houde mij verzekerd, dat de hoeveelheid papier in betrekking tot het zilver zoude hebben kunnen vermeerderd worden, daar het geld in de kas en de geldswaarde der beleende producten meer dan het dubbeld bedragen van het papier, ten laste van de bank in circulatie. De ondervinding zal spoedig doen blijken, welke som hier duurzaam in geld ter verwisseling vereischt wordt; daarnaar zal men in het vervolg bij uitbreiding van het fonds der bank zich kunnen regelen, doch vooreerst scheen het mij nuttig binnen de grenzen te blijven, die eene volkomen zekerheid verschaffen. Het nut, dat men zich van den voorgestelden maatregel van beleening beloven mag, is zeer aanmerkelijk. Te Columbia, Jamaïca, Haïti en elders zijn dikwerf de markten der goederen zeer laag, en zouden de eigenaars wenschen den verkoop daarvan uittestellen tot gelegener tijd, zoo zij niet om geld verlegen waren, om daarmede het noodige voor hunne slaven of werkvolk te koopen. Is er nu een bank te Curaçao gevestigd, dan kunnen de kooplieden, aldaar tehuis hoorende, welke crediet hebben bij de bank, die goederen in commissie ontvangen, en dezelve tegen eene matige rente beleenen, een voordeel, dat aan de eigenaars dier goederen nergens elders wordt aangeboden, en voorzeker zoowel den koophandel naar herwaarts moet trekken als kooplieden aansporen om zich hier te vestigen, dewijl men, slechts een klein kapitaal bezittende, echter over belangrijke sommen beschikken kan. Niet minder zal daardoor deze haven voor de Amerikanen aanlokkelijk worden, die hier almede of een depôt plaats of eene verkoop plaats vinden zullen, terwijl het eindelijk te verwachten is, dat vele goederen naar herwaarts zullen gezonden worden in plaats van naar Columbia, wijl dezelve aldaar vaak onverkocht blijven liggen, bloot gesteld zijn aan vele gevaren en dikwerf worden gespolieerd. Wel is waar, het kapitaal der bank schijnt aanvankelijk tot zulk een gewigtig doel te klein, dan ik houde mij verzekerd, dat hetzelve tot een millioen guldens en meer zal kunnen worden gebragt, indien zulks noodig is, zonder aan het gouvernement in Europa eenige kosten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 226]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
of risico te veroorzaken. Hiertoe zoude in de eerste plaats het geld, voor den vestingbouw bestemd, kunnen worden aangewend, en in de tweede plaats kon eene bank, te Suriname opterigten, verder de noodige guarantie verleenen tegen het genot eener billijke rente van de door haar geguarandeerde sommen... Ga naar margenoot+ Een derde middel om den handel aantemoedigen was mijns inziens gelegen in het besnoeyen der onmatige provisien en andere nadeelige gebruiken, waardoor de goederen, hier in commissie gezonden, gedrukt werden. Ik zal beproeven of door middel van een besluit bepaald kan worden, wat hieromtrent in regten geldig kan zijn, waardoor welligt deze misbruiken zullen worden weggenomen, en de vreemdeling niet meer aan misleiding en bedrog onderworpen zal zijn, daar dan geene andere lasten op hen zullen kunnen worden geheven, dan bij zoodanig een reglement zijn bepaald, althans niet zoo hij niet vrijwillig daarin heeft toegestemd... Ga naar margenoot+ Eindelijk is het mij toegeschenen, dat ook de fabrieken in ons land met voordeel hunne speculatien op deze gewesten zullen kunnen uitbreiden. Ten aanzien der goederen, door hen naar herwaarts en elders in de West-Indien gezonden, wordt in het algemeen aangemerkt, dat dezelve, wat prijs en qualiteit betreft, zeer wel de mededinging met anderen kunnen volhouden, maar dat men te weinig zorgt, om goederen te zenden van lage prijzen, van de gewoone breedte en op de voet en de wijze geëmballeerd, die hier voor het vertier gevorderd wordt. Ik heb de noodige monsters van St. Thomas ontboden, en hoop die nog met deze gelegenheid te kunnen verzenden. Indien onze fabrieken dezelve zoodanig leveren kunnen en tot de gevorderde prijzen, vleye ik mij, dat een zeer goed debiet hier voor dezelve zal te bekomen zijn... Ga naar margenoot+ Thans tot de financiele aangelegenheden dezer kolonie terugkomende, zij het mij in de eerste plaats vergund, de aandacht van Uwe Exc. te vestigen op bijlage no. 1Ga naar voetnoot1), waaruit de algemeene ontvangsten en uitgaven benevens het nadeelige saldo blijkt. De staat no. 15 toont aan welke tractementen hier nog bij het bestaan hebbende systema werden genoten; wel is waar, een gedeelte daar- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 227]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
van, op den staat aangewezen, werd uit de leges en andereGa naar margenoot+ emolumenten gevonden, maar eene belasting, die onmiddellijk uit de beurs der ingezetenen in die der ambtenaren overgaat, is niet minder eene belasting dan zoodanig eene, die, alvorens tot het goedmaken van noodige kosten te strekken, vooraf in de gouvernementskas gestort wordt, en zoo het al waar schijnt, dat zij alleen de leges betalen, ten wiens behoeve de dienst wordt gepresteerd, dan kan men uit het aanzienlijk bedrag der sommen afleiden, hoe groot de last geweest moet zijn, zoo die slechts op weinigen drukte, of wel, was daarin het grootste gedeelte der ingezetenen betrokken, dan moest die nagenoeg als eene algemeene belasting aangemerkt worden, waartoe ieder in een zeker bestek van jaren zijn aandeel contribueerde. Daar deze belastingen tevens met meer rigueur dan de gemeene lasten worden ingevorderd, als zijnde het eigenbelang der ambtenaren er onmiddelijk mee verbonden, zoo is dan ook daarvan het gevolg geweest, dat geene belasting hier meer gehaat en overdreven wordt voorgesteld, vooral daar dezelve bovendien tot vexatoire handelingen aanleiding gaf. Bij het nieuw systema is dan ook dezelve in zoo ver afgeschaft, als zulks het welzijn van den dienst veroorloofde, en alleen blijft ze bestaan tot zoodanig een bedrag, als gevorderd wordt, om voortekomen, dat particulieren het regt van copie van stukken te vragen niet misbruiken.Ga naar voetnoot1) Ga naar margenoot+ De staat no. 16Ga naar voetnoot2) wijst aan de baten en lasten van Cu- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 228]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
raçao met het nieuwe stelsel, terwijl de daarbijgevoegde stukken meer in het bijzonder doen kennen de uitgaven van ieder respect en het gedesigneerde personeel zoo van het algemeen als plaatselijk bestuur. Van de uitgaven dezer kolonie heb ik die voor de eilanden Bonaire en Aruba afgezonderd om redenen, die ik straks breeder zal ontvouwen. Ik heb al verder doen splitsen de uitgaven, die anders op de algemeene respecten der voormalige rekening voorkwamen. Weinige daarvan hebben in den eigenlijken zin des woords vermindering kunnen ondergaan, daar, gelijk ik reeds vroeger heb gemeld, de zaken hier met orde en spaarzaamheid werden bestierd. De posten, die op deze rekening aan noodzakelijke uitgaven voorkomen, zijn overigens gegrond op de ondervinding van het voorgaande tijdvak, en kunnen mitsdien, buiten onvoorziene toevallen, niet vatbaar voor misrekening verondersteld worden; die uitgaven, gevoegd bij de toegestane tractementen, leveren een totaal op van f 160.172.75Ga naar voetnoota), dat alzoo door de inkomsten heeft moeten worden gedekt. Eenmaal de hoop om het entrepôt intevoeren hebbende moeten opgeven, en geene gelegenheid ziende, behoudens 's Konings doel om hier eene algemeene stapelplaats van handel te vestigen, om belastingen op de consumtie te heffen, heeft mijne geheele aandacht zich moeten bepalen tot de directe belastingen. Ga naar margenoot+ Bij een naauwkeurig onderzoek bleek het mij, dat de waarde der onroerende goederen reeds vroeger bekend was te bedragen f 4.821.652. -; dat de plantagien met derzelver inventarissen daarvan uitmaken f 2.106.629. -, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 229]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
en van deze som de inventarissen alleen geschat worden op f 668.876. -. Op de gezamenlijke onroerende goederen was ingeschreven aan hypothecaire schulden f 2.036.039.72. De huisslaven beloopen een getal van p.m. 5000 en zijn waardig, dooreengerekend, f 200. - of wel een kapitaal van f 1.000.000. -. De waarde der huizen buiten die der plantagien bedraagt f 2.715.023. -. Zoo 8 pct. wordt aangenomen als de huurwaarde en 6 maal deze huurwaarde voor het meubilair, geeft dit alweder een kapitaal van f 1.273.211. -. Uit het een en ander vloeit het voort, dat het belastbare kapitaal kan gesteld worden als volgt:
De heffing van 1 pct. hiervan zoude dus opleveren f 70.949.63, welke som, gevoegd bij de overige inkomsten, toereikend zou zijn om de thans bestaande uitgaven te bestrijden. De vraag kan alleen zijn, of die opbrengst als zeker kan worden aangemerkt en of de belasting als te hoog of in andere opzigten als nadeelig zou moeten worden beschouwd. Wat de zekerheid der belasting betreft - daar de tegenwoordige belasting van ½ pct. der vaste goederen de som opbrengt, waarop die is aangeslagen, en hierbij dezelfde waarde tot maatstaf is genomen, zoo is het ontwijfelbaar, dat de vaste goederen niet te hoog zijn aangeslagen. De hypothecaire inschrijvingen zijn bij den algemeenen secretaris ingeschreven, dus ook hieromtrent kan geene vergissing plaats hebben. De inventarissen der plantagien berusten op berekeningen, opgemaakt volgens de drie laatste verkoopingen, en konden met zekerheid worden naargegaan. Het getal der slaven is bekend door het hoofdgeld, dat van hen betaald wordt, en daar eigenlijk de berekening | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 230]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
van de waarde van het meubilair en verder onroerendGa naar voetnoota) goed behalve de koopwaren op de waarde der huizen berust, welke bekend is uit hoofde van de belasting, die daarop wordt geheven, is het dan ook wel zeker, dat deze belasting almede aan geene misrekening onderhevig kan zijn. De opgegeven som zou mitsdien te verkrijgen wezen, ware het niet, dat op eenige non-valeurs ten aanzien van meubilair enz. moet worden gerekend, en het op dit oogenblik niet raadzaam zijn kan ten aanzien der plantagieslaven eenigen afslag der belasting toetestaan, waarvoor de gronden straks breeder zullen worden ontwikkeld. Na die deductie intusschen meen ik de opbrengst als verzekerd te mogen aannemen. En thans overgaande tot het betoog, dat deze belasting niet als drukkend beschouwd kan worden, moet ik in de eerste plaats doen opmerken, dat tegenwoordig van alle vaste goederen ½ pct. van de totale waarde, om het even of die al of niet bezwaard is, betaald wordt; dat hierdoor deze belasting zeer ongelijk drukt, terwijl, dezelve op 1 pct. gesteld zijnde en de hypotheken daarvan afgetrokken kunnende worden, men in massa niet meer betaalt, en hij het meest, die ook over de meeste vruchten van zijnen grond beschikken kan. Zoo de bezitters van vaste goederen 1 pct. van hun eigendom betalen kunnen en moeten, waarom dan ook niet de hypotheekhouders, die doorgaans 12 en meer pct. van hunne gelden trekken zonder risico of moeite? De landeigenaar zal zich voorzeker zeer gelukkig rekenen, zoo hij, de jaren door elkander gerekend, een gelijk voordeel van zijn eigendom met aanwending van zijne vlijt en zorgen geniet; wel is waar ook de weeskamer en dus de bezittingen der weezen zullen daarin deelen, maar die fondsen zijn ook tegen 6 en 7 pct. uitgezet. Indien hunne eigendommen in vaste goederen bestonden, zouden zij voorzeker aan de algemeene belastingen onderworpen zijn, en waarom dan ook niet thans, nu hunne bezittingen in hypothecaire inschrijvingen bestaan, welkers verliezen bovendien door het reservefonds der weeskamer gewaarborgd worden? Zoo dan deze nog eenigen matigen interest van 5 a 6 pct. van hun eigendom blijven ge- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 231]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
nieten, hebben zij geen regt hoegenaamd om zich te beklagen. De belasting op den inventaris der plantagien zoude zeker in gewone tijden niet te hoog zijn, maar in aanmerking genomen, dat de planters vele slechte jaren hebben doorgestaan, heb ik gemeend die provisioneel op ½ pct. te moeten stellen, en tevens gezorgd, dat dit voorregt niet kon worden misbruikt door de waarde der vaste goederen aantenemen voor eenen maatstaf en daarnaar te bepalen, in hoeverre deze vergunning kon worden uitgestrekt, gelijk Uwer Exc. uit het reglement van de financien zal blijken. De belasting op de slaven naar maatstaf van derzelver gemiddelde waarde kan mede niet als drukkend beschouwd worden, want zij worden of tot den arbeid gebezigd en verdienen in dat geval zeer veel, of zij dienen als huisslaven en bewijzen dus het vermogen en de welvaart van den eigenaar. Het meubilair en verder eigendom is almede op eene zeer matige wijze berekend. Vooreerst brengt de huur hier doorgaans meer dan 8, dikwijls 12 a 15 pct. van den koopschat op. In de tweede plaats zijn er, meen ik, slechts weinigen, die voor de genoemde som hun meubilair en overige bezittingen zouden willen afstaan, en derhalve is de berekening niet te hoog. Zij was tevens het eenig, ofschoon ook in zich zelve niet volledig middel, om hen, die huurhuizen bewonen, in de belasting te doen deelen, en is dan tevens een gepaste maatregel om bij toenemende welvaart de vermeerdering der inkomsten meer en meer te bevorderen. De minvermogende klasse is van de betaling dezer belasting vrijgesteld, omdat alle betalingen van dien aard moeyelijk intevorderen zijn en tot vexatien aanleiding geven. Daar echter de belasting op het meubilair nog slechts een onvoldoend middel moest geacht worden, om de lasten gelijkelijk te verdeelen, en ook de koopman, die een huurhuis bewoont, daarin te doen contribueren, was een patentregt nodig. Dit opteleggen naar eenen billijken maatstaf was moeyelijk, daar velen in dit geval beweerd zouden hebben, geen koopman te zijn, terwijl het, eene noemenswaardige som zullende opleveren en slechts door weinigen betaald wordende, als drukkend moest | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 232]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
worden aangemerkt. Vanhier de bepaling in het reglement van financien, dat het patentregt zal afgemeten worden naar de waarde der goederen, aan den belanghebbende bij cognossement toegezonden of voor eigen rekening ingeslagen. De meeste schepen van Noord America of Europa zijn van zulk een cognossement voorzien; de inlandsche schepen, die bij het terughalen hunner papieren niet opgeven, aan wie de goederen zijn geleverd, betalen f 1. - per ton scheepsruimte. De goederen dooreengerekend, die hier aangevoerd worden, bedragen p.m. f 70. - de ton, zoodat de ontvangst wordt aangewezen en dientengevolge belast, of anders de waarde daarvan genoten. Kleine schepen, aan de ingezetenen behoorende, zijn hiervan uitgezonderd; van de 16000 tonnen, het voorgaande jaar aangevoerd, hebben zij niet meer dan 700 tonnen aangebragt. Het is mogelijk, dat hieromtrent nog eenige malversatie plaats zal hebben, want het volmaakte is niet bereikbaar. Het schijnt ook, dat langs dezen weg werkelijk eene belasting op den handel gelegd wordt, dan deze wordt uitsluitend door kooplieden gedragen. De vreemdeling heeft hiermede niets te maken en alle lastige formaliteiten zijn hierbij vermeden. Alvorens dit stelsel aantenemen heb ik niet alleen den heer s.b.n. Cantz'laar geraadpleegd maar ook tevens de voornaamste hypotheekhouders, grondbezitters en kooplieden, met name de heeren Theodorus Jutting, De Veer Jr., Meyer, Lens en CancrijnGa naar voetnoot1), die aan hetzelve niets | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 233]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
aanmerkelijksGa naar voetnoota) gevonden hebben, en het voor de welvaart en bloei van Curaçao voordeeliger hebben geacht dan eenige belasting op den handel, met formaliteiten verbonden. Ik heb dan ook gemeend, dat stelsel gerustelijk te kunnen aannemen en als doelmatig aanbevelen, te meer daar hierdoor een groot getal ambtenaren kon worden afgeschaft en vele kosten bespaard. Het beveiligingsregt is, gelijk Uwe Exc. bekend is, aanmerkelijk verminderd, zelfs beneden dat van St. Thomas gesteld. De overige belastingen, den handel niet drukkende, zijn gebleven met uitzondering van het hoofdgeld der slaven, dat natuurlijk ten gevolge der nieuwe bepalingen heeft moeten vervallen.
