Aanvullingen op en verbeteringen van de aanteekeningen en het register bij ‘Suriname vóór de verovering door Abraham Crynssen’, (zie hiervóór blz. 172 vlgg.)
Medegedeeld door Fred. Oudschans Dentz.
Aanteekeningen.
3) Matthias Matteson, geboren te Gent, was in zijn jeugd in Hollandschen dienst, werd door de Portugeezen gevangen genomen, deed dienst als kapitein van Pedro Teixeira's schip op reis naar Quito in 1638 en ging later over in Spaanschen dienst. Evenals Groenewegen dreef hij bijna 22 jaren handel voor de Spanjaarden, waarna hij in 1661 in dienst van de Hollandsche Kolonie Essequibo trad.
Zie Brit.-Guiana-Braz. Boundary Arbitr. app. vol. I p. 4-6; George Edmundson, Early Relations of the Manoas with the Dutch, 1606-1732 in The English Historial Review, vol. XXI, 1906, p. 229 seq.
4) Jan Hendricson was 27 jaren in dienst geweest van eenige Hollandsche kooplieden, nl. van Jan de Moor & Co.
32) Yurimaguas. Onder deze Indiaansche natie stichtte Pater Samuel Fritz in het voorjaar van 1689 op zijne reis langs de Amazone een missiedorp. Zie English Historical Review, vol. XXI, 1906, p. 229. Het dagboek van Pater Fritz berust in de openbare leeszaal