en dus is hiermede dan ook het doel in zoover bereikt. Uit den staat, onder no. 17 hierbij overgelegdGa naar voetnoot1), zal het Uwe Exc. blijken, dat thans ruim f 15.100. - meerder aan belastingen betaald wordt dan te voren, dan dit verschil zou niet zoo aanzienelijk zijn, zoo men minder op de consumtie en accijnzen had gesmokkeld, zoodat de | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 234]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ingezetenen werkelijk niet veel meer lasten dragen dan hen gedurende het jaar 1827 waren opgelegd... | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
IVParamaribo, 15 Mei 1828.Ga naar voetnoota) Ga naar margenoot+ ...Ik heb bij mijne reeds aangehaalde missive van 1 April j.l. als noodzakelijk opgegeven, dat de handel van St. Eustatius van alle lasten bevrijd zoude zijn, voornamelijk om tegen de plaatselijke ligging van St. Bartholomeus mitsgaders tegen de voordeelen, welke de Americaansche handel aldaar geniet, te kunnen opwegen. Hierop nader terugkomende, zij het mij vergund optemerken, dat het eiland St. Eustatius op zich zelven van alle hulpbronnen is verstoken. Buiten eenige suiker, die van 600.000 a een millioen pond, oud gewigt, mag bedragen, levert het niets op. Slechts een gering getal menschen kan dus door de plantagien zijn bestaan vinden, en het gevolg hiervan zou noodwendig moeten zijn, dat het eiland allengskens meer en meer door zijne bewoners zou worden verlaten, en de colonie weldra eene nuttelooze bezitting zoude opleveren, die of geheel zou moeten worden opgegeven, of wel, gelijk de kust van Guinea, tot een steeds durenden lastpost verstrekken zou. Vroeger heeft de handel St. Eustatius doen bloeyen en uit dien hoofde was het eene gewigtige bezitting. Groote kapitalen, die er gevestigd waren; geene mededinging van naburige eilanden; eene minder strenge policie in de Fransche en Engelsche eilanden, waardoor de smokkelhandel, gemakkelijk was; een groote voorraad Duitsche goederen, alleen door Hollandsche schepen aangevoerd, en in zonderheid door de slaven gebruikt wordende - dit alles maakte het eiland tot eene algemeene stapel- en handelplaats, vooral toen de oorlog tusschen Engeland, Noord America, Frankrijk en Spanje aan de Hollandsche schepen alleen het drijven van eenen vrijen handel overliet. Maar de omstandigheden, die toen zoo voordeelig waren, bestaan niet meer. Het nemen en plunderen van St. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 235]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Eustatius door de Engelschen in den jare 1781 heeft aan de welvaart van het eiland eenen schok toegebragt, waarvan die zich nimmer heeft hersteld, en thans ziet men op vele plaatsen de puinhoopen als overblijfselen van vroegere bloei. De oorlogen, sedert 1793 gevoerd, zouden, hoezeer in een minderen graad dan in 1780 en 1781, eene gunstige gelegenheid voor den handel in de West-Indien hebben doen ontstaan, ware het niet, dat de voormalige republiek te zeer in die oorlogen betrokken is geweest om er nut van te trekken. Denemarken en Zweden hebben gedurende dat tijdperk hunne neutraliteit langer bewaard, en de handel, dien zij op alle mogelijke wijzen aanmoedigden, verplaatste zich naar hunne bezittingen. Te St. Thomas en te St. Bartholomeus zijn thans belangrijke huizen gevestigd, en het zou eene vruchtelooze poging zijn, om zonder buitengewone omstandigheden den handel van daar in onze bezittingen te willen overbrengen, want die tak van nijverheid is op gedachte eilanden slechts aan geringe lasten onderworpen en de meeste kooplieden, die aldaar vaste eigendommen verkregen hebben, zouden op die eigendommen bij eene verplaatsing naar elders aanmerkelijke verliezen lijdenGa naar voetnoot1). Doch de buitengewone omstandigheden, die er noodig zijn, bestaan thans door het sluiten der Engelsche havens in de West Indien voor Americaansche schepen. De Engelsche planters en kooplieden zijn nu verpligt zich aan neutrale markten van levensmiddelen en goederen te voorzien, en de Americanen zijn genoodzaakt, de waren op gelijke markten ten verkoop te brengen. Het ligt in den aard der zaak, dat deze laatsten tot voorgeschreven einde zoodanige eilanden of plaatsen zullen uitkiezen, die het gunstigste gelegen zijn, en in dat opzigt hebben onze eilanden veel vooruit boven die, waar zich tegenwoordig de handel gevestigd heeft. Van Antigua bijv. en meer eilanden, beneden St. Eustatius gelegen, kan op eenen dag met eene open boot de reis heen en | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 236]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
weder naar laatstgenoemde plaats worden gedaan, terwijl naar St. Bartholomeus twee dagen gevorderd worden. Gedurende mijn verblijf op St. Eustatius zag ik dagelijks kleine vaartuigen het eiland voorbijvaren, en de reden, dat zij het niet bezochten, was een gevolg van de zwaardere lasten en leges en vooral van de vele formaliteiten, welke in onze etablissementen bestonden, voor welk een en ander dan ook het voordeel van beter gelegen te zijn moest onderdoen. Wanneer men nog hierbij in aanmerking neemt, dat te St. Thomas en te St. Bartholomeus door de aldaar voorhanden zijnde kapitalen tevens eene goede markt kan gerekend worden, dan is het klaarblijkelijk, dat het doel om den handel van die eilanden op onze bezittingen overtebrengen alleen kan worden bereikt door het aanbieden van meer voordeelige voorwaarden. Van halve maatregelen was dit niet te verwachten, en daarom was een finale vrijstelling van alle lasten zeker het meest gepaste middel. Het gouvernement lijdt door zoodanige bepaling geen schade, integendeel, het geniet er een dadelijk voordeel bij, want de ingezetenen hebben zich gaarne bereid verklaard, om de inkomsten, die het gouvernement van den weinig' nog overgebleven, kwijnenden handel genoot, te vergoeden, gelijk zij ook werkelijk de lasten dadelijk onder zich hebben gerepartieerd in afwachting van een meer geregeld stelsel, dat het tegenwoordige vervangen zalGa naar voetnoot1). Het eenige, wat nu nog ontbreken zou, is een genoegzaam kapitaal, doch ook deze zwarigheid is niet onoverkomelijk, en ik vley mij, binnen kort in staat te zullen zijn, een plan te dien aanzien voortedragen zonder dat | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 237]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
er eenige schade voor het rijk uit zal kunnen voortvloeyen. Reeds heeft de bank, te Curaçao opgerigt, de grootste sensatie op St. Thomas te weeg gebragt. Eenige kooplieden, vroeger van eerstgenoemd eiland afkomstig, doch thans op laatstgemeld gevestigd, hebben zich genegen verklaard, naar hunnen geboortegrond in den schoot hunner familie terugtekeeren; enkele met niet onaanzienlijke kapitalen, hetgeen vooral zal bijdragen om den handel van ons eiland te verlevendigen, daar er weinig ondernemende en geaccrediteerde kooplieden aanwezig zijn, minder zelfs dan op St. Eustatius, alwaar nog onderscheiden geschikte handelaars hun verblijf houden. Dat dus de ingeslagen weg aan het oogmerk zal beantwoorden, dit mag men met grond verwachten, en het blijft nu alleen nog de vraag, welke voordeelen men voor het moederland van zoodanigen onbelasten handel kan te gemoet zien. Directe voordeelen voorzeker weinig of geene, maar zoo de ingezetenen in vermogen toenemen, moeten ook noodwendig de belastingen op eigendommen en slaven meerder opbrengen, en wanneer dus voor het oogenblik de omslag zoodanig is, dat zonder krenking der publieke dienst in de uitgaven der gezamenlijke West-Indische bezittingen kan worden voorzien, dan moeten ook eerlang de middelen verkregen worden, door welke nijverheid en welvaart kunnen worden vermeerderd. De handel van het moederland zal tevens zich meer en meer op onze eilanden in West Indien kunnen uitbreiden, naarmate de fabriekanten zullen slagen om vertierbare waren te leveren. Dit laatste is ook het eenige middel, want om door mindere belastingen dien handel op deze eilanden te willen aanmoedigen is onmogelijk, daar de goederen de concurrentie met vreemde, in andere landen weinig of niet belaste voorwerpen moeten kunnen uithouden, zullen zij debiet vinden... En waarom zouden onze kooplieden de concurrentie met de Engelschen en Duitschers in vele artikelen niet kunnen volhouden? Omtrent de eerste toch zijn wij door goedkoper arbeidsloon, omtrent de laatste door plaatselijke ligging begunstigd. Ik durf mij vleyen, dat na de voorafgaande ophelderin- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 238]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
gen Uwe Exc. de door mij daargestelde verordeningen tot het begunstigen van den handel in onze West-Indische eilanden zal goedkeuren, te meer daar het zonder eenig bezwaar van 's rijks schatkist is geschiedGa naar voetnoot1)... Ga naar margenoot+ Met opzicht overigens tot den voormaligen gouverneur van St. Eustatius W.A. van SpenglerGa naar voetnoot2) kan ik de eer hebben Uwer Exc. te berigten, dat hij zich voldoende heeft kunnen regtvaardigen over de wijze, waarop hij de zee-brieven heeft afgegeven; hij is te dien aanzien niet | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 239]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
dadelijk afgeweken van de bestaande voorschriften, doch niettemin had door meerdere voorzorg het misbruik kunnen zijn voorgekomen of verminderd, gelijk reeds het gevolg der nu nader genomen maatregelen duidelijk doet zien. De heer Van Spengler heeft mede de onwaarheid aangetoond der beschuldiging, dat hij zeebrieven zou hebben verleend aan iemand, die niet op St. Eustatius aanwezig was, en zulks door te bewijzen, dat de bedoelde persoon, zijnde de schipper Libray, niet alleen op St. Eustatius is geboren, maar er zelfs woonachtig was op het tijdstip, dat de zeebrieven werden afgegeven. Over den staat der magazijnen op het eiland St. Eustatius had ik minder reden van te vreden te zijn... Voor het overige kan ik niet anders zeggen, of de staat van zaken was te St. Eustatius in vrij goede orde, gelijk ik reeds aan Uwe Exc. heb meegedeeld; de saldo's, die volgens de boeken voor handen moeten zijn, waren er werkelijk, en de nadere verificatie van den heer Guljé zal nu aantoonen, of de gehouden comptabiliteit de toets kan doorstaanGa naar voetnoot1)... Onder de middelen, welke verder tot bevordering van handel en welvaart op de eilanden St. Martin en St. Eustatius kunnen worden aangewend, behooren mede deGa naar margenoot+ zoutpan te St. MartinGa naar voetnoot2) en eene haven voor kleine schepen te St. Eustatius... | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 240]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+ Ten aanzien van mijne voorloopige bevinding in de colonie Suriname heb ik de eer Uwe Exc. al verder te berigten, dat ik die met betrekking tot hare slaven inGa naar margenoot+ volkomen rust heb aangetroffen. Eenige weggeloopen negers intusschen zijn binnen het cordon nabij de plantage HannoverGa naar voetnoot1) met eene onzer burger-patrouilles slaags geweest en hebben drie menschen gekwetst. De weggeloopenen, die gevochten hebben, waren volgens berigten ongeveer twintig in getal. De rapporten, omtrent dit voorval ingekomen, waren nog zeer onvolledig en, op zich zelve beschouwd, schijnt het weinig belangrijk, maar daar echter het getal van successief ontvlugte negers op circa 1500 geschat wordt, en deze zich in bosschen in de nabuurschap der plantagien ophouden, is het te voorzien, dat zonder krachtige maatregelen zich hieruit een nieuwe bende Boschnegers vormen zal, even gevaarlijk als de vroeger weggeloopenen, die zich op gelijksoortige wijze tot geduchte benden vereenigd hebben. Zeer klagen de planters, dat sedert eenigen tijd in deze niet met de vereischte activiteit gehandeld is. Van de andere zijde verontschuldigt men zich door aantevoeren, dat het getal troepen, hier aanwezig, te gering is. Doch naar het mij voorkomt, zouden deze ter bewaring der publieke rust en tot uitroeying der wegloopers talrijk genoeg zijn, indien ze niet in eene menigte van kleine posten verstrooid waren, hetgeen belet, om van hen de vereischte dienst te trekken. Ik stel mij voor, hieromtrent verandering te maken, het corps guides op eenen goeden voet te brengen en het inzonderheid ter bereiking van het doel aantewenden. Het is te bejammeren, dat het regensaizoen reeds ingevallen is en den toegang tot het meer inwendige der bosschen verhinderd. Al wat het saizoen nog veroorlooft, zal ik dadelijk doen beproeven, schoon er weinig hoop op een goeden uitslag overblijftGa naar voetnoot2). | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 241]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+ De bevredigde Bosch-negers zijn rustig; inzonderheid zijn die van de Saramacca wel gezind. De posthouder Stokkelaar van EikGa naar voetnoot1), aldaar geplaatst, schijnt een bekwaam en actief man. Hij is van oordeel, dat van de Bosch-negers niet alleen niets te vrezen is, maar dat ze zelfs in meer dan één opzigt nuttig voor de colonie kunnen worden. Circa 150 zijn in vroegere tijden door de Moravische broeders tot de christelijke godsdienst gebragt, en deze inzonderheid onderscheiden zich door een zeer vredelievend gedrag en blijven getrouw aan de godsdienst, door hen omhelsd. Het is te bejammeren, dat in der tijd aan de Moravische broeders niet meer aanmoediging gegeven is, daar het opperhoofd der negers, sedert overleden, mede de christelijke godsdienst had aangenomen... Ga naar margenoot+ Ten slotte heb ik de eer, hieronder te laten volgen... eene memorie betrekkelijk het eiland Aruba en hoofdzakelijk omtrent de goudmijnen, die men vermoed heeft, dat daar bestondenGa naar voetnoot2). De voorstellen, welke in die memorie door mij zijn gedaan, zijn mij nuttig en noodig toegeschenen, om van het aanwezig goud op den duur, zoo voor het gouvernement als voor de bewoners van het eiland, eenig voordeel te trekken. Intusschen zoude ik niet in bedenking durven geven, om de door mij opgege- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 242]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ven wijze van bearbeiden enz., welke met die van den heer bergraad StifftGa naar voetnoot1) verschilt, al dadelijk te doen volgen, daar welgemelde heer als doorkundig in dat vak natuurlijk alle omstandigheden te dien aanzien beter kan beoordeelen, en ik zou dus van gevoelen zijn, dat mijn plan dan alleen ten uitvoer zou kunnen worden gebragt, wanneer de ondervinding mogt hebben geleerd, dat dat van den heer Stifft niet met een wenschelijken uitslag wordt bekroond. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bijlage P. [bij brief van 15 Mei 1828].
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 243]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
deze vrij grasrijk zijn en bovendien begroeid met onderscheidene soorten van cactus, welke door ezels en cabrieten bij gebrek aan beter voedsel in den droogen tijd gegeten wordt. Voor den teelt van ezels en cabrieten is het eiland bijzonder geschikt. Ten aanzien van deze laatste dierensoort zijn de bewoners bevrijd van de bepalingen, aan welke die van Bonaire onderworpen zijn, om namelijk slechts een vast getal te mogen houden. Intusschen is de nijverheid nog zoo weinig ontwikkeld, dat van de gegeven vrijheid maar schaars gebruik wordt gemaakt. In stede van te trachten hun vee te vermeerderen zoeken de eigenaars altijd de gelegenheid om het te verkoopen, hetgeen in zonderheid in de drooge jaren het geval was, toen de teelt der mais veelal mislukte, en ze alles te baat namen, om in onontbeerlijke behoeften te voorzien. Evenmin als Curaçao is Aruba voor den landbouw geschikt. De weinige grond, die de rotsen bedekt, kan aan het gebrek aan regen niet lang wederstaan, terwijl de sterke winden en de vele kalkachtige aard des gronds de uitdrooging nog verhaasten. Buiten eenige mais en boonen van geringe qualiteit levert het zeer weinig op; vruchtboomen zijn er bijna geene, zoodat het geheel veel ongunstiger aanzien heeft dan het eiland Curaçao. De heuvelen of kleine bergen, over het eiland verspreid, bestaan grootendeels uit kalk en syeniet steen; het noordoostelijk en noordwestelijk gedeelte aan zee daarentegen uit groensteen, welke door eene smalle strook van dat gesteente, langs de noord-zijde voortlopende, onderling verbonden schijnt. Het is in deze groensteen, dat het goud wordt aangetroffen, en hoezeer de gedane nasporingen tot dusver geene merkelijke of liever in het geheel geene voordeelen hebben opgeleverd, is het mij echter, uit meer dan een oogpunt beschouwd, niet onbelangrijk toegeschenen, het gevolg van mijn onderzoek te dien aanzien eenigermate in het breede te ontwikkelen. Het bearbeiden der mijnen aan de noordzijde komt mij voor, eenige resultaten op te leveren, geschikt om een denkbeeld te geven, op welke wijze het goud hier in de grond verborgen is geweest en nog is, mitsgaders om de | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 244]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
oorzaak aantewijzen, waarom men het in groote en kleine klompen, en in de valleyen, aanvankelijk in grootere, later in kleinere stukken heeft aangetroffen. Over de eerste oorzaken, die het goud hier in dezen grond hebben doen ontstaan, meen ik, mij geene gissingen te moeten veroorloven; deze toch blijven altijd aan twijfel onderworpen, en staan in geene betrekking hoegenaamd tot het belang of het voordeel, dat het thans aanwezig goud kan opleveren. Liever heb ik mij dus bepaald tot het onderzoek, hoedanig het goud thans in den grond wordt gevonden, en tot de wijze, waarop het verkregen kan worden, hebbende de bewerkt wordende mijnen aan de noordwestzijde mij, gelijk ik reeds gezegd heb, eenige ophelderingen deswegens gegeven. De bedoelde mijnen worden aangetroffen op eenen heuvel van eene zeer vlakke gedaante, die dus weinig of niet aan afspoeling door sterke regens onderworpen is geweest. Uit dien hoofde dan ook is hij met eene dunne klei-lage bedekt, terwijl de lage van de andere meer steilere heuvelen aan de noordoostzijde des eilands is afgeregend, zoodat hier weinig klei en meer steen gevonden wordt. De grondbestanddeelen van den noordwestelijken heuvel is de meergenoemde groensteen, hier en daar met eenige zeer smalle aders van quarts en ook van klei doorsneden. In eene groeve, drie à vier voet diep, aangewezen op plan no. 2, hierbij gevoegd,Ga naar voetnoot1) waarmede men den heuvel in onderscheidene rigtingen met zwarte lijnen aangeduid heeft, treft men hier en daar deze quarts en kleiaders aan; de eerste zelden breeder dan 1 of 2 Nederlandsche duimen, de laatste van 2 tot 20 duim. Deze aderen echter strekken zich zelden verder dan eenige ellen uit, en loopen dan wederom in den groensteen te niet, gelijk zij mede zeldzaam dieper zijn dan van 1 tot 4 voet, terwijl die aderen, welke men dieper heeft aangetroffen en zelfs vervolgd, totdat men door het water er in werd verhinderd, geen goud hebben opgeleverd. Het komt mij zeer waarschijnlijk voor, dat ook het goud aan de noord- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 245]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
oostzijde van het eiland of zoogenaamd Ari Kok aanvankelijk op dezelfde wijze in den grond aanwezig is geweest, voor welk gevoelen ik zal trachten de redenen op te geven. Het hierbij gevoegd kaartje sub no. 1Ga naar voetnoot1) doet zien, dat de genoemde grond tamelijk hoog of heuvelachtig en met vele valleyen doorsneden is, welke alle langs eene vrij steile helling bij sterke regens het water met groote snelheid naar zee doet stroomen. In een dezer valleyen, de Rooy Fluit genaamd, vindt men aan het uiteinde een klipachtige verhooging van 15 tot 16 voet, en daar nu al deze bergen met kleiaderen doorsneden zijn, even gelijk de grond, waarin het goud aan den noordwestkust gevonden wordt, zoo is het natuurlijk, dat door de zware regens deze klei dikwerf uit de aderen wordt uitgespoeld, in de valleyen afstort, en zoo verder door den sterken stroom naar zee wordt afgedreven. Doch vermits de valleyen in het algemeen veel meer kronkelen dan het kaartje het aanwijst, zoo blijft dikwerf een gedeelte klei in die kronkelingen liggen, en het is in deze klei, dat zich het goud in de valleyen bevindt. Dit was in zonderheid het geval in de Rooy-fluit, daar eene klipachtige verhooging van 15 voet het water aanvankelijk verhinderde af te stroomen, en, de helling verminderende, veroorzaakte, dat de zwaardere klei en in zonderheid het goud gelegenheid had om te bezinken. Vandaar dan ook, dat in een uitgebreidheid gronds van nog geen 50 voet het 7/8 gedeelte van al het gevonden goud is uitgegraven, terwijl men het in de overige valleyen slechts in eene geringe hoeveelheid heeft aangetroffen, omdat waarschijnlijk het daarin afgespoelde door de groote snelheid van het afvloeyend water in zee is gespoeld. Goudaderen heeft men in deze streken nog niet gevonden; mogelijk wel, omdat men die in de hellingen der bergen gezocht heeft. Maar bevindt zich het goud alleen in de oppervlakte des gronds gelijk aan de noordwestzijde, dan is het natuurlijk, dat het in de helling tevergeefs zou worden gezocht, daar die bovengrond, welke het bevat, er meest reeds lang is weggespoeld; integendeel zou het dan op de hooge bergruggen gezocht moeten worden, en werkelijk zijn hier eenige | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 246]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
weinige stukjes gevonden. Dan vermits er echter het goud waarschijnlijk niet overvloediger zal zijn dan aan den noordkant van het eiland, en ze met geen belangrijk voordeel kunnen worden bewerkt, zoo schijnt men hieruit te mogen besluiten, dat, al werden hier ook zoodanige aderen ontdekt, dit de moeite der bearbeiding niet zou beloonen. Hoezeer ik uit dien hoofde geloof te kunnen aannemen, dat de bearbeiding der mijnen geene onderneming is, die het gouvernement behoort aangeraden te worden, schijnt het mij echter, de zaak uit een ander oogpunt beschouwd, niet van alle belang ontbloot. Zoo het immers geen voordeel voor het gouvernement oplevert, kunnen niettemin vele ingezetenen met het bearbeiden een goed daggeld verdienen, wanneer ze voor eigen rekening het goud zoeken of graven. In de laatste drie maanden heeft het gevonden goud nog opgeleverd twee gulden arbeidsloon per dag voor ieder man, indien men namelijk de kosten der administratie en van opzigt niet mede in aanmerking neemt, terwijl voor het overige de bearbeiding tot de ontdekking van rijkere aderen leiden kan. Ik zou dus van meening zijn, dat de bearbeiding der mijnen en het zoeken van het goud aan de ingezetenen van Aruba behoorde te worden overgelaten onder het opzigt van een geschikt persoon, en dat van al het gevonden goud 1/10 aan het gouvernement als eene billijke schatting zou moeten worden betaald. De uiteinden der valleyen, in welke goud is aangetroffen, zouden alsdan alle van steenen dammen ter hoogte van 4 à 5 voet in navolging van de Rooyfluit behooren te worden voorzien, ten einde voor te komen, dat het goud, dat nog bij zware stortregens van de bergen wordt afgespoeld, niet in zee storte. Het leggen van zoodanige steenen dammen kan niet kostbaar zijn, daar de steenen overal bij de hand zijn, terwijl de voorkant dier dammen met kalk, welke het eiland mede oplevert, en het overige met klei kan worden opgemetseld. De kosten hiervan benevens die van het opzigt zouden door de opbrengst van het 1/10 van al het goud, dat gevonden wordt, waarschijnlijk ruim vergoed worden. Het gouvernement kan zich bovendien het regt bij het vinden van rijke goudaders voorbehouden, en onder deze | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 247]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
bepaling schijnt het mij mogelijk, in het belang der ingezetenen eenig nut van het aanwezig goud te trekken. Het dorre eiland levert zoo weinig op voor het bestaan zijner bewoners, inzonderheid sedert de handel op Columbia geheel stil staat, dat een middel, waardoor zij tot een bestaan geraken kunnen, hun welkom zijn moet. Ook is de lust om goud te graven, voor eigen rekening namelijk, niet gering, en zoo men tevens de waarde van het goud, dat zij vinden, hier uitbetaalt met korting van 1/10, zal men weinig van het smokkelen of ontvreemden te vreezen hebben, daar zij het aan anderen zeker niet anders dan met minder voordeel zouden kunnen slijten. Er zijn geen menschen van vermogen hier aanwezig, en kleine geldbezitters hebben te veel voordeel van hunne contante penningen, om die in een verboden handel, 't welk zeker niet meer dan 7 of 8 pct. zoude opleveren, te wagen; immers de verkooper zal dan toch ook 2 à 3% voordeel verlangen van de fraude, die hij pleegt. Na eene rijpe overweging der zaak schijnt mij zoodanige behandeling voor het gouvernement het beste om eenig nut en voordeel van het te Aruba aanwezig goud te hebben. Intusschen laat ik de beslissing op het bedoelde plan aan het meer verlicht oordeel van Uwe Exc. over, zullende ik alleen nog in bedenking geven om het vroeger ontwerp van den gouverneur generaal Cantz'laar, om namelijk de gronden op Aruba, welke vatbaar zijn voor landbouw en veeteelt, bij perceelen in eigendom aftestaan, in werking te brengen, van welken maatregel ik veronderstel, dat men zich eenig goeds mag beloven. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
VIAan boord Zr. Ms. paketbrik de Zwaluw den 1 Sept. 1828.Ga naar voetnoota)
Ga naar margenoot+ ...Al dadelijk kan ik Uwe Exc. berigten, dat de aanbevolene vereenvoudiging en bezuiniging in de onderscheidene takken van bestuur in de geest van 's Konings oogmerken zijn ingevoerd. Er is over de gezamenlijke | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 248]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
West-Indische bezittingen een algemeen bestuur, te Suriname gevestigd, ingevoerd. In iedere kolonie bestaat bovendien een gemeente-bestuur en daar, waar zulks het beheer van 's rijks aangelegenheden noodig maakte, gelijk te Curaçao, ook een raad van policie. Alle die besturen zijn in een behoorlijk onderling verband tot elkander gebragt... Met opzigt tot de daargestelde bezuinigingen zal het voldoende zijn aantemerken, dat in geene der kolonien de belastingen naamwaardig hebben behoeven te worden vermeerderd. In Suriname zullen ze aanmerkelijk kunnen worden verligt, en niettemin zullen de gezamenlijke West Indische bezittingen volkomen in de kosten van haar onderhoud kunnen voorzien, de tractementen en soldijen met de kleeding en rantsoenen der troepen daaronder begrepen. Reeds zijn werkelijk, gelijk Uwe Exc. bekend is, na den 1en July dezes jaars geene wissels meer op het gouvernement in Europa getrokken.Ga naar voetnoot1)... Ga naar margenoot+ De mij opgedragen taak om de zedelijke gesteldheid der bewoners van alle kleuren te verbeteren heeft mijne bijzondere aandacht bepaald, en ik heb, zoo veel in mij was, getracht dit heilzaam doel te bevorderen. Het schoolonderwijs te Curaçao en te Suriname is, de omstandigheden in aanmerking genomen, tamelijk wel ingerigt. De verbeteringen, voor welke het niettemin ruimschoots vatbaar is, worden door bijna onoverkomelijke hinderpalen tegengewerkt, en wel voornamelijk daardoor dat slechts een gering getal kinderen de Nederlandsche taal verstaat, veel minder spreekt, terwijl zij ook niet dat nut kunnen trekken van de Nederduitsche schoolboeken, welke grootendeels ingerigt zijn op eene wijze, geheel gegrond op het aanschouwelijke der voor- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 249]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
werpen in Europa, en dus veelal vreemd aan de keerkringslanden. Te St. Eustatius en St. Martin is het, wat de taal betreft, nog erger gesteld, want de Engelsche is daar algemeen in gebruik. Onder anderen heb ik op laatstgemeld eiland niet eene vrouw aangetroffen, die de Nederlandsche taal slechts verstaan kon. De bevolking is daarbij te gering, om de kosten van het schoolonderwijs te dragen, en slechts weinige ouders zouden genegen zijn, om hunne kinderen eene taal te doen leeren, van welke zij alleen dan eenig nut konden verwachten, als de gelegenheid gunstig was, om hen met er tijd als ambtenaren geplaatst te zien. Het vooruitzigt daartoe is intusschen zeer beperkt, zoodat men voor als nog weinig verbeteringen in dit opzicht te hopen heeft. De godsdienstige opleiding der jeugd wordt sints eenigen tijd in de kolonien meer en meer met zorg behartigd. Te Curaçao vervullen de leeraren van de protestantsche godsdienstGa naar voetnoot1) en de Roomsch catholieke pastoorsGa naar voetnoot2) hunne pligten met ijver en belangstelling. De bestaande vooroordeelen tegen de kleurlingen en de zwarte christenen vertragen echter merkelijk den voortgang van het goede, doch ik vlei mij, dat de nieuwe orde van zaken hierin wenschelijke veranderingen te weeg zal brengen. Ik zal de vrijheid nemen, straks meer in het breede optegeven, welke middelen ter bereiking van dit doel zijn aangewend. Te St. Eustatius en ook te St. Martin zijn sedert eenige jaren de Methodiste predikers toegelaten, en hebben er zoo bij de blanke als bij de zwarte bevolking veel opgang gemaakt. Het ware zeker te wenschen geweest, dat men op die eilanden een minder overdreven godsdienstig leerstelsel had kunnen invoeren, dan het bestaande heeft te veel omvang gekregen, om zulks thans nog met succes te kunnen beproeven, terwijl men, onpartijdig be- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 250]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
schouwd, erkennen moet, dat het Methodiste leerstelsel eenen gunstigen invloed heeft gehad op de zedelijke geaardheid zoo wel der blanke als zwarte bevolking. Ik achtte het dan ook beter de zaak aan haren natuurlijken loop overtelaten, dan wel het invoeren van een ander kerkstelsel in zulk een kleine gemeente sterk voortestaan, vermits zulks aanleiding zou kunnen geven tot verdeeldheid en woelingen, welke voorzeker niet kunnen strekken om de moraliteit der leken te verbeteren. Te Saba onderhouden de inwoners eenen protestantschen leeraar voor eigen rekening. In alle deze kolonien kan alleen in de Engelsche taal gepredikt worden, daar buiten de ambtenaren slechts een zeer gering getal der ingezetenen eene andere taal verstaan. Aan het hoofd der protestantsche gemeenten te Suriname bevinden zich twee waardige leerarenGa naar voetnoot1), die zoo door leer als levenswijze veel nut stichten en zeker de godsdienstige gezindheid onder hunne gemeenten zeer zullen uitbreiden. De Roomsche geestelijkenGa naar voetnoot2) zijn mede zeer ijverig in het betrachten hunner plichten en verdraagzame menschen. Het aantal leden van de Roomsch catholieke kerk bedraagt circa 3000 zielen, waaronder slechts weinigen, die vermogen bezitten. De Moravische broeders tellen de meeste volgelingen onder de kleurlingen en zwarten; ongeveer 6000 leken onderscheiden zich met de leeraren zelve over het algemeen gunstig door gedrag en levenswijs. Op enkele plantagien zijn al de slaven tot het kerkgenootschap der Moravische broeders overgegaan, doch de invloed daarvan is niet overal even gunstig, hetgeen men veelal toeschrijft aan gebrek aan leeraren, waardoor het opzigt over het gedrag der leken slechts gebrekkig kan worden uitgeoeffend. Eene maat- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 251]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
schappij om de pogingen der Moravische broeders in de kolonie Suriname te begunstigen is opgerigt, gelijk ik de eer had bij mijne missive van den 30 Juni ll. no. 170 Uwe Exc. medetedeelen; naar het zich laat aanzien mag men zich van die inrigting de beste gevolgen beloovenGa naar voetnoot1). | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 252]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Om de verbetering van den zedelijken toestand der zwarte en gekleurde slavenbevolking te bevorderen is aan hun bij het reglement op het beleid der regering zoodanige billijke bescherming verzekerd, als de staat van zaken veroorloofde, terwijl aan de vrije kleurlingen in alle opzigten dezelfde regten zijn toegekend als aan de blanke bevolking. Ten aanzien der slaven is het onrechtvaardig beginsel afgeschaft, dat zij alleen als zaken en niet als personen kunnen worden aangemerkt, en daarentegen vastgesteld, dat zij in betrekking tot hunne meesters zullen beschouwd worden als onmondigen in betrekking tot hunne ouders of curators. Ga naar margenoot+ ...Ik heb thans hier nog bij te voegen, dat ik in mijne goede gevoelens zoo omtrent den persoon van den heer Cantz'laar als nopens zijne volkomene geschiktheid voor de betrekking van gouverneur generaal meer en meer ben versterkt geworden. Arbeidzaamheid, fermiteit en onkreukbare eerlijkheid zijn de hoofdtrekken van zijn caracter. Niemand kan den koning met meer bereidwilligheid en ijver dienen dan hij. Het is mede een hoofdtrek, hem eigen, wanneer hem zijne gevoelens worden gevraagd, en hij die naar zijn beste weten opgeeft, er onwankelbaar in te blijven volharden, doch gebiedt men hem regtstreeks het tegenovergestelde te doen, dan voert hij zulks uit met eene stiptheid en getrouwheid, die niets te wenschen over laat, beschouwende hij zulks als eene onmisbare eigenschap voor een regtschapen caracter. Deze geest, in zonderheid zoo eigen aan de voormalige marine, behoeft slechts wel gekend en op eene gepaste wijze aangewend te worden. De heer Cantz'laar stelt openlijk op den voorgrond, dat hij, die het regt | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 253]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
heeft om te bevelen, ook het regt heeft om te beoordeelen, en dat hij wel de gevoelens van een ander kan, en dikwerf moet, raadplegen, maar alleen door zijne eigene overtuiging behoort te worden geleid. Zoodanige handelwijze billijkt hij dan ook even zeer in zijne superieuren, als hij die bij zijne inferieuren volgt. Ik moet bij deze gelegenheid rondborstig betuigen, dat nimmer eene verschillende opinie tusschen ons den gang der zaken vertraagd of slechts eene schaduw van ontevredenheid heeft voortgebragt. Ik heb gemeend, Uwe Exc. met de eigenschappen van 's mans caracter te moeten bekend maken, daar zulks in voorkomende gevallen, wanneer U HEG. hem eenige bevelen geeft, te stade kan komen. Een stellig voorschrift zal door hem altijd stiptelijk worden opgevolgd, of het met zijn opinie strijdt of strookt, doch een ingewikkeld voorschrift, waarbij de meening niet duidelijk wordt uitgedrukt, zal hij naar zijne wijze van zien uitvoeren, ook dan wanneer hij geloofde, dat eene andere handelwijze aan Uwe Exc. aangenaam zou zijn geweest. Hij doet zulks op grond, dat in zoodanig geval als het ware zijn oordeel wordt ingeroepen, en dat alsdan de opregtheid en het belang van Zr. Ms. dienst vordert, dat hij daarin te werk gaat, zooals zijne overtuiging hem zegt, dat het beste is. Deze caracterschets zal Uwe Exc. voor het overige ook genoegzaam ophelderen, waardoor de verschillen tusschen hem en andere autoriteiten hebben kunnen ontstaan. Van eigenzinnigheid, daar hij wel eens van is verdacht, heb ik geen spoor in zijne handelwijze bespeurd... Ga naar margenoot+ Over het algemeen wordt de landbouw in de kolonie Suriname voor vele verbeteringen vatbaar geoordeeld. Men heeft slechts nategaan, dat DemeraryGa naar voetnoot1) circa met | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 254]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
eene helft meer aan slaven dan te Suriname aanwezig zijn, het drie dubbeld aan producten oplevert, doch vergelijkt men weer de opbrengst van onze kolonie met die van andere bezittingen in evenredigheid van het getal slaven, dan is het voordeel over het algemeen aan onze zijde, zoodat, uit dit oogpunt beschouwd, het resultaat tamelijk voldoende is... Ga naar margenoot+ ...De kolonie Suriname bezit een onuitputbaren voorraad goed timmerhout van allerlei grootte, in zonderheid in het oppergedeelte der rivieren Saramacca, Corantijn en de Nickerie... Onder de onderscheidene soorten wordt ook het Wana-hout aangetroffen, hetwelk ligter is dan het eiken en niettemin veel duurzamer; het geeft weinig of geene splinters, en is dus in alle opzigten voor den scheepsbouw verre te verkiezen boven eenige andere Europeesche soort. De bosschen zijn vol van dit Wana-hout, en vele boomen hebben eene middellijn van meer dan 4 voeten oude maat. Ook de ceder en, in zonderheid in de lage landen, de bolletrie wordt menigvuldig aangetroffen, en de gelegenheid om eene groote hoeveelheid daarvan te bekomen is niet ongunstig. De kolonisten aan de Nickerie zijn zeer geneigd 100.000 cubieke voeten van de beide opgegevene soorten jaarlijks te leveren tegen één gulden de cubieke voet. Het transport moet op gelijke som berekend worden, vermits thans door het overbrengen der reeds gehakte balken mede een gulden per voet is gevraagd, doch ik geloof wel, dat op een en ander wat aftedingen zou vallen, en dat het hout, naar het moederland zijnde overgebragt, alle de kosten te zamen nog tot een minderen prijs dan het eikenhout zal te bekomen zijn, in zonderheid zoo men ook de soorten van mindere dimensie verkiest aantenemen. De Boschnegers bewerken almede zeer veel hout en tot nog veel minder prijzen. Indien derhalve de on- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 255]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
derscheidene houtsoorten met voordeel in Europa kunnen worden gebruikt, gelijk hoogstwaarschijnlijk het geval zal zijn, dan bezit Suriname eene onuitputtelijke bron van rijkdom. Een der planters aan de Nickerie heeft alleen voor f 100.000. - aan hout verkocht aan de Engelsche eilanden en dat wel van 500 akkers land, en er zijn zeker in de kolonie Suriname 1000 stukken gronds van die uitgebreidheid te vinden, welke eene gelijke waarde aan hout kunnen opleveren. Een neger aan de Nickerie is verpligt 20 cubieke voeten daags te vellen. Daar echter het hout dan nog naar de rivier getransporteerd moet worden, rekent men, dat voor dezen arbeid nog een gelijken tijd noodig is, en men stelt dus, dat de neger 10 cubieke voeten daags leveren kan, hetgeen voorzeker een voordeel aanbiedt, hetwelk dat van alle andere cultures verre overtreft. De rivier Suriname evenwel kan op verre na zoo veel hout niet leveren: vooreerst omdat de taak der negers aldaar veel ligter is gesteld, en in de tweede plaats omdat de goede houtsoorten meer binnenwaarts worden aangetroffen, en die een moeyelijker transport vorderen... Ik durf mij vleyen, dat deze zaak van de uiterste aangelegenheid voor 's rijks marine kan worden, en eenen zeer gunstigen invloed zal hebben op den bloei van Suriname in het bijzonder en die der eilanden in het algemeen, en wel te eer geloof ik dit te mogen vaststellen, daar ook de Franschen, zoo ik wel onderrigt ben, thans uit Cayenne eene groote hoeveelheid timmerhout voor hunne marine trekken, hetwelk mitsdien de bruikbaarheid daarvan nog nader zou bevestigen... Ga naar margenoot+ De plaatselijke gesteldheid van de kolonie begunstigt dit oogmerk geenzins: de hoogere deelen gronds zijn veel minder vruchtbaar dan de lagere landen, en die hooger deelen, hoe vreemd dit bij eene eerste bedenking schijnen moge, zijn veel minder gezond dan de gecultiveerde grond langs het zeestrand, hetwelk door de ondervinding zoodanig bevestigd is, dat hieromtrent wel geen billijke twijfel kan overblijven. Het schijnt voornamelijk daaraan te moeten worden toegeschreven, dat de hooger grond digt met bosschen begroeid is en veel dampen geeft, die bij gebrek aan wind in den omtrek blijven hangen en niet voor negen of tien uur, door de hitte der zon verdund, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 256]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
optrekken. Tot dien tijd oefenen zij eenen allerschadelijksten invloed uit op de door de warmte geopende porien van het ligchaam. Als een voorbeeld van dien werkelijk nadeeligen invloed zal ik aanhalen, dat sterfte op de post Victoria in evenredigheid tot het getal menschen jaarlijks zeker zes maal grooter is dan onder de bezetting op het fort Amsterdam. Hierbij is de verhooging van den grond tot aan de watervallen niet belangrijk genoeg om eenigen invloed op de warmte des dampkrings, nadat de dampen opgetrokken zijn, uitteoefenen, en hooger op is alle communicatie te water onmogelijk. De zeestranden daarentegen, aan eenen verkoelenden wind blootgesteld, zijn voor de gezondheid voordeeliger, schoon echter altijd de hitte nog zeer aanmerkelijk blijft. Gedurende mijn verblijf in de kolonie heb ik zeldzaam in den vroegen morgen de thermometer op minder dan 78 graden Fahrenheit aangetroffen; om negen à tien uur steeg hij reeds van 86 tot 88 graad in de schaduw. Ondanks alle die zwarigheden schijnt het mij evenwel niet geheel onmogelijk Europeanen in het belang van den landbouw te bezigen. Zij zouden b.v. tot de indigocultuur kunnen worden gebruikt, en wel voornamelijk ter afscheiding van de indigo uit de planten, omdat dit onder dak geschiedt. Mogelijk zal men hen ook bij het plukken en wieden der koffy en de cacao en bij de veeteelt gebruiken kunnen, omdat zulks geenen zeer vermoeyenden arbeid vordert. Het gewigt der zaak verdient, dat hiervan eene proeve genomen wordt. De noodige voorbereidingen daartoe zijn gemaakt door het aanleggen van een gouvernements plantagie, welke aanvankelijk door vrije negers zal worden bewerkt, en, eenmaal den grond aangelegd en de koffy en indigo geplant zijnde, zal men zonder merkelijk bezwaar beproeven kunnen, in hoe verre van Europeanen gebruik kan worden gemaakt, door te dien einde 20 of 25 jongelingen, in de bedelaarskolonie opgevoed, naar Suriname overtebrengenGa naar voetnoot1)... | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 257]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+ ... Als een tweede algemeen gebrek moest voorzeker almede worden aangemerkt de langdurigheid en kost- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 258]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
baarheid der regtspleging; in zonderheid was zulks drukkend in kleine zaken. Tot een voorbeeld daarvan kan | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 259]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
strekken, dat een proces, te Suriname gevoerd over een waarde van f 11. -, meer dan f 1000. - gekost heeft, alvorens ter eerste instantie beslist te zijn. De criminele regtspleging was in zonderheid in genoemde kolonie gebrekkig. Het hof van policie was veelal uit administrateurs van plantagien zamengesteld, en deze bezaten over het algemeen niet de kundigheden, welke eene gewigtige betrekking in het regterlijk vak kennelijk vordert, ook niet, in geval er in eenig regtsgeding slaven of zaken hunner administratie betrokken waren, die onpartijdigheid, welke het eerste vereischte van den regter behoort te zijn. Door de wijze, waarop het fiscalaat was ingerigt, ontstond er veel ontevredenheid. De fiscaal toch vond zijn bestaan grootendeels uit de boeten. Dit was in zoo verre nuttig, om hem met de uiterste opmerkzaamheid op de overtreding der wetten te doen letten, doch van eene andere zijde worden geene omstandigheden, die anders in billijkheid tot eene vermindering van straf zouden hebben geleid, nu in aanmerking genomen, althans niet zoodanig als dit bij eene belanglooze regtspleging het geval zou zijn geweest. Vandaar vele en niet altijd ongegronde klagten ten aanzien van de wijze, waarop die bediening werd waargenomen, hetwelk bijna uit den aard der inrigting moest voortvloeyen. De hooge rang, welke de fiscaals in het algemeen bekleedden, de belangrijke tractementen, die de op hem volgende ambtenaren genoten, gaf hun aanspraak op een althans niet minder inkomen, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 260]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
maar dan ook om dit te verkrijgen moesten alle boeten met gestrengheid worden ingevorderd, en hij, die hetzij opzettelijk hetzij bij vergissing, ja zelfs hij, die slechts den schijn der overtreding tegen zich had, moest het zich getroosten of om de boeten te voldoen of om een kostbaar proces te voeren. En hoezeer het bij een strikt onderzoek mij gebleken is, dat vele klagten, dien aangaande ingebragt, overdreven zijn, bleef er echter maar al te veel grond over om hierin eene voorziening dubbel wenschelijk te maken. Te meer zal dit in het oog vallen, wanneer men nagaat, dat dikwijls personen, veroordeeld tot geringe boete, bij gebrek aan middelen om die te voldoen tot dwangarbeid werden gecondemneerd, terwijl andere voor eene som van f 20. - of f 25. -, en nu en dan zelfs voor minder, in ketenen werden geklonken en gedwongen hun geheel leven lang den negerarbeid aan het cordon te verrigten, eene taak, waaronder zij in het algemeen spoedig bezweken. Eenige ongelukkigen, nog op die wijze in ellende verkeerende, heb ik doen ontslaan. Intusschen deze wreede maatregel was wetmatig, en is hoogst waarschijnlijk in vroeger tijd in het belang van het fiscalaat ingevoerd, opdat ieder veroordeelde of zijne bloedverwanten de laatste penning zou opofferen, om den fiscaal te voldoen. Het is ook geenszins mijn oogmerk om de inrigtingen of het gedrag der ambtenaren in de kolonie bij Uwe Exc. in een ongunstig daglicht te plaatsen; zelfs moet ik erkennen, dat de inrigtingen met al dat gebruik of liever misbruik, dat ervan gemaakt is, en waartoe ze aanleiding schenen te geven, toch ook hare goede zijde hadden, maar naar mijn inzien waren ze onbestaanbaar met de milde en vaderlijke gezindheid des konings omtrent zijne onderdanen en met den aard onzer maatschappelijke inrigtingen, en ik achtte het dus van mijnen pligt, verordeningen daartestellen meer in den geest van Zr. Ms. heilzame oogmerken... Ga naar margenoot+ Art. 43 eindelijk is betrekkelijk het zeer gewigtig onderwerp, den slavenstandGa naar voetnoot1)... Het eerste lid A van | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 261]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
voorschreven artikel behelst de vraag, in hoe ver het getal slaven te Suriname voldoet aan de behoeften der plantagien, en of dat getal nieuwe ontginningen gedoogt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 262]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Hierop moet ik antwoorden, dat het getal verre is beneden de behoefte, en nieuwe ontginningen niet kunnen worden ondernomen dan ten koste van reeds bestaande plantagienGa naar voetnoot1). De vraag, in B opgegeven, welke middelen zouden kunnen worden aangewend, om die verhouding te verbe- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 263]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
teren, en op welke wijze de eigenaren der plantagien op eene geleidelijke wijze zouden kunnen worden genoopt, om de zedelijkheid onder de slaven te bevorderen, is, voor zoo veel het eerste gedeelte aangaat, van zeer moeyelijken aard. Het schijnt mij toe, dat het gebrek van slaven eenigermate zoude kunnen worden te gemoet gekomen door den invoer derzelver te bevorderen uit die Nederlandsche West-Indische bezittingen, waar de geboorte de sterfte derzelve overtreft; wijders door het invoeren van werktuigen, welke voor de culture minder handen noodzakelijk maken en verder door het overbrengen van vrije werklieden uit Oost-Indien en, zoo eene Europeesche colonisatie mogt slagen, ook uit Europa. Ter beantwoording der vrage C, wat de ondervinding heeft geleerd met betrekking tot de vermindering van het negergeslacht sedert het verbod van nieuwen invoer, gestaafd door staten zoo veel mogelijk over de laatste 20 jaren, moet ik aanmerken, dat zoodanige staten bij gebrek aan vertrouwbare documenten volstrekt niet opgemaakt hebben kunnen worden, en ook niets zouden bewijzen, daar men, zoo lang de slavenhandel bestond, de propagatie van het negergeslacht geheel uit het oog heeft verloren, als zijnde het destijds minder kostbaar om een neger te koopen dan er een tot zijn 15e jaar optevoeden. Na dien tijd is zulks wel merkelijk veranderd, doch, aangezien de smokkelhandel eerst zeer kort geheel heeft opgehouden, is het dan ook uit dien hoofde moeyelijk geweest tot een voldoend resultaat over dit tijdperk te geraken. Het schijnt intusschen uit de verzamelde stukken te blijken, dat de sterfte thans nog door een gerekend met 3 pct. de geboorte te boven gaat; dat de suikerplantagien de meeste negers verliezen, de koffy en andere culturen minder, en dat zelfs op enkele plantagien, waar eene goede verhouding tusschen de geslachten bestaat, en eene goede directie plaats heeft, de sterfte de geboorte slechts weinig overtreft. Ik durf vertrouwen, dat voor het vervolg de uitkomst over het algemeen gunstiger zal zijn op grond, dat aan het gouvernement thans door de te verleenen jaarlijksche restitutien op de hoofdgelden het middel is voorbehouden, om iedere nuttige handelwijze ten aanzien der slaven te bevorderen door namelijk restitutien toetestaan voor gehuwde slaven, christenen-sla- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 264]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ven, voor kinderen, die den ouderdom van een jaar bereiken, en voor zwangere vrouwen, die gedurende 5 maanden voor en 5 maanden na de bevalling niet in het veld hebben gearbeid. Deze en meer andere nuttige aanmoedigingen kunnen thans door den voordeeligen staat der finantien gegeven worden, en zullen zeker meer het waar belang der kolonie bevorderen dan eene algemeene vermindering van belastingen. Maar de gebreken berusten niet alleen bij de meesters doch ook voor een groot gedeelte bij de slaven zelve, daar hunne onzedelijke levenswijze de propagatie van het geslacht zeer benadeelt. Het Christendom onder hen uittebreiden is het meest gepaste middel tot verdere verbetering in deze, en daartoe zijn voorloopig de geschiktste maatregelen genomen... Door de verhouding der geslachten bij de slaven, welke almede ongunstig is, overtreffende het getal mannen op de plantagien dat der vrouwen met 2512, volgt klaarblijkelijk, dat in den gewonen loop der dingen alleen de geboorten 3 per 100 minder bedragen dan anders het geval zou zijn. In de eilanden echter bestaat die onevenredigheid niet. Langzamerhand kan zich dan ook het evenwigt herstellen, en zulks, gepaard met eene doelmatige behandeling en verzedelijking van de negers zelve, zal de vermindering doen ophouden, even als zulks in vele Engelsche kolonien heeft plaats gehad... De vraag sub G, of niet het doel kan worden voorbereid, om de slaven aan den grond te verbinden en dus met den tijd de inscriptie glebae daartestellen, kan ik door het navolgende beantwoorden. In de gegevene omstandigheden is dit geenszins moeylijk bevonden, doch het strookt niet altijd met de belangen der kolonie en van het moederland. Uit dien hoofde dan ook is bij de vastgestelde beginselen op dat stuk bepaald, dat geene plantagieslaven zonder hunne vrije toestemming, waarvan in alle gevallen zal moeten blijken, van de eene naar eene andere plantagie zullen mogen worden overgebragt, tenzij met toestemming des konings. Hier kan de maatregel dus altijd naar gelang van omstandigheden worden gewijzigd. In de kolonie Suriname zelve zal deze bepaling geen den minsten te- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 265]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
genstand ontmoeten, daar de inwoners van het gepaste daarvan volkomen overtuigd zijn, doch bij de eigenaars der plantagien, in Holland woonachtig, zal dit hoogstwaarschijnlijk het geval niet wezen. Immers deze, voor het meerendeel met de plaatselijke aangelegenheden onbekend, zullen welligt eene zoodanige bepaling als eene inbreuk op hunne regten aanmerken, hoezeer ik overtuigd ben, en ook nader zal trachten aantetoonen, dat het behoud der kolonie aan gepaste en voorzichtige maatregelen ten aanzien der slaven ten naauwste verbonden is... Er bestaat thans, zelfs naar de verzekering van den heer Le FroyGa naar voetnoot1), geen grond van verdenking, dat er slavenhandel gedreven wordt. Voor als nog schijnt de registratie der slaven het oogmerk om den slavenhandel te weren bevorderlijk te zijn; echter in het vervolg zullen waarschijnlijk eenige wijzigingen daaromtrent noodig wezen, doch zoo lang het doel bereikt kan worden, schijnt het mij niet noodzakelijk er veranderingen intebrengen, welke toch doorgaans in de kolonie niet dan met veel moeite worden ingevoerd. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
VII's Gravenhage 9 Maart 1829.
[De minister heeft in handen van Van den Bosch gesteld klachten van het Engelsche gouvernement over gedragingen van Statiaansche ambtenaren in de zaak van Las Damas Argentinas. De commissaris-generaal geeft toe, dat de zaak ernstig is, en dat het gedrag der ambtenaren te laken is, maar toch...] ik durf vertrouwen, dat een exposé, hetwelk ik zal trachten van den staat der zaken in de kolonie St. Eustatius te geven, Uwe Exc. zal overtuigen, dat vele omstandigheden met de waarheid overeenkomstig kunnen zijn, zonder tot de gevolgen te leiden, welke ze schijnen aan te duiden. Zooals Uwe Exc. bekend is, in de Nederlandsche West Indische bezittingen bestaan geene algemeene of bijzon- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 266]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
dere verordeningen, hoedanig te handelen ten aanzien van kapers en prijzen, aldaar optebrengen, zijnde bij alle aanschrijvingen deswegens bestendig de grootste voorzigtigheid aanbevolen, zonder dat immer bepaald is, in welke maatregelen of voorzorgen eigenlijk die voorzigtigheid bestaan moet. Uit de handelingen, zoo van het Fransch en Engelsch als van het Nederlandsch gouvernement, is genoegzaam gebleken, dat elk dezer gouvernementen voor zich een aandeel in den handel op de voormalige Spaansche kolonien wenschte te bekomen, en mitsdien zijne pogingen aanwendde, om zooal geene vriendschappelijke dan toch commercieële relatien met de nieuwe Amerikaansche staten aanteknoopen. Deze omstandigheden, in verband beschouwd tot de onbepaalde aanschrijvingen met opzigt tot de kapers en het opbrengen hunner prijzen, hebben in de West Indien algemeen het denkbeeld doen ontstaan, dat het de bedoeling van gedachte gouvernementen was, om de kaapvaart van genoemde staten te begunstigen. Ik erken ten volle, dat zoodanige gevolgtrekking ten eenenmale verkeerd is, maar niettemin kan naar mijn gevoelen door de bewoners van de Nederlandsche West Indische bezittingen uit een en ander met regt worden afgeleid het stellig verlangen van het gouvernement in het moederland, dat aan de nieuwe staten geene gegronde redenen tot klagen gegeven, en mitsdien hunne oorlogschepen benevens de kapers met derzelver prijzen in de havens en op de reeën van die bezittingen zouden worden toegelaten op den voet en wijze, als gevolgd werd omtrent die van andere bevriende mogendheden. Te meer moest men zulks veronderstellen, daar reeds na het verblijf van kapers en het opbrengen hunner prijzen in de havens of op de reeën geen verbod gekomen was, om zulks tegen te gaan, of de onbepaalde voorschriften door stellige en duidelijke vervangen waren. Aan de vrijheid nu, welke den kapers vergund was, is onafscheidelijk een regt verbonden, gewettigd door het algemeen gebruik, namelijk om belangrijke zeeschaden te mogen repareren, vermits het anders dikwijls niet mogelijk zoude zijn de reis te vervolgen. Het onderzoek naar het werkelijk bestaan der zeeschade, welke wordt voorgewend, is nergens bepaaldelijk voorgeschreven, en kan bovendien be- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 267]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
zwaarlijk strekken om alle misbruiken voor te komen, daar het geene de minste moeite kost, om eenen prijs in zoodanigen staat te brengen, dat de goederen gelost moeten worden om hem te repareren. Het was dus niet meer dan eene bloote formaliteit, welke hoofdzakelijk door de plaatselijke autoriteiten in acht werd genomen, om de aanbevolen voorzigtigheid niet uit het oog te verliezen en hunne verantwoordelijkheid zoo veel mogelijk te dekken. Tot de reparatie van het schip moesten dan ook de goederen gelost worden, en in dat geval was het mede algemeen aangenomen, om den gedeeltelijken verkoop daarvan toetestaan, ten einde uit de opbrengst de kosten der reparatie bestreden konden worden. De kooplieden in die plaatsen, waar de prijzen werden toegelaten, waar het repareren daarvan en het gedeeltelijk verkoopen der lading veroorloofd was, konden voorzeker zich tot de agenten der belanghebbenden doen constitueren, zonder zich aan eene onwettige handelwijze schuldig te maken, en zoodanige gesteldheid van zaken kon tot misbruiken leiden, welke moeyelijk waren voortekomen. Alle deze omstandigheden hadden plaats bij mijne komst in de West-Indie. In mijne instructie was op dat stuk niets bepaald, en ik vond mij in geene geringe verlegenheid, toen de geconstitueerde autoriteiten stellige voorschriften deswegens verlangden. Vooral was dit het geval, toen de heer Van Raders bij zijne benoeming tot commandeur van St. Eustatius mij deed opmerken, dat op het eiland Saba en op naburige onbewoonde eilanden vele prijzen gelost wierden, en de goederen naar St. Thomas en St. Bartholomeus vervoerd, en dat waarschijnlijk dat vervoer mede op St. Eustatius zou plaats hebben, indien door het vrij verklaren der haven aldaar een belangrijker handel gelegenheid tot vertier geven mogt. Ten uiterste moeyelijk was het voor mij, om stellige maatregelen te dien aanzien voorteschrijven. Ik kon mij geenszins verbergen, dat eene gestrenge handelwijze de schromelijkste gevolgen voor de weêrloze kaapvaart hebben zou. Het gouvernement zelf had alleen groote voorzigtigheid aanbevolen, en had berust in het toelaten van kapers en prijzen, gelijk hierboven is aangehaald. Kon ik nu op eigen magt bevelen uitvaardigen, welke bijna zeker eene ernstige uitkomst zouden hebben? Ik geloof neen, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 268]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
en daarom heb ik dan ook, zoo als Uwe Exc. uit de voorschriften, onder dagteekening van den 31en Maart 1828 no. 91 aan den heer Van Raders gegeven, ontwaard zal hebben, niet verder durven gaan dan andermaal op voorzigtigheid aantedringen zonder iets stelligs te bepalen.Ga naar voetnoot1) Wanneer men dit alles in aanmerking neemt, dan kunnen vele der ingebragte beschuldigingen waar zijn, zonder dat er dadelijk ongeoorloofde of bij de wet verboden handelingen hebben plaats gehad. [Voorstel om de zaak te laten onderzoeken door een commissaris-speciaal, uit Nederland te zenden of door een commissie uit Suriname.] Op de laatste vraag, heb ik de eer Uwe Exc. als mijn gevoelen mede te deelen, dat het ontzeggen aan alle kapers, althans aan derzelver prijzen, van den toegang tot de Nederlandsche kolonien zonder twijfel het eenige en alles afdoend middel zou zijn, om het Nederlandsch gouvernement geheel buiten verdenking te stellen van de zeerooverijen der zoogenaamde kapers van Buenos Ayros en Columbia, en het misbruik, dat zij van de Nederlandsche havens en zeeën in de West Indie maken, oogluikend aantezien. Maar voor men tot dien maatregel over- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 269]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ga, behoort overwogen te worden, welke de waarschijnlijke gevolgen daarvan zijn zouden. Waarom verschoonen de kapers de Nederlandsche, Zweedsche en Deensche koopvaardijschepen, die veel minder bezeild zijn dan de Engelsche en Fransche en alle bescherming missenGa naar voetnoot*), terwijl zij de koopvaart van laatstgenoemde natien verontrusten, schepen nemen en uitplunderen, de equipagien vermoorden, of ze afzetten in sloepen of booten, zonder dat er bijna eenige hoop overblijft om land te bereiken? En dit wagen zij in weerwil dat beide natien sterke en welbezeilde eskaders in zee hebben, en althans de Engelschen zich niet laten terughouden, om het vergrijp, aan hunne schepen gepleegd, op de strengste wijze te wreken. Blijkbaar kan zoodanige handelwijs geen ander doel hebben dan het bevorderen van eigen belangen. De Nederlandsche, Zweedsche en Deensche havens zijn noodzakelijk voor hen om de geroofde goederen te kunnen verkoopen, vermits de toegang tot de Fransche, althans zeker tot de Engelsche, hun regstreeks verboden is, en zij gevoelen zeer wel, dat, indien zij de vaartuigen van de drie eerstgenoemde natien aanranden, hun dit hulpmiddel niet alleen zou zijn afgesneden, maar dat zij voor het meerendeel gevaar zouden loopen, om zelve te worden aangehouden. Dit is voorzeker het eenige en ware motif, dat hen terughoudt om onze scheepvaart te ontrusten, want waarom zouden zij anders onze weerlooze koopvaarders sparen? Zonder eenig gevaar kunnen zij die uitplunderen, daar zij zeer | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 270]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
wel weten, dat wij geene vaartuigen bezitten, die de hunne in bezeildheid evenaren. Het verleenen van convooi kan hiertegen geen waarborg zijn; bij storm en slecht weder raken de schepen op een lang traject te dikwijls van elkander verwijderd; bovendien is het zeer kostbaar voor het gouvernement en nadeelig voor den particulieren handelaar, daar de schepen om te kunnen vertrekken op elkander moeten wachten, en de traagste zeiler als het ware den weg bepaald, die dagelijks kan worden afgelegd. Eene sluiting van onze havens voor de kapers en hunne prijzen staat dus nagenoeg gelijk met eene oorlogsverklaring aan hen, omdat men een regt terugneemt, dat hun vroeger was toegekent. Dit is het algemeen gevoelen in de West Indien, ook van de zoodanigen, die vurig wenschen, dat alle kapers vernietigd mochten worden. Er varen thans 60 à 70 Nederlandsche koopvaardijschepen jaarlijks op Suriname. Alle volgen van die kolonie af tot aan het kanaal toe nagenoeg een vaste koers, en zoo gebrekkig is nog de zeevaartkunde onder de meeste koopvaarders, dat zij verpligt zijn vaste punten aantedoen om zich te verkennen. Indien de kapers willen, kan niet een enkel dier schepen, waarvan de lading dooreengerekend f 100.000. - waardig is, hunne handen ontkomen, terwijl zij, gelijk hierboven is opgemerkt, van onze marine niets te duchten hebben. Wanneer men zich nu het verschrikkelijk lot voorstelt der ongelukkige schepelingen, die in handen der kapers vallen; wanneer men nagaat, hoe bang de vooruitzigten moeten zijn voor anderen, die de reis aannemen, al zijn er dan ook nog maar weinige voorbeelden bekend; en wanneer men in aanmerking neemt de groote verliezen, die als dan den nijveren handelaar kunnen drukken, dan geloof ik, dat men dit alles bij het overwegen van maatregelen, omtrent de kapers te nemen, niet uit het oog mag verliezen. Naar mijn inzien bestaat er geen de minste grond om in het uitroeyen of fnuiken der kapers op den bijstand van Engeland en Frankrijk te rekenen. Beide gouvernementen hebben het aangezien, dat te Boston eene maatschappij van kapers werd opgerigt; dat die kapers den handel van Spanje en Portugal vernielden, en dien van Hamburg en andere landen op Zuid America belemmerden. Eerst se- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 271]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
dert die zeeroovers ook hun eigen scheepvaart verontrusten, hebben de Engelschen en Franschen er eenigen gestraft, die zich daaraan hadden schuldig gemaakt. Maar een einde aan dien staat van zaken te maken, waartoe zij de middelen bezitten, dit schijnt hun oogmerk niet te zijn; zij achten zich niet gehouden, hunne magt in het belang van anderen aantewenden, vooral niet wanneer hunne handelsbelangen daardoor eerder zouden worden tegengewerkt dan bevorderd. Wordt aan de kapers een nieuw lokaas, onze scheepvaart, toegeworpen, dan zullen zij welligt die van Engeland en Frankrijk ten onzen koste verschoonen, en in dat geval zal nog minder op bijstand van die zijde gerekend kunnen worden. Alleen door eene welwillende medewerking van beide bedoelde mogendheden kunnen naar mijn inzien de schandelijke bedrijven worden gestuit, immers wanneer men door derzelver invloed bij de staten van Noord America kan verkrijgen, dat het uitrusten van kaperschepen in de havens aldaar worde te keer gegaan. Na te hebben aangetoond de bedenkelijke gevolgen, welke eene volkomen sluiting onzer havens voor de kapers of tenminste derzelver prijzen naar mijn oordeel hebben zou, moet ik Uwe Exc. verklaren, dat ik geenen meer geschikten maatregel weet optegeven. Zoodanige maatregel zal altijd aan het doel moeten beantwoorden, om den kapers de gelegenheid te ontnemen hunne goederen intevoeren, en dan staat hij met eene sluiting gelijk; beantwoordt hij niet aan dat doel, dan blijft de zaak onder een' anderen naam dezelfde. De aanbeveling aan de gezagvoerders in de kolonien om ten deze voorzigtig te zijn, heeft geene andere beteekenis, en kan ook niet anders verstaan worden, dan in den zin om naauwkeurig zorg te dragen, dat er geene aanmerkingen kunnen worden gemaakt, en dat het gouvernement niet gecompromitteerd worde. Het visiteren der schepen is dan ook niet meer dan eene formaliteit, tot dat doel strekkende, terwijl het voor de bestaande autoriteiten ten uiterste moeyelijk is, om met juistheid nategaan, hoeveel goederen er verkocht moeten worden, om de de reparatie te kunnen doen. Maar gesteld, dat dit minder moeyelijk ware, en dat men ten deze met eene naauwgezette gestrengheid handelde, dan zou men daar- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 272]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
door het oogmerk, waarom de kapers de prijzen in zoodanige havens opbrengen, doen mislukken; langs dien weg zou men zich aan hetzelfde hierboven opgegeven gevaar bloot stellen, en men zou de aanbevolen voorzigtigheid ten eenenmale uit het oog hebben verloren. Ter beantwoording der reclames van de Engelsche en Fransche zijde blijft naar mijn inzien geen ander middel over dan om beide mogendheden te doen begrijpen, dat, zoolang zij de kapers, als zoodanig gewettigd, blijven erkennen, en hun toelaten de zeeën te bevaren, van het Nederlandsch gouvernement niet verlangd kan worden, hierin een ander beginsel te volgen, en derhalve in dat geval aan die kapers en hunne prijzen niet kan worden ontzegd, hetgeen volgens het regt der volken aan alle kapers en prijzen van bevriende mogendheden wordt toegestaan; - dat het Nederlandsch gouvernement reeds sedert lang order in de kolonien heeft gegeven om zich te dien aanzien binnen de engste grenzen te bepalen, en dat het alle afwijkingen van die bevelen zal doen onderzoeken en straffen; dat het bovendien genegen is, om tot gestrenge maatregelen opzigtelijk de kaperijen overtegaan, indien slechts beide mogendheden willen medewerken en genegen zijn, om gezamenlijk met het Nederlandsch gouvernement de schandelijke zeerooverijen en kaperijen te beteugelen, zoodanig dat de handel der drie natien daardoor in veiligheid worde gesteld. Zijn nu de Engelsche en Fransche regeringen tot zulke maatregelen niet te bewegen, en moeten derhalve de kapers of roofschepen als gewettigde kapers worden aangemerkt, dan kunnen zij het niet ten kwade duiden, dat zoodanige kapers eveneens behandeld worden als die van andere bevriende mogendheden; dat hun den toegang tot de havens met hunne prijzen wordt vergund, aan welke vergunning het regt verbonden is, om hunne vaartuigen te repareren, de kosten daarvan met een gedeelte der lading goedtemaken en agenten te benoemen. Op de voorgestelde wijze geloof ik, dat het Nederlandsch gouvernement zijn' stelligen afkeer zal doen blijken van een bedrijf, dat den mensch onteert, maar dat het niet alleen kan verhinderen. Het zou de bevoegdheid ook niet hebben om alleen te beslissen, of de kaapvaart, zooals die thans door de Americanen onder de vlaggen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 273]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
van Columbia en Buenos Ayros wordt gedreven, als zeerooverij beschouwd moet worden, en van deze beslissing hangt alles af. Zoo lang de kapers niet tot zeeroovers verklaard zijn, is het raadzaam hen als kapers eener bevriende mogendheid aantemerken. Maar kan Engeland en Frankrijk tot een' beslissenden stap in dezen bewogen worden, dan zal het niet moeyelijk vallen, om ook van de Zweedsche en Deensche gouvernementen de sluiting hunner havens voor kapers en derzelver prijzen te verkrijgen. Het ligt in de rede, dat ook die gouvernementen het schandelijk bedrijf verfoeyen, maar evenmin als wij kunnen zij het alleen tekeergaan zonder hun handel en scheepvaart aan het grootst gevaar bloottestellen. De onlangs uitgevaardigde publicatie van den gouverneur van St. Thomas zal wel niemand misleiden. Ze kan geene andere strekking hebben, dan om de verantwoordelijkheid voor het koloniaal gouvernement wegtenemen met opzigt tot het misbruik, dat uit het toelaten van kapers en derzelver prijzen kan ontstaan. Immers dat door die publicatie het invoeren van geroofde goederen zou kunnen worden tegen gegaan, zoo lang de haven van het eiland niet volkomen voor kapers en prijzen gesloten zij, is klaarblijkelijk voor een ieder, die slechts eenigermate bekend is met de wijze, waarop de smokkelhandel in de West Indische zeeën gedreven wordt, zijnde die smokkelhandel ook met bepaling van de zwaarste straffen nimmer te beletten geweest... [De volgende stukken behooren tot de bijlagen van het algemeen verslag van 31 Maart 1829, dat, gelijk in de Inleiding is vermeld, zelf niet opgenomen is.] | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 274]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[A] Opgaav voor zooverre bekend zijn, de opperhoofden of de grootste famillien Indiaanen woonplaatsen in onderscheidene rivieren en kreken in de kolonie Surinamen, onder reserve van die, welke de opperhoofden, namen, kreeken, en woonplaatsen nog onbekend zijnGa naar voetnoot1).
Paramo. den 19e Mai 1828.
Al het bovenstaande omschreven naar mijnen beste kennis en wetenschappen. w.g.S. COMVALIUS. gem. Transl. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 275]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[B] Staat der plantagien te Curaçao op pmo. Jan. 1828Ga naar voetnoot1).
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 276]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 277]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 278]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 279]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 280]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Opgemaakt ten kantore van den raad contrarolleur der financien te Curaçao den 14e Januari 1828. De boekhouder en eerste commies waarn. de werkz. van het ambt.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 281]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 282]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 283]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 284]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Opgemaakt bij mij boekhouder en eerste commis waarn. de werkz. van het ambt van raad contr. der financiën te Curaçao den 13e February 1828 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[C] Inlichtingen aangaande de na te meldene administratie.Het fonds van het Lazarus- en dolhuis en de stichting zelve zijn bij vrijwillige inschrijving daargesteld, en de weeskamer is belast met de administratie van het fonds zoowel als met de verzorging der zich in het Lazarus- en dolhuis bevindende personen. De stichting van het Lazarushuis schijnt aanvang te hebben genomen met het einde des jaars 1779, want bij eene resolutie van den raad in dato 8e September van dat jaar zijn de heeren Marten Keuvenhaven en David Morales gekwalificeerd geworden om de vrijwillige giften, tot dien einde ingeteekend, intevorderen en aan de weesmeesteren ter administratie af te geven. Het bedrag des kapitaals van het Lazarushuis was in dat jaar 1779 Ps. 13000. De inkomsten van het Lazarushuis zijn de volgende, zoo als dezelve bij het reglement ter bepaling van emolumenten en legessen zijn bepaald, namelijk bij de inklaring
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 285]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ingevolge resolutie van den Raad dd. 8e October 1790 werd een afdakje van twee vertrekken tegen het Lazarushuis aangebouwd, om een' krankzinnige op te sluiten en de kosten daartoe, zoowel het onderhoud van dien krankzinnige, moeten uit het fonds van het Lazarushuis worden betaald, gelijk zulks ten opzigte van anderen, die naargaans er bijkwamen, en in het Lazarushuis zelf, doch gesepareerd, werden opgesloten, heeft plaats gehad tot in het jaar 1809, wanneer bij den raad besloten werd, dat er nog zes afdakken zouden worden aangebouwd tot verblijfplaatsen der krankzinnigen, die het Lazarushuis zouden ontruimen, en dat het noodige fonds daartoe zoude bijeengebragt worden door vrijwillige inschrijving, welke Ps. 1019.4.4 heeft opgebragt, en waaruit nog een afdak bij het andere gebouwd werd, en welke gekost heeft Ps. 406.1.1, zoodat van opgemelde kapitaal eene som van Ps. 613 ten behoeve van het dolhuis onder de administratie van de weesmeesteren overbleef. Voorts werd nog bij de evengemelde resolutie eene belasting ten voordeele van het Lazarushuis gelegd, bestaande in twaalf realen op elk raa vaartuigen en zes realen op ieder ander vaartuig, landloopers uitgezonderd. De drie eerstgemelde inkomsten van het Lazarushuis waren voortijds, toen de handel bloeyende was, toereikend ter bestrijding der uitgaven, daarGa naar voetnoota) van tijd tot tijd en later onder het Engelsche gouvernement werden dezelve zoo weinig, dat men jaarlijks een gedeelte van het kapitaal zelve daartoe gebruikte, terwijl het fonds van het dolhuis vermeerderde, waarop de raad van policie in dato 20e October 1812 ten gevolge eener voordracht van de weesmeesteren gelastte, dat de beide fondsen van het Lazarushuis en van het dolhuis, die afgescheiden waren, zouden worden vereenigd, gelijk geschied is, en dat de som van 12 bij het passeeren van hypotheken en koopbrieven zoude worden betaald. Het kapitaal van het dolhuis, dat toen bij het fonds van het Lazarushuis gevoegd werd, bedroeg Ps. 667.4.4. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 286]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De jaarlijksche uitgaaf voor kleedingstukken van Osnabrugs linnen, bestaande in twee verschoningen voor ieder' persoon, werd onder het Engelsche gouvernement sedert het jaar 1808 door de koloniale kas gedragen, gelijk zulks tot nog toe geschiedt. Het vereenigde fonds van het Lazarushuis verminderde van jaar tot jaar door de geringe opbrengst der inkomsten, en het collegie van de weeskamer vervoegde zich op den 17e Maart 1818 daarover tot den raad van policie met een adres en staatrekening, dewelke toen in advies gehouden werden, edoch op een nader verzoek van het voormelde collegie besloot de raad den 16e Juny derzelven jaars, dat het te kort tot onderhoud van dat gesticht zoude gevonden worden uit de interessen van het weeskamers fonds. De voeding dergenen, die in het Lazarushuis en in het dolhuis worden opgesloten, is bij resolutie van den raad dd. 25 July 1815 bepaald. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[D] Verzameling der recapitulatien van de generale staten der bevolking van het eiland Curaçao.[Uittreksel: 1816 14094 zielen; 1817 14046; 1818 15666; 1819 15020; 1820 14733; 1821 14082; 1822 15126; 1823 14407; 1824 13868; 1825 13849.
1826
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 287]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[E] Verzameling der recapitulatien van de staten van bevolking des eilands BonaireGa naar voetnoot1).[Uittreksel:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 288]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[F] Verzameling der recapitulatien van de staten van bevolking des eilands ArubaGa naar voetnoot1).[Uittreksel:
[E] Bevolking van het eiland Sint Eustatius.
Opgemaakt te St. Eustatius den 18e Juni 1828 door mij F. GROEBE, koloniale secret. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 289]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[G] Staat der sterkte van het garnizoen van het Nederlandsch gedeelte des eilands St. Martin van het jaar 1739 tot 1827, getrokken uit de soldy-boeken, ter koloniale secretarie berustende.
Opgemaakt door mij secretaris der kolonie
St. Martin 15 Mei 1828,
A. BECKERS.
Aanmerkingen.
a. Het is mij nergens gebleken, dat er voor het jaar 1739 eenig garnizoen in de kolonie is geweest. In het jaar 1737 commandeur en raden, andermaal een opstand vrezende, zoo als het jaar te voren had plaats gehad, verzocht aan het gouvernement te St. Eustatius 10-12 soldaten; dan waarop alstoen geantwoord werd, dat, aldaar niet meer dan 14 à 15 man zijnde, hier aan niet kon worden voldaan; echter zijn in 1739 deze manschappen overgezonden. b. Commandeur en raden, in den beginne van 1790 het gouvernement van St. Eustatius verzoekende, versterking van garnisoen, uit hoofde eenige soldaten en inwoners van het Fransch gedeelte dezes eilands met geweld een Franschman, alhier voor schuldig gearresteerd, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 290]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
uit de gevangenis hadden gehaald, werd door de zwakheid des garnizoens te St. Eustatius alstoen maar overgezonden een wel gedisciplineerd korporaal en twee soldaten. - Nog datzelfde jaar echter zijn de meerdere manschappen aangekomen. c. In 1793 werd het garnizoen uithoofde van de toen uitgebersten oorlog met Frankrijk reeds tot deze sterkte gebragt. d. Bij de overname der kolonie in december 1802 alhier uitgezonden. e. idem February 1816.
Staat der bevolking van het Nederlandsch gedeelte des eilands St. Marten van het jaar 1735 tot 1827.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 291]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Opgemaakt bij mij secretaris der kolonie St. Marten den 15e Mei 1828
A. BECKERS.
N.B. Tot opheldering der laatste aanmerking dient, dat voor het jaar 1816 maar alleenlijk een akte van manumissie werd afgegeven, en sints vooraf een rekest aan den raad van policie moet worden gepresenteerd, publicatie geschieden, akte van borgtocht uitgemaakt, van alles aan dien gerapporteerd, die alsdan finaal op het verzoek disponeert.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 292]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Staat van het Fransch gedeelte des eilands St. Marten, voor zoo verre het getal der plantaadjen, slaven enz. betreft.
1 Plantaadjen. Volgens eene door het gouvernement aldaar in het jaar 1816 opgedane opgave bevonden zich:
De uitgestrektheid van alle deze plantaadjen werd opgegeven op 6744 acres, waarvan 3135 bebouwd worden. Dit zal nu in 1828, voor zoo ver mij bekend is, wel hetzelfde wezen. 2 Opbrengst. De oogst van het jaar 1812 wordt gezegd bestaan te hebben in zeventien honderd duizend pond suiker, vijfhonderd vaten melasse, dertig dito rum en elfhonderd pond katoen. - In 1816 werd verwacht, dat de oogst ten minsten een derde meer zoude geweest hebben. Van het jaar 1813, 1814 noch 1815 geene opgave gedaan wordende, is de juiste opbrengst niet te gissen. 3 Slaven. Het getal der slaven ook niet bij voorze. opgave bepaald, is maar weinig meer dan die in het Nederlandsch gedeelte, doch de gronden in het Fransch gedeelte losser, dus ligter te bewerken, zijnde, mag de uitgestrektheid der bebouwing meerder dan die van het Nederlandsch wezen, doch ik denk niet, dat het verschil wezentlijk zoo groot is, als alhier wordt opgegeven. Dus was de staat in 1816 duister en onzeker, zoo is het nu nog in 1828 voor diegenen, welke geen toegang tot de aldaar gehoudene boeken hebben. In het algemeen wordt het daarvoor gehouden, dat het Fransch gedeelte maar weinig meer oplevert dan het Nederlandsch, en dit meerdere zal geen derde bedragen.
St. Marten 15 Mei 1828,
A. BECKERS. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 293]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aanmerkingen op de door den heer gouverneur Cantz'laar in den jare 1817 gemaakte beschrijving van de eilanden St. Marten en SabaGa naar voetnoot1) voor zoo verre de sints dat tijdstip tot den jare 1828 plaats genomen veranderingen in het getal der plantaadjen en der bevolking enz. betreft.
pa. 1 ...Ga naar voetnoot2) [200]Ga naar voetnoot3) Simpsonsbaai. Dit gehucht is door den orkaan van 1819 grootendeels vernield geworden, als wanneer eene doorbraak der zandbank ter breedte van omstreeks vijftig voeten heeft plaats gehad, die eenige huizen met derzelver bewoners heeft in zee gespoeld; de overige huizen zijn meest allen door den wind verbrijzeld; de herbouwden zijn aan den voet der berg aan de oostzijde des dorps geplaatst. De breuk blijft onaangevuld en de haven met het meer vereenigd, zoodat de visschersbooten thans van uit zee door het meer tot Marigot opvaren. [202] Luchtgesteldheid. Volgens de door gedachten heer S. FahlbergGa naar voetnoot4) gedurende een reeks van twintig jaren zoo op het naburig eiland St. Bartholomeus als alhier genomenen meteorologische waarnemingen staat de Fahrenheitsthermometer in de schaduw
De grootste overgang van de koude 19o ten 6 uur | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 294]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
's ochtends tot het heetste in de zon 113o ten 2 uur nademiddag staat tot 94o. ...Ga naar voetnoot1) [202] Epidemische ziekten hebben gedurende mijn vijf en twintig jarig verblijf in het eiland St. Marten aldaar niet geheerscht, echter heeft de zoogenaamde gele koorts van tijd tot tijd onder de Europeanen, die maar korten tijd in de kolonie waren geweest, schrikkelijk gewoed, het Engelsch garnisoen heeft in 1801 of 1802 aanmerkelijk geleden; het Hollandsch garnisoen, in 1816 aangekomen, ook zeer veel in 1817, en de equipage van een Zr. Ms. oorlogsvaartuigen, in 1819 alhier met de ziekte aangekomen, niet minder; het bedrag van het verlies kan ik echter niet bepalen ...Ga naar voetnoot2) [203] De bevolking beliep in 1827 niet meer dan 3334 zielen als 592 blanken, 289 vrijlieden, 2453 slaven, waaronder niet meer dan vier Nederlanders... Geen der inwoners, vreemdelingen noch kreolen, spreken de Nederduitsche taal, dan [8 met namen genoemde personen.] Een enkeld inboorling, die dertig jaar geleden, wanneer er een Nederduitsch schoolmeester in de kolonie was, een weinig heeft geleerd, spreekt en schrijft de moedertaal, doch zeer gebrekkig. Bestaande voormelde bevolking volgens derzelver oorspronk uit voormelde 4 Nederlanders, 2 Duitschers, 1 Zweed, 1 Italiaan, 5 Engelschen, waaronder één vrouw, 1 Noord Amerikaan, 578 kreolen, allen blanken, 70 vrije mestiésen, 171 vrije mulatten, 110 mulatte slaven, 48 vrije negers en 2343 negerslaven ... Sints het jaar 1817 geene bijzondere opgave der religie gedaan zijnde, en doorgaansch op de jaarlijksche familie lijsten alleenlijk die der blanken en vrijlieden gebragt wordende, brenge hier eeniglijk dezen te weten: 221 gereformeerden, 1 luthers, 297 bischoppelijk, 301 methodisten, 1 universalist, zamen 821 protestanten, voorts 59 roomschen en 1 israeliet. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 295]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[204] ...Ga naar voetnoot1) [207] Er zijn thans nog 23 suikerplantaadjen met derzelver gebouwen, die aan 19 eigenaren toebehooren, als in Prinsenkwartier 8, in Cul de sac 10, in Kleinbaai 1, in Koolbaai 4. Sints het jaar 1816 zijn in Prinsenkwartier van twee kleine plantaadjen, die niet meer dan 25 à 30 slaven, oud en jong, hadden, de gebouwen weggenomen en de slaven verkocht, wordende de landerijen nu tot het weiden van vee gebruikt. Van een andere plantaadje in hetzelve kwartier de gebouwen door den orkaan van 1819 vernield zijnde, zijn de landerijen en slaven door de twee naast liggende planters aangekocht, en de landerijen in cultivatie gebleven. Van eene kleine plantaadje in Cul de sac, die naauwlijks 20 slaven had, zijn de gebouwen mede vernield en de slaven verkocht, wordende het land tot het weiden van vee gebruikt. In Koolbaai zijn ook van een plantaadje de gebouwen zoo vernield als sedert afgebroken, het land en slaven door de naastliggende eigenaar aangekocht, en de culture blijft voortduren. De oogsten dier plantaadjen verschillen het een of ander jaar aanmerkelijk. In 1816 beliepen die veertienhonderd duizend ponden suiker, terwijl die van 1817 niet meer dan ruim zes honderd duizend ponden hebben bedragen. Die van 1818 beliepen weder op veertien honderd duizend pond. Sedert het jaar 1819 zijn de oogsten doorgaans zeer gering geweest, hetwelk men toeschrijft aan het vele zout water, dat als toen door de zware winden uit de zee opgenomen en over het eiland verspreid geworden is. Na de storm was het water in alle de regenbakken, zelfs die in het midden van het land, zoo brak of ziltig geworden, dat men het niet meer drinken konde. In de jongst verloopen drie jaren hebben voormelde plantaadjen opgeleverd, als:
Alles hangt af van de meerdere of mindere regens, die gedurende het jaar, in bijzonder in het voor- en na-jaar, vallen. [212] De tabellen uit de tol- en licentenboeken... | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 296]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
voor een reeks van twaalf jaren... kunnen... thans de stelling, dat de handel zich alhier eeniglijk na de waarde der uitgevoerde koloniale voortbrengzelen regelt, volkomen bevestigen, en tevens de opbrengst der plantaadjen over hetzelfde tijdvak naauwkeurig aanwijzen. [214] De ankeragie, kruit, lont en hospitaalgelden, zoomede de inkomende en uitgaande regten zijn thans nog op denzelfden voet als in de generale tabelle van 1817,... zijn gespecificeerd, eene geringe verandering in het regt op den uitvoer van schapen en gijten uitgezonderd, zijnde die op de schapen thans drie realen en op de gijten twee realen per stuk. [217] In het jaar 1820 is den impost op den onderhandschen verkoop van onroerende goederen opgeheven, doch daarentegen in 1827 die van den 40st. penning op den publieken verkoop van alle goederen zonder onderscheid gelegd. Het jaar te voren is ook eene belasting van zes pesos per hoofd van elken uitgevoerden slaaf ten voordeele van de kolonie en van zes pesos ten behoeve van den armen gelegd. Den 5 Maart 1824 is het regt op de collaterale successie en overgang alhier ingevoerd overeenkomstig de wet, door Z.M. bij besluit van 27 December 1817 no. 37 voor het moederland daargesteld, met uitzondering eeniglijk van de wijze en tijden van betaling van het verschuldigd regt, welke nader zullen worden bepaald. [218] Sedert het jaar 1819 is er te St. Marten bij voortduring een der Wesliaansche Methodisten predikers, die zoo uit hun fonds in Engeland als eenige vrijwillige giften der inwoners worden bezoldigd, drie malen ter week in het openbaar leerredenen uitspreken, en ook zoo menigmaal de jeugd, meerendeels slaven en vrije gekleurde kinderen, in het lezen en den godsdienst onderwijzen, wordende aan de kinderen der blanken geen afzonderlijk, en dus geen, onderwijs in den godsdienst gegeven. Het eiland Saba is in 1821 weder onder het gouvernement van St. Eustatius gesteld, zijnde er sints het jaar 1816 ook geen appel van daar aan den raad van justitie te St. Marten gevallen.
St. Marten 15 Mei 1828 A. BECKERS. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 297]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[H] Curaçao 24 Maart 1828Ga naar voetnoot1)Aangemoedigd door de invitatie Uwer Exc. heb ik de eer het volgende verslag van den staat der mij toevertrouwde gemeente in de kolonie Curaçao Uwer Exc. aan te bieden. De R.K. gemeente bestaat uit ruim vijftien duizend zielen op Curaçao zelve, uit vijftien honderd op Aruba en Bonaire, op het laatste eiland de lands slaven daar onder berekend, immers zoodanig hebben wij uit het getal der jaarlijks gedoopt wordende kunnen opmakenGa naar voetnoot2). Blanken worden onder dit getal en voornamelijk op de twee laast genoemde eilanden zeer weinig gevonden; de gemeente is alzoo meestal uit kleurlingen en negers zamen gesteld. In deze kolonie zijn alle slaven gedoopt en bijna allen in den R.K. godsdienst. Over het algemeen zijn die menschen vrij goed van aard, inzonderheid wanneer men hun gebrek aan opvoeding en geringe beschaving in aanmerking neemt; traagheid, wulpsheid en morsigheid zijn hunne hoofdondeugden, van welke zij echter door eene eenigzins betere opleiding zijn af te brengen. Wat het onderhouden van den godsdienst, in welken zij gedoopt zijn, aangaat, deze onderhouden zij allen juist niet met dezelfde naauwgezetheid; bij voorbeeld op Curaçao kan men groot 5000 tellen, welke geregeld hunne godsdienstpligten onderhouden; de overige echter ontbreken bijna nooit om, wanneer zij ziek zijn, de hulp van den godsdienst in te roepen. De oorzaak waarom zoo velen in hunne godsdienstige verpligtingen te kort schieten is voornamelijk toe te schrijven: 1o. aan hunne verregaande onkunde, 2o. aan de afgelegenheid hunner woonplaatsen, 3o. aan de schuld van eenige meesters, en 4o. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 298]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
voornamelijk aan de wet, welke de slaven verbiedt te trouwen. Ten einde hier in, zoo veel mijne krachten toelaten, te voorzien, heb ik getracht, hun in de landstaal, het zij door boekjes het zij door een familiaar onderwijs, de eerste grondbeginselen van den godsdienst te leren kennen; ik heb tot het bereiken van het zelfde einde onderscheidene malen het eiland Curaçao doortrokken, Aruba bezocht, en naar Bonaire mijnen eenen kapellaan den weleerw. heer Jacobus Bernardus Eisenbeil gezonden; ik heb met verscheidene meesters ten opzigte van hunne slaven gesproken en hun betoogd, dat het niet alleen ten minste billijk is, dat die menschen den godsdienst onderhouden, in welken zij gedoopt zijn, maar dat ook daarin het voordeel hunner eigenaars ligt opgesloten, aangezien zij alsdan toch zich zullen weten te wachten van die misdaden, over welke hunne meesters thans met reden klagen, en welke men eventwel te verwachten heeft van menschen, die noch godsdienst noch beschaving kennen en geene andere drijfveer van hunne pligt betrachting hebben dan de vrees. Ofschoon ik vrijgelijk mag zeggen, dat deze mijne pogingen niet vrugteloos zijn geweest, en Curaçao zedert mijn verblijf alhier merkelijk in zeden verbetert is, zoo als Uwe Exc. allerzekerst zal hebben vernomen, zoo blijft er echter nog veel ter verdere beschaving te verrigten over, en hierin ware het wenschelijk, dat het gouvernement ons eenigzins geliefde te ondersteunen, en wel door te zorgen dat er te Bonaire ten minsten een of twee en op Curaçao op verschillende plaatsen menschen werden aangesteld, om de andere onderwijs te geven in het lezen, al ware het slechts in de landstaal en bij voorbeeld des avonds na het volbrengen des arbeids. Zoodanige onderwijzers zouden men onder de inwoners zelf kunnen vinden en voor eene geringe beloning kunnen bekomen. Uwe Exc. zal uit dit voorstel gemakkelijk zien, dat het geenzins mijn doel is, om aan die menschen een vergaand onderwijs te geven, voor het welke zij welligt uit aanmerking hunner physike toestand niet zouden berekend zijn of ten nadeele hunner eigenaars zoude kunnen verstrekken; slechts beoog ik een zoodanig onderwijs door het welke zij slechts in staat gesteld worden, om de grondbeginselen van hunne gods- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 299]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
dienst en de pligten, die zij ten opzigte van het gouvernement, van hunne meesters en van hunne evenmenschen hebben, te leren kennen. Nog een ander middel zoude tot de zedelijke beschaving der slaven door het gouvernement, indien ik mij niet vergis, kunnen aangewend worden; immers indien iet naauwer werd toegezien, dat de bestaande wetten, welke den slaven het onderhouden van hunnen godsdienst toestaan, beter werden naargekomen, bijv. dat zij op sommige tuinen des zondags niet tot werken genoopt werden en hun en hunnen kinderen het noodige voedsel, volgens de wet bepaald, werd gegeven, want het gebrek leidt ook dikwerf tot ondeugden aan. Hetgeen onbetwistbaar veel tot de zedelijke verbetering der bevolking dezer kolonie zoude bijbrengen is voorzeker dit: indien door het gouvernement aan de slaven werd toegestaan om hunne huwelijken door den bedienaar van den godsdienst, tot welken zij behooren, te laten inzegenen, zoo als die maatregel reeds door Uwe Exc. ten opzigte der lands slaven op het eiland Bonaire genomen is. Trouwens de eigenaars zouden bij eene zoodanige permissie van wege het gouvernement niets verliezen, daar het toch te allen tijde zoude nodig zijn, dat de meester zijne toestemming gaf tot het inzegenen van zoodanig een huwelijk, en deze permissie zoude hem vrij staan van te kunnen weigeren; ja ik vermeen, dat het zelfs geheel in het belang der eigenaars zoude wezen, daar het bewezen is: 1o. dat kinderen, uit een wettig huwelijk geboren, over het algemeen eene betere oppassing genieten, hetgeen toch tot hunne gezondheid en levensonderhoud zoo noodzakelijk is; 2o. dat een vergaand wulps leven, zoo als hier over het algemeen het geval is, aan het toenemen der bevolking tegenstrijdig is. Daar en boven zoude het zekerlijk aanGa naar voetnoota) de slaven meerder aan hunne meesters gehecht maken voor eerst uit vreze van anderzins van hunne vrouwen en kinderen door verkoop verwijderd te worden en ten tweede uit grondbeginselen van godsdienst, welke zij alsdan beter zouden in staat zijn te leren kennen en te beoeffenen. Eervol zoude zeker | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 300]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
bij zoodanige eene maatregel voor ons gouvernement wezen, wanneer het zelve aan andere gouvernementen een voorbeeld gaf, om dat gene weg te nemen, het welk toch ten minsten hard schijnt; immers dat een christelijk gouvernement duizende zijner onderdanen, die ook christenen zijn, als het ware verpligt en noopt, om eene levenswijze te volgen, welke bij iedere christelijke gezindheid voor misdadig en aan de grondregelen des Evangeliums tegenstrijdig gehouden wordt. Het eenigste moeyelijke, het welk volgens mijn inzien in deze maatregel zoude liggen opgesloten, is dit, dat bij verkoop de man van de vrouw of de vrouw van den man zoude kunnen gescheiden worden, dan hierin was volgens mijn oordeel in te voorzien door bijv. van gouvernementswege te bepalen, dat een meester, welke zijn slaaf of slavin de permissie heeft gegeven, om te trouwen, den man niet zonder de vrouw of de vrouw niet zonder de man zoude mogen verkoopen om van het eiland te worden afgevoerd; bleven zij op het eiland, dan zoude die moeyelijkheid zoo groot niet zijn, in aanmerking van de klijnte des eilands. Deze maatregel zoude de eigenaars ook niet bezwaren, daar immers weinige slaven uit deze kolonie vervoerd en zelfs weinig verkocht worden. Ik laat zulks overigens aan het verlichte oordeel Uwer Exc. met vertrouwen over. Nog eene andere zaak ware hier ten voordeele der gemeente te wenschen, immers dat hier voor Roomsche Katholyke een armbestuur en armenkas werd opgerigt, of ten minste dat de R.K. armen met die van andere gezindheden van dezelfde faveures mogten jouisseeren. Daar de R.K. gemeente alhier de talrijkste is, en uit de minst gegoeden bestaat, zoo moeten natuurlijker wijze de meesten armen onder dezelve gevonden worden, aan welke niet de minste uitdeeling geschied; het gebrek onder hun is dan ook onbeschrijvelijk groot, voornamelijk wanneer zij door ziekte bezocht worden; dan toch, van alles ontstoken, is het niet zelden, dat zij van kommer en ellende omkomen, waar van ik zelf ooggetuigen geweest ben. Reeds is het mij tweemaal gebeurd, dat ik verpligt geweest ben, om eenen zieken, die op den weg lag, in mijn huis te laten brengen en verzorgen, om dat er geene plaats bestaat, waar de lijdende menschheid gratis wordt | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 391]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
opgenomen. Het aangehaalde zal zekerlijk genoegzaam zijn, om Uwe Exc. te overtuigen, hoe wenschelijk het ware, dat hier een wel ingerigt armbestuur voor de R.K. bestond, welke in deze nood konde voorzien. Na alzoo aan Uwe Exc. den zedelijken staat onzer gemeente te hebben open gelegd en hare behoeftens aangetoond, neem ik de vrijheid, hare financieele gesteltenis Uwer Exc. voor te dragen, en ook hier in uwe hooge protectie te verzoeken. De kerk op het eiland Curaçao is een tamelijk goed doch niet groot gebouw, het welk thans zoo veel de omstandigheden hebben toegelaten, vrij wel is ingerigt. Behalve de woningen voor den pastoor en kapellaans bezit de kerk nog twee kleine huisjes, welke niet dan voor eene geringe prijs verhuurd kunnen worden. De collecte, die des zondags in de kerk geschied en de huur der plaatsen maken de eenige fondsen uit, welke de kerk heeft, en deze zijn naauwelijks in staat, om in de dagelijksche behoeftens, welke onze godsdienst vordert, en in de nodige reparatien te voorzien. De kerk is alzoo niet alleen arm, maar is ook nog met schuld belast, en wel voor eerst door eene van f 4400, uit het volgende voortspruitende. Vóórdat Z.M. in het jaar 1823 aan den pastoor en kapellaan goedgunstiglijk een vast jaarlijksch tractament toestond, werd uit de kerkekas aan den pastoor een tractament gegeven. Door tijds omstandigheden was de kerk eenigen tijd ten achteren gebleven om het zelve te voldoen, zoo dat in het jaar 1807 de toen fungerende kerkmeesters aan den pastoor I.I. Pirovano eene acte van hypotheek voor de verschuldigde gelden gaven met eene intresse van zes ten honderd in het jaar; hierbij werden alle de roerende en onroerende goederen der kerk verpand. Deze schuld is vervolgens nog vergroot door de achterstallige intresse, zoodat dezelve thans de bovengenoemde som van f 4400 bedraagt. Toen de gemelde pastoor kwam te sterven liet hij bij testamentaire dispositie gezegde pretentie ten laste der kerk ten faveure van zijne famille. De testamentaire executeurs, welke tevens procuratiehouders van de famille Pirovano zijn, spraken bij gevolg de kerk tot de afdoening der bestaande schuld aan, tot dat ik, als met de administratie der kerk belast, den 8 September 1825 daar toe gedagvaard werd. Met groote | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 302]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
moeite verkreeg ik eenige tijd uitstel, ten einde in het moederland, werwaarts ik toen tot herstel mijner gezondheid vertrok, de nodige informatien in te winnen, daar ik sustineerde, dat wijle pater Pirovano een zoodanig testament niet konde maken, dewijl zijn eerwaarde een monnik was van de order van den H. Franciscus, en bijgevolg volgens zijne regel niets in eigendom bezat, over hetwelke hij zoude kunnen beschikken. Dan, in Holland zijnde vernam ik, dat volgens de thans bestaande wetten zijn eerwaarde werkelijk ten faveure zijner famille konde testeeren. Er bleef dus niets anders overig dan de schuld te voldoen, en daar de kerk hier toe geheel en al zelfs een gedeelte daar van onmagtig is, nam ik de vrijheid hier toe de zoo bekende mildadigheid van Z.M. onze geeerbiedigde koning in te roepen. Bovendien is de kerk nog in eene schuld gewikkeld, voortspruitende uit vertimmeringen en reparatien, welke in het begin van het voorige jaar, toen ik tot herstel mijner gezondheid mij in Holland bevond, hebben plaats gehad; hiervan is nog tusschen de drie à vier duizend guldens te betalen. Men had zich gevlijd, deze schuld uit den opbrengst der kollecte en van plaatse gelden te kunnen voldoen, dan de ondervinding leert, dat zulks op verre na niet toereikend is. Indien ik alzoo niet vreesde te veel te vragen, zoude ik den wensch uiten, dat het Z.M. mogte behagen, om met over het hoofd te zien hetgeen misschien in dit geval te onvoorzigtig gehandeld is, de kerk ook in deze nood eenigzins te hulp te komen. Wat de katholyke inwoners van Aruba betreft, hunne zedelijke toestand komt naargenoeg met dien van Curaçao overeen; alleenlijk kan ik aanmerken, dat die aan de noordzijde des eilands verre die van de zuidzijde in zedelijkheid overtreffen. Op dit eiland bevonden zich altijd twee kerkjes, waarvan een zeer klein aan de noordkant en een ander aan de zuidzijde. Dit laatste, het welke reeds zeer bouwvallig was, is in de maand November in het jaar 1825 door eene zware regenbui ingestort, zoo dat zedert dien tijd de kerkdienst op eene zeer elendige wijze des zondags heeft plaats gehad. Men heeft dan ook eindelijk het zoo ver gebracht, dat men eenige penningen heeft bijeen verzameld, om een nieuw kerkje te bouwen, het welk aldaar zoo over noodzakelijk is. Werkelijk heeft | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 303]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
men de hand reeds aan het werk geslagen en beginnen te bouwen; muuren, deuren en vensters zijn reeds gereed, dan de middelen ontbreken om het begonnen werk te voltrekken. Veel is er wel is waar niet toe nodig, ik denk, dat eene som van vijftien honderd guldens toereikende zoude wezen, dan hoe dezelve bij eene zoo arme gemeente te vinden? O mogt de grenslooze goedheid van onzen geliefden koning, welke overal aan zijne katholyke onderdanen zoo bijzonderlijk zijne mildadigheid doet blijken, hierin de bewoners van Aruba te hulp kome!...
M.J. NIEWINDT,
R.K. pastor.
[I]Ga naar voetnoot1) ... Primo. De R.C. gemeente zoo wel binnen als buiten deze stadGa naar voetnoot2), uitgenomen de militaire bezetting, welkers grootste gedeelte tot meergemelde eeredienst behoord, bestaat uit plus minus 4000 zielen. Secundo. Dat deze gemeente buiten 60 à 70 Europeanen geheel bestaat uit behoeftige vrije lieden van de kleur en slaven, onder welk getal mede de met de boazie of lepra besmette persoonen, ten getalle van ruim 200 zielen, berekend zijn, welke op het lands etablissement, genaamd Batavia, gelegen aan de monding van de rivier de Copename voor hun leven lang geconfineerd zijn, alwaar zij eene capelle hebben met pina bladen bedekt en met de bast van de palissade boom beslagen. Tertio. Dat men onder de gemelde thans aanwezige Europeanen en vrije kleurlingen dezer gemeente hoogstens kan vinden 53 leden, die iets tot onderstand van kerk en armen kunnen bijbrengen, hetgeen blijkt uit de geringe jaarlijksche inschrijvingen, die men niet boven f 1400 à f 1600 nederlands schatten kan... | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 304]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[Handelsverslag.] | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
's Gravenhage den 31 Maart 1829Ga naar voetnoota)... Ik zal mij... veroorloven, al hetgene ik bij vroegere gelegenheden de eer had aangaande de handelsaangelegenheden in de West-Indië aan Uwe Exc. te rapporteren, kortelijk zamen te trekken en de aandacht van het gouvernement bij de resultaten daarvan te bepalen, te meer hopende daarmede te zullen kunnen voldoen, daar ik te meermalen de vereerende blijken heb mogen ontvangen, dat de denkbeelden van Uwe Exc. ten aanzien van de onderhavige belangen althans in de hoofdzaken niet naamwaardig van de mijne verschillen, en dus een uitvoerig betoog ten deze eenigermate overbodig kan worden geacht... Ga naar margenoot+ Het eiland Curaçao, hoezeer van geen belang uit het oogpunt van landbouw of mijnen beschouwd, vereenigt echter in zich vele voordeelen, welke het bij uitstek geschikt maken tot eene algemeene stapelplaats voor den zeehandel. Het heeft eene haven, zoo ruim en veilig als maar weinig, vooral in de West-Indië, wordt aangetroffen, niet alleen voor de koopvaart, maar ook voor een aanzienlijk eskader ter verdediging. De voortreffelijkheid dier haven wordt voltooid door de nieuw aangelegde en nog verder aanteleggen fortificatie-werken, welke die bezitting in eenen aanmerkelijken graad bestand maken tegen vijandelijke aanvallen. Het climaat aldaar is gezonder dan dat der meeste Antilles, ook bijzonder droog, en dus zeer gunstig tot conservatie van koopwaren; ook is er goed drinkbaar water, dat altijd nog te vermenigvuldigen is. Er bestaat eene talrijke bevolking, welke overvloedige handen oplevert tot verwerking tegen matige dagloonen. Onder den wind gelegen, is het niet blootgesteld aan de orkanen, welke op de overige Antilles zoo vele verwoestingen te weeg brengen en met zoo vele gevaren bedreigen. Het is gelegen zeer nabij de vaste kust van Columbia op de hoogte der provincien Caracas en Venezuela. Men kan dus van daar gemakkelijk betrekking onder- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 305]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
houden met alle de havens en eilanden, om en in den kom der golf van Mexiko gelegen. Van alle deze, zelfs van de eilanden Haïti en Cuba, kan de handelaar, op Curaçao gevestigd, met iedere rijzing en daling der markten zijn voordeel doen, voor en aleer de tijding daarvan in Noord Amerika of in Europa kan zijn aangekomen. Ja zelfs is deze onze bezitting in sommige opzigten voor een depôt van handel ruim zoo geschikt als het eiland St. Thomas, waarvan onder anderen ten voorbeelde strekken kan de tafel der afstanden en tijden van overtogten der beide eilanden...Ga naar voetnoot1) Veelal ontbreekt elders eene goede haven, of men is verder van de kust verwijderd of het belang der colonie vergunt niet, dat vrij en onbelemmerd vertier toetestaan, hetwelk in eene vrijhaven en algemeene stapelplaats gevorderd wordt. Bij mijn evengemeld rapport van 2 February 1828... heb ik Uwe Exc. verslag gedaan, hoe door mij de meest efficacieuse maatregelen genomen zijn, om de bedoeling Zr. M. ten aanzien der vrijstelling van de haven van Curaçao volkomen en in allen deele te verwezenlijken. Ik heb alle die formaliteiten, bezwaren en geldelijke lasten opgeheven, welke handelaren mogten afschrikken, om van die haven gebruik te maken. De inrigting van het bestuur is in al deszelfs takken op een milderen voet gebragt en meer in overeenstemming met de wenschen en behoeften van onzen leeftijd. De wegen zijn gebaand en de middelen verordend, om vermindering van lasten, aanmoediging van vertier, ondersteuning van crediet en de opening van verstopte bronnen van welvaart te erlangen. Dit alles is uit den aard geschikt, handelaren van elders aan te lokken, om zich aldaar te komen vestigen, zooals de oprigting der handelsbank, de kapitalen aanbiedt, welke hem, die daarvan verstoken is, in de gelegenheid stelt, om ondernemingen te doen. Het onderling in verband brengen van de onderscheidene West-Indische bezittingen tot één geheel moet eindelijk in zonderheid den toestand van het eiland Curaçao in | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 306]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
eene groote mate verbeteren, als hebbende daardoor een steun gekregen, die het nimmer te voren bezat en zoo vele middelen te meer, om handelsbetrekkingen aanteknoopen. Dan, welke uitzigten doen zich op, van alle die voordeelen zamen genomen op de meest voordeelige wijze partij te kunnen trekken? Het is ontwijfelbaar wenschelijk, den handel onzer West-Indische bezittingen zoo veel mogelijk wederom op te beuren. Aan eenen beduidenden directen handel op en van dezelve valt niet te denken, daar de artikelen van eerste noodwendigheid in die gewesten niet zelden even goed en doorgaans beterkoop kunnen worden aangevoerd door de kooplieden van andere natien. Niettemin is voor ons in de West-Indiën nog eene bron voor den handel overgebleven, welke nog vele voordeelen opleveren kan, en deze bron is de speculatie-handel, namelijk die handel, welke meer bepaaldelijk ten doel heeft het opkoopen en het opslaan van waren bij goedkoope gelegenheden, ten einde die bij rijzende markten met voordeel af te zetten. Is de mercantiëele geest, die onze natie boven die van andere volken plagt te onderscheiden, en die van haar nog niet geweken is, zoo bij uitstek geschikt tot deze soort van handel, niet minder zou dezelve begunstigd worden door den overvloed van kapitaal, welke onze commercie ter beschikking heeft, en het schier onbeperkt crediet, dat daarvan een gevolg is. Curaçao, zooals wij gezien hebben, biedt eene schoone gelegenheid aan voor een algemeen depot van koopwaren, en de nieuwe vrijstaten langs de naburige kusten van het vaste land zouden van daar even gerieflijk als voordeelig van den noodige voorraad voorzien, en alzoo menigerlei betrekking met dezelve aangeknoopt kunnen worden. De vrije haven van Curaçao bij de meer gunstige gelegenheid van dat eiland en de mindere prijzen, voor welke de waren aldaar zullen kunnen afgeleverd worden, dit alles kan ten gevolge hebben, dat de bewoners van den overwal in hun handel aan Curaçao boven St. Thomas of eenig ander meer afgelegen eiland de voorkeur geven. Wel is waar, de ongunstige politieke gesteldheid der bedoelde gemeenebesten en de schokken, waaraan dezelve in- en uitwendig nog bij voortduring zijn blootgesteld, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 307]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
leveren weinig uitzigt op, dat de handel met dezelve vooreerst van grooten omvang zal zijn, maar zooveel is niettemin zeker, dat de bevolking aldaar behoeften heeft, die niet onvervuld kunnen blijven, waarin alzoo van ginds of elders moet voorzien worden. En hoe gering de voordeelen aanvankelijk ook zijn mogen, welke die handel kan opleveren, de zelve zijn echter van veel waarde zoowel voor eene colonie, welke bij gemis van vertier hoe langer hoe meer verarmt, als voor het moederland, hetwelk naar middelen en wegen uitziet, om den vaderlandschen handel zoo veel weer te doen opleven, waarbij niet uit het oog dient verloren te worden, dat volgens den natuurlijken loop der dingen de onrust, welke het vasteland thans nog beroert, eenmaal door kalmte moet vervangen worden, en dat, welke de uitslag van den worstelstrijd ook zijn moge, de maatschappelijke orde zich eindelijk aldaar herstellen moet. Gelukkig voor het moederland en de colonien, als wij door thans aangeknoopte handelsbetrekkingen eenmaal ruimere vruchten mogen inzamelen van een uitgebreider handel, meer zekere ondernemingen en een vaster crediet! Doch om met hoop van goed gevolg zoodanigen speculatie-handel te ondernemen, moet men de behoeften kennen der bewoners van een land, waar de industrie nog geheel in de geboorte is. Bij gemis van de noodige bekendheid daarmede heeft men te vaak de pogingen, door onze handelaren aangewend, om op Zuid Amerika of Mexiko te handelen, zien mislukken. De behoeften aldaar zijn levensnoodwendigheden van meer noordelijken oorsprong, zooals tarwe, meel, gezouten visch, wijnen, olijfolie, ammunitie, scheepsbehoeften, katoen en verwerkte stoffen en andere manufacturen, onedele, vooral bewerkte metalen, papier, specerijen en andere artikelen van minder aanbelang. Te St. Thomas is men met die behoeften volkomen bekend, en weet er aldaar partij van te trekken. Ik heb getracht, in deze de noodige inlichtingen te geven door overzending van monsters van de in genoemde statengewilde manufacturen met eene uitvoerige beschrijving, gevoegd bij mijn voorloopig rapport van 2 February 1828 No. 20, en ik neem de vrijheid, de aandacht van Uwe Exc. bij vernieuwing daarop te vestigen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 308]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De waren, die gemelde staten in ruiling hebben aan te bieden, zijn goud, zilver, koper, edele gesteenten, indigo, cochenille, tabak, koffy, suiker, cacao, huiden, enz. Het is ontwijfelbaar in het belang der gouvernementen van Columbia, en Mexiko, dien handel te beschermen en aantemoedigen. Ingeval ook van onze zijde benoodigdheden worden aangevoerd, ontstaat er eene concurrentie, die niet dan in hun voordeel kan zijn, en te Curaçao kan voor hen de markt in verscheidene opzigten voordeeliger en gerieflijker zijn dan te St. Thomas of elders. Maar veel grooter wordt dit belang, als men overweegt, dat voor die staten zelve in lang nog aan geenen actieven handel te denken is. De landbouw, die allereerste bestaansbron van eene zich vormende staatshuishouding, is aldaar nog in de eerste beginselen, maar ook bij eene gevestigde maatschappelijke orde en toenemende civilisatie voor eene schier oneindige ontwikkeling vatbaar; eerst dan, wanneer de landbouw eene zekere mate van welvaart en rijkdom heeft doen ontstaan, kan men uitzien naar andere middelen van industrie en wordt de mogelijkheid geboren, om eenen eigen handel te drijven. Tot zoolang is men ten aanzien van benoodigdheden, welke het land zelf niet oplevert, cijnsbaar aan den handel van andere volken. Hoe minder deze afhankelijkheid voor hun bezwarend wordt gemaakt, hoe meer dienst men hun bewijst. Bij dit alles verdient ook in aanmerking te komen de gunstige opinie, die aan geen oord van de bekende wereld geheel te niet gegaan is, ten aanzien van de goede trouw onzer handelaren en de loyaliteit van ons gouvernement. Van die zijde schijnt dus mede de kans in ons voordeel te zijn, terwijl onze toestand, onze belangen en onze verhouding tot andere staten, altoos geene redenen kunnen opleveren om, uit een politiek oogpunt beschouwd, wantrouwen tegen ons op te wekken. Maar niet allen het wijd uitgestrekte veld van den handel der nieuwe Amerikaansche republieken schijnt ons aanvankelijk beduidende en in de toekomst welligt zeer aanmerkelijke voordeelen te beloven, ook nog andere uitzigten hebben zich opgedaan, om in het belang van het geheel onzer West In- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 309]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
dische bezittingen en van het moederland van de vrijhaven Curaçao partij te trekken. De Engelschen hebben de Noord Amerikanen met opzigt tot de vaart op hunne West-Indische bezittingen zoodanige voorwaarden willen opleggen, dat deze niet verkozen hebben, zich daaraan te onderwerpen. Er was dus behoefte aan eene neutrale haven, waar beide natien even zeer toegang hadden tot het drijven van den intermediairen handel. Reeds bij mijn rapport van den 2 february 1828 No. 20 had ik de eer, voor Uwe Exc. te ontwikkelen, hoe voordeelig Curaçao gelegen was, om tot dat einde te dienen... De Engelschen zoowel als de Noord-Amerikanen zullen er vermoedelijk prijs op stellen, zoo digt onder den vasten wal, als Curaçao gelegen is, eene vrije bewaarplaats van koopmanschappen te vinden, daar toch, zoo lang de onrust en wanorde in de nieuwe staten blijven voortduren, niet wel de waren in de havens op de vaste kust kunnen opgeslagen worden, als zijnde daar niet volkomen veilig of wel toevertrouwd. Dat nu te Curaçao ten gevolge der nieuwe orde van zaken tot nog toe geene blijken van herlevend vertier worden waargenomen, is geenzins te verwonderen; de redenen daarvan staan straks door mij vermeld te worden. Gewaagde ik hierboven van de voordeelen, welke voor Curaçao te gemoet werden gezien van het verband, waarin dat eiland gebragt is met onze overige West Indische bezittingen, thans zij het mij vergund te doen opmerken, hoe het verband van alle die bezittingen onderling tevens dienstbaar kan worden gemaakt aan den intermediairen handel, waarvan hier de rede is. Zullen onze eilanden de kolonie Suriname kunnen voorzien van zout, tras en dikwerf van levensmiddelen tot minder prijzen, dan die benoodigdheden thans uit Amerika worden aangevoerd, ten welken einde aan de ingezetenen dier eilanden de vrije vaart op die colonie is toegestaan, op dezelfde voorwaarden, als zulks aan de Noord Amerikanen vergund is: de colonie Suriname kan daarentegen naar onze eilanden verscheidene van hare producten doen afschepen, van geen belang voor den handel in het moederland, maar die zeker op die eilanden | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 310]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
debiet zullen vinden, vooral melasse, dram en timmerhout. De aflevering van melasse te Suriname aan Noord Amerikanen volgens nog loopende overeenkomsten geschiedt tegen veel minder prijzen, dan voor welke dat artikel elders, b.v. te Demerary kan worden afgezet. Het is dus niet zeer in het belang der eigenaren te Suriname, overeenkomsten bij expiratie te vernieuwen, bijaldien een ander kanaal voor dat product geopend is. Daarentegen is het voor de Noord Amerikanen veel gereeder en voordeeliger, hetzelve artikel op onze eilanden dan te Suriname intenemen, zoo uit hoofde der kortere vaart als omdat op de eilanden etablissementen van handel zijn, waar men de bestellingen en vrachten naar goedvinden regelen kan, dat het geval niet is in de landbouwende kolonie Suriname. Het gevolg wijders van den intermediairen handel, aldus op onze eilanden te vestigen, moet ontwijfelbaar zijn, dat de regelregte vaart der Noord Amerikanen op Suriname, (voor eene bloot landbouwende colonie, wier inrigting mede brengt, dat zij enkel met het moederland in betrekking staat, niet zeer eigenaardig,) langzamerhand zal afnemen en dat daarentegen genoemde colonie, in zoo verre de toevoer uit het moederland niet toereikend is, door de commercie van de eilanden zal kunnen geproviandeerd worden, waarvan het voordeel in den boezem van het geheel onzer West Indische bezittingen terugkeert. Eindelijk is Uwe Exc. reeds bekend geworden, hoe door eene geregelde paketvaart voor de communicatie tusschen genoemde bezittingen, zoo noodig om handelsgemeenschap te onderhouden, niets te wenschen zal overblijven, terwijl de communicatie tusschen het moederland en de colonien gerustelijk aan den handel zal kunnen worden overgelaten, hetwelk verkieslijker is, dan een paketvaart, welke het Rijk op veel te staan komt, en, uit hoofde van hooge transportkosten als anders, niet gerekend kan worden aan het oogmerk te voldoen. Aldus heb ik ten aanzien van de commercie op de eilanden de instelling van vrijhavens en de betrekkingen, welke in deze met de naburige staten kunnen aangeknoopt worden, na rijpe overweging en na overleg met vele der zake kundige persoonen, getracht, naar de heil- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 311]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
zame inzigten van Z.M. te handelen en hoogstdeszelfs oogmerken naar bevind van omstandigheden te verwezenlijken, en ik zal voor Uwe Exc. niet behoeven te betoogen, dat de als nu gemaakte verordeningen op zich zelven niet voldoende zijn, om het doel te bereiken, zoo lang niet tevens de middelen aan de hand zijn gedaan, om dezelve volkomen in werking te brengen. Hiervoren heb ik meer bijzonder de aandacht van Uwe Exc. bepaald bij de aangelegenheden van het eiland Curaçao, en wel omdat het door die bezitting en vandaar voornamelijk is, dat wij eenig aandeel zouden kunnen erlangen in den handel met de nieuwe vrijstaten op het vaste land van Amerika, waar het voornamelijk om te doen is, maar ook omdat bij al het gewigt, dat het gouvernement met reden aan die bezitting hangt, inzonderheid gebleken door het impenderen van zoo vele kosten, om die in volkomen staat van verdediging te stellen dezelve echter door het verval van nering en handel, welke ik bij mijne komst aldaar genoegzaam in volkomen stilstand heb aangetroffen, zoo gezonken is, dat de beschikbare middelen, om haar weder op te beuren, niet te spoedig kunnen bij de hand genomen worden, en het is daarom, dat ik eerbiedig de vrijheid neem, de aandacht van het gouvernement wel bijzonder te bepalen bij het dringende van voorziening in dat alles, wat de verordende maatregelen ten aanzien van Curaçao in werking brengen en den loop daarvan verzekeren moet. En dan kan in de eerste plaats niet te sterk worden aangedrongen op de onverwijlde uitzending van een' ambtenaar derwaards, welke, voldoende bekend met de handelsaangelegenheden in de West-Indie, en volkomen geïnitieerd in de beginsels en bedoelingen van het gouvernement te dezen aanzien, in staat is, om naar behooren op dit eiland den post van directeur te bekleeden. De ambtenaar, die thans dezen post ad interim bekleed, is voor die betrekking als zijnde hij tot een geheel ander vak opgeleid, minder geschikt...Ga naar voetnoot1) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 312]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maar dan ook zal, ten tweede, de commercie alhier en in het moederland en bijzonder de nieuw opgerigte maatschappij voor den West-Indieschen handelGa naar voetnoot1) bekend behooren te worden gemaakt met de gezigtspunten, waaruit de commercie in de West-Indie tegenwoordig te beschouwen valt, vooreerst ten aanzien van onze bezittingen onderling, vervolgens met opzigt tot den intermediairen handel door middel van vrijhavens en waren depôts op den voet als te St. Thomas plaats heeft met Engelschen en Noord Amerianen en wijders met betrekking tot Columbia en Mexiko, en zulks ten einde die commercie aandachtig te maken op de voordeelen, welke op redelijke gronden van de speculatie handel, wel bestuurd en wel ondersteund, verwacht mogen worden, alles met zoo- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 313]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
danige inlichtingen en aanwijzingen, als bevonden zullen worden raadzaam en voorzigtig te zijn. Doch om de ten deze bedoelde uitzigten niet geheel afhankelijk te maken van den loop van overwegingen, die, soms schroomvallig aangevangen, langzaam voortgezet, wel eens eindigen met geene of onbeduidende resultaten op te leveren, terwijl de ondervinding doorgaans leert, dat geene betoogen of redeneringen maar wel voorbeelden en uitkomsten in staat zijn, om gewortelde opinies optegeven en het eenmaal gewone spoor te doen verlaten, zoo zal het in de derde plaats noodig zijn, dat werkelijk door de commercie of wel genoemde maatschappij bekwame agenten worden uitgezonden, die de noodige middelen ter beschikking hebben, en hun voordeel weten te doen met de medegedeelde monsters en verder niet algemeen bekende indicatien; - - zoo behoort men al dadelijk waren aan te voeren en ondernemingen te beproeven, al worden die ondernemingen al eens, aanvankelijk niet met bijzondere gelukkige uitkomsten bekroond, en welke de alsnu daargestelde bank desnoods ondersteunen kan, alles met oogmerk om den handel vooreerst aan den gang te brengen, waarmede op zich zelven reeds veel gewonnen zal zijn. De nieuw aangestelde directeur zal dan te gelijker tijd met de kamer van koophandel, welke reeds in volle werking is, en welker aanvankelijke handelingen zijn voorgeschreven bij mijne instructie aan den voormaligen gezagvoerder van Curaçao, in dato 7 february 1828 No. 32, waarmede Uwe Exc. is bekend geworden, in alles, wat den handel naar Curaçao trekken en denzelven uitbreiden kan, communicatief behooren te handelen. Eenmaal de zaak alzoo in beweging zijnde gebragt, zullen vermoedelijk weldra de gunstige gevolgen daarvan worden ondervonden, terwijl ook de ingezetenen, zoo van Curaçao als van St. Eustatius door middel van de bank over de noodige kapitalen zullen kunnen beschikken, om ondernemingen te beproeven... En alsnu tot het bestaande stelsel van vaart en handelGa naar margenoot+ der kolonie Suriname genaderd, staan mij nog te dezen aanzien twee gewigtige punten te beantwoorden. Vooreerst: bij Uwe Exc. missive van den 18 October 1827 La. J. No. 72 worden mij eenige stukken gezonden, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 314]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
gespecifieerd op de daarbij gevoegde lijst, opzigtelijk eene wederzijdsche openstelling der havens van de Nederlandsche en Engelsche colonien in de West Indie, ten einde daarvan gebruik te kunnen maken bij de beschouwing, in hoe verre het voor de belangen van de colonie Suriname en van het moederland raadzaam is, dat het nu op die colonie van toepassing zijnde uitsluitend stelsel wierde verlaten en vervangen door eene vrije vaart in verband met het aanbod van Groot Brittanje tot eene wederkeerige vaart op deszelfs Amerikaansche Bezittingen, welk punt mij ter behandeling was gegeven bij het 15 artikel mijner reeds genoemde geheime instructie. Dienaangaande mijne gevoelens zullende in het midden brengen, vinde ik mij niet geroepen tot het onderzoek, of deze propositie van het Britsche gouvernement werkelijk uit het liberale beginsel voortvloeit van onderlinge wederkeerigheid te willen bevorderen, dan wel aan eene poging om het overwigt van deszelfs handel nog al grooter te maken, en evenmin, of opvolgende omstandigheden en andere wijzen van beschouwingen dat denkbeeld welligt sedert niet hebben doen opgeven. Ik zal dan alleen trachten aantetoonen, dat, hoe wenschelijk eene zoodanige van beide zijden volmaakt werkende wederkeerigheid, in het algemeen beschouwd, ook zijn moge, dezelve echter in het bijzonder voor de colonie Suriname en voor de belangen van het moederland, voor zoo veel die colonie betreft, allezins verderfelijk zou zijn, en wel om de volgende redenen. De belangrijkheid van de colonie Suriname voor het moederland was tot nu toe alleen daarin gelegen, dat hare producten met uitzondering van melasse en dram, als alleen in de West-Indie en Amerika bruikbaar, uitsluitend bestemd waren, om naar het moederland te worden afgevoerd. Dit maakt een aanmerkelijke tak uit van onze scheepsreederijen en van niet weinig belang voor onze scheepvaart; eene menigte fabryken en trafyken varen daar wel bij; de leverantien van benoodigdheden voor de plantagien en de bevolking, met Nederlandsche bodems overgebragt, zijn vrij aanzienlijk; de retourvrachten in producten op onze markten gevoerd, worden bij ons bewerkt, en komen in den handel, en door dit alles vinden duizende menschen hun bestaan, worden vele | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 315]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
winsten genoten, en millioenen kapitaal in omloop gehouden. Zeker is het toch, dat Suriname thans jaarlijks voor zeven millioen guldens producten oplevert, waarvan slechts twee millioenen in de colonie verteerd worden, weshalve het overschot aan scheepsvracht, winst op den handel, interessen van uitgeschotene kapitalen en inkomsten van alhier gevestigde eigenaars, in het moederland genoten wordt, een voordeel, zoo als ik bij mijne missive aan Uwe Exc. in dato 16 December j.l. reeds opmerkte, grooter dan dat, hetwelk thans de gezamenlijke Oost-Indien opleveren. Wordt nu Suriname behalven eene landbouwende tevens eene commerciëerende colonie, hetwelk geschiedt door dezelve voor vreemde natien open te stellen, dan is het klaarblijkelijk, dat en Engelschen en Noord Amerikanen, welke zoo veel beterkoop hunne schepen kunnen bevrachten dan wij, om van geene andere voordeelen te gewagen, die elk dier natien in het byzonder boven ons vooruit hebben, in alle benoodigdheden dier colonie zullen voorzien niet alleen, maar ons ook alle producten van daar ontvoeren zullen, als wanneer de opgenoemde groote voordeelen genoegzaam voor ons verloren zullen zijn, zonder dat ons zulks door eenig merkbaar voordeel vergoed zal worden. Waarbij nog aan te merken valt, dat verre de meeste directe of indirecte eigenaren van Surinaamsche panden niet daar maar hier woonachtig zijn, en hunne belangen door agenten of gemagtigden aldaar worden waargenomen. Thans zijn zij genoegzaam verzekerd, dat met hunne bodems en onder hunne merken de producten hen behoorlijk geworden, maar bestaan er andere wegen om producten te slijten, dan is de wijde deur geopend voor alle malversatie, en het belang, dat wij hebben in het bezit der kolonie zal gaande weg hoe langer hoe minder worden. Met het hiermede in verband gebragte verzoek, door een scheepsreeder gedaan, om alteratie of dispensatie van art. 97 van het voormalig reglement van beleid op de regeering voor de kolonie Suriname, voor zooveel betreft de bepaling, ‘dat de handel en vaart op en van die kolonie, alleen zal mogen geschieden uit en naar dit Rijk, en dat alle behoeften en waren voor dezelve benoodigd alleen uit dit rijk derwaards zullen mogen worden aangebragt, met uitzondering van de vaart der Noord-Amerikanen, onder | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 316]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
de bepalingen als vóór 1795 hebben plaats gehad’, zal ik mij niet behoeven op te houden, als zijnde het onraadzame van het intrekken dier bepaling genoegzaam blijkbaar uit hetgene ik ten aanzien der onbepaalde openstelling der vaart heb aangevoerd, alsmede breedvoerig ontwikkeld is in de vertoogen, dienaangaande van de kamers van koophandel onzer voornaamste koopsteden ingewonnen, zooals dan ook door Uwe Exc. zelve Z.M. is geadviseerd geworden, om in het gedane verzoek te difficulteeren. En dat alles heeft mij dan ook bewogen om den tegenwoordigen staat van zaken in Suriname, wat deze aangelegenheid betreft, provisioneel te bestendigen, en mitsdien de vaart op dezelve en de aanvoer van benoodigdheden niet onbepaald vrijtestellen, zoo als te zien is uit de art. 32 en 33 van het thans onder goedkeuring des konings in werking gebragte reglement op het beleid der regeering van de bedoelde colonie, met die bijvoeging alleen, dat, zoo als ik in den loop van deze memorie reeds deed opmerken, aan de ingezetenen der Nederlandsche West-Indische eilanden ten aanzien van die vaart geene mindere regten zijn toegestaan, dan aan de Noord Amerikanen. Al verder had ik de eer te ontvangen Uwer Exc. missive van den 18 October 1827 geheim Litt. J. No. 272 k, houdende kennisgeving, dat Z.M. zich vereenigd heeft met het bij rapport van 30 Juny te voren La. J No. 174 k. ontwikkelde gevoelen, namelijk dat, voor en al eer omtrent den handel en de vaart der Noord Amerikanen op Suriname en terugbrenging daarvan binnen engere bepalingen in verband met eene vermindering van het inkomend regt op de melasse eenige maatregelen voorteschrijven, het doelmatig zoude zijn, de zaak in de kolonie zelve aan een opzettelijk onderzoek te onderwerpen en zulks aan mij op te dragen, zooals dat onderzoek mij dan ook opzettelijk opgedragen is bij § B van art. 15 mijner geheime instructie. Het is mij voorgekomen, het niet in het welbegrepen belang van het moederland zou zijn, de invoer van melasse aldaar uittelokken en aan te moedigen, gemerkt, het zich toeleggen op rum-stookerijen noodwendig tot nadeel moet strekken van onze jeneverstookerijen, wel- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 317]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ker tegenwoordig voorbeeldeloos vertier eene rijke bron van inkomsten oplevert, ook voor den staat, en mitsdien zoo min mogelijk afbreuk behoort te ondervinden, hetwelk waarschijnlijk het geval zijn zoude, aangezien de rum, tot mindere prijzen kunnende worden afgeleverd dan de jenever, deze in de binnenlandsche consumtie zou kunnen verdringen, terwijl het fabrykaat van rum, welks duurzamen opgang hoogst onzeker is, nimmer belangrijk genoeg worden kan, om daaraan een ander fabrykaat, dat bij ons gevestigd en aan alle oorden gewild is, opteofferen. Ook zoude ik onraadzaam vinden, juist nu al te blijkbaar pogingen aan te wenden, om de melasse aan de Noord Amerikanen te onttrekken, daar wij alle middelen trachten aantewenden, om met die natie op de eilanden eenen intermediairen handel aanteknoopen, terwijl wij, zoo lang de vaart op onze W.I. bezittingen niet beduidend genoeg is aangegroeid, hen niet genoeg ontberen kunnen tot aanvoer van levensmiddelen en verdere benoodigdheden te Suriname, en hoe zullen zij belang bij dien aanvoer vinden, of hoe zal men met hen verrekenen, zonder hen in retour met melasse te bevrachten? Onder verbetering dunkt mij, dat men langzamerhand zal moeten trachten, den meerderen aanvoer van noodwendigheden uit het moederland naar onze W.I. bezittingen aantemoedigen. Zulks kan plaats hebben door bevordering van den handel op onze eilanden. De maatregelen, door het gouvernement ten aanzien van het binnenlandsch gefabriceerd meel genomen, kunnen ten proeve strekken, of ook door zoodanige middelen, die aanvoer zal kunnen vermeerderd worden, zullende het te bezien staan, of de ontheffing van lasten en verdere faciliteiten, die men in staat is, daarbij te verleenen, toereikende zijn, om opzigtelijk het goedkoop transport de Noord Amerikanen met hunnen aanvoer geheel of gedeeltelijk te verdringen. Heb ik eindelijk om boven aangevoerde redenen mij verklaard tegen de openstelling van Suriname voor den handel, het is mij echter voorgekomen, dat dezelfde redenen, althans niet in eene beduidende mate, bestaan opzigtelijk het district de Nikerie, aangezien de inwendige gemeenschap van hetzelve met de Suriname, moeyelijk genoeg is, om van die zijde geene misbruiken te duchten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 318]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
te hebben, en de producten van het district zelf, meest in katoen bestaande, niet zoo menigvuldig of van dat aanbelang zijn, dat ingeval er al eens sluiting kan plaats hebben, zulks een naamwaardig nadeel voor het moederland kan te weeg brengen. Ik vermeen dus, dat hier eene uitzondering op den regel zou kunnen plaats hebben, en ik durf dienvolgens adviseren, om bij wijze van proeve de Nikerie op het punt, waar de rivier van dien naam zich in zee ontlast, zoo voor Engelschen, Noord Amerikanen, als andere natien tot eene vrijhaven te verklaren. De voorname reden, welke mij noopt, daartoe eenen voorslag te doen, is gelegen in den tegenwoordigen ongunstigen staat van dat district. De planters, aldaar kunnen van hunne katoen geene prijzen maken, toereikende om zich staande te houden, en velen zouden daarom zich van hunne plantagien ontdoen, en zich in Suriname of in eene vreemde colonie vestigen, als het hen daartoe niet aan de noodige middelen ontbrak, maar dan ook is dit geheele uitgebreide district voor het moederland verloren. Met de daarstelling van een vrijhaven aldaar zou de gelegenheid ontstaan, om van daar de naburige Engelsche colonien met voordeel van Hollandschen jenever en andere waren te voorzien, die anders van zeer ver ontboden en aangebragt moeten worden, waartoe de gelegenheid aldaar zoo byzonder gunstig is, terwijl de planters van de Nikerie zich tegen mindere kosten die benoodigdheden zouden kunnen aanschaffen, welke nu ten duurste te Suriname moeten worden aangekocht. Op die wijze zou het district welligt in stand gehouden en nog van eenig aanbelang voor het moederland kunnen worden. Wel is waar, de planters zouden daardoor gelegenheid vinden, om hunne producten aan vreemdelingen aftezetten, doch men zou hen door den rijksambtenaar, aldaar gevestigd, aan een naauwkeurig toezigt kunnen onderwerpen, bij voortduring onder de voorwaarde van hunne producten bij uitsluiting alleen naar het moederland af te voeren, en dat bij misbruik van de vergunning eener vrijhaven dezelve dadelijk zal worden ingetrokken, als wanneer zij tot hunnen vorigen ongunstigen toestand zouden worden teruggebragt...
* * * | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 319]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[Landbouwverslag.] | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
's-Gravenhage den 31 Maart 1829.Ga naar voetnoota)Bij artikel 19 mijner instructie, op mij den last verstrekt zijnde, om den staat van den landbouw in Z.M. West-Indische bezittingen te onderzoeken, zoo heb ik de eer Uwe Exc. den uitslag van dat onderzoek bij deze aantebieden. Ga naar margenoot+ Ten aanzien van de colonie van Curaçao en onderhoorige eilanden Aruba en Bonaire heb ik weinig te voegen bij het vroeger, tijdens het Bestuur van den heere viceadmiraal Kikkert aan het departement van de Marine en Kolonien ingezonden statistieke verslag, waaruit gebleken is, dat die eilanden bij toereikende regens zooveel maïs opleveren, als voor het onderhoud der ingezetenen volstrekt noodig is; dat de veeteelt eenige uitgebreidheid in die colonie bezit, echter niet van dien aard, dat daardoor een naamwaardigen handel naar buiten kan worden gedreven. Op het eiland Bonaire is die uitbreiding geheel afhankelijk van het slagen der maatregelen, genomen om levendige bronnen optesporen. Over het algemeen is de landbouw op die eilanden weinig beduidend en ontoereikende om in de gezamenlijke behoeften der ingezetenen te voorzien. Het sandelhoutGa naar voetnoot1) van het eiland Bonaire, hetwelk voormaals eene niet geheel onbeduidende tak van handel opleverde, is almede van minder belang geworden, daar op verscheidene plaatsen van de vaste kust hetzelve overvloedig en van betere hoedanigheid wordt aangetroffen. Het vertier daarvan op dat eiland, dientengevolge, is aanmerkelijk verminderd. Het zout van Curaçao is alzoo het eenige beduidende artikel, dat die eilanden voor de commercie aanbieden... Ga naar margenoot+ Het eiland St. Martin levert eene hoeveelheid op van 750.000 tot 1.000.000 oude ponden suiker; het aantal slaven, aldaar aanwezig, bedraagt 2453 hoofden; de orkanen, waaraan dit eiland is blootgesteld, stellen den land- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 320]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
bouw van tijd tot tijd aan groote verliezen bloot; de grond is er middelmatig vruchtbaar, doch de slavenhandel afgeschaft zijnde, is hier aan geene uitbreiding van landbouw te denken. Het eenige, dat hier ter vermeerdering van industrie heeft kunnen geschieden, heeft zich tot het herstellen der zoutpan moeten bepalen, die voormaals belangrijke voordeelen heeft opgeleverd, doch thans door den grooten toevloed van water zeldzaam toeliet, het zout te doen kristallizeren... Ga naar margenoot+ Wat het eiland St. Eustatius betreft, hetzelve kan jaarlijks eene hoeveelheid van 1.000.000 oude ponden suiker opleveren; het aantal slaven aldaar bedraagt 1609 hoofden. Dit eiland staat in vruchtbaarheid nagenoeg met St. Martin gelijk. De geringe hoeveelheid echter van bebouwbare gronden en de afgeschafte slavenhandel leveren ook hier geen vooruitzigt op, dat de productie aldaar naamwaardig kan worden vermeerderd, zoodat de koophandel de hoofdbron van dat eiland worden moet. Behalve suiker, eenige groenten, pluim- en ander vee bezit noch St. Eustatius, noch St. Martin en evenmin Saba eenige producten van belang, zoodat het geheel nutteloos zijn zou, Uwe Exc. bezig te houden met den landbouw van gewesten, alwaar die voor geene uitbreiding of verbetering vatbaar is. Ga naar margenoot+ Suriname daarentegen is een gewest, voor den landbouw niet alleen uitmuntend geschikt, maar dat zelfs, zijne geringe bevolking in aanmerking genomen, reeds eene aanzienlijke hoeveelheid producten oplevert, en bovendien door gepaste maatregelen nog van veel uitgestrekter belang voor het moederland worden kan; ik zal mij dus veroorloven eenigermate in het breede de gesteldheid der gronden, de wijze, waarop die ontgonnen en bebouwd worden, benevens de hoeveelheid der producten, welke dezelve opleveren te ontwikkelen; vervolgens aantoonen de hinderpalen, die de uitbreiding daarvan tegenwerken, en de middelen, om deze bezwaren te verminderen, opgeven, althans voor zoo verre zulks niet reeds bij mijne rapporten van den 15 Mei en 1 September jl. No. 75 en 322 gedaan is. De grond van Suriname, voor zoo verre het bebouwde gedeelte betreft, is geheel alluviaal; de rivieren, de Marowijne, de Suriname, de Saramacca, de Commewijne en | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 321]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
nog een aantal kreken, die hunnen oorsprong in het bergachtige der colonie zelve en in het dieper landwaarts gelegen gebergte ontleenen, voeren jaarlijks eene groote hoeveelheid vruchtbaar slip naar zee, die, van jaar tot jaar opgehoogd zijnde, eindelijk de hoogte verkregen heeft, dat dezelve bij laag water droog ligt, en voor zooverre die een paar voet boven het laagste peil verheven is, voor den landbouw kunstmatig kan geschikt gemaakt worden. De welige groeikracht der tropische gewesten bedekt dezelve al zeer spoedig met ondoordringbaar bosch; de afval der bladeren verhoogt den grond, zoodat dezelve thans grootendeels kan aangemerkt worden te bestaan uit een mengsel van slip of klei, zand, zeeschelpen en bladaarde; het laatste een product zijnde van de latere vegetatie, maakt dus de bovenkorst dier gronden uit, en de vruchtbaarheid derzelve hangt geheel af van de hoeveelheid bladaarde, hier veen genaamd, waarmede dezelve bedekt zijn. Alle gronden, die meer achterwaards in de colonie gelegen, en niet hunnen oorsprong aan aanspoelingen verschuldigd zijn, zijn veel minder vruchtbaar; even boven de Joodsche Savanna nemen deze hunnen aanvang. Vroeger proeven, om dezelve te bebouwen, hebben geene voldoende resultaten opgeleverd, en zijn derhalve wederom verlaten. Hier komt nog bij, dat de winden dieper landwaards in veel zwakker zijn dan digter aan het zeestrand, waardoor dan ook die gewesten over het algemeen minder gezond zijn bevonden, terwijl bovendien het bed der rivieren, hier spoedig verhoogende, verscheidene catarakten vormt, waardoor de gemeenschap met Paramaribo voor eenigzins belangrijke vaartuigen verhinderd wordt. Het binnenwaards gelegen land biedt dus niets aan, wat den landbouw in die streken zou kunnen begunstigen; vandaar dan ook, dat in Suriname eene algemeene strekking bestaat om de plantagies uit het hooger gedeelte der rivier, zelfs beneden de Joodsche Savanna, naar het lager gedeelte over te brengen, en de voornaamste plantagies thans langs de rivier de Commewijne op eenen geringen afstand van het zeestrand worden aangetroffen. De gronden langs de Saramacca en Coppename zijn over het algemeen even vruchtbaar, als die langs de Su- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 322]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
riname en de Commewijne, doch nog weinig bebouwd, deels bij gebrek aan handen deels bij gebrek aan eene goede communicatie met Paramaribo. Kon in de beide gebreken voorzien worden, dan zou Suriname voor zeker eene goudmijn voor het moederland kunnen zijn, gelijk genoegzaam blijkt, wanneer men de waarde van deszelfs uitvoer vergelijkt met de hoeveelheid van handen, die den veldarbeid verrigten, en waarop straks nader zal worden teruggekomen. De bearbeiding of ontginning van gronden, die, gelijk reeds gezegd is, boven het lage peil van het water gelegen en met ondoordringbaar bosch begroeid zijn, vordert aanvankelijk veel arbeid en uitschotten; men begint namelijk met den grond, die men voornemens is te bebouwen door een dijkje, 5 à 6 voeten breed en 5 à 6 voeten hoog, te omringen; vervolgens wordt de geheele grond met slooten, te Suriname trensen genaamd, doorsneden, van zoodanige breedte en diepte, dat dezelve allerwege met schuiten kunnen worden bevaren en die gemeenschap hebben met eene algemeene vaart of trens, hier de ontlast-trens genaamd; in den mond van dezelve wordt eene sluis gebouwd, die bij laag water geopend, en bij hoog water gesloten wordt en waardoor dan al het water binnen den dijk gelegen, wordt afgetapt, zoodat iedere plantagie op zich zelve als een ingedijkten polder kan worden beschouwd en werkelijk is. Vervolgens gaat men over tot het vellen der boomen. Nadat deze eenigen tijd zijn uitgedroogd, worden dezelve verbrand, hetwelk met eenige omzigtigheid moet geschieden, opdat niet tevens de bladaarde, waarmede de klei bedekt is, door het vuur worden verteerd, als waardoor de grond tot een volkomen staat van onvruchtbaarheid zou worden gebragt. Naarmate nu de boomen verbrand en voor zoo verre zulks noodig is, opgeruimd zijn, wordt de grond in bedden van 5 tot 6 voet breedte aangelegd, en deze bedden onderling door slooten of greppels van een gescheiden, welke almede gemeenschap hebben met de trensen en dus de afwatering bevorderen, terwijl bovendien de specie uit die slooten, meestal twee voeten breed en diep gegraven, ter verhooging strekt der bedden zelf. De grond alzoo in dien staat gebragt, is vatbaar voor bebouwing, echter over het algemeen te vruchtbaar, of, zoo | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 323]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
men het noemt, te geil voor de suikercultuur. Eerst moet dezelve door beplanting met bananen worden vermagerd; voor coffy en andere gewassen echter is die grond al zeer spoedig bruikbaar. De coffy in deze gronden teelt in het algemeen zeer welig; levert van één tot een en een half pond per boom, en behoeft op vele plaatsen van 20 tot 50 jaren te worden vernieuwd. Is de grond echter eenmaal voor de coffycultuur uitgeput, dan bestaan er geene middelen om de vruchtbaarheid te herstellen; de natuur alleen in het tijdsbestek van eene eeuw geeft daaraan eene matige vruchtbaarheid terug en dat wel op eene wijze, die aanstonds nader zal worden opgegeven. In eenen grond, zoo vruchtbaar als die van Suriname, is blijkbaar aanvankelijk alle bemesting overbodig. Gedurende eene reeks van jaren kan dezelve worden beteeld, zonder dat de landman die uitschotte doen en dien arbeid te verrigten heeft, welke elders de instandhouding der vruchtbaarheid vordert; is dezelve eindelijk door eene onafgebrokene beteeling uitgeput, dan laat men dat gedeelte der plantagie door het rivierwater overstroomen, het welk geschieden kan door de communicatie van derzelver trensen of slooten aftesnijden, en dien grond als het ware met een dijkje te omringen; wel ras is deze grond wederom met bosch bedekt, waarvan de afval der bladeren die vruchtbaarheid terugschenkt, welke eene onafgebrokene en uitputtende cultuur aan dezelve heeft doen verliezen, en waartoe naar mate van den aard der cultuur een korter of langer tijdperk gevorderd wordt. Voor de suiker b.v. is een tijdvak van vier jaren voldoende, en kan dan wederom de grond met vrucht 12 jaren lang zonder mest bebouwd worden. Voor de coffy daarentegen, zooals gezegd is, wordt eene eeuw gevorderd, en kan dan welligt 20 à 25 jaren wederom vruchten opleveren. In een land, waar de grond zoo menigvuldig is als te Suriname en verre weg het grootste gedeelte daarvan onbebouwd ligt, is deze handelwijze voor zeker de minst kostbare om den hoogsten graad van vruchtbaarheid voorttebrengen, en ik ken geen stelsel van landbouw, dat, de localiteit in aanmerking genomen, voordeeliger resultaten zou kunnen opleveren. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 324]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De landbouw van Suriname is dan ook voor alle vreemde natien een voorwerp van bewondering, die het genie onzer natie eer aan doet en overal wordt nagevolgd, waar de localiteit zulks slechts veroorlooft. Vandaar dan ook, dat zoovele Franschen en vroeger ook Engelschen door derzelver gouvernementen naar die kolonie gezonden zijn, om ze te leeren kennen. Een zoo welgekozen stelsel te veranderen, zou mij dan ook hoogst ondoelmatig toeschijnen, en ik geloof, dat het gouvernement zich meer behoort te bepalen, om de planters aantemoedigen en de middelen ter uitbreiding te verschaffen, dan wel nieuwe praktijken in te voeren. Niet dat men minder voordeelige door meer voordeelige cultures niet zou trachten te doen vervangen, dit wordt hier geenszins bedoeld, maar alleen, dat men noch in het aanleggen der gronden noch in de wijze ze te fructifiëeren verandering behoort te maken. De opbrengst der gronden, van Suriname met deze inrigting is dan ook, gelijk reeds vroeger is opgemerkt, zeer aanzienlijk. Uit de hiernevens gevoegde statenGa naar voetnoot1) kan blijken, dat de gemiddelde uitvoer over twaalf jaren, namelijk van het jaar 1816 tot 1827 ingesloten, niet minder dan 6.457.555 guldens in het jaar bedraagt, en neemt men nu in aanmerking het getal slaven, die op de plantagien arbeiden, en welke volgens den staat, bijlage No. 13 van het algemeen verslag 42196 hoofden bedragen, dan wordt per ziel gemiddeld in het jaar f 153.03½ verdiend, ongerekend nog, dat de arbeid dezer slaven in de behoefte van levensmiddelen, zoo voor zichzelven, als voor de geheele colonie, voor zoo verre de grond dezelve opleveren kan, voorziet; een voorzeker allezins gunstig resultaat, en hetwelk nog voor aanmerkelijke vermeerdering vatbaar geacht kan worden, als men de tegenwoordig min gunstige cultures van coffy en katoen door de suikerteelt doet vervangen. En daar nu slechts een aantal van ruim 12.000 slaven op de suikerplantagien werkzaam is, en deze een product van 25.000.000 pd. suiker opleveren, die, aan de markt van Europa gebragt, (de 100 Nederlandsche ponden te Amsterdam gerekend tegen f 36.00) eene waarde bezit | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 325]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
van plus minus f 4.500.000,00 dan zoude, als de overige slaven ten bedrage van circa 30.000 hoofden, eene gelijke waarde aan producten opleverden, de uitvoer van Suriname bedragen f 15.000.000,00 aan waarde. Breedvoerig heb ik bij vorige gelegenheden betoogd, dat het verminderen der coffy en katoenteelt allezins met het belang der planters strookte, en tevens aangewezen, dat zij daarin alleen verhinderd werden deels door gebrek aan kapitaal deels ook omdat het aantal slaven op hunne plantagien zoodanig was verminderd, dat zij dezelve niet wel in suikerplantagien konden veranderen. De bezwaren, die het gebrek aan kapitalen hebben opgeleverd, zullen, gelijk Uwe Exc. bekend is, grootendeels uit den weg geruimd zijn door de opgerigte bank, en die, welke uit het gebrek aan slaven ontstaan, zijn moeyelijk wegtenemen, daar de negers over het algemeen niet wel gedwongen kunnen worden, om de plantagie te verlaten, waarop zij geboren zijn. De ongeregeldheden, die dikwijls ontstaan, wanneer men hen huns ondanks daartoe verpligten wil, de neiging, die zij hebben, om liever in de bosschen te ontvluchten, dan zich aan zoodanig eene willekeurige verplaatsing te onderwerpen, - het gevaar, dat hieruit zou voortvloeyen, om in den naasten omtrek der kolonie eene bende boschnegers te doen ontstaan, heeft het noodzakelijk gemaakt, het verplaatsen der negers alleen dan te veroorloven, als zij daartoe vrijwillig konden worden overgehaald, of wel, wanneer daartoe door Z.M. permissie zal worden verleend; deze toch mag men aannemen, dat niet zal worden gegeven, tenzij het gouvernement de zekerheid ontvangen heeft, dat zulks zonder gevaar voor de kolonie geschieden kan; ook hieromtrent heb ik mij veroorloofd Uwe Exc. reeds breeder bij mijn rapport van den 1en September jl. te onderhouden, terwijl ik al verder aan het koloniaal bestuur heb opgedragen een nader reglement wegens de behandeling der slaven intezenden, nadat daaromtrent de belanghebbenden zullen zijn gehoord. Een derde hinderpaal is zeker gelegen in het ontoereikend getal van handen, in de colonie aanwezig, en in het bezwaar om dezelve te vermeerderen, nadat de wetten op den slavenhandel strengelijk worden gehandhaafd. Het nadeel, dat daaruit voor den planter voortvloeit, is des te | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 326]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
meer grievend, daar Portugeezen en Spanjaarden en deels ook de Franschen den slavenhandel met ijver drijven, welke thans, nu de concurrentie op de kust van Guinea zoozeer bepaald is, tot zeer geringe prijzen de slaven bekomen, en dus meer en meer in het bezit geraken van den handel in koloniale waren. Brazilie alleen bezit thans 1.800.000 slaven, en wanneer men thans in aanmerking neemt, dat volgens Humboldt de consumtie van suiker op 1.000 millioenen kilogrammen gesteld kan worden bij die der coffy op 140 millioenen ponden, en tevens nagaat, hoe weinig handen er vereischt worden om deze hoeveelheid voort te brengen, hetwelk de uitvoer van Suriname genoegzaam aanwijst, dan voorzeker is van dien kant eene zeer gevaarlijke mededinging te voorzien, en het zoude mijns inziens een punt van overweging kunnen worden, of men niet aan den invoer van suiker en coffy in dit Rijk uit onze colonien een beschermend recht zou behooren toetekennen, om voortekomen, dat vreemden onze behoeften in die artikelen voldoen, terwijl de producten onzer eigene colonie welligt onverkoopbaar in ons eigen land zouden kunnen worden, zoo zij niet tot gelijken prijs, als de vreemden kunnen worden geleverd, en dat kunnen zij voorzeker niet, zoo men in Brazilie eenen slaaf tegen 300 gulden koopen kan, terwijl die te Suriname f 1000.00 kost. Wel is waar, indien de planters van Suriname ten gevolge der vreemde concurrentie niet meer billijke en aan de kosten van cultuur geëvenredigde prijzen voor hunne producten bedingen kunnen, zal de prijs der slaven van zelf verminderen, doch dan zal ook de waarde van het kapitaal verminderd worden, dat thans zoo zeer met vrucht in het algemeen belang wordt aangewend. De consumtie van suiker in het rijk der Nederlanden heeft voor de jaren 1824, 1825 en 1826, ben ik wel onderrigt, ruim 50 millioenen oude pd. bedragen, derhalve veel meer dan onze kolonien tot dusverre opleveren; het debiet onzer koloniale suiker boven dat van vreemden zou derhalve merkelijk kunnen worden bevorderd door de laatste 5% hooger te belasten bij den invoer dan de eerste; het is niet onmogelijk, dat er gewigtige bedenkingen tegen zoodanig eenen maatregel bestaan kunnen, dan het komt mij niet temin voor, dat dezelve een onderwerp | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 327]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
van onderzoek zou behooren uittemaken. Het is uit dien hoofde, dat ik mij veroorloofd heb, daarop de aandacht Uwer Exc. te vestigen. Om het gebrek aan handen in Suriname al meer en meer te verminderen, zullen eerlang, gelijk Uwe Exc. bewust is, op de aanteleggen gouvernements plantagie te Suriname proeven genomen worden, in hoe ver Europeanen kunnen worden gebezigd tot de teelt van producten, voor de markt van Europa geschikt; terwijl ik almede meermalen in overweging gegeven heb, om van Java inlanders naar Suriname over te voeren, die ten gevolge van begane kleine misdaden met de tegenwoordige inrigting naar onze eilanden verbannen worden. Wel is waar, deze menschen kunnen door een minder sterk gestel den arbeid niet verrigten, dien de neger presteert, dan er zijn onderscheidene soorten van arbeid, die meer behendigheid dan lichaams krachten vorderen en voor deze zijn zij voorzeker geschikt, terwijl bovendien door het aanvoeren van een toereikend aantal vrouwen uit Oost-Indië de onevenredigheid tusschen de sexen, die zoozeer de propagatie in Suriname stremt, zou kunnen worden verholpen, en waaromtrent ik mij refereer aan hetgeen ik dienaangaande in mijn rapport van den 1 September jl. heb opgegeven. Al verder zal het door het oprigten eener gouvernements-plantagie blijken, in hoe ver de ploeg en andere in Europa gebruikelijke werktuigen en middelen om de gronden te bearbeiden in de kolonie van Suriname van toepassing kunnen gemaakt worden, gelijk ik de eer gehad heb, bij mijne missive van den 15 Mei jl. aan Uwe Exc. mede te deelen. Mogten zoodanige proeven gelukken, dan zoude daardoor de productie der kolonie merkelijk kunnen worden uitgebreid. Ook het oprigten van stoommachines heb ik reeds vroeger doen kennen als een der geschiktste middelen, zoo wel ter uitbreiding van de suiker cultuur, als ter voorkoming der sterften onder de negers ten gevolge van den nachtelijken arbeid, welke met waterwerken op de suikerplantagien gevorderd wordt, zijnde die sterfte op deze aanmerkelijk grooter dan op andere, terwijl eene opgave van hetgeen verder tot nut van den landbouw in de kolonie van Suriname zal kunnen worden gedaan, te- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 328]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
gemoet gezien wordt ten gevolge van de jongst daargestelde inrigtingen, waarbij onder anderen iemand, den landbouw en de aangelegenheden des kolonialen landbouws kundig, als lid in den hoogen raad voor de West-Indische bezittingen geplaatst is, en die speciaal belast kan worden met het onderzoek deswegens, met voordragt van alle zoodanige middelen, welke daartoe geschikt geacht kunnen worden. Een maatregel, waarvan ik mij te meer nut beloof, omdat de finantiëele toestand der kolonie, gelijk te meermalen gebleken is, thans toelaat de noodige opofferingen te doen, zoo door het verminderen van belastingen, als door het verleenen van aanmoedigingen, welke dit oogmerk kunnen bevorderen, en het is dan ook aan die nadere opgaven, welke daarvan worden tegemoet gezien, dat ik vermeen mij te mogen refereren. En, alsnu mijn gevoelen ten aanzien van de Nikerie zullende vermelden, voor zoo veel den landbouw betreft, heb ik de eer, Uwe Exc. mede te deelen, twee staten van de producten zoo van het opper-, als neder-district, waaruit de niet zeer beduidende omvang van dezen tak van bestaan gezien kan wordenGa naar voetnoot1). Het voorname product aldaar is katoen, waarvan de prijzen zeer laag zijn. En daar de slavenmagten te gering, niet voor beduidende vermeerdering vatbaar, en de planters gansch niet bemiddeld zijn, zou er voor hun niet aan te denken vallen, om zich op de meer winst gevende cultuur van suiker toeteleggen, bijaldien zij daartoe niet op eene bijzondere wijze in staat werden gesteld, terwijl de prijzen der koffy en het gevaar van misgewas mede niet aanmoedigen, om de aanplanting daarvan uittebreiden. Zal dit district dus eenigermate in stand blijven, dan heeft het tegemoetkoming noodig. De nieuwe orde van zaken, eenmaal volkomen in werking gebragt, kan daartoe in verschillende opzigten dienstbaar zijn, ook zou daartoe strekken de vrijhaven, welke ik bij mijne memorie aangaande de commercie voordroeg. Het is wel te verwachten, dat de voorgedragene middelen om de industrie te bevorderen, speciaal de vermindering van lasten bij wege van restitutien, on- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 329]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
dersteuning van winst gevende ondernemingen door middel van de bank en het uit den weg ruimen van zoovele moeyelijkheden, als waarover de planters zich beklaagd hebben, wel eenigszins zullen bijdragen, om het district voor dieper verval te behoeden, en de meerdere cultuur aantemoedigen. Ook kan ik niet voorbij, Uwe Exc. te herinneren hetgeen ik de eer had bij mijn voorloopig rapport van 1 September 1828 No. 322 te melden aangaande de voordeelen, welke dat district schijnt te beloven ten aanzien van de houtsoorten, in zoo verre die geschikt mogten bevonden worden voor den scheepsbouw, terwijl het bij mij geen bedenking lijdt, of sommige dier houtsoorten zijn uitmuntend geschikt voor de constructie-winkels der artillerie... Wijders zal het verslag nopens den staat van den landbouw in het bedoelde district, mij door den landdrost Van Kempen medegedeeld, hetwelk ik de eer heb, hiernevens te voegen, en hetwelk mij over het geheel vrij naauwkeurig is voorgekomen, dienstbaar kunnen zijn, om van de gesteldheid dier bezitting een behoorlijk algemeen overzigt te geven, aan welks inhoud ik derhalve de vrijheid neem, mij te gedragenGa naar voetnoot1).
Naschrift: Onder glebae adscripti zijn te verstaan vrije lieden behoudens de verplichting om op den grond, waartoe zij geacht worden te behooren, te blijven wonen, en voor hun meesters eenige uren daags te werken. Aldus in een ongeteekend opstel Emancipatie in het Maandblad uitgegeven van wege de maatschappij ter bevordering van de afschaffing der slavernij, 1ste jg., bladz. 52. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 330]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Personen- en zakenregisterA.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
B.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
C.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 331]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
D.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
E.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
F.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
G.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
H.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 332]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
I.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
J.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
K.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
L.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 333]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
M.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
N.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
O.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
P.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Q.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
R.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 334]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
S.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
U.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
V.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 335]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
W.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Z.
|
